Download Print deze pagina

Advertenties

Zoeken op basis van wat
Zoeken op basis van wat
u wilt doen
u wilt doen
EEN KOPIE MAKEN
EEN DOCUMENT AFDRUKKEN
EEN AFBEELDING SCANNEN /
EEN OPDRACHT
EEN INTERNETFAX VERZENDEN
OPSLAAN EN LATER
OPNIEUW GEBRUIKEN
BEDIENINGSHANDLEIDING
EEN FAX VERZENDEN
DE MACHINE
ONDERHOUDEN
Zoeken met de
Zoeken met de
inhoudsopgave
inhoudsopgave
VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT
KOPIEERMACHINE
PRINTER
FAX
SCANNER / INTERNETFAX
DOCUMENTARCHIVERING
SYSTEEMINSTELLINGEN
HET OPSPOREN VAN FOUTEN
Over de bedieningshandleiding

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Sharp MXM316N

  • Pagina 1 BEDIENINGSHANDLEIDING Zoeken op basis van wat Zoeken op basis van wat Zoeken met de Zoeken met de u wilt doen u wilt doen inhoudsopgave inhoudsopgave VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT KOPIEERMACHINE PRINTER EEN KOPIE MAKEN EEN DOCUMENT AFDRUKKEN EEN FAX VERZENDEN SCANNER / INTERNETFAX DOCUMENTARCHIVERING SYSTEEMINSTELLINGEN...
  • Pagina 2 EEN KOPIE MAKEN Besparen Kopieerfouten Een kopie van dit type Een kopie op dit type verminderen originelen maken papier maken Datum of De uitvoer paginanummers samenvoegen toevoegen tot een brochure Andere handige functies...
  • Pagina 3 Besparen Op beide zijden van papier Meerdere pagina's op één zijde kopiëren van een vel papier kopiëren Op voor- en achterzijde van een kaart kopiëren...
  • Pagina 4 Kopieerfouten verminderen Een set kopieën afdrukken om te Het aantal gescande pagina's proeflezen controleren vóór het kopiëren...
  • Pagina 5 Een kopie van dit soort originelen maken Meer originelen dan in één keer Originelen van verschillend geladen kunnen worden formaat Dikke originelen (aan de randen Gebonden origineel zoals een verschijnen schaduwen) boek (een pagina per keer) Boek of brochure (tegenoverlig- gende pagina's kopiëren)
  • Pagina 6 Een kopie op dit type papier maken Enveloppen en andere speciale Tabpapier media Transparant...
  • Pagina 7 Datum of paginanummers toevoegen Datum toevoegen Stempel toevoegen Paginanummer toevoegen Tekst toevoegen...
  • Pagina 8 De uitvoer samenvoegen tot een brochure Een geniete brochure maken Geniete uitvoer Een blanco marge maken...
  • Pagina 9 Andere handige functies Functies voor specifieke doeleinden Een kopie van gerangschikte foto's maken Een grote poster maken Een gespiegelde kopie maken Op midden van papier kopiëren Een negatieve kopie maken Handige functies Twee machines tegelijk gebruiken Prioriteit geven aan een kopieeropdracht Status van een opdracht in de wachtrij controleren Omslagbladen/inlegvellen invoegen in kopieeruitvoer Een dun origineel kopiëren...
  • Pagina 10 EEN DOCUMENT AFDRUKKEN Besparen Afdrukken zonder Aantrekkelijke uitvoer De uitvoer samenvoe- computer afdrukken gen tot een brochure Afdrukken op dit type Tekst of een papier afbeelding toevoegen Andere handige functies...
  • Pagina 11 Besparen Op beide zijden van papier Meerdere pagina's op één afdrukken papierzijde afdrukken...
  • Pagina 12 Afdrukken zonder computer Een bestand op een USB- Een bestand dat in de machine is opgeslagen afdrukken geheugenapparaat afdrukken...
  • Pagina 13 Aantrekkelijke uitvoer afdrukken Afdruk aan papierformaat Helderheid en contrast aanpassen aanpassen Lijndikte aanpassen bij Vage tekst en regels afdrukken van een bestand zoals verscherpen CAD-gegevens De afdrukmodus selecteren...
  • Pagina 14 De uitvoer samenvoegen tot een brochure Een geniete brochure maken Geniete uitvoer Een blanco marge maken Bepaalde pagina's op voorzijde van papier afdrukken...
  • Pagina 15 Afdrukken op dit type papier Enveloppen Tabpapier Transparant Bepaalde pagina's op ander papier afdrukken De afbeelding 180 graden draaien...
  • Pagina 16 Tekst of een afbeelding toevoegen Een watermerk aan de Een afbeelding over de afdrukgegevens toevoegen afdrukgegevens plakken Een vaste vorm over de afdrukgegevens plakken...
  • Pagina 17 Andere handige functies Formaat of afdrukstand van de afdrukgegevens corrigeren Afdrukbeeld vergroten of verkleinen Een gespiegelde afbeelding afdrukken Veiligheid is van belang Vertrouwelijk afdrukken Een versleuteld PDF-bestand afdrukken Functies voor specifieke doeleinden Een "kopiefactuur" afdrukken Een grote poster maken Handige functies Prioriteit geven aan een afdrukopdracht Twee machines tegelijk gebruiken Veel gebruikte afdrukinstellingen opslaan...
  • Pagina 18 EEN FAX VERZENDEN Besparen Dit type document Verzending naar de Zend een duidelijk verzenden verkeerde bestem- document ming voorkomen Werk besparen Veiligheid is van belang Andere handige functies...
  • Pagina 19 Besparen Verzend als het laagste tarief Controleer ontvangen gegevens geldt vóór het afdrukken Stuur twee originelen als één Geef een verzending door via pagina een bijkantoor...
  • Pagina 20 Dit type document verzenden Dikke originelen (aan de randen Gebonden origineel zoals een verschijnen schaduwen) boek (een pagina per keer) Meer originelen dan in één keer Originelen van verschillend geladen kunnen worden formaat Aan beide zijden bedrukt Identiteitskaart of andere kaart origineel...
  • Pagina 21 Verzending naar de verkeerde bestemming voorkomen Controleer de bestemming nogmaals Controleer het resultaat van de voor verzending verzending Controleer het logboek van Bestempel gescande originelen vorige verzendingen...
  • Pagina 22 Zend een duidelijk document Pas de belichting aan Pas de kwaliteit van de afbeelding aan Geef het formaat op vóór Zonder schaduwen aan de verzending randen verzenden...
  • Pagina 23 Werk besparen Veel gebruikte instellingen Naar meerdere bestemmingen opslaan verzenden X X X X - 6 7 8 9 X X X X - 6 7 8 9 Het verzendlogboek bekijken Gemakkelijk een adres opgeven X X X X - 9 8 7 4 X X X X - 9 8 7 4 X X X X - 4 5 6 7 X X X X - 4 5 6 7...
  • Pagina 24 Veiligheid is van belang Controleer de bestemming nogmaals Vertrouwelijk verzenden voor verzending Ontvangst van een document Afdrukbeveiligde van een zendende machine ontvangstgegevens starten Een document op verzoek van een andere machine verzenden...
  • Pagina 25 Andere handige functies Handige beheerfuncties Een ontvangen fax naar een netwerkadres doorsturen Een adressenlijst afdrukken Handige functies Een dun origineel verzenden Een verzendbestemming selecteren uit een globaal adresboek Prioriteit geven aan een verzending Een telefoontoestel gebruiken...
  • Pagina 26 EEN AFBEELDING SCANNEN / EEN INTERNETFAX VERZENDEN Een duidelijke Dit type document Verzending naar de Een kleiner bestand afbeelding verzenden verzenden verkeerde verzenden bestemming Werk besparen Scannen van computer Andere handige functies...
  • Pagina 27 Een duidelijke afbeelding verzenden Het contrast of de beeldkwaliteit De resolutie aanpassen vóór aanpassen verzending Zonder schaduwen aan de De achtergrond van een verzon- randen verzenden den document onderdrukken...
  • Pagina 28 Dit type document verzenden Dikke originelen (aan de randen Gebonden origineel zoals een boek verschijnen schaduwen) (een pagina per keer) Meer originelen dan in één keer Originelen van verschillend geladen kunnen worden formaat Aan beide zijden bedrukt Origineel met achtergrond origineel...
  • Pagina 29 Verzending naar de verkeerde bestemming voorkomen Controleer het resultaat van de Controleer het logboek van verzending vorige verzendingen Bestempel gescande originelen...
  • Pagina 30 Een kleiner bestand verzenden Met een lagere resolutie Een bestand comprimeren vóór verzenden verzending Een afbeelding verkleinen vóór Een afbeelding in zwart-wit verzending verzenden Stuur twee originelen als één Identiteitskaart of andere kaart pagina...
  • Pagina 31 Werk besparen Veel gebruikte instellingen Naar meerdere bestemmingen opslaan verzenden a a a @ a a . a a . c a a a @ a a . a a . c o Het verzendlogboek bekijken Gemakkelijk een adres opgeven b b b @ b b .
  • Pagina 32 Andere handige functies Handige beheerfuncties Een ontvangen fax naar een netwerkadres doorsturen Een lijst verzendbestemmingen afdrukken Handige functies Een dun origineel scannen Een verzendbestemming selecteren uit een globaal adresboek Op een specifiek tijdstip verzenden Prioriteit geven aan een verzending In USB-geheugenmodus verzenden...
  • Pagina 33 EEN OPDRACHT OPSLAAN EN LATER OPNIEUW GEBRUIKEN Een bestand zoeken Mijn bestanden Een belangrijk Een groep bestanden ordenen document opslaan afdrukken...
  • Pagina 34 Een bestand zoeken Een bestand zoeken met een Zoeken door de inhoud van trefwoord bestanden te controleren...
  • Pagina 35 Mijn bestanden ordenen Een bestand verwijderen Alle bestanden verwijderen Regelmatig bestanden Van map wisselen verwijderen...
  • Pagina 36 DE MACHINE ONDERHOUDEN De machine Een tonercartridge De nietcartridge De stempelcassette schoonmaken vervangen vervangen vervangen...
