Inhoudsopgave
Advertenties
Viscositeit in mPas
Instelling "Doseren"
0 - 50
"normaal"
50 - 200
"HV1"
200 - 500
"HV2"
500 - 1000
"HV3"
Druktrappen
Het doseergedrag van de pomp kan worden aangepast aan de viscositeit
van het doseermedium.
Verlangzaming zuig‐
slag
Geen
Licht
Midden
Maximaal
Instelling voor het verlangzamen van de zuigslag afhankelijk van de visco‐
siteit van het doseermedium; zie hoofdstuk "Instellen".
„Instellingen" - „Intelligent" is geselecteerd, wordt naast „Druk"
Wanneer
nog een menu-item weergegeven:
„Compensatie"
n
„Intelligent" zijn alle bewakingsfuncties beschikbaar.
Bij de optie
„Direct" zijn alleen de druktrappen beschikbaar. Verder kan de
Bij de optie
maximale slagfrequentie op de volgende wijze worden verlaagd:
Instelling "Doseren"
Normaal
HV1
HV2
HV3
Met de programmeerbare functie
van de pomp verlagen.
Tegelijkertijd met de druktrap daalt de uitschakeldruk van de continu
actieve overdrukbewaking; zie
VOORZICHTIG!
Wanneer een andere maat doseereenheid wordt geïnstal‐
leerd, moet de pomp op het desbetreffende type worden
„Instellingen" - „Systeem" - „Kop
ingesteld; zie
vervangen?" ?".
VOORZICHTIG!
Waarschuwing voor springende leidingen
Wanneer er verstoppingen in de leidingen optreden, kunnen
deze springen.
–
Kies de nominale druk van de pomp zo groot als nodig
en zo klein als mogelijk is. Daardoor wordt het risico ver‐
kleind dat leidingen springen.
Max. slagfrequentie
Opmerking
200
160
120
Bij ventielen met veer
80
Bij ventielen met veer
Maximale slagfrequentie
slagen/min
160
150
100
60
„Druktrappen" kunt u de nominale druk
Ä op pagina 63 .
Instellen
61
Advertenties
Inhoudsopgave
