Gloeilamp vervangen
Ontsteking uitschakelen en desbe‐
treffende schakelaar uitschakelen of
portieren sluiten.
Nieuwe gloeilamp alleen aan fitting
vastpakken! Het glas van de gloei‐
lamp niet met blote handen aanraken.
Bij vervangen altijd hetzelfde type
gloeilamp gebruiken.
Vervang de gloeilampen van de kop‐
lampen vanuit de motorruimte.
Lampcontrole
Schakel het contact in na het vervan‐
gen van een lamp en bedien en con‐
troleer de lichten.
Halogeenkoplampen
Halogeenkoplampen met aparte
gloeilampen voor zijmarkeringslicht,
dimlicht en grootlicht.
Zijmarkeringslicht/dagrijlicht (1)
Dimlicht (2)
Grootlicht (3)
Richtingaanwijzers vooraan 3 205.
Verzorging van de auto
Dimlicht
1. Draai de kap (2) naar links en ver‐
wijder.
201