Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Arbeidsfactorbesturing Pfc; Procesbeveiliging - Emotron MSF 2.0 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Arbeidsfactorbesturing PFC [341]

Tijdens bedrijf bewaakt de softstarter continu de belasting
van de motor. Met name bij onbelast of slechts gedeeltelijk
belast draaien is het soms wenselijk om de arbeidsfactor te
verbeteren. Als arbeidsfactorbesturing oftewel Power Factor
Control (PFC) is geselecteerd, beperkt de softstarter de
motorspanning als de belasting lager is. Het opgenomen
vermogen wordt gereduceerd en de mate van efficiency
wordt verbeterd.
3 4 1
F F
o
Standaard:
oFF
Instelbereik:
oFF, on
oFF
PFC uitgeschakeld
on
PFC ingeschakeld.
VOORZICHTIG!
Bij gebruik van arbeidsfactorbesturing wordt
!
niet voldaan aan de EMC--richtlijn. Er zijn dan
externe maatregelen vereist om te voldoen
aan de eisen in de EMC-richtlijn.
Ventilator continu aan [342]
Deze parameter maakt continue inschakeling van de interne
ventilator mogelijk. In de standaardinstelling werkt de
ventilator alleen als het koellichaam van de softstarter te
warm is. De ventilator gaat langer mee als deze alleen draait
wanneer dat nodig is.
3 4 2
o
F F
Standaard:
oFF
Instelbereik:
oFF, on
Ventilator wordt aangestuurd door de tem-
oFF
peratuur van het koellichaam
on
Ventilator draait continu.
72
Functiebeschrijving
Setting
Arbeidsfactorbesturing PFC
Setting
Ventilator continu aan
8.8

Procesbeveiliging

De MSF 2.0 softstarter is voorzien van verschillende functies
voor procesbeveiliging.
[400]-[413] Asbelastingsmonitor
[420] Extern alarm
[430]-[440] Netbeveiliging
8.8.1 Asbelastingsmonitor
De MSF 2.0 heeft een ingebouwde asbelastingsmonitor die
continu het motorasvermogen in de gaten houdt. Zo kan
het proces eenvoudig worden beschermd tegen over- en
onderbelasting. De asbelastingsmonitorfunctie beschikt over
alarmen en vooralarmen voor zowel over- (max. vermogen)
als onderbelasting (min. vermogen). Terwijl de alarmen voor
max. en min. vermogen kunnen worden geconfigureerd om
de werking te beïnvloeden (UIT, Waarschuwing, Uitlopen,
Stop, Alarmrem) geven de respectievelijke vooralarmen
alleen een indicatie dat er over- of onderbelasting dreigt. De
vooralarmstatus is beschikbaar op één van de
programmeerbare relais K1-K3 indien dit zo geconfigureerd
is (zie beschrijving van de relais, menu's [530] - [532] op
pagina 90 voor meer informatie)
Alle alarmen en vooralarmen voor asbelastingsmonitoren
worden geconfigureerd met een vertragingstijd en een
alarmmarge. De alarmmarge wordt geselecteerd als een
percentage van de nominale motorbelasting. Er zal een max.
vermogen-alarm optreden als het actuele vermogen uitkomt
boven de normale belasting plus de max. vermogen-
alarmmarge en er zal een min. alarm optreden als de actuele
belasting lager is dan de normale belasting minus de min.
vermogensmarge. De normale belasting is de asbelasting die
vereist is onder normale bedrijfsomstandigheden. Standaard
wordt 100% van het nominale motorvermogen beschouwd
als de normale belasting. Afhankelijk van de afmetingen van
de motor in verhouding tot de toepassing moet deze waarde
wellicht worden aangepast. De normale belasting kan
eenvoudig worden aangepast met de autoset-functie in
menu [411]. Als een autoset wordt uitgevoerd, wordt de
actuele motorasbelasting gemeten en opgeslagen als de
normale belasting.
Er kan een startvertraging worden geconfigureerd om
foutieve alarmen door initiële over- en onderbelasting bij de
start te voorkomen.
Fig. 52 laat aan de hand van een voorbeeldbelastingskromme
zien hoe de asbelastingsmonitorfunctie werkt.
Als de werking is onderbroken door een max. of min.
vermogen-alarm zijn een handmatige reset en een nieuw
startsignaal vereist om door te kunnen werken. De reset en
het startsignaal kunnen worden gegeven via het
bedienpaneel, extern of via de seriële communicatie,
afhankelijk van de in menu [200] geselecteerde
besturingsbron. Ongeacht de geselecteerde besturingsbron
kunt u altijd resetten via het bedienpaneel.
CG Drives & Automation 01-5924-03r1

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave