1.5
De vijf veiligheidsregels
Voor uw persoonlijke veiligheid en ter voorkoming van materiële schade dient u bij alle
werkzaamheden altijd de veiligheidsrelevante aanwijzingen en de volgende vijf
veiligheidsregels conform EN 50110-1 "Werkzaamheden in spanningsvrije toestand" in acht
te nemen. Voer de vijf veiligheidsredenen in de vermelde volgorde uit voordat u met de
werkzaamheden begint.
Vijf veiligheidsregels
1. Vrijschakelen.
Schakel ook de hulpstroomkringen vrij, zoals de stilstandverwarming.
2. Zorg voor een beveiliging die onbedoeld opnieuw inschakelen voorkomt.
3. Controleer of er inderdaad geen spanning meer aanwezig is.
4. Aarden en kortsluiten.
5. Aangrenzende, onder spanning staande delen afdekken of afsluiten.
De genomen maatregelen in omgekeerde volgorde opheffen na het afronden van de
werkzaamheden.
BA 2515
Bedieningshandleiding, 08/2018, A5E38197497A/RS-AD
Algemene aanwijzingen en veiligheidsaanwijzingen
1.5 De vijf veiligheidsregels
11