10 Infotainment
Telefoonfuncties*
Sneltoetsen in menu's
Wanneer u met de menutoets naar het menu-
10
systeem bent gesprongen, kunt u gebruik
maken van de numerieke toetsen in plaats van
de pijltoetsen en de knop ENTER om naar het
gewenste submenu op het hoofdniveau te
springen. Iedere menu-optie heeft een bepaald
nummer. Het nummer van het geselecteerde
menu staat samen met de naam van de menu-
optie op het display weergegeven.
Verkeersveiligheid
Om veiligheidsredenen zijn delen van het
menusysteem voor de telefoon niet toeganke-
lijk bij snelheden hoger dan 8 km/h. U kunt de
begonnen activiteiten in het menusysteem
echter nog wel beëindigen.
In het menu 5.6 kunt u deze snelheidsbegren-
zing opheffen.
*
258
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
Simkaart
Het telefoonsysteem is alleen te gebruiken in
combinatie met een geldige simkaart
(Subscriber Identity Module). U hebt deze kaart
van uw provider ontvangen.
Breng altijd de simkaart aan, als u gebruik wilt
maken van het telefoonsysteem.
1. Schakel het telefoonsysteem uit.
2. Duw de simkaarthouder naar buiten toe
door de houder korte tijd in te drukken.
3. Leg de simkaart dusdanig in de houder dat
de kant met het metaal omlaagwijst.
4. Zorg dat de afgeschuinde hoek van de
simkaart overeenkomt met die van de hou-
der.
5. Duw de houder weer naar binnen toe.
Neem bij problemen met de simkaart contact
op met uw netwerkprovider.
Bellen en gesprekken aannemen
Bellen:
Kies het nummer en druk op ENTER op de
toetsenset op het stuurwiel of op het
bedieningspaneel (of til de handset op).
Inkomende gesprekken aannemen:
Druk op ENTER of neem de handset op. U
kunt ook gebruik maken van de automati-
sche aanneemfunctie Auto antw., zie
pagina 265.
Het geluid van het audiosysteem kan automa-
tisch worden uitgeschakeld tijdens een
gesprek, zie pagina 265.