WAARSCHUWINGSLAMPJES
De aanwezigheid en de werking van de lampjes ZIJN AFHANKELIJK VAN HET LAND EN HET UITRUSTINGSNIVEAU.
A
W a a r s c h u w i n g s l a m p j e
E l e k t r o n i s c h
Stabiliteitsprogramma (ESP) en tractie-
controle
Raadpleeg de paragraaf "Hulpen correctie-
systemen tijdens het rijden" in hoofdstuk 2.
É
Controlelampje voorverwar-
ming (dieselmotor)
Met contact aan, licht het op. Het geeft aan
dat voorverwarmingsstiften werken. Zodra
het dooft, start de motor weer.
1.52
(4/4)
Ä
Waarschuwingslampje luchtver-
ontreiniging
Dit gaat branden bij het aanzetten van het
contact, en dooft na het starten van de
motor.
– als het continu brandt, moet u zo snel
mogelijk een merkdealer raadplegen;
– als het knippert, moet u vaart verminde-
ren tot het knipperen ophoudt. Raadpleeg
zo spoedig mogelijk een merkdealer.
Raadpleeg de paragraaf "Tips voor zuinig
rijden en minder luchtverontreiniging" in
hoofdstuk 2.
Waarschuwingslampje motor
op stand-by
Raadpleeg de paragraaf "Stop and Start-
functie" in hoofdstuk 2.
Waarschuwingslampje motor
kan niet op stand-by worden
gezet
Raadpleeg de paragraaf "Stop and Start-
functie" in hoofdstuk 2.
x
Waarschuwingslampje antiblok-
keersysteem
Dit gaat branden bij het aanzetten van het
contact en dooft na enkele seconden. Als
het niet dooft na het aanzetten van het con-
tact of als het oplicht tijdens het rijden, wijst
dit op een storing in het antiblokkeersys-
teem van de wielen. Er kan dan met de auto
worden geremd als bij een auto zonder ABS.
Raadpleeg snel een merkdealer.
Š‰
Indicatielampjes voor overscha-
kelen naar de volgende versnel-
ling bij een manuele versnellingsbak
Indicatielampjes voor overscha-
kelen naar de volgende versnel-
ling bij een automatische versnellings-
bak
Ze lichten op om u te adviseren
naar een hogere versnelling (pijl omhoog) of
lagere versnelling (pijl omlaag) te schakelen.
Waarschuwing bij verlies van
bandenspanning
Raadpleeg de paragraaf "Waarschuwing bij
verlies van bandenspanning" in hoofdstuk 2.