4. De walsdraagarm (Afb. 63/1) met een pen
(Afb. 63/3) op het verstelsegment (Afb.
63/2) plaatsen. De pen met een schroef en
moer (Afb. 63/4) borgen.
5. De diepte-instelpen (Afb. 63/5) in het eerst
mogelijke gat boven de draagarm steken en
de diepte-instelpen met een lunspen (Afb.
63/6) borgen.
6. De tweede draagarm, als hiervoor
beschreven, op het tweede verstelsegment
bevestigen.
7. Bevestig de tweede wals, zoals beschreven
aan de grondbewerkingsmachine.
De draagarmbevestiging zoals
weergegeven, is niet toegestaan.
De gaten in het verstelsegment zijn
alleen bedoeld voor bevestiging van de
wals bij vrachtwagentransport, bij
uitlevering van de machine af fabriek.
KG 4/5/6001-2 BAH0060-5 12.17
Afb. 62
Afb. 63
Afb. 64
De juiste werkdiepte van de tanden op het veld instellen.
In bedrijf stellen
75