CombiSump
3 Installatie
3.1
3.2
CS/NL (1606) 5.4
Veiligheid
• Lees voor het opstellen en in gebruik nemen eerst aandachtig deze handleiding. Niet
nakomen van de voorschriften kan ernstige schade aan de pomp tot gevolg hebben,
die niet door onze garantievoorwaarden wordt gedekt. Volg de aangegeven
aanwijzingen puntsgewijs op.
• Zorg ervoor dat de motor niet gestart kan worden, als er aan de pomp-motor
combinatie gewerkt moet worden en de draaiende delen onvoldoende zijn
afgeschermd.
• De pompen zijn geschikt voor vloeistoffen met een temperatuur tot 160 °C.
Vanaf 65 °C moeten bij het installeren door de gebruiker afdoende beschermmiddelen
en waarschuwingen aangebracht worden om aanraken van hete pompdelen te
voorkomen.
• Indien er gevaar ontstaat bij statische elektriciteit moet de hele pompunit goed worden
geaard.
• Indien de verpompte vloeistof gevaar kan opleveren voor mens en/of milieu moet de
gebruiker maatregelen nemen om de pomp veilig te kunnen aftappen. Ook eventuele
lekvloeistof van de asafdichting moet veilig afgevoerd worden.
Omgeving
• De fundatie moet hard, vlak en waterpas zijn.
• De ruimte waarin de pompunit geplaatst wordt, moet voldoende geventileerd worden.
Een te hoge omgevingstemperatuur en luchtvochtigheid, en een stoffige omgeving
kan de werking van de motor nadelig beïnvloeden.
• De ruimte rondom hde pompunit moet voldoende zijn om de pomp te kunnen
bedienen en eventueel te repareren.
• Boven de koelluchtinlaat van de motor moet zich een vrije ruimte bevinden, gelijk aan
minimaal ¼ van de elektromotordiameter, om een onbelemmerde luchttoevoer te
waarborgen.
Installatie
17