  • Pagina 37 De machine schoonmaken De glasplaat en de automatische De aanvoerrol van de originelen documentinvoereenheid schoonmaken schoonmaken De aanvoerrol van de handinvoer schoonmaken...
  • Pagina 38 OVER DE BEDIENINGSHANDLEIDING U kunt op twee manieren naar een onderwerp zoeken in deze handleiding: u kunt een menu "Ik wil..." gebruiken, of de normale inhoudsopgave. Bij de volgende uitleg wordt uitgegaan van het gebruik van Adobe Reader 8.0. (Sommige knoppen worden niet weergegeven in de standaardstatus.) Terug naar de eerste pagina ( Terug naar de laatst weergegeven pagina ( Zoeken op basis...
  • Pagina 39 DE HANDLEIDING GEBRUIKEN Klik op een van onderstaande knoppen om naar de pagina te gaan die u wil weergeven. (1) (2) (3) Terug naar eerste pagina knop Terug naar de laatst weergegeven pagina knop Als een bewerking niet verloopt als verwacht, klik dan op deze knop Geeft de webpagina weer die voor de huidige pagina werd om opnieuw te beginnen.
  • Pagina 40 MET HET APPARAAT MEEGELEVERDE HANDLEIDINGEN Handleidingen in PDF-indeling (deze handleiding) De handleidingen in PDF-indeling bieden uitgebreide beschrijvingen van procedures voor gebruik van de machine in elke modus. De PDF-handleidingen bevinden zich op de cd-rom die wordt meegeleverd bij de machine.. 1.
  • Pagina 41 • Behoudens voorzover wettelijk vereist kan SHARP niet aansprakelijk worden gesteld voor defecten die optreden gedurende het gebruik van het product of zijn opties, of defecten die het gevolg zijn van een onjuiste bediening van het product en zijn opties, of andere defecten, of voor enige schade die voortkomt uit het gebruik van het product.
  • Pagina 42 SHARP OSA ........
  • Pagina 43 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Dit hoofdstuk biedt basisinformatie over het apparaat. Lees dit hoofdstuk zorgvuldig door voordat u het apparaat in gebruik neemt. ONDERDELEN EN FUNCTIES BUITENZIJDE (6) (7) (3) (4) (5) Wanneer een uitvoerlade is geïnstalleerd Wanneer een afwerkingeenheid is geïnstalleerd Sorteerlade (bovenste lade)*...
  • Pagina 44 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT (10) (11) (12) (13) USB-aansluiting (A-type) (11) Papierlade 2 (wanneer een papierlade is geïnstalleerd)* Ondersteunt USB 2.0 (Hi-Speed). Hierin wordt papier geplaatst. ☞ Deze wordt gebruikt om een USB-toestel of een USB-geheugen op het PAPIERLADE-INSTELLINGEN VOOR PAPIERLADE 1 TOT 4 apparaat aan te sluiten.
  • Pagina 45 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT BINNENZIJDE (15) (16) (17) (14) (18) (19) (20) (21) (22) (14) Tonercartridges Deze bevat toner voor het afdrukken. Wanneer de toner in een cartridge opraakt, moet de cartridge worden vervangen. ☞ DE TONERCARTRIDGES VERVANGEN (pagina 1-54) (15) Zijklep rechtsboven Als een papierstoring optreedt bij de uitvoer naar de sorteerlade of de...
  • Pagina 46 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT AUTOMATISCHE ORIGINEELINVOER EN GLASPLAAT Automatische origineelinvoer Papierinvoerrol Scangedeelte Deze rol draait zodat het origineel automatisch wordt ingevoerd. Hier worden originelen gescand die in de automatische origineelinvoer zijn geplaatst. ☞ Klep origineelinvoergedeelte REGELMATIG ONDERHOUD (pagina 1-51) Open deze klep om een vastgelopen origineel te verwijderen of de Glasplaat papierinvoerrol te reinigen.
  • Pagina 47 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT ZIJDE EN ACHTER Aansluiting voor onderhoudsdoeleinden Wanneer de faxuitbreidingskit is geïnstalleerd Let op Deze aansluiting dient alleen voor gebruik door onderhoudstechnici. Als u een kabel aansluit op deze aansluiting, kan het apparaat storingen gaan vertonen. LAN-aansluiting Sluit de LAN-kabel aan op deze aansluiting als het apparaat binnen een netwerk wordt gebruikt.
  • Pagina 48 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT BEDIENINGSPANEEL Aanraakscherm Indicatoren BEELD VERZENDEN Op het aanraakscherm worden meldingen en toetsen weergegeven. • Indicator LIJN Druk op de weergegeven toetsen om de gewenste functies te Dit gaat branden tijdens het verzenden of ontvangen van een fax of bedienen.
  • Pagina 49 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT (10) (11) (12) (13) (14) (15) (16) (17) (18) Toets [WISSEN] ( (13) Toets [LOGOUT] ( Druk op deze toets het aantal kopieën terug te zetten op "0". Druk op deze toets om uit te loggen als u hebt ingelogd om het apparaat te gebruiken.
  • Pagina 50 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT AANRAAKSCHERM Dit gedeelte legt het gebruik van het aanraakpaneel uit. • Zie voor het invoeren van tekst "TEKST INVOEREN" (pagina 1-58). • Zie "Algemene handelingsmethoden" (pagina 7-4) in "7. SYSTEEMINSTELLINGEN" voor informatie over de schermen en procedures voor het gebruik van de systeeminstellingen.
  • Pagina 51 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Voorbeeld 4 Functieoverzicht Spec. Functies Kantlijn Schuiven:Rechts Dubbelz. Kopie Verschuiving Voor:10mm/Achter:10mm Normaal Rand:10mm Uitvoer Wissen Midden:10mm Belichting 2. A4R Kaften/ Voor:Dubbelzijdig/Achter:Invoegen Auto Bestand Insteekv Invoegsel A:10pagina/B:10pagina Snelbestand Kopieerfactor Origineel Papierformaat 100% Auto Auto Voorbeeld Normaal papier Als u ten minste één speciale functie selecteert, verschijnt de Door te drukken op de toets geeft u een lijst met de...
  • Pagina 52 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT STATUSWEERGAVE Als het basisscherm van een functie verschijnt, wordt aan de rechterkant van het aanraakscherm de machinestatus weergegeven. De getoonde informatie wordt hieronder uitgelegd. Voorbeeld: Basisscherm van de kopierfunctie Bezig met kopieren vanaf lade 1. Opdracht Status Opdracht Status Onderbreken...
  • Pagina 53 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT SYSTEEMBALK De systeembalk verschijnt onderaan het aanraakscherm. Hieronder wordt uitleg gegeven over de items in de systeembalk. MFP-status Spec. Functies 020/015 Dubbelz. Kopie Kopieren Normaal Uitvoer 020/015 Belichting Wachten 2. A4R Auto Bestand 020/015 Snelbestand Wachten Kopieerfactor Origineel...
  • Pagina 54 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Dit verschijnt wanneer de gegevensbeveiligingskit wordt gebruikt. Dit pictogram verschijnt wanneer de machine wordt verbonden met externe toepassingen. Wanneer er een USB-adapter voor draadloze netwerken op het apparaat is aangesloten • : Er is verbinding met een toegangspunt •...
  • Pagina 55 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT DE VOEDING IN- EN UITSCHAKELEN Het apparaat is voorzien van twee voedingsschakelaars. De hoofdschakelaar bevindt links achteraan. De andere stroomschakelaar is de toets [AAN] ( ) rechts bovenaan op het bedieningspaneel. Hoofdschakelaar Toets [AAN] Als de hoofdvoedingsschakelaar is ingeschakeld, brandt de hoofdvoedingsindicator op het bedieningspaneel.
  • Pagina 56 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT ENERGIEBESPARENDE FUNCTIES Dit product is voorzien van de volgende twee energiebesparende functies die voldoen aan Energy Star-richtlijnen om te helpen bij de instandhouding van onze natuurlijke energiebronnen en het terugdringen van de milieuvervuiling. Voorverwarmingsmodus (Verminderd energieverbruik) Deze functie verlaagt automatisch de temperatuur van de fuser voor een verminderd stroomverbruik wanneer het apparaat gedurende een onder "Instelling Voorverwarmingsfunctie"...
  • Pagina 57 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT GEBRUIKERSAUTHENTICATIE Met gebruikersauthenticatie wordt het gebruik van de machine beperkt tot gebruikers die geregistreerd zijn. De functies die iedere gebruiker mag gebruiken, kunnen worden opgegeven, zodat de machine kan worden aangepast aan de behoeften van uw werkplek. Wanneer de beheerder van de machine de gebruikersauthenticatie heeft inschakeld, moet elke gebruiker inloggen om de machine te gebruiken.
  • Pagina 58 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Tik op de toets [OK]. Gebruikersauthenticatie Nadat het ingevoerde gebruikersnummer is geauthenticeerd, wordt kort het aantallenscherm weergegeven. Gebruiksstatus: gebruikte/resterende pagina's Zwart-wit: 87,654,321/12,345,678 Aanm. beheer. Het aantal resterende pagina's verschijnt wanneer paginalimieten zijn ingesteld in "Lijst van paginalimietgroepen" in de systeeminstellingen (beheerder).
  • Pagina 59 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT AUTHENTICATIE OP BASIS VAN LOGINNAAM / WACHTWOORD Volg de onderstaande procedure om in te loggen met een van de beheerder van het apparaat of de beheerder van de LDAP-server ontvangen loginnaam of wachtwoord. Voor de LDAP-certificatie is de harde schijf vereist. Gebruikersauthenticatie Gebruikersnaam Gebruik.Naam...
  • Pagina 60 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Druk op de toets [Wachtwoord]. Gebruikersauthenticatie Er verschijnt een tekstinvoerscherm voor het invoeren van het wachtwoord. Voer uw wachtwoord in zoals opgeslagen onder "Gebruikerslijst" in de Gebruikersnaam systeeminstellingen (beheerder). Gebruik.Naam User 0001 Als u inlogt op een LDAP-server, voer dan het wachtwoord in dat is Wachtwoord opgeslagen bij uw loginnaam voor de LDAP-server.
