6.3.5 R
ADIATOR
De koelvloeistof gaat een werkdag mee indien volledig bijgevuld alvorens de motor
in bedrijf te stellen. Het koelvloeistofpeil moet dus gecontroleerd worden telkens
de machine in werking wordt gesteld.
ATTENZIONE
LET OP
Om persoonlijke letsels te vermijden:
• Zet de motor niet abrupt uit maar wel na ongeveer 5 minuten onbelast bedrijf.
• Werk enkel nadat u de motor en de radiator volledig hebt laten afkoelen (meer
dan 30 minuten na stilstand)
• Verwijder de dop van de radiator niet las de motor zeer heet is. Wacht en
schroef de dop nadien een weinig open, tot bij de aanslag, om de overmatige
druk te laten ontsnappen en verwijder hem vervolgens helemaal.
Bij oververhitting kan de stoom uit de radiator of reservetank ontsnappen. Dit
kan ernstige brand veroorzaken.
6.3.5.1 C
ONTROLE VAN HET KOELVLOEISTOFPEIL EN BIJVULLEN
1. Verwijder de dop van de radiator en contro‐
leer of de koelvloeistof het mondstuk voor bij‐
vullen bereikt.
2. Controleer het koelvloeistofpeil in het com‐
pensatievat. Als het peil zich tussen de indica‐
ties "VOL" en "LAAG" bevindt, is de
koelvloeistof voldoende om een dag te
werken.
3. Als het koelvloeistofpeil door verdamping
daalt, enkel met water bijvullen tot het volle
peil wordt bereikt.
4. Controleer de twee aftapkranen; een bevindt
zich aan de grondplaat en de andere onderaan
de radiator, zie afbeeldingen.
MUKC25060316
C
OMPACTE DUMPER
KC250 ‐ K
UBOTA
COMPENSATIEVAT
RADIATORDOP
79