Door brandstofresten in de tank kan
de hoeveelheid brandstof die kan
worden bijgetankt kleiner zijn dan de
gespecificeerde tankinhoud.
Brandstofkeuzeschake‐
laar
Door knop LPG in te drukken kunt u
wisselen tussen het gebruik van ben‐
zine en LPG. De LED in de knop toont
de huidige bedrijfsmodus.
Instrumenten en bedieningsorganen
Led uit
= rijden op benzine
Led aan = rijden op vloeibaar gas
Led
= controle op problemen
knippert
met brandstoftoevoer, of
de brandstoftoevoer is
geblokkeerd (er ver‐
schijnt een bericht op het
DIC)
Zodra de LPG-tank leeg is, wordt tot
aan het uitschakelen van de ontste‐
king automatisch op benzine overge‐
schakeld.
Brandstof voor het rijden op vloeibaar
gas 3 180.
Koelvloeistoftemperatuur‐
meter
Het aantal LED's geeft de koelvloei‐
stoftemperatuur aan.
maximaal 3
= motor nog niet op
LED's
bedrijfstempera‐
tuur
4 tot 6 LED's
= normale bedrijfs‐
temperatuur
meer dan 6
= koelvloeistoftem‐
LED's
peratuur te hoog
89