4
Wijzig de waarden van de
assistent in de gewenste
waarden en druk op
OPSLAAN na elke
wijziging.
Door op EXIT te drukken
stopt de assistent.
5
Nadat de hulpfunctie de
taak voltooid heeft, kunt u
een andere hulpfunctie uit
het menu kiezen of de
assistent-modus verlaten.
Onderstaande tabel bevat een lijst met de taken van de
assistenten. De volgorde waarin de taken door de Opstart-
assistent worden opgeroepen is afhankelijk van de door u
ingevoerde waarden. De takenlijst weergegeven in
onderstaande tabel is een gebruikelijke.
Taaknaam
Motor laten
draaien
Omvormer in
bedrijf stellen
Applicatie
Referenties 1 & 2
Start/Stop
Besturing
72
ACH550-01 Gebruikershandleiding
• Vraagt om keuze van de taal in de displays
van het bedieningspaneel
• Vraagt om motorgegevens
• Leidt de gebruiker door de controle van de
draairichting
• Vraagt om motorgegevens
• Vraagt om keuze van applicatiemacro
• Vraagt om de bron voor de
toerentalreferenties 1 en 2
• Vraagt om referentiegrenzen
• Vraagt om frequentie (of toerental) grenzen
• Vraagt om de bron voor start en stop
opdrachten
• Vraagt om de definitie van de start en stop
modus
• Vraagt om acceleratie en deceleratie tijden
OFF
PAR WIJZIGEN
1103 KEUZE REF1
AI1
[1]
EXIT
00:00
OFF
ASSISTANTS
Laat motor draaien
Omvormer configureren
Toepassing
Referenties 1 & 2
Start/Stop Bediening
EXIT
00:00
Beschrijving
Opstarten en bedieningspaneel
OPSLAAN
4
KEUZE