7. Sluit de transmissie direct na de spoelprocedure met de afsluitelelementen af.
8. Herhaal deze stappen voor de tweede spoeling.
U hebt de transmissie twee keer gespoeld en kunt de nieuwe olie in de transmissie vullen.
8.2.6.4
Olie bijvullen
LET OP
Het mengen van verschillende oliesoorten tast de smerende werking aan
Gebruik voor het bijvullen dezelfde oliesoort van dezelfde viscositeit. Bij olieverversing van
oliën die niet met elkaar compatibel zijn, zie Transmissie spoelen (Pagina 46).
Let op de symbolen in de afbeeldingen van de inbouwposities (Pagina 61).
Ontluchting
Procedure
1. Draai de ontluchtings- en olievulschroef eruit.
2. Vul de transmissie met verse olie. Maak bij het vullen gebruik van een filter met een
fijnheid van max. 25 μm.
3. Controleer het oliepeil.
4. Corrigeer indien nodig het oliepeil en controleer het dan nogmaals.
5. Controleer de toestand van de afdichtring op het sluitelement. Vervang de afdichtring op
het sluitelement wanneer deze beschadigd of versleten is.
6. Sluit de transmissie direct na het controleren van het oliepeil met het sluitelement af.
U heeft olie in de transmissie gevuld.
BA 2515
Bedieningshandleiding, 08/2018, A5E38197497A/RS-AD
8.2 Smeerstoffen controleren en vervangen
Bijvullen van olie
Service en onderhoud
47