8.5
Autoreset
Voor een aantal niet-kritieke toepassingsgerelateerde
storingstoestanden kan automatisch een reset worden
gegenereerd en een herstart worden ingezet om de
storingstoestand te verhelpen. De autoreset-functie wordt
geconfigureerd met behulp van de volgende parameters:
[250] Autoreset-pogingen.
[251] - [263] Autoreset-objecten.
In menu [250] kan het maximale aantal automatische
gegenereerde herstarts worden ingesteld. Wanneer dit aantal
wordt overschreden en zich een nieuwe storing voordoet,
blijft de softstarter in de storingstoestand omdat er externe
ondersteuning vereist is. In menu's [251] – [263] wordt
autoreset ingeschakeld voor de verschillende
beveiligingstypes door een vertragingstijd te selecteren. Als
er zich een storing voordoet waarvoor autoreset is
ingeschakeld, wordt de motor stopgezet volgens de
maatregel die is geselecteerd voor de betreffende
beveiligingsmethode (zie menu's [220] - [231] en [400] -
[440] voor een beschrijving van de beveiligingsmethodes en
het configureren van maatregelen bij storingen). Als de
storing is verdwenen en de geconfigureerde vertragingstijd is
verstreken, vindt een herstart van de motor plaats.
Voorbeeld:
De motor wordt beveiligd door externe thermische
beveiliging. Als er een thermisch beveiligingsalarm optreedt,
moet de softstarter wachten totdat de motor voldoende is
afgekoeld voordat het normale bedrijf mag worden hervat.
Als dit probleem zich binnen korte tijd meerdere keren
voordoet, is externe ondersteuning vereist.
De volgende instellingen moeten worden verricht:
• Activeer de thermische motorbeveiliging. Stel bijv.
parameter [220] in op 2 (Uitlopen).
• Activeer de interne thermische motorbeveiliging. Stel
bijv. parameter [222] in op 10 (thermische curve
gedurende 10 s).
• Voer het maximale aantal herstarts in: stel bijv.
parameter [250] in op 3.
• Activeer de automatische reset van de thermische
motorbeveiliging: stel bijv. parameter [251] in op 100.
• Configureer één van de relais om een alarm af te geven
als externe ondersteuning vereist is: stel bijv. parameter
[532] in op 19 (alle alarmen die handmatig gereset
moeten worden).
De autoreset-functie is niet beschikbaar als het bedienpaneel
is geselecteerd als besturingsbron in menu [220].
WAARSCHUWING!
Een knipperende start/stop-LED geeft de
standby-modus aan, bijv. wachten op autore-
set. De motor kan direct automatisch gestart
worden.
54
Functiebeschrijving
LET OP: De autoreset-cyclus wordt onderbroken als er
een stopsignaal wordt gegeven (extern of via seriële
communicatie) of als de besturingsbron in menu [200]
wordt veranderd in bedienpaneel.
8.5.1 Autoreset-pogingen [250]
In dit menu wordt het maximaal toegestane aantal
automatisch gegenereerde herstarts ingesteld. Als in dit
menu een aantal autoreset-pogingen is geselecteerd, is de
autoreset-functie geactiveerd en zijn menu's [251] – [263]
beschikbaar. Als er een alarm optreedt waarvoor autoreset is
ingeschakeld (in menu's [251] - [263]), zal de motor
automatisch opnieuw worden gestart als de storing is
verdwenen en de vertragingstijd is verstreken. Voor iedere
automatisch gegenereerde herstart zal de interne autoreset-
teller (niet zichbaar) met één toenemen. Als er gedurende
meer dan 10 minuten geen alarm optreedt, zal de autoreset-
teller met één worden verminderd. Als het maximale aantal
autoreset-pogingen wordt bereikt, zijn er geen nieuwe
herstarts meer toegestaan en blijft de softstarter in de
storingstoestand. Er is dan een handmatige reset (via
bedienpaneel, extern of via seriële communicatie, zie
beschrijving op pagina 39) vereist.
Voorbeeld:
• Autoreset-pogingen (parameter [250]=5)
• Binnen 10 minuten treden 6 alarmen op.
• Bij de 6e trip vindt er geen autoreset plaats, omdat de
autoreset-teller al 5 autoreset-pogingen bevat.
• Om te resetten moet een normale reset worden
uitgevoerd. Hiermee zal ook de autoreset-teller worden
gereset.
LET OP: De interne autoreset-teller wordt gereset naar
nul als er een stopsignaal wordt gegeven. Na ieder
nieuw startsignaal (extern of via seriële communicatie)
is het maximale aantal herstartpogingen toegestaan
volgens de configuratie in menu [250].
2 5 0
o
F F
Standaard:
oFF
Instelbereik:
oFF, 1-10
oFF
Autoreset uitgeschakeld.
1-10
Aantal autoreset-pogingen.
CG Drives & Automation 01-5924-03r1
Setting
Autoreset-pogingen