CAMERA OP DE COMPUTER AANSLUITEN
Gebruik wanneer u de camera op de computer aansluit volle batterijen. Het gebruik van een netstroom-
adapter (apart verkrijgbaar) is overigens te prefereren boven batterijvoeding. Gebruikers van Windows
98 of 98 SE dienen eerst de tekst te lezen over het installeren van het noodzakelijke USB stuurpro-
gramma (blz. 95).
Start de computer. De computer moet aan staan voordat u de camera aansluit.
1
Steek het andere eind van de USB-kabel in de USB-aansluiting
4
van de computer. Let er op dat de stekker stevig vast zit. De
camera moet rechtstreeks op de USB-aansluiting van de
camera zijn aangesloten. Gebruik van een USB-hub
(een meerweg-koppelstuk) kan ertoe leiden dat er
storing optreedt.
Zet de keuzeknop in de overdrachtsstand om de USB-verbin-
5
ding te starten. Er verschijnt een scherm dat het begin van de
verbindingsprocedure aangeeft. Is het signaal door de computer
ontvangen, dan worden de zoeker en de monitor van de
camera uitgeschakeld.
Plaats de CompactFlash in de camera. Controleer of de juiste
2
kaart in de camera zit. Wilt u de CompactFlash kaart verwisselen
terwijl de camera op de computer is aangesloten, kijk dan op blz.
102.
3
Open het deurtje van de kaartsleuf. Bevestig de kleine stekker
3
van de USB-kabel op de USB-aansluiting van de camera. Let er
op dat de stekker stevig vast zit.
4
Trans
Initializing USB
connection
93