De camera schakelt zichzelf uit.
¡
Automatisch uitschakelen is geactiveerd.
s
Druk de ontspanknop half in. Als u niet wilt dat de camera zichzelf
uitschakelt, stelt u [c Uitschakelen] in het menu in op [Uit].
Alleen het pictogram <
¡
De batterij is bijna leeg.
s
Laad de batterij op. (p.18)
Opnamen maken
Er kunnen geen opnamen worden gemaakt of opgeslagen.
¡
De CF-kaart is niet goed geplaatst.
s
Plaats de CF-kaart op de juiste manier. (p.24)
¡
De CF-kaart is vol.
s
Gebruik een nieuwe CF-kaart of verwijder overbodige opnamen.
(p.24, 112)
¡
De batterij is leeg.
s
Laad de batterij op. (p.18)
¡
U hebt niet goed scherpgesteld. (Het
focusbevestigingslampje <o> in de zoeker knippert.)
s
Druk de ontspanknop nogmaals half in en stel het onderwerp
scherp. Wanneer u nog steeds niet goed kunt scherpstellen, stel
dan handmatig scherp. (p.26, 70)
Het LCD-scherm geeft geen duidelijke opname weer.
¡
Het LCD-scherm is vies.
s
Gebruik een zachte doek om het scherm schoon te maken.
¡
De levensduur van het LCD-scherm is verlopen.
s
Neem contact op met uw dealer of Canon Service Center.
> knippert op het bovenste LCD-paneel.
c
Handleiding Problemen oplossen
151