Inhoudsopgave
Advertenties
Elektrische aansluitingen
3 Elektrische aansluitingen
Bij het leggen van de elektrische ka-
bels moeten de voorschriften voor
het aanleggen van sterkstroominstal-
laties conform DIN VDE 0100 en de
lokale voorschriften worden aange-
houden.
Opgelet! Netspanning alleen bij uit-
geschakelde spanning uitvoeren.
Daarbij alleen uitschakelapparatuur
toepassen, die is beveiligd tegen on-
bedoeld herinschakelen.
Vooral bij 24 V, 50 Hz-aandrijving-
en moet door het leggen van vol-
doende grote aderdiameters wor-
den gewaarborgd, dat de toelaatba-
re spanningstoleranties van ± 10 %
niet worden overschreden.
Opmerking;
Speciale motorelektronica zorgt ervoor dat,
bij elektrische aansluiting volgens het aan-
sluitschema, de contacten van de uitgangs-
relais van de regelaar, bijv. bij 3-puntsrege-
laars, beveiligd zijn en slechts met een rela-
tief laag stuurvermogen worden belast.
De vermogensschakeling wordt door een tri-
ac en een relais van de motorelektronica
overgenomen.
4
Het deksel aan de zijkant van de behui-
zing afschroeven, de kabels door de
wartels in de behuizing naar de aansluit-
klemmen leiden en bevestigen.
(zie daarvoor fig. 5 t/m 7 of schakel-
schema op sticker in deksel behuizing).
10
EB 8340 NL
Indien nodig kunnen door het verwijderen
van de afsluitpluggen naast de aanwezige
Pg-wartels nog drie extra Pg 13,5 wartels
worden aangebracht.
4
Aarde aansluiten op de afzonderlijke
aardklem aan de binnenzijde van de be-
huizing.
Elektrische toebehoren
De aansluitschema's 5 t/m 7 gelden ook
voor de optionele toebehoren. Let erop, dat
de eindschakelaar niet op de klemmen-
strook wordt aangesloten, maar op afzon-
derlijke schroefklemmen.
Bij de uitvoering met klepstandsteller (fig. 6)
en standmelder (fig. 7) orden voor bestu-
rings- en signaleringsdoeleinden op de
klemmen 31, 32 en 33 slagproportionele
uitgangssignalen uitgestuurd (signaal neemt
toe met inschuivende membraanstang).
Belangrijk: Bij aansluiting van de span-
ningsuitgang moeten de klemmen 31 en 32
worden overbrugd.
Zekeringen
Op de print van de motorelektronica be-
vindt zich een houder met een glaszekering
5x20 mm, die de beveiliging van de aan-
drijving en bij aansluiting conform fig. 5
t/m 7 ook de beveiliging van de contacten
van de externe regelaar verzorgt.
Netspanning
230 V, 50/60 Hz T1L 250 (1 A traag),
Aandrijvingen met looptijd 60 s /30 mm
slag:
230 V, 50/60 Hz T1,25, 250 (1,25 traag)
110 V, 50/60 Hz T1,25 (1,25 A traag)
24 V, 50/60 Hz T6,3 (6,3 A traag)
Advertenties
Inhoudsopgave