  • Pagina 61 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Tik op de toets [OK]. Gebruikersauthenticatie Nadat de ingevoerde loginnaam en het ingevoerde wachtwoord zijn geauthenticeerd, wordt kort het aantallenscherm weergegeven. Gebruikersnaam Gebruik.Naam User 0001 Gebruiksstatus: gebruikte/resterende pagina's Zwart-wit: 87,654,321/12,345,678 Wachtwoord Auth. om: Lokaal aanmelden (Als LDAP-authenticatie wordt gebruikt, worden andere items in het Het aantal resterende pagina's verschijnt wanneer paginalimieten zijn scherm weergegeven.)
  • Pagina 62 Titel Gebruik deze toetsen om tussen de functies kopieren, beeld Dit geeft de titel van het scherm mijn menu weer. verzenden, documentarchivering en Sharp OSA te schakelen. Sneltoets Toetsnamen en afbeeldingen kunnen worden gewijzigd. (Alleen eerste Een geregistreerde functie verschijnt als sneltoets.
  • Pagina 63 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT EXTERNE BEDIENING VAN DE MACHINE Met de functie externe bediening kunt u de machine vanuit uw computer bedienen. Als deze functie is toegevoegd, verschijnt hetzelfde scherm als het bedieningspaneelscherm op uw computer. Daarmee kunt u de machine vanaf uw computer op dezelfde manier bedienen alsof u voor de machine staat.
  • Pagina 64 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT OPGESLAGEN ITEMS IN HET OPDRACHTLOGBOEK Voor deze functie is de harde schijf vereist. De machine slaat de uitgevoerde opdrachten op in het opdrachtlogboek. De belangrijkste informatie die wordt opgeslagen in het opdrachtlogboek wordt hieronder beschreven. •...
  • Pagina 65 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Itemnaam Beschrijving Onderwerp betreffende Uitvoer De uitvoermodus van een afdrukopdracht. afdrukopdracht Nieten De nietstatus. Aantal nietjes Het aantal nietjes. Printertint De gebruikte tint voor een afdrukopdracht. Onderwerp betreffende Direct Adres Adres van een beeldverzendopdracht. afbeelding verzenden Naam afzender Naam van de afzender van een beeldverzendopdracht.
  • Pagina 66 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Itemnaam Beschrijving Apparaatitem Modelnaam Geeft de modelnaam van de machine aan. Serienummer Geeft het serienummer van de machine aan. Naam Geeft de op de webpagina's ingestelde naam van de machine aan. Machinelocatie Geeft de op de webpagina's ingestelde locatie van de machine aan. *In sommige omgevingen wordt dit niet opgeslagen.
  • Pagina 67 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT OVER DE WEBPAGINA'S VAN DEZE MACHINE Deze machine beschikt over een webserver waar u toegang tot hebt vanaf uw computer om de machine te configureren. IP-adres controleren U kunt het IP-adres controleren door een lijst met alle instellingen af te drukken vanaf de systeeminstellingen van deze machine. Druk op de toets [SYSTEEM INSTELLINGEN].
  • Pagina 68 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT De webserver van de machine openen Als het apparaat is verbonden met een netwerk, hebt u toegang tot de ingebouwde webserver van het apparaat via de webbrowser van de pc. Open de ingebouwde webserver en geef de webpagina weer.
  • Pagina 69 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT UNIVERSEEL DESIGN IN HET APPARAAT Met universeel design wordt bepaald hoe gemakkelijk het is voor een gehandicapte of oudere gebruiker om een product te gebruiken. Er zijn allerlei maatregelen geïmplementeerd in de structuur en de software van dit apparaat, zodat het gemakkelijk kan worden gebruikt door gehandicapte of oudere gebruikers.
  • Pagina 70 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT UNIVERSEEL DESIGN OP HET VLAK VAN GEHOOR Hoorbare waarschuwingssignalen bij het wijzigen van instellingen Wanneer de gebruiker de instellingen voor kopieerfactor of contract doorloopt, hoort hij een geluid bij de standaardinstelling (kopieerfactor 100%, contrast 3). Selecteer [Systeeminstellingen] (Beheerder) - [Bedieningsinstellingen] - [Toetsgeluid] - en [Toetsgeluid bij beginpunt].
  • Pagina 71 Gebruik uitsluitend producten van SHARP als tonercartridges, nietcartridges voor de afwerkeenheid en transparantenfolie. Voor het beste kopieerresultaat raden wij u aan uitsluitend Sharp Genuine Supplies te gebruiken die zijn ontworpen, gemaakt en getest onder levensduur en de prestaties van Sharp producten te maximaliseren. Let op het Genuine Supplies-etiket op de tonerverpakking.
  • Pagina 72 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT PAPIER LADEN BELANGRIJKE OPMERKINGEN OVER PAPIER Dit hoofdstuk bevat informatie waarmee u vertrouwd moet zijn voordat u papier in de papierladen laadt. Lees dit hoofdstuk zorgvuldig door voordat u papier laadt. NAAM EN PLAATS VAN DE LADEN De benaming van de laden is als volgt: Handinvoerlade Papierlade 1...
  • Pagina 73 Normaal papier dat kan worden gebruikt • Normaal SHARP-standaardpapier (80 (21 lbs.)). Raadpleeg de specificaties in de Beknopte bedieningshandleiding voor papierspecificaties. • Ander normaal papier dan SHARP-standaard papier (60 tot 105 (16 lbs. tot 28 lbs.)) Gerecycled paper, gekleurd paper, reeds geperforeerd paper, voorbedrukt papier en briefpapier moeten voldoen aan dezelfde specificaties als normaal papier.
  • Pagina 74 • De beeldkwaliteit en geschiktheid voor fusing van het papier wisselt mogelijk naargelang de omgeving, bedrijfssituatie en papiereigenschappen. De afbeeldingkwaliteit is dan minder dan u zou verkrijgen op SHARP standaardpapier. Neem contact op met uw dealer of de dichtstbijzijnde erkende servicevertegenwoordiger als u advies wilt over het gebruik van deze soorten papier.
  • Pagina 75 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT PAPIERLADE-INSTELLINGEN VOOR PAPIERLADE 1 TOT 4 PAPIER LADEN EN PAPIERFORMAAT WIJZIGEN Er kunnen maximaal 500 vellen papier van formaat B5R tot A3 (8-1/2" x 11R tot formaat 11" x 17") in lade 1 tot 4 worden geladen. Trek de papierlade naar buiten.
  • Pagina 76 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Duw de papierlade rustig terug in het apparaat. Druk stevig tegen de lade totdat deze volledig in het apparaat zit. Als u een ander type of formaat papier hebt geladen dan ervoor, vergeet dan niet de "Papierlade-Instellingen" in de systeeminstellingen te wijzigen.
  • Pagina 77 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT PAPIER LADEN IN DE HANDINVOERLADE De handinvoer kan worden gebruikt voor het afdrukken op gewoon papier, enveloppen, etikettenvellen, tabpapier en andere speciale media. Er kunnen maximaal 100 vellen papier worden geladen (maximaal 40 vellen zwaar papier) voor ononderbroken afdrukken zoals met de andere laden. Open de handinvoerlade.
  • Pagina 78 HANDINVOERLADE • Bij het gebruik van ander gewoon papier dan het SHARP-standaardpapier of andere speciale media dan de door SHARP aanbevolen transparanten, of wanneer u afdrukt op de achterkant van eerder gebruikt papier, moet het papier met één vel tegelijk worden geladen. Als u meerdere vellen tegelijk laadt, zal het apparaat vastlopen.
  • Pagina 79 • Druk niet op beide zijden van een envelop af. Dit kan leiden tot vastlopen van het apparaat of een slechte afdrukkwaliteit. • Voor sommige typen enveloppen gelden beperkingen. Neem voor meer informatie contact op met een SHARP-onderhoudstechnicus. • In sommige bedieningsomgevingen kunnen smeren, strepen, vastlopen van het papier, slechte tonerfusing of apparaatstoringen optreden.
  • Pagina 80 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT ORIGINELEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u originelen in de automatische origineelinvoer en op de glasplaat plaatst. HET ORIGINEEL PLAATSEN ORIGINELEN IN DE AUTOMATISCHE ORIGINEELINVOER PLAATSEN In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe u originelen in de automatische origineelinvoer plaatst. Toegestane formaten voor originelen Minimaal formaat origineel Maximaal formaat origineel...
  • Pagina 81 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Zorg dat uw originelen niet op de glasplaat achterblijven. Open de automatische origineelinvoer, controleer of er geen origineel op de glasplaat aanwezig is en sluit de automatische origineelinvoer weer. Stel de origineelgeleiders af op de breedte van de originelen.
  • Pagina 82 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT HET ORIGINEEL OP DE GLASPLAAT PLAATSEN In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe u een origineel op de glasplaat plaatst. Toegestane formaten voor originelen Als het origineel van niet-standaardformaat is, zie dan de betreffende Maximaal formaat origineel onderstaande uitleg voor de door u gebruikte functie.
  • Pagina 83 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Een dik boek plaatsen Wanneer u een dik boek of een ander dik origineel plaatst, volgt u onderstaande stappen om het boek plat te drukken. Druk tegen de onderzijde van de automatische origineelinvoer. De scharnieren van de automatische origineelinvoer worden ontgrendeld en de achterzijde van de automatische origineelinvoer komt omhoog.
  • Pagina 84 RANDAPPARATUUR In dit gedeelte wordt de randapparatuur beschreven die samen met het apparaat kan worden gebruikt en wordt het gebruik uitgelegd van de afwerkingeenheid en de Sharp OSA (applicatie-communicatiemodule en module voor externe accounts). RANDAPPARATUUR Het apparaat kan worden voorzien van randapparatuur voor extra functionaliteit.
  • Pagina 85 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Productnaam Productnummer Beschrijving Sharpdesk 1 LICENTIEKIT MX-USX1 Sharpdesk 5 LICENTIEKIT MX-USX5 Deze software maakt geïntegreerd beheer van documenten en Sharpdesk 10 LICENTIEKIT MX-US10 computerbestanden mogelijk. Sharpdesk 50 LICENTIEKIT MX-US50 Sharpdesk 100 LICENTIEKIT MX-USA0 Hiermee wordt elke pagina van het origineel na het scannen in de Stempeleenheid AR-SU1 verzendmodus gestempeld.
