WAARSCHUWING
Collision Warning werkt niet in alle rijsitua-
ties, verkeers-, weers- en wegomstandig-
heden. Collision Warning reageert niet op
naderende tegenliggers of fietsers noch op
dieren.
Er wordt alleen gewaarschuwd wanneer
het risico van een botsing groot is. In het
onderdeel "Functie" en "Beperkingen"
wordt geïnformeerd over de beperkingen
die u als bestuurder moet kennen, voordat
u de Collision Warning met Auto Brake
gebruikt.
Er wordt niet gewaarschuwd noch geremd
voor voetgangers en fietsers bij een rijsnel-
heid hoger dan 80 km/h.
In het donker en in tunnels kan niet wor-
den gewaarschuwd noch geremd voor
voetgangers en fietsers – zelfs al brandt de
straatverlichting.
Auto Brake kan een botsing geheel voor-
komen of de botssnelheid verlagen.
Bedien voor een maximale remwerking
altijd het rempedaal – ook al wordt er auto-
matisch geremd.
Wacht nooit een waarschuwingssignaal
van de Collision Warning af. U bent er
altijd verantwoordelijk voor om de juiste
afstand en snelheid aan te houden – ook
bij gebruik van de Collision Warning met
Auto Brake.
Gerelateerde informatie
•
Collision Warning* (p. 217)
•
Collision Warning* - detectie van voet-
gangers (p. 221)
•
Collision Warning* - detectie van fietser
(p. 219)
•
Collision Warning* - bediening (p. 222)
•
Collision Warning* - algemene beperkin-
gen (p. 224)
•
Collision Warning* - beperkingen van de
camerasensor (p. 225)
•
Collision Warning* - symbolen en meldin-
gen (p. 227)
07 Bestuurdersondersteuning
Collision Warning* - detectie van
fietser
'Collision Warning met Auto Brake en voet-
gangers- en fietserdetectie' is een hulpmiddel
dat bedoeld is om u te waarschuwen, wan-
neer het gevaar bestaat dat u op een voet-
ganger of achter op een (stilstaande of rij-
dende) fietser of voorligger botst.
Optimaal voorbeeld van wat het systeem als een
fietser beschouwt – met duidelijke lichaams- en
fietscontouren, recht van achteren gezien en in
het verlengde van de hartlijn door de auto.
Voor optimale prestaties van het systeem
dient de systeemfunctie die verantwoordelijk
is voor identificatie van fietsers zo uniform
mogelijke informatie over de lichaams- en
fietscontouren ontvangen – dat houdt in dat
kenmerkende (lichaams-)delen zoals fiets,
hoofd, armen, schouders, benen, borstkas en
buik moeten kunnen worden waargenomen
*
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
07
219