FLITSBEREIK - AUTOMATISCHE OPNAMESTAND
De camera regelt de flitsdosering automatisch. Voor een goede belichting is het nodig dat het onder-
werp zich binnen het flitsbereik bevindt. Door de constructie van het optische systeem zijn de bereiken
in de groothoek- en telestand verschillend.
Groothoekstand
Telestand
In de groothoekstand kan bij onderwerpen op minder dan 1 m vignettering (afscherming) optreden.
Onderin beeld (horizontale opname) kan een schaduwrand ontstaan.
FLITSSIGNALEN
WAARSCHUWING CAMERATRILLING
Komt de sluitertijd onder een waarde die nog als veilig voor fotograferen uit de hand kan worden
beschouwd, dan verschijnt de waarschuwing voor cameratrilling op het LCD-scherm en knippert het
oranje scherpstellampje langzaam. Opnamen uit de hand worden bij de wat langere sluitertijden
onscherp door trilling; in de telestand is dat effect veel sterker dan in de groothoekstand. Wanneer de
waarschuwing verschijnt kan de camera overigens wel worden ontspannen.
Neem dan echter ook een van de volgende maatregelen:
• Zet de camera op statief.
• Gebruik de ingebouwde flitser.
• Zoom terug naar de groothoekstand wanneer de waarschuwing verschijnt.
0,5 m ~ 3,5 m
0,9 m ~ 3,0 m
Het oranje flitslampje naast de zoeker geeft de flitsstatus
aan. Brandt het lampje continu, dan is de flitser geladen en
opnamegereed. Knippert het lampje snel, dan wordt de flit-
ser geladen en kan er geen opname worden gemaakt. Het
flitslampje werkt ook als waarschuwing voor cameratrilling;
zie hieronder.
31