  • Pagina 86 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT AFWERKINGEENHEID De afwerkingeenheid is voorzien van de staffelfunctie, die elke nieuwe uitvoer los van de vorige set neerlegt. Daarnaast kan iedere set gesorteerde uitvoer worden geniet. ONDERDEELNAMEN Als de afwerkingmodule openstaat, hebt u toegang tot de volgende onderdelen. (3) (4) Uitvoerlade Nietjesmagazijn...
  • Pagina 87 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT ONDERHOUD VAN DE AFWERKINGEENHEID Wanneer de nietjes in de nietjespatroon op zijn, verschijnt er een melding op het bedieningspaneel. Volg onderstaande stappen om de nietjespatroon te vervangen. De nietjespatroon vervangen Open het deksel. Druk de hendel naar links en schuif de afwerkingeenheid naar links totdat deze niet meer verdergaat.
  • Pagina 88 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Plaats de nieteenheid terug. Duw het nietjesmagazijn naar binnen totdat dit vastklikt. Schuif de afwerkingeenheid terug naar rechts. Schuif de afwerkingeenheid terug naar rechts totdat deze op zijn oorspronkelijke plaats vastklikt. Sluit de klep. Maak een testafdruk in de modus nietsorteren om te controleren of het apparaat correct niet. 1-47 Inhoudsopgave...
  • Pagina 89 Voor deze functie is de harde schijf vereist. Sharp OSA (Open Systems Architecture) is een standaard die het mogelijk maakt om informatie te delen en te distribueren op een dusdanig geavanceerde wijze zoals voorheen niet mogelijk was op een digitale multifunctionele machine zelf.
  • Pagina 90 De twee modi voor het gebruik van een externe account-applicatie worden hieronder uitgelegd. Externe authenticatiemodus Wanneer het selectievakje [Authenticatie door externe server inschakelen] wordt geselecteerd in "Instellingen extern account" van "Sharp OSA-instellingen" in de systeeminstellingen (beheerder), gaat de machine de externe authenticatiemodus in. Als de machine wordt aangezet in externe authenticatiemodus, opent de machine de externe account-applicatie en verschijnt het inlogscherm.
  • Pagina 91 UITSCHAKELEN" (pagina 1-14). Externe telmodus Wanneer enkel de instelling [Extern accountbeheer] wordt ingeschakeld in "Instellingen extern account" van "Sharp OSA-instellingen" in de systeeminstellingen (beheerder), gaat de machine de externe telmodus in. Anders dan bij de externe authenticatiemodus, wordt het inlogscherm van de externe account-applicatie niet weergegeven als de machine in de externe telmodus wordt gestart.
  • Pagina 92 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT ONDERHOUD In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het apparaat reinigt en hoe u de tonercartridge en de stempelcassette vervangt. REGELMATIG ONDERHOUD Om te waarborgen dat het apparaat optimale prestaties levert, moet het regelmatig worden gereinigd. Waarschuwing Gebruik geen ontvlambare sprays voor het reinigen van het apparaat.
  • Pagina 93 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Open de automatische origineelinvoer en verwijder het glasreinigingsmiddel. Reinig het automatische scangedeelte op de glasplaat met de glasreiniger. Plaats het glasreinigingsmiddel weer terug. 1-52 Inhoudsopgave...
  • Pagina 94 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT DE INVOERROL VAN DE HANDINVOERLADE REINIGEN Als het papier vaak vastloopt bij het laden van enveloppen of zwaar papier via de handinvoer, veeg dan het oppervlak van de invoerrol schoon met een schone zachte doek die is bevochtigd met water of een mild reinigingsmiddel. DE INVOERROL VAN DE AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOER REINIGEN Als er bij gebruik van de automatische documentinvoer lijnen of vuil op het gescande origineel verschijnen, veeg het oppervlak van de rol dan...
  • Pagina 95 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT DE TONERCARTRIDGES VERVANGEN Als een tonercartridge bijna leeg is, verschijnt er een bericht waarin u erop wordt gewezen de tonercartridge te vervangen. Houd één set vervangende tonercartridges bij de hand, zodat u altijd meteen een nieuwe tonercartridge kunt installeren wanneer de toner op is. Vervangingsbericht Als een tonercartridge leeg raakt, wordt het bericht "Laag Tonerniveau (Vervang de cassette niet, voor dit vereist is)"...
  • Pagina 96 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Open de voorklep. Druk op de ontgrendelingshendel, plaats uw Ontgrendelingshendel andere hand op de tonercartridge en trek deze eruit. Trek de tonercartridge voorzichtig horizontaal naar u toe. Als u de cartridge te hardhandig uittrekt, lekt er misschien toner. Houd de tonercartridge met beide handen vast zoals aangegeven en trek deze uit het apparaat.
  • Pagina 97 • Als een tonercartridge rechtop wordt bewaard, kan de toner hard worden en is hij niet langer bruikbaar. Bewaar tonercartridges altijd liggend op hun zijkant. • Als u een andere tonercartridge gebruikt dan door SHARP aanbevolen, krijgt u misschien geen optimale kwaliteit, terwijl het apparaat mogelijk wordt beschadigd. Gebruik een door SHARP aanbevolen tonercartridge.
  • Pagina 98 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT DE STEMPELCASSETTE VERVANGEN Wanneer een stempeleenheid op de automatische origineelinvoer (AR-SU1) is geïnstalleerd en de stempel wordt vaag, vervang dan de stempelcassette (AR-SV1). Verbruiksgoederen Stempelcassette (2 per pak) AR-SV1 Open de lade van de origineelinvoer Verwijder de stempelcartridge terwijl u hem naar beneden duwt Installeer een nieuwe stempelcassette.
  • Pagina 99 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT TEKST INVOEREN In dit gedeelte wordt de werking van het tekstinvoerscherm uitgelegd. FUNCTIES VAN DE BELANGRIJKSTE TOETSEN Toets Beschrijving Hiermee wordt het tekstinvoerscherm gewisseld van het scherm voor kleine letters naar het scherm voor hoofdletters. Het scherm Caps voor hoofdletters wordt weergegeven totdat opnieuw op de toets [Caps] wordt gedrukt, zodat deze niet langer is gemarkeerd.
  • Pagina 100 VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT Toets Beschrijving Toont uitleg van elke toets. Help Hiermee voert u eerder opgeslagen tekstreeksen in zoals ".com". .com .net .org Tekstreeksen worden in de systeeminstellingen opgeslagen. ☞ .biz .info http: 7. SYSTEEMINSTELLINGEN "Instelling sjabloon aanraaktoetsenbord" (pagina 7-67) Druk op deze toets om naar het vorige instelvenster te gaan zonder tekst in te voeren.
  • Pagina 101 De indeling van de toetsen in het tekstinvoerscherm op het aanraakscherm verschilt enigszins van de indeling van de toetsen op het externe toetsenbord. Gebruik een extern toetsenbord dat wordt aanbevolen door SHARP. Neem contact op met uw dealer of dichtstbijzijnde erkende servicevertegenwoordiger voor de aanbevolen toetsenborden.
  • Pagina 102 HOOFDSTUK 2 KOPIEERMACHINE In dit hoofdstuk vindt u uitgebreide uitleg over de procedures voor het gebruik van de kopieerfunctie. UITVOER ......... . . 2-31 VOORDAT U DE MACHINE ALS KOPIEERMACHINE •...
  • Pagina 103 KOPIEERMACHINE BEIDE ZIJDEN VAN EEN KAART KOPIËREN OP ÉÉN HANDIGE KOPIEERFUNCTIES VEL PAPIER (Kaart Formaat) ......2-77 EEN KOPIEERSESSIE ONDERBREKEN (kopiëren DE DATUM OF EEN STEMPEL AFDRUKKEN OP onderbreken).
  • Pagina 104 KOPIEERMACHINE VOORDAT U DE MACHINE ALS KOPIEERMACHINE GEBRUIKT Deze sectie bevat informatie waarmee u vertrouwd moet zijn voordat u de machine als een kopieermachine gebruikt. BASISSCHERM VAN DE KOPIEERFUNCTIE Druk op de toets [KOPIEREN] om het basisscherm van de kopieermodus te openen. Het basisscherm geeft berichten en toetsen voor het kopiëren weer en instellingen die zijn geselecteerd.
  • Pagina 105 KOPIEERMACHINE Weergave Papierformaat (13) Aangepaste toetsen Deze laat zien welk formaat papier er is geladen in elke lade. U kunt de toetsen die hier verschijnen wijzigen, zodat ze instellingen of Voor de handinvoerlade verschijnt de papiersoort boven het functies van uw voorkeur aangeven. ☞...
  • Pagina 106 KOPIEERMACHINE Aangepaste toetsen tonen Speciale functietoetsen en andere toetsen kunnen worden weergegeven in het basisscherm. Door vaak gebruikte functies aan deze toetsen toe te kennen, beschikt u met één druk op de toets over deze functies. U kunt "Toetsinstelling aanpassen" op de webpagina's gebruiken om de functie die aan een toets is toegekend te veranderen.
  • Pagina 107 KOPIEERMACHINE KOPIEERPROCEDURE Deze sectie legt de basisprocedure uit voor het kopiëren. Selecteer instellingen in de onderstaande volgorde, zodat het kopiëren soepel verloopt. Zie de uitleg over elke instelling in dit hoofdstuk voor uitgebreide procedures voor het selecteren van instellingen. Plaats het origineel. Plaats het origineel in de invoerlade van de automatische origineelinvoer of op de glasplaat.
  • Pagina 108 KOPIEERMACHINE Uitvoerinstellingen Selecteer de kopieeruitvoerinstellingen. Uitvoer De hoofdinstellingen zijn de volgende: ☞ • Sorteerfunctie Sorteerfunctie (pagina 2-32) Staffel- Rechter lade ☞ Lade • Groepeerfunctie Groepeerfunctie (pagina 2-32) ☞ Staffel • Staffelfunctie Staffelfunctie (pagina 2-32) ☞ • Sorteren nieten-modus Functie Nietsorteren (pagina 2-33) Sorteren Sorteren...
