DE GLASPLAAT GEBRUIKEN VOOR HET VERZENDEN
Als u een dik origineel of een origineel dat niet via de automatische documentinvoer kan worden ingevoerd wilt faxen, open dan de automatische
documentinvoer en plaats het origineel op de glasplaat.
1
• Wanneer u een fax verstuurt die uit meerdere pagina's bestaat, scan dan elke pagina in de juiste volgorde in, beginnend met de eerste pagina.
• Wanneer u een fax verstuurt die uit meerdere pagina's bestaat, kunt u de automatische documentinvoer en de glasplaat niet tegelijkertijd
gebruiken om de originele pagina's in te scannen.
5
10
15
Aan
Voorwaarde-
Instellingen
AAA AAA
Adresoverzicht
CCC CCC
Adresinvoer
EEE EEE
Globaal
GGG GGG
Adres Zoeken
2
Subadres
III III
Adres sorteren
Freq.
Voorbeeld
Een bestemming kan behalve door selectie van een sneltoets ook door het opgeven van een zoeknummer worden opgegeven. U kunt ook direct
een faxnummer invoeren met de cijfertoetsen of een bestemming opzoeken in een globaal adresboek. Zie voor meer informatie
"BESTEMMINGEN
Druk op [START].
3
Het scannen begint.
(2)
Cc
BBB BBB
DDD DDD
FFF FFF
HHH HHH
JJJ JJJ
ABCD
EFGH
IJKL
MNOP
QRSTU
VWXYZ
INVOEREN" (pagina 4-17).
Open de documentinvoer, plaats het origineel met
de bovenzijde naar beneden op de glasplaat en
sluit voorzichtig de documentinvoer.
Schaalaanduiding van de
glasplaat
merkteken
A5
(5-1/2" x 8-1/2")
B5
A4 (8-1/2" x 11")
• Breng de hoek van het origineel op één lijn met de punt van de pijl
de schaalaanduiding van de glasplaat.
• Plaats het origineel overeenkomstig het formaat in de juiste positie (zie
afbeelding hierboven).
Voer het faxnummer van de bestemming in.
(1)
Druk op [Adresboek] in het basisscherm.
(2)
Druk op de sneltoets van de gewenste bestemming.
1
2
etc.
4-35
FAX
Schaalaanduiding van de
glasplaat
merkteken
B5R
A4R (8-1/2" x 11"R)
B4 (8-1/2" x 14")
A3 (11" x 17")
op
Inhoudsopgave