4.1
B
ESTURINGEN ACCELERATOR
De versnelling kan bestuurd worden via:
1.
Koppeling/gashendel
2.
Gaspedaal (richting "
ref. paragraaf 1.4)
3.
Gaspedaal (richting "
ref. paragraaf 1.4)
Met het gaspedaal (2 of 3) kan de bestuurder het toerental van de motor omkeren
t.o.v. de regeling die via de hendel werd uitgevoerd.
4.2
B
ESTUURDERSSTOEL
De bestuurdersstoel bestaat uit de volgende onderdelen:
1.
Hendel voor de afstelling in de lengte:
om het stoelvlak voor‐ en achteruit te
verplaatsen.
2.
Knop voor de afstelling van de voor‐
spanning van de veer:
om de stoel volgens het gewicht van de
bestuurder in te stellen.
3.
Hendel voor de afstelling van de rugleu‐
ning:
om de helling van de rugleuning in te
stellen.
4.
Veiligheidsriemen:
Ref. paragraaf 2.5.4.
5.
Hendel voor de ontgrendeling van de
rotatie van de bestuurdersstoel:
om de stoel te ontgrendelen en dus de
stand in de rijrichting vooruit of achte‐
ruit te regelen.
6.
Hendel om naar rechts te rijden.
7.
Hendel om naar links te rijden.
30
C
OMPACTE DUMPER
VOORUITRIJDEN
ACHTERUITRIJDEN
KC250 ‐ K
UBOTA
3
"
"
1
2
4
5
1
6
3
7
2
MUKC25060316