  • Pagina 109 KOPIEERMACHINE • Indien een of meer speciale functies zijn geselecteerd, verschijnt de toets in het basisscherm. Druk op de toets om een lijst van de geselecteerde speciale functies weer te geven. Zo kunt u controleren welke speciale functies zijn geselecteerd en welke instellingen daarvoor gelden. ☞...
  • Pagina 110 KOPIEERMACHINE ORIGINELEN FORMAAT ORIGINEEL CONTROLEREN Wanneer [Auto] verschijnt in de toets [Origineel], wordt het formaat van het geplaatste origineel automatisch herkend. Bij plaatsing van het origineel wordt het formaat automatisch door de machine waargenomen en wordt het formaat weergegeven in de toets [Origineel] op het basisscherm. Voorbeeld van basisscherm Het origineelformaat wordt weergegeven.
  • Pagina 111 KOPIEERMACHINE Standaard richting om het origineel te plaatsen Plaats originelen zo in de origineelinvoerlade of op het documentglas dat de boven- en onderrand van het origineel liggen als aangegeven in de illustratie. In geval het origineel niet op de juiste manier is geplaatst en er een functie zoals nieten is geselecteerd, kan het zijn dat de nietposities niet correct zijn.
  • Pagina 112 KOPIEERMACHINE PAPIERLADEN De machine is ingesteld om automatisch een lade te selecteren die hetzelfde papierformaat heeft als het formaat van het geplaatste origineel (automatische papierladeselectie). U kunt de papierlade handmatig selecteren als het juiste papierformaat niet is geselecteerd of als u het papierformaat wilt wijzigen. Druk op de toets [Papierformaat].
  • Pagina 113 KOPIEERMACHINE BASISPROCEDURE OM KOPIEËN TE MAKEN In dit gedeelte worden de basisprocedures uitgelegd voor het maken van kopieën, inclusief de keuze van de kopieerfactor en andere kopieerinstellingen. KOPIEËN MAKEN KOPIEËN MAKEN MET DE AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u kopieën maakt (1-zijdige kopieën van 1-zijdige originelen) met de automatische documentinvoer. Plaats de originelen met de kopiezijde naar boven in de documentinvoerlade met de vellen Markeerstreep...
  • Pagina 114 KOPIEERMACHINE Stel het aantal kopieën (aantal sets) in met de cijfertoetsen. Spec. Functies Dubbelz. Kopie Normaal • U kunt maximaal 999 kopieën (sets) instellen. • U kunt één kopie maken, ook al verschijnt "0" voor het aantal kopieën. Als het aantal kopieën niet juist is ingesteld... Druk op de toets [WISSEN] ( ) en voer het juiste aantal in.
  • Pagina 115 KOPIEERMACHINE EEN KOPIE MAKEN MET DE GLASPLAAT Als u een kopie wilt maken van een boek of ander dik origineel dat niet met de automatische documentinvoer gescand kan worden, opent u de automatische documentinvoer en plaatst u het origineel op de glasplaat. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een kopie maakt (1-zijdige kopieën van 1-zijdige originelen) met de glasplaat.
  • Pagina 116 KOPIEERMACHINE Stel het aantal kopieën (aantal sets) in met de cijfertoetsen. Spec. Functies Dubbelz. Kopie Normaal • U kunt maximaal 999 kopieën (sets) instellen. • U kunt één kopie maken, ook al verschijnt "0" voor het aantal kopieën. Als het aantal kopieën niet juist is ingesteld... Druk op de toets [WISSEN] ( ) en voer het juiste aantal in.
  • Pagina 117 KOPIEERMACHINE AUTOMATISCH 2-ZIJDIG KOPIËREN 2-ZIJDIGE KOPIEËN MAKEN MET DE AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID Originelen Originelen Originelen Kopieën Kopieën Kopieën Automatisch 2-zijdig kopiëren van 1-zijdige Automatisch 2-zijdig kopiëren van 2-zijdige 1-zijdig kopiëren van 2-zijdige originelen originelen originelen Als u op beide zijden van een vel kopieert, bespaart u papier. Plaats de originelen met de kopiezijde naar boven in de documentinvoerlade met de vellen Markeerstreep...
  • Pagina 118 KOPIEERMACHINE Controleer het te gebruiken papier. Spec. Functies Verzeker u ervan dat het gewenste papier (lade) is geselecteerd. Dubbelz. Kopie • Druk op de toets [Papierformaat] als u het papier (en lade) wilt wijzigen. Normaal ☞ PAPIERLADEN (pagina 2-11) Uitvoer Belichting 2.
  • Pagina 119 KOPIEERMACHINE AUTOMATISCH 2-ZIJDIG KOPIËREN MET DE GLASPLAAT Originelen Kopieën Automatisch 2-zijdig kopiëren van 1-zijdige originelen Open de documentinvoer, plaats het origineel met de bovenzijde naar beneden op de glasplaat en sluit voorzichtig de documentinvoer. Schaalaanduiding van de Schaalaanduiding van de glasplaat glasplaat merkteken...
  • Pagina 120 KOPIEERMACHINE Selecteer de modus 2-zijdig kopiëren. Druk op de toets [1-zijdig naar 2-zijdig]. 2-Zijdige Kopie Tik op de toets [OK]. Inbinden Veranderen • Wanneer de origineelklep is geïnstalleerd, worden de toetsen [Dubbelzijdig naar dubbelzijdig] en [Dubbelzijdig naar enkelzijdig] niet weergegeven. •...
  • Pagina 121 KOPIEERMACHINE Druk op de toets [Lezen Klaar]. Plaats volgend origineel. Druk op [Start]. Druk op [Lezen klaar] indien gereed. Lezen Klaar Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren... Druk op de toets [STOP] ( Systeeminstellingen (Beheerder): Instellingen Oorspronkelijke Status (2-Zijdige Kopie) De standaard 2-zijdig kopieerfunctie kan worden gewijzigd.
  • Pagina 122 KOPIEERMACHINE BELICHTING EN TYPE ORIGINEEL BEELD WIJZIGEN U kunt het belichtingsniveau en het type origineel beeld selecteren, zodat u een duidelijke kopie krijgt. BELICHTING EN TYPE ORIGINEEL BEELD AUTOMATISCH AANPASSEN Standaard worden het belichtingsniveau en het origineeltype automatisch aangepast aan het origineel dat u kopieert. ("Auto" wordt weergegeven.) Deze functie past het beeld automatisch aan om de meeste geschikte kopie te verkrijgen.
  • Pagina 123 KOPIEERMACHINE Pas het belichtingsniveau aan. Belichting Druk op de toets om de kopie donkerder te maken. Auto Druk op de toets om de kopie lichter te maken. • Een kopie of afgedrukte pagina als origineel gebruiken Handmatig Type Origineel Beeld Wanneer u een kopie of op het apparaat afgedrukte pagina gebruikt als Tekst/ Tekst/Foto...
  • Pagina 124 KOPIEERMACHINE VERGROTEN/VERKLEINEN/ZOOM KOPIEERFACTOR AUTOMATISCH SELECTEREN (Auto Image) In dit gedeelte wordt de functie kopieerfactor automatisch selecteren (Auto Image) uitgelegd. Hiermee wordt automatisch de kopieerfactor geselecteerd die overeenkomt met het papierformaat. De toets [Auto Image] verschijnt in het basisscherm van de kopieermodus als de papierlade handmatig wordt verwisseld. Druk op [Auto Image] om de vergroot- of verkleinfactor automatisch te selecteren op basis van het origineelformaat en het geselecteerde papierformaat.
  • Pagina 125 KOPIEERMACHINE KOPIEERFACTOR HANDMATIG SELECTEREN (Vaste kopieerfactor/Zoom) Druk op [Kopieerfactor] in het basisscherm van de kopieermodus om een van de vijf vooraf ingestelde vergrootfactoren of vijf vooraf ingestelde verkleiningsfactoren (maximum 400%, minimum 25%) te selecteren. Bovendien kunt u met de zoomtoetsen elke kopieerfactor tussen 25% en 400% selecteren in stappen van 1%. Stel de kopieerfactor in.
  • Pagina 126 KOPIEERMACHINE Tik op de toets [OK]. Kopieerfactor Nadat u op [OK] hebt gedrukt, controleert u of een papierformaat is geselecteerd dat geschikt is voor die kopieerfactor. 115% Zoom 122% 141% 100% Auto Image X-y zoom Wanneer de automatische documentinvoer wordt gebruikt, varieert de selecteerbare verhouding van 25% tot 200%. Als u de kopieerfactor wilt terugzetten op 100%...
  • Pagina 127 KOPIEERMACHINE DE LENGTE EN BREEDTE AFZONDERLIJK VERGROTEN/VERKLEINEN (X-y zoom) Met de functie X-y zoom kunt u de horizontale en verticale kopieerfactor afzonderlijk wijzigen. Zowel de horizontale als de verticale kopieerfactor kunt u in stappen van 1% instellen tussen 25% en 400%. Druk op [Kopieerfactor] in het basisscherm van de kopieermodus en volg de onderstaande stappen.
  • Pagina 128 KOPIEERMACHINE FORMATEN ORIGINEEL FORMAAT ORIGINEEL OPGEVEN Als het origineel geen standaardformaat heeft of niet juist wordt gedetecteerd, geeft u het formaat van het origineel handmatig op. Druk op [Origineel] in het basisscherm van de kopieermodus en volg de onderstaande stappen. Het origineelformaat opgeven met het AB-systeem Druk op de betreffende toets voor het origineelformaat.
  • Pagina 129 KOPIEERMACHINE Voer het formaat van het origineel in. Geef de X (horizontale) afmeting van het origineel op. Origineel Druk op de cijferweergavetoets voor X (breedte) om een Formaat invoer Annuleren cijferinvoerscherm te openen. Voer de breedte van het origineel met de cijfertoetsen in, en druk op [OK] in het cijferinvoerscherm.
  • Pagina 130 KOPIEERMACHINE Sla het formaat van het origineel op. Origineel Druk op de tab [Opslaan/Verwijderen]. Aangepast Form Druk op een toets om een aangepast formaat op te slaan. X254 Y210 Druk op een toets die geen formaat aangeeft ( Oproepen Opslaan/Verwijderen Als u een eerder opgeslagen toets wilt bewerken of wissen...
