Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Aanwitzingen Voor Het Reparen Van De Veegmachine - RCM Duemila S Handleiding Voor Gebruik En Onderhoud

Inhoudsopgave

Advertenties

Duemila S
38
AANWIJZINGEN VOOR HET REPAREREN VAN DE VEEGMACHINE
ATTENTIE!
VOOR ONJUIST UITGEVOERDE REPARATIES AAN EEN MACHINE WAARDOOR DE GEBRUIKER
LETSEL OF SCHADE OPGELOPEN HEEFT, LIGT ZOWEL DE STRAFRECHTELIJKE ALS
CIVIELRECHTELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID BIJ DEGENE DIE DE REPARATIE HEEFT
VERRICHT.
Reparaties moeten altijd uitgevoerd worden volgens de specificaties uit de ‚Handleiding voor gebruik en
onderhoud' die altijd bij de machine bewaard moet worden.
Nooit wijzigingen op de machine aanbrengen. Ook vervanging van onderdelen door onderdelen met
andere kenmerken wordt als wijziging beschouwd.
Gebruik altijd originele onderdelen (geleverd door RCM S.p.A. of door het verkoopnet van de fabrikant).
Bij twijfel altijd contact opnemen met het RCM servicecentrum.
Demontage:
Gebruik altijd gereedschap dat geschikt is voor demontage van de machine. Wijzig nooit de kenmerken
van assemblage/bevestiging/sluiting van onderdelen van de machine.
Labels:
Bedek nooit de originele labels met veiligheidsinformatie met uw eigen labels.
Vervang nooit de kenplaat met de naam van de fabrikant, het kenteken en het serienummer van de
machine. Vervang zo nodig de versleten labels met veiligheidsvoorschriften door nieuwe, identieke labels.
Schakelaars:
Vervang schakelaars uitsluitend door identieke, originele schakelaars of door modellen die uitdrukkelijk in
de handleiding genoemd worden en dezelfde kenmerken en nominale gegevens hebben.
Een aantal schakelaars fungeert tevens als veiligheidsvoorziening, controleer bij het testen altijd of ze
goed werken.
Aandrijfmotor:
Vervang de aandrijfmotor(en) alleen door originele motor(en). Een overeenkomstige maar niet identieke
motor kan de kenmerken van de machine wijzigen wat betreft prestaties, veiligheid en EMC.
Vervang (indien noodzakelijk) de EMC (elektromagnetische compatabiliteit)
beveiligingsvoorzieningen met originele beveiligingen met dezelfde kenmerken en nominale gegevens.
Controleer regelmatig de slijtagegraad van de drijfriemen en vervang de riemen zo nodig.
Voer regelmatig de afstellingen uit volgens de aanwijzingen uit deze handleiding.
Aanzuiging:
Vervang de aanzuigmotor uitsluitend door een identieke, originele motor. Een overeenkomstige maar niet
identieke motor kan de kenmerken van de machine wijzigen wat betreft prestaties, veiligheid en EMC.
Vervang (indien noodzakelijk de EMC beveiligingsvoorzieningen met originele beveiligingen met dezelfde
kenmerken en nominale gegevens. Vervang de elektrisch motororen borstels (wanneer voorzien) door
originele borstels met dezelfde eigenschappen. Nadat de aanzuigmotor vervangen is, kan het
noodzakelijk zijn ook de pakkingen te vervangen; controleer de pakkingen en vervang ze zo nodig door
nieuwe, originele onderdelen. Verander nooit de afmetingen van de luchtleidingen of van de
ventilatieroosters of -openingen van de motor.
Hoofdborstel:
Vervang de borstel alleen door eenzelfde, originele borstel.
Indien nodig de aandrijfmotoren van de borstel vervangen door originele onderdelen.
Wanneer de nieuwe borstel gemonteerd is, de uitlijning t.o.v. de grond controleren.
Controleer de staat van de transmissie. Zo nodig drijfriemen, kettingen, drijfmechanismen e.d. afstellen
volgens de aanwijzingen uit deze handleiding.
Wanneer de borstel gemonteerd is, controleren of deze goed aan de naaf bevestigd is en vrij draaien kan.
Test de machine nadat u de nieuwe borstel gemonteerd heeft. Verander niets aan de afmetingen van de
borstel.
De afstellingen uitvoeren volgens de aanwijzingen uit deze handleiding.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

31.00.115

Inhoudsopgave