Starten met een hulpaccu
Als de startaccu leeg is, kunt u stroom van een
losse accu of van de accu in een andere auto
gebruiken. Controleer altijd of de klemmen van
de startkabels goed vastzitten en of er geen
vonken kunnen ontstaan tijdens de startpo-
ging.
Als u een hulpaccu gebruikt bij het starten
wordt geadviseerd de volgende stappen aan te
houden om explosiegevaar te voorkomen:
1. Draai de transpondersleutel naar sleutel-
stand 0.
2. Zorg dat de hulpaccu een spanning van 12
volt levert.
3. Als de hulpaccu zich in een andere auto
bevindt, moet u de motor van die auto
afzetten. Zorg ervoor dat de auto's elkaar
niet raken.
4. Sluit de rode startkabel aan tussen de plus-
pool (1+) van de hulpaccu en de pluspool
(2+) van de lege accu.
5. Sluit de ene klem van de zwarte kabel aan
op de minpool (3–) van de hulpaccu.
6. Sluit de andere klem van de zwarte kabel
aan op het massapunt (4–) dat op bij de
linker veerpoot zit.
7. Start de motor van de "hulpauto". Laat de
motor enkele minuten draaien op een toe-
rental dat iets hoger ligt dan normaal, 1500
omw/min.
8. Start de motor van de auto met de lege
accu.
Verwijder de startkabels: eerst de zwarte
kabel en daarna de rode.
Zorg dat geen van de klemmen aan de
zwarte startkabel contact kan maken met
de pluspool van de accu of met de aange-
sloten klemmen van de rode startkabel.
06 Starten en rijden
Starten met hulpaccu
BELANGRIJK
Raak de aansluitingen niet aan tijdens de
startpoging. Er bestaat namelijk gevaar voor
vonkvorming.
WAARSCHUWING
Accu's kunnen het zeer explosieve knalgas
produceren. Een enkele vonk, veroorzaakt
door een onjuiste aansluiting van de start-
kabels, is voldoende om de accu tot ont-
ploffing te brengen.
Accu's bevatten tevens zwavelzuur dat ern-
stige chemische brandwonden kan veroor-
zaken. Als u accuzuur in uw ogen krijgt of
op uw huid of kleren morst, moet u onmid-
dellijk met grote hoeveelheden water spoe-
len.
Neem onmiddellijk contact op met een arts,
als u accuzuur in uw ogen krijgt.
06
157