  • Pagina 131 KOPIEERMACHINE Een opgeslagen origineelformaat oproepen Druk op [Origineel] in het basisscherm van de kopieermodus en volg de onderstaande stappen om een opgeslagen origineelformaat op te roepen. Druk op de toets [Aangepast Form]. Origineel Auto Handmatig Inch 216x340 216x343 Invoer Formaat Aangepast Form Roep het gewenste opgeslagen origineelformaat Origineel...
  • Pagina 132 KOPIEERMACHINE UITVOER Als u uitvoerfuncties en de uitvoerlade wilt selecteren, drukt u op de toets [Uitvoer] in het basisscherm van de kopieermodus. U kunt de volgende uitvoerfuncties selecteren: sorteren, groeperen, staffelen en nietsorteren. Bij de uitleg van de onderstaande instellingen wordt ervan uitgegaan dat er een afwerkheid is geïnstalleerd.
  • Pagina 133 KOPIEERMACHINE UITVOERFUNCTIES In dit gedeelte worden alle uitvoerfuncties uitgelegd. Sorteerfunctie Groepeerfunctie Hiermee sorteert u uitvoer tot sets. Met deze functie groepeert u kopieën per pagina. Voorbeeld: De uitvoer sorteren in 5 sets Voorbeeld: Groepen van 5 kopieën van elke pagina Originelen Uitvoer Originelen...
  • Pagina 134 KOPIEERMACHINE Functie Nietsorteren Met de nietsorteerfunctie wordt de uitvoer gesorteerd tot sets en elke set wordt geniet en naar de lade gezonden. Hieronder ziet u een overzicht van het verband tussen nietpositie, papierstand, toegestane papierformaten om te nieten en het aantal vellen dat kan worden geniet.
  • Pagina 135 KOPIEERMACHINE Plaatsingsrichting origineel (voor nietsorteren) Wanneer u de functie nietsorteren gebruikt, moet u het origineel plaatsen zoals hieronder aangegeven. Dan kan het papier op de juiste plaats worden geniet. Nietsorteren Lade origineelinvoer Glasplaat Eén nietje (boven) 2-34 Inhoudsopgave...
  • Pagina 136 KOPIEERMACHINE KOPIEËN MAKEN MET DE HANDINVOER Naast normaal papier kunt u met de handinvoer ook kopieën maken op transparanten, enveloppen, tabpapier en andere speciale media. Zie voor meer informatie over papier dat in de handinvoerlade kan worden geplaatst, "BELANGRIJKE OPMERKINGEN OVER PAPIER"...
  • Pagina 137 KOPIEERMACHINE Controleer de instelling voor het papierformaat Papierformaat van de handinvoerlade. Druk op de papierformaattoets als u de instelling moet Papierlade Doorvoerlade wijzigen. Normaal papier Normaal papier Ga naar stap 7 als u het papierformaat en -type dat onder "Handinvoerlade" 2.
  • Pagina 138 KOPIEERMACHINE Selecteer de handinvoer. Druk op de papierformaattoets van de handinvoerlade. Papierformaat Tik op de toets [OK]. Papierlade Doorvoerlade Normaal papier Normaal papier 2. A4R Normaal papier 3. B4 Normaal papier 4. A3 Normaal papier Druk op [START]. Het scannen begint. •...
  • Pagina 139 KOPIEERMACHINE SPECIALE FUNCTIES Dit hoofdstuk geeft uitleg over Kantlijn Verschuiving, Wissen, Dubbelz. kopie en andere speciale functies. SPECIALE FUNCTIES Het menuscherm voor speciale functies verschijnt als in het basisscherm de toets [Spec. Functies] wordt ingedrukt. Het menu van speciale functies bestaat uit twee sch ermen.
  • Pagina 140 KOPIEERMACHINE Menu voor speciale functies (tweede scherm) Spec. Functies Scherpte Stempel Beeld bewerken Bestand Snelbestand Proefafdruk Aantal Origineel Langzame gem. form. originelen scanmodus Toets [Stempel] Toets [Proefafdruk] ☞ ☞ DE DATUM OF EEN STEMPEL AFDRUKKEN OP KOPIEËN KOPIEËN CONTROLEREN ALVORENS AF TE DRUKKEN (Stempel) (pagina 2-80) (Proefafdruk)
  • Pagina 141 KOPIEERMACHINE De toets [OK] en de toets [Annuleren] In sommige gevallen verschijnen er in de schermen voor speciale functies twee toetsen [OK] en één toets [Annuleren]. De toetsen worden op de volgende manier gebruikt: Spec. Functies Kantlijnverschuiving Annuleren Rechts Links Omlaag Zijde 1 Zijde 2...
  • Pagina 142 KOPIEERMACHINE MARGES TOEVOEGEN (kantlijnverschuiving) Met deze functie verschuift u de gekopieerde afbeelding naar rechts, links, omhoog of omlaag om de kantlijn aan te passen. Dit is handig wanneer u de kopieën wilt binden met een touwtje of in een band. Door de afbeelding naar rechts te verschuiven kunt u de kopieën aan de linkerrand binden met een touwtje.
  • Pagina 143 KOPIEERMACHINE Druk op [START]. Het kopiëren begint. Als u de glasplaat gebruikt om meerdere originelen te kopiëren, vindt het kopiëren plaats terwijl u elk origineel scant. Vervang de originelen en druk op [START] wanneer u de sorteerfunctie heeft geselecteerd. Herhaal dit tot alle pagina's zijn gescand en druk dan op [Lezen Klaar]. Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
  • Pagina 144 KOPIEERMACHINE RANDSCHADUWEN WISSEN (wissen) De functie Wissen wordt gebruikt om schaduwen te voorkomen die aan de randen van afbeeldingen kunnen optreden bij het kopiëren van dikke originelen of boeken. Als u een dik boek kopieert... Zonder de wisfunctie Met de wisfunctie Hier vormen zich schaduwranden Er verschijnen schaduwranden Er verschijnen geen...
  • Pagina 145 KOPIEERMACHINE Selecteer de wisinstellingen. Druk op de gewenste wisfunctie. Spec. Functies Selecteer een van de vier posities. Wissen Annuleren Raak de toets [Zijkant wissen] aan om het volgende scherm te openen. Wissen Rand Midden Rand+Midden Rand Midden Wissen Wissen Wissen Zijkant wissen Annuleren (0~20)
  • Pagina 146 KOPIEERMACHINE NAAST ELKAAR LIGGENDE PAGINA'S VAN EEN INGEBONDEN DOCUMENT KOPIËREN (dubbelzijdige kopie) Met de functie dubbelzijdige kopie krijgt u afzonderlijke kopieën van twee documentpagina's die u naast elkaar op de glasplaat plaatst. Deze functie is nuttig wanneer u kopieën maakt van de naast elkaar liggende pagina's van een boek of ander ingebonden document. De naast elkaar liggende pagina's van een boek of ingebonden document kopiëren Boek of ingebonden document De naast elkaar liggende pagina's...
  • Pagina 147 KOPIEERMACHINE Selecteer Dubbelz. Kopie. Druk op de toets [Spec. functies]. Spec. Functies ☞ SPECIALE FUNCTIES (pagina 2-38) Druk op de toets [Dubbelz. Kopie] zodat deze wordt Kantlijn Dubbelz. Wissen Verschuiving Kopie gemarkeerd. Opdracht Tandem- Inbindkopie Samenstel. Kopie Tik op de toets [OK]. Kaften/ Transparant- U keert terug naar het basisscherm van de kopieerfunctie.
  • Pagina 148 KOPIEERMACHINE KOPIEËN MAKEN VOOR BOEKJE (Inbindkopie) Met deze functie kopieert u twee origineelpagina's op de voorkant en twee origineelpagina's op de achterkant van elk vel papier, zodat u de kopieën op de middellijn kunt vouwen tot een boekje. Deze functie is handig om kopieën te combineren tot een aantrekkelijk boekje of brochure. Inbindkopie met acht origineelpagina's Originelen Als boekje...
  • Pagina 149 KOPIEERMACHINE Selecteer de inbindkopie kopieerinstellingen. Spec. Functies Druk op de toets [1-Zijdig] als het origineel 1-zijdig is. Inbindkopie Annuleren Druk op de toets [2-Zijdig] als het origineel 2-zijdig is. Wanneer de origineelklep is geïnstalleerd, wordt de toets [2-Zijdig] niet weergegeven. Selecteer de inbindrand ([Rug Links] of [Rug Rechts]).
  • Pagina 150 KOPIEERMACHINE Tik op de toets [OK]. Spec. Functies U keert terug naar het basisscherm van de kopieerfunctie. Inbindkopie Annuleren Origineel 1-Zijdig 2-Zijdig Links Rechts Kaftinst. Druk op [START]. Het kopiëren begint. Vervang de originelen en druk op [START] wanneer u de glasplaat gebruikt. Herhaal dit tot alle pagina's zijn gescand en druk dan op [Lezen Klaar]. Als u het scannen van het origineel en het kopiëren wilt annuleren...
  • Pagina 151 KOPIEERMACHINE EEN GROOT AANTAL ORIGINELEN TEGELIJK KOPIËREN (opdracht samenstellen) Druk op deze toets wanneer u dunne originelen wilt scannen met behulp van de automatische documentinvoerlade. Als u een groot aantal originelen kopieert, kunt u met deze functie de originelen in sets verdelen om vervolgens elke set afzonderlijk in de automatische documentinvoerlade te plaatsen.
  • Pagina 152 KOPIEERMACHINE Druk op de toets [START] om de eerste set originelen te scannen. Het scannen begint. Om het scannen te annuleren... Druk op de toets [STOP] ( Plaats de volgende set originelen en druk op de toets [START]. Herhaal deze stap totdat u alle originelen hebt gescand. De kopieerinstellingen (alleen Belichting, Papierformaat en Kopieerfactor) kunnen voor iedere set originelen worden gewijzigd.
