SPIEGELS
(1/2)
D
E
1
A
B
C
2
3
Buitenspiegels
Verstellen
Selecteer de spiegel met behulp van de
schakelaar 3, en verstel hem daarna met de
knop 1 in de gewenste stand.
Verwarmde buitenspiegels
Het ontdooien gebeurt tegelijk met het ver-
warmen van de achterruit.
Geheugen van de stand
Voor de auto's met een bestuurdersstoel
met geheugen, raadpleeg de paragraaf "be-
stuurdersstoel met geheugen" in hoofdstuk
1.
Inklapbare buitenspiegels
De spiegels klappen automatisch in bij het
vergrendelen van de auto (schakelaar 2 in
stand B). In dit geval klappen zij uit bij het
weer aanzetten van het contact.
U kunt altijd het inklappen (schakelaar 2 in
stand C) of het uitklappen (schakelaar 2 in
stand A) van de spiegel regelen.
De automatische werking is dan uitgescha-
keld. Om deze weer in te schakelen, zet u de
schakelaar 2 op B.
Voer deze verstellingen uitslui-
tend uit als de auto stilstaat.
De buitenspiegel aan de kant
van de bestuurder kan in twee
delen uitgevoerd zijn. In deel E
ziet u wat u met een normale
spiegel ziet. In deel D heeft u een beter
zicht op de zijkant achter.
Voorwerpen in de zone D lijken verder
weg dan zij in werkelijkheid zijn.
1.67