4.
Strip de isolatiemantel van de vermogens-ingangskabel ver
genoeg om de afzonderlijke kabels te kunnen leggen.
5.
Strip de isolatiemantel van de motorkabel zover dat de
koperen afscherming blootligt, zodat de afscherming kan
worden getwist tot een pigtail. Houd de pigtail kort om EMC-
straling tot een minimum te beperken.
Aarding over 360° onder de klem wordt aanbevolen voor de
motorkabel om EMC-straling tot een minimum te beperken.
Verwijder in dit geval de kabelmantel bij de kabelklem.
Aandraai-
momenten
N·m lb-ft
U1, V1, W1,
U2, V2, W2,
R1
1.4 1.0
R2
1.4 1.0
R3
1.8 1.3
R4
2.0 1.5
R5
15 11.1
U1, V1, W1,
U2, V2, W2
R6
40 29.5
PE
R6
8
5.9
6.
Leg beide kabels door de klemmen.
7.
Strip de voedings- en motor-draden en de aarddraad van de
voeding en verbind ze met de aansluitklemmen van de
omvormer. Frame R6: Zie de figuren op pagina 48.
8.
Verbind de pigtail van de motorkabelafscherming met de
aarde.
Opmerking: Controleer de kabellengtes volgens de sectie
Bekabeling en EMC voorschriften
52
ACH550-01 Gebruikershandleiding
7
7
4
3
op pagina 26.
Installeren van de omvormer
8
5