  • Pagina 153 KOPIEERMACHINE De kopieerinstellingen wijzigen voor elke set originelen De kopieerinstellingen (alleen Belichting, Papierformaat en Kopieerfactor) kunnen voor iedere set originelen worden gewijzigd. Voer onderstaande stap uit voordat u op de [Start]-toets drukt om de originelen in stap 4 hierboven te scannen. Druk op [Wijzigen].
  • Pagina 154 KOPIEERMACHINE EEN GROOT AANTAL KOPIEËN MAKEN MET TWEE MACHINES (tandemkopie) Voor deze functie is de harde schijf vereist. Voor deze functie moet de harde schijf uitbreidingskit zijn geïnstalleerd. Een grote kopieeropdracht kunt u verdelen over twee apparaten die zijn aangesloten op hetzelfde netwerk. Op elk apparaat wordt de helft van de kopieën afgedrukt, zodat minder tijd nodig is voor de opdracht.
  • Pagina 155 KOPIEERMACHINE Stel het aantal kopieën (aantal sets) in met de cijfertoetsen. U kunt maximaal 999 kopieën (sets) instellen. Wanneer u drukt op de toets [START], worden de kopieën automatisch verdeeld tussen de master- en slave-apparaten. Als u een oneven aantal kopieën instelt, wordt de extra set afgedrukt door het master-apparaat.
  • Pagina 156 KOPIEERMACHINE In deze situatie... Als het papier van het apparaat op raakt Als het papier van het master-apparaat of het slave-apparaat opraakt, wordt de opdracht opgeschort in het apparaat waar het papier op is, terwijl het apparaat dat nog papier bevat, doorgaat. Wanneer het papier wordt bijgevuld op het apparaat waar het op was, wordt de opdracht hervat. Als gebruikersauthenticatie is ingeschakeld Gebruikersauthenticatie is ingeschakeld op het master-apparaat: tandem-kopie is mogelijk.
  • Pagina 157 KOPIEERMACHINE ANDER SOORT PAPIER GEBRUIKEN VOOR OMSLAGEN (Kaften/Insteekvellen) Voor deze functie is de automatische documentinvoer vereist. Als u de automatische documentinvoer gebruikt, kunt u andere soorten papier invoegen als voor- en achterkaft van een kopieeropdracht. Ook kunt u een ander soort papier toevoegen als insteekvel op gespecificeerde pagina's. Voorbeeld van het toevoegen van kaften Voorbeeld van het toevoegen van insteekvellen Originelen...
  • Pagina 158 KOPIEERMACHINE KAFTEN INVOEGEN IN KOPIEN (kaftinstellingen) Voor deze functie is de automatische documentinvoer vereist. U kunt een ander soort papier invoegen op plaatsen die overeenkomen met de voorkaft en de achterkaft van een kopieeropdracht. Dit is nuttig om documenten in aantrekkelijke vorm te ordenen en om een ander soort papier te gebruiken als kaft op een ramingspagina of een vergelijkbaar document.
  • Pagina 159 KOPIEERMACHINE Selecteer de instellingen voor de kaft. Als u wilt kopiëren op de kaft, drukt u op de toets [Ja]. Voorz./invgs. Druk anders op de toets [Nee]. Instelling Voorkaft Annuleren Als de toets [Nee] wordt ingedrukt, wordt alleen het invoegen van een Papierlade Afdrukken op voorkaft voor-/achterblad uitgevoerd.
  • Pagina 160 KOPIEERMACHINE Tik op de toets [OK]. Spec. Functies U keert terug naar het basisscherm van de kopieerfunctie. Kaften/Insteekv Annuleren Druk op de toets [Invoeg-Type A] of de toets [Invoeg-Type B] om Kaftinstelling Invoeg instellingen invoeginstellingen te selecteren. ☞ INSTEEKVELLEN INVOEGEN IN KOPIEËN (Invoeginstellingen) Invoeg- Voor- Type A...
  • Pagina 161 KOPIEERMACHINE INSTEEKVELLEN INVOEGEN IN KOPIEËN (Invoeginstellingen) Voor deze functie is de automatische documentinvoer vereist. U kunt op opgegeven pagina's van kopieën automatisch een ander soort papier invoegen. U kunt twee soorten papier gebruiken als insteekvellen, en de insteekposities voor beide afzonderlijk opgeven. U kunt kaften gebruiken in combinatie met insteekvellen.
  • Pagina 162 KOPIEERMACHINE Selecteer de instellingen voor invoegen. Druk op [Ja] als u op het insteekvel wilt kopiëren. Druk Voorz./invgs. anders op de toets [Nee]. Instellingen Invoegtype A Annuleren Als de toets [Nee] is ingedrukt, wordt alleen het invoeren van een Papierlade Afdruk op insteekvellen insteekvel uitgevoerd.
  • Pagina 163 KOPIEERMACHINE Druk op de toets [Invoeginstell.]. Spec. Functies Kaften/Insteekv Annuleren Invoeg instellingen Kaftinstelling Invoeg- Voor- Kaft Type A Invoeginstell. Invoeg- Achter- Type B Kaft Paginaopmaak Lade-Instel. Geef de pagina's op waar insteekvellen A en B worden ingevoegd. Voorz./invgs. Druk op de toets [Invoegtype A] of de toets Invoeginstellingen [Invoegtype B].
  • Pagina 164 KOPIEERMACHINE Tik op de toets [OK]. Spec. Functies U keert terug naar het basisscherm van de kopieerfunctie. Kaften/Insteekv Annuleren Druk op de toets [Voorkaft] of de toets [Achterkaft] om de kaftinstellingen te Invoeg instellingen Kaftinstelling selecteren. ☞ KAFTEN INVOEGEN IN KOPIEN (kaftinstellingen) (pagina 2-57) Voor- Invoeg-...
  • Pagina 165 KOPIEERMACHINE KAFT/INSTEEKVELINSTELLINGEN WIJZIGEN (paginaopmaak) Voor deze functie is de automatische documentinvoer vereist. U kunt kaft- en insteekvelinstellingen combineren. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u instellingen voor voltooide kaften en insteekvellen controleert, en insteekvellen wijzigt of wist. Insteekvel A wijzigen van pagina 4 tot pagina 5 Pagina 4, insteekvel A Pagina 5, insteekvel A Pagina 7, insteekvel B...
  • Pagina 166 KOPIEERMACHINE Voorbeeld: Druk op insteekvel A op pagina 4. Druk op de toets voor de pagina die u wilt wissen of wijzigen. Voorz./invgs. Als u de instelling niet hoeft te wijzigen, druk dan op [OK] en ga verder met Paginaopmaak stap 6.
  • Pagina 167 KOPIEERMACHINE Wijzig de instellingen voor invoegtype A/B. Voorz./invgs. De instellingen worden op dezelfde manier gewijzigd zoals ze aanvankelijk Invoeging Wijzigen waren geconfigureerd. Zie stap 7 van "INSTEEKVELLEN INVOEGEN IN KOPIEËN (Invoeginstellingen)" (pagina 2-60) om de instellingen voor Insteekpagina insteekvellen te wijzigen. Invoeg- Invoeg- Nadat u de instellingen hebt gewijzigd, drukt u op [OK] en keert u terug naar...
  • Pagina 168 KOPIEERMACHINE INSTEEKVELLEN TOEVOEGEN BIJ KOPIËREN OP TRANSPARANTEN (Transparant-insteekvellen) Wanneer u kopieert op transparanten, blijven de vellen mogelijk aan elkaar plakken door de statische elektriciteit. Met de functie transparant-insteekvellen kunt u automatisch een vel papier invoegen tussen elk vel transparant, zodat u de transparanten gemakkelijk kunt pakken. Ook kunt u kopiëren op de insteekvellen.
  • Pagina 169 KOPIEERMACHINE Selecteer de instellingen voor invoegen. Selecteer of er wordt gekopieerd op het insteekpapier: Spec. Functies ([Ja] of [Nee]). Transparant-Insteekvellen Annuleren Tik op de toets [OK]. Papierlade Afdruk op insteekvellen U keert terug naar het basisscherm van de kopieerfunctie. Uitleg van (A) Lade1 Wanneer transparanten worden geselecteerd als invoegvellen, wordt er automatisch geschikt papier geselecteerd voor de invoegvellen.
  • Pagina 170 KOPIEERMACHINE MEERDERE ORIGINELEN OP ÉÉN VEL KOPIËREN (Multishot) U kunt meerdere origineelpagina's in één uniforme lay-out kopiëren op één vel papier. Selecteer 2-in-1 als u twee origineelpagina's wilt kopiëren op één vel, of 4-in-1 om vier origineelpagina's te kopiëren op één vel. Deze functie is handig als u meerdere pagina's compact wilt presenteren of een overzicht wilt geven van alle pagina's in een document.
  • Pagina 171 KOPIEERMACHINE Selecteer het aantal originelen dat u wilt kopiëren (3) (2) op één vel papier, de lay-out en de rand. Spec. Functies Druk op de toets [2-in-1] of [4-in-1]. Multishot Annuleren Zo nodig worden de afbeeldingen gedraaid. Lay-out Selecteer de lay-out. 2-in-1 4-in-1 Selecteer de volgorde waarin de originelen worden geordend op de...
  • Pagina 172 KOPIEERMACHINE EEN BOEKJE KOPIËREN (boekkopie) Met deze functie maakt u een kopie van de twee naast elkaar liggende pagina's van een open boek of ander ingebonden document. Met deze functie maakt u kopieën die u op de middellijn kunt vouwen om een boekje te maken. Deze functie is handig om kopieën te combineren tot een aantrekkelijk boekje of brochure.
  • Pagina 173 KOPIEERMACHINE Selecteer de inbindkopie kopieerinstellingen. Selecteer de inbindpositie ([Rug Links] of [Rug Spec. Functies Rechts]). Boekkopie Annuleren Druk op de toets [Kaftinstelling] om een kaft in te voegen. Als u geen kaft toevoegt, gaat u door met stap 4. Links Rechts Kaftinst.
  • Pagina 174 KOPIEERMACHINE Tik op de toets [OK]. Spec. Functies U keert terug naar het basisscherm van de kopieerfunctie. Annuleren Boekkopie Links Rechts Kaftinst. Plaats het origineel met de voorzijde naar onderen op de glasplaat. Plaats de geopende voor- en achterkaft met de bedrukte zijde omlaag. Druk op de toets [START] om het eerste origineel te scannen.
