126
Instrumenten en bedieningsorganen
Druk op de toets SET/CLR om een
functie te kiezen of om een melding te
bevestigen.
Informatie- menu voertuig
Druk op MENU om de Informatie-
menu voertuig te selecteren of selec‐
teer X op het Uplevel-Combi-dis‐
play.
Draai aan het stelwiel om een sub‐
menu te kiezen. Druk ter bevestiging
op de toets SET/CLR.
Volg de instructies in de submenu's.
Afhankelijk van de versie kunnen mo‐
gelijke submenu's zijn:
■ Eenheid: U kunt de eenheden op
de displays veranderen.
■ Bandenspanning: Controleert de
bandenspanning van alle banden
onder het rijden 3 271.
■ Bandenbelasting: Selecteer de
bandenspanningscategorie vol‐
gens de huidige werkelijke banden‐
spanning 3 271.
■ Resterende levensduur olie: Geeft
aan wanneer de motorolie ververst
en het filter vervangen moet wor‐
den 3 115.
■ Snelheidswaarschuwing: Bij over‐
schrijden van de ingestelde snel‐
heidslimiet klinkt een geluidssig‐
naal.
■ Verkeersbordherkenning: Geeft
waargenomen verkeersborden tij‐
dens het huidige traject weer.
3 216
■ Volgafstand: Toont de afstand tot
een voorligger 3 202.
Selectie en aanduiding kunnen afwij‐
ken in Midlevel- en Uplevel-Combi-
display.