COOK classic
Bediening en bedrijf
14
BEDIENINGSHANDLEIDING
In elk geval wordt dringend aanbevolen om, voorafgaand aan gebruik van het apparaat in
ruimten voorzien van een sprinklerinstallatie, contact op te nemen met relevante instanties
(bv. brandweer, verzekeraar, brancheorganisatie) en gezamenlijk passende maatregelen te
bepalen.
Waarschuwing!
Persoonlijk letsel en materiële schade door een vetexplosie of vetbrand bij regen
Wanneer water in heet vet terecht komt, treedt in het ergste geval een vetexplosie op en ontstaat
een vetbrand met ernstige materiële schade en persoonlijk letsel tot gevolg.
Gebruik het apparaat in geen geval in de buitenlucht bij regen en kritische weersomstandig-
heden (bv. onweer).
Dek eventueel aanwezige ruimteventilatieopeningen in geen geval af.
Neem eventueel van toepassing zijnde voorschriften m.b.t. gasgestookte apparaten in dezelfde
ruimte in acht.
Netaansluiting
De op de typeplaat aangegeven netspanning en netfrequentie moeten overeenkomen met de
betreffende waarden van de wandcontactdoos.
Sluit het apparaat uitsluitend aan op een contactdoos die is beveiligd met een aardlekscha-
kelaar. Aanvullend moet elke fase overeenkomstig de netaansluiting zijn afgezekerd.
Het apparaat mag niet worden gebruikt wanneer de isolatie van het netsnoer of de netstekker is
beschadigd.
Aansluiten of verwijderen van de netstekker mag uitsluitend bij een uitgeschakeld apparaat
omdat anders het elektrische systeem van het apparaat kan worden beschadigd. Aangesloten
externe apparaten moeten eveneens voor het insteken/verwijderen van de netstekker zijn uitge-
schakeld.
Trek uitsluitend aan de netstekker zelf om deze te verwijderen.
Wanneer het apparaat door middel van een vaste aansluiting op het lichtnet moet worden aan-
gesloten, moet de vaste installatie zijn voorzien van een te allen tijde bereikbare alpolige schei-
dingsvoorziening. Deze moet kunnen worden beveiligd tegen onbedoeld inschakelen.
Hiervoor is een elektrotechnisch vakbekwaam persoon vereist.
Algemeen
De gebruiker moet de aan het apparaat verbonden risico's kennen en kunnen inschatten.
Het apparaat mag uitsluitend worden gebruikt door personen die geen voor de bediening van
het apparaat relevante fysieke, zintuiglijke of verstandelijke beperkingen kennen.