Parkeerrem (tek.28):
Het remsysteem werkt met interne remschoenen op de achterwielen.
De bediening van parkeerremhendel 1 is mechanisch met behulp van kabels.
Wanneer de remschoenen de veegmachine niet meer voldoende blokkeren dient u de rem af te stellen met
behulp van de handgreep van remhendel 1 die aangeschroefd moet worden. Wanneer deze afstelling niet
meer afdoende is, de handgreep losdraaien en stelschroef 2 afstellen (tek. 28). Als na deze afstelling het
remsysteem nog onvoldoende werkt, de remschoenen vervangen.
TEK.28 PARKEERREM
1)
Parkeerremhendel
2)
Stelschroef rem
De aanzuigventilators dienen voor het opzuigen van het stof dat door de borstels opgeworpen wordt.
Wanneer de veegmachine in gebruik is, moeten deze ventilators dus altijd functioneren; alleen in de volgende
gevallen dienen ze uitgeschakeld te worden:
1)
aanwezigheid van vloeistof op het terrein dat geveegd moet worden
2)
wanneer de afvalbak opgeheven en gekanteld wordt
3)
wanneer de stoffilters geschud worden (wanneer schakelaar 15 Tek. 3, voor het schudden van de
filters ingeschakeld wordt, stoppen de ventilators automatisch).
De stofflappen zorgen ervoor dat het stof dat door de hoofdborstel opgeworpen wordt, niet onder de machine
vandaan geblazen wordt; de flaps moeten dus altijd in perfecte staat gehouden worden en moeten vervangen
worden zodra ze beschadigingen vertonen.
Vervanging flaps
1)
Draai de bevestigingsschroeven los;
2)
Monteer de nieuwe flaps op dezelfde plaats. De zij- en achterflaps dienen ongeveer 4 à 5 mm van de
grond te blijven.
Duemila S
1
2
AANZUIGVENTILATORS
STOFFLAP
35