Code Instellingen voor veldbusbesturing &
beschrijving
1410
RELAISUITGANG 4...6
...
Bepaalt welk voorval of welke staat relais 4...6 activeert – de betekenis
1412
van relaisuitgangen 4...6.
• Zie 1401
Keuze van de bron voor analoge uitgangssignalen
Code Instellingen voor veldbusbesturing &
beschrijving
1501 AN UITG 1 INHOUD
Bepaalt de inhoud van analoge uitgang AO1.
135 = c
OMM WAARDE
veldbuscommunicatie (parameter 0135).
136 = c
OMM WAARDE
veldbuscommunicatie (parameter 0136).
1502 AN UITG 1 MIN
Bepaalt de
minimumwaarde
van de inhoud.
• Inhoud is de
parameter
geselecteerd met
parameter 1501.
• Minimumwaarde
verwijst naar de
minimumwaarde
van de inhoud
die wordt
omgezet naar
een analoge
uitgang.
• Deze parameters
(stroom en min. /
max. stroom-
instellingen)
leveren de
schaal en
correctie voor de
uitgang. Zie afb.
1503 AN UITG 1 MAX
Bepaalt de maximumwaarde van de inhoud.
• Inhoud is de parameter geselecteerd met parameter 1501.
• Maximumwaarde verwijst naar de maximumwaarde van de inhoud
die wordt omgezet naar een analoge uitgang.
150
1.
RELAIS UITGANG
1 – Bekrachtig uitgang gebaseerd op ingang van
2 – Bekrachtig uitgang gebaseerd op ingang van
P 1505 /
P 1511
P 1504 /
P 1510
P 1505 /
P 1511
P 1504 /
P 1510
ACH550-01 Gebruikershandleiding
Bereik
0...47
Bereik
99...159
-
AO (mA)
P 1502/1508
P 1503/1509
AO (mA)
P 1503/1509
-
Seriële communicatie
AO INHOUD
AO INHOUD
P 1502/1508