  • Pagina 175 KOPIEERMACHINE Druk op de toets [Lezen Klaar]. Plaats volgend origineel. Druk op Het kopiëren begint. [Start]. Druk op [Lezen klaar] indien gereed. Lezen Klaar Als u scannen en kopiëren wilt annuleren... Druk op de toets [STOP] ( • Er worden vier origineelpagina's gekopieerd op elk vel papier. Als het totaal aantal originelen geen veelvoud van vier is, worden aan het eind automatisch blanco pagina's toegevoegd.
  • Pagina 176 KOPIEERMACHINE OPSCHRIFTEN KOPIËREN OP TABBLADEN (tabkopie) U kunt opschriften kopiëren op de tabs van tabbladen. Maak de juiste originelen voor de opschriften. Tabkopie is mogelijk via de handinvoerlade. Maak originelen die overeenkomen De afbeelding wordt met de posities van de tabs. verschoven door de breedte VERHOUDING TUSSEN ORIGINELEN EN HET TABPAPIER Tabkopie maken met rug links...
  • Pagina 177 KOPIEERMACHINE Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Speciale functies selecteren. Druk op de toets [Spec. Functies]. Druk op de toets [Tabkopie]. ☞ Menu voor speciale functies (eerste scherm) (pagina 2-38) Stel de tabbreedte in.
  • Pagina 178 KOPIEERMACHINE BEIDE ZIJDEN VAN EEN KAART KOPIËREN OP ÉÉN VEL PAPIER (Kaart Formaat) Wanneer u een kaart kopieert, kunt u met deze functie de voor- en achterkant samen kopiëren op één vel papier. Deze functie is handig om kopieën te maken ter identificatie en om papier te sparen. Kopieën Originelen Voorzijde...
  • Pagina 179 KOPIEERMACHINE Selecteer instellingen Kaart Formaat. Voer het formaat van het origineel in. Spec. Functies Terwijl de toets [X] is gemarkeerd, voert u de horizontale afmeting (X) Kaart Formaat Annuleren van het origineel in met de toetsen Druk op de toets [Y] en voer de verticale afmeting (Y) van het origineel in met de toetsen (25~210) Passend...
  • Pagina 180 KOPIEERMACHINE • U moet het origineel op de glasplaat plaatsen. • U kunt alleen kopiëren op papier van standaardformaat. • X-y zoom kunt u niet gebruiken wanneer u deze functie gebruikt. • U kunt de afbeelding niet draaien wanneer u deze functie gebruikt. Kaart Formaat annuleren...
  • Pagina 181 KOPIEERMACHINE DE DATUM OF EEN STEMPEL AFDRUKKEN OP KOPIEËN (Stempel) Met deze functie drukt u de datum, een stempel, het paginanummer of tekst af op kopieën. Bovendien is het mogelijk om bepaalde tekst als watermerk aan een kopie toe te voegen. (Watermerk) Er zijn zes afdrukposities beschikbaar: linksboven, middenboven, rechtsboven, linksonder, middenonder en rechtsonder.
  • Pagina 182 KOPIEERMACHINE ALGEMENE PROCEDURE VOOR HET GEBRUIK VAN DE STEMPEL Volg de onderstaande stappen om stempelinstellingen te selecteren. Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Speciale functies selecteren.
  • Pagina 183 KOPIEERMACHINE Selecteer Stempel. Spec. Functies Lees de volgende secties voor meer gedetailleerde informatie over alle Stempel Annuleren stempelitems: Datum: DATUM TOEVOEGEN AAN KOPIEËN (Datum) (pagina 2-84) Datum Stempel Stempel: KOPIEËN STEMPELEN (Stempel) (pagina 2-86) Pagina- Tekst Pagina-Nummering: PAGINANUMMERS AFDRUKKEN OP KOPIEËN Nummering (Paginanummering) (pagina 2-88)
  • Pagina 184 KOPIEERMACHINE Druk op [START]. Het kopiëren begint. Als u de glasplaat gebruikt om meerdere originelen te kopiëren, vindt het kopiëren plaats terwijl u elk origineel scant. Vervang de originelen en druk op [START] wanneer u de sorteerfunctie heeft geselecteerd. Herhaal dit tot alle pagina's zijn gescand en druk dan op [Lezen Klaar]. Als u scannen en kopiëren wilt annuleren...
  • Pagina 185 KOPIEERMACHINE DATUM TOEVOEGEN AAN KOPIEËN (Datum) U kunt de datum afdrukken op kopieën. U kunt de positie van de datum, de kleur, de notatie en pagina (alleen eerste pagina of alle pagina's) selecteren. Voorbeeld: 04.04.20 in de rechterbovenhoek van het papier afdrukken. 04/APR/2020 Druk de toets [Datum] keuzescherm voor de stempel.
  • Pagina 186 KOPIEERMACHINE Selecteer de pagina's waarop de datum wordt Stempel afgedrukt en druk op [OK]. Datum Annuleren U kunt kiezen uit: alleen op de eerste pagina afdrukken, of afdrukken op alle Eerste Pag. Page pagina's. JJJJ/MM/DD Ga nadat u op [OK] hebt gedrukt verder vanaf stap 5 van "ALGEMENE MM/DD/JJJJ PROCEDURE VOOR HET GEBRUIK VAN DE...
  • Pagina 187 KOPIEERMACHINE KOPIEËN STEMPELEN (Stempel) Een tekst als "VERTROUWELIJK" kunt u wit afdrukken op een donkere achtergrond als "stempel" op kopieën. Voor een stempel kunt u de positie, de kleur, het formaat, de dichtheid en pagina's (alleen eerste pagina of alle pagina's) selecteren. "VERTROUWELIJK"...
  • Pagina 188 KOPIEERMACHINE Druk op de toets [Afdrukkleur] en selecteer de Stempel kleur en dichtheid. Stempel Annuleren Als u de geselecteerde belichting donkerder wilt maken, drukt u op de toets VERTROUWELIJK PRIORITEIT Eerste Pag. . Als u de geselecteerde belichting lichter wilt maken, drukt u op de Afdrukkleur toets TER INFORMATIE...
  • Pagina 189 KOPIEERMACHINE PAGINANUMMERS AFDRUKKEN OP KOPIEËN (Paginanummering) U kunt paginanummers afdrukken op kopieën. U kunt de positie, de notatie en een paginanummer selecteren voor paginanummering. Paginanummer afdrukken middenonder op het papier. Druk de toets [Paginanummering] keuzescherm voor de stempel. Zie stappen 1 tot 4 van "ALGEMENE PROCEDURE VOOR HET GEBRUIK VAN DE STEMPEL"...
  • Pagina 190 KOPIEERMACHINE Als u uw paginanummeringsinstelling wilt Stempel configureren, drukt u op de toets Annuleren Paginanummering [Paginanummer]. Als u geen paginanummeringsinstellingen hoeft te configureren, ga dan naar Formaat Voor Paginanummering de stap 9. 1,2,3.. (1),(2),(3).. -1-,-2-,-3-.. P.1,P.2,P.3.. <1>,<2>,<3>.. 1/5,2/5,3/5.. Paginanummer Selecteer paginanummerinstellingen. Stempel Druk op de toets [Handmatig].
  • Pagina 191 KOPIEERMACHINE Druk op elk item dat u wilt meetellen in de paginanummers, zodat een vinkje verschijnt Stempel Druk vervolgens op de toets [OK]. Omslagen/Invoegsels Tellen Items met een vinkje worden weergegeven in de afdrukafbeelding rechts op het scherm. (A): Afbeelding voorkaft Voorblad Tellen (B): Afbeelding insteekvel (C): Afbeelding achterkaft...
  • Pagina 192 KOPIEERMACHINE • Als Paginanummering is geselecteerd, kunt u niet kopiëren met de groepfunctie. De functie verandert automatisch in sorteerfunctie. • Als de afdrukpositie van het paginanummer is ingesteld op de rechts of links, en u gebruikt inbindkopie of boekkopie, wordt de afdrukpositie gewijzigd, zodat de paginanummers altijd verschijnen op de buitenkant van elke geopende pagina (de linker- en rechterkant van de geopende pagina's).
  • Pagina 193 KOPIEERMACHINE TEKST AFDRUKKEN OP KOPIEËN (Tekst) U kunt ingevoerde tekst afdrukken op kopieën. U kunt maximaal 30 veel gebruikte tekstreeksen opslaan. Voorbeeld: "April 2020 Planningbespreking" afdrukken linksboven op het papier April 2020 Planningbespreking Druk de toets [Tekst] keuzescherm voor de stempel. Zie stappen 1 tot 4 van "ALGEMENE PROCEDURE VOOR HET GEBRUIK VAN DE STEMPEL"...
  • Pagina 194 KOPIEERMACHINE Selecteer de pagina's waarop afgedrukt moet Stempel worden en druk op [OK]. Tekst Annuleren U kunt kiezen uit: alleen op de eerste pagina afdrukken, of afdrukken op alle Eerste Pag. Page pagina's. AAA AAA Nadat u op [OK] hebt gedrukt, gaat u verder vanaf stap 5 van "ALGEMENE PROCEDURE VOOR HET GEBRUIK VAN DE STEMPEL"...
  • Pagina 195 KOPIEERMACHINE Tekstreeksen opslaan, bewerken en wissen Druk de toets [Tekst] keuzescherm voor de stempel. Zie stappen 1 tot 4 van "ALGEMENE PROCEDURE VOOR HET GEBRUIK VAN DE STEMPEL" (pagina 2-81). Druk op de toets [Opslaan/Verwijderen]. Stempel Annuleren Tekst Eerste Pag. Vooringesteld Alle Pag.'s Opnieuw...
  • Pagina 196 KOPIEERMACHINE Druk op de toets [Vorige]. Stamp Stempel U keert terug naar het scherm van stap 2. Text Tekst Vorige Ga om te kopiëren met behulp van een opgeslagen tekst verder vanaf stap 2 "TEKST AFDRUKKEN OP KOPIEËN (Tekst)" (pagina 2-92). Store/Delete Opslaan/Verwijderen No.01 AAA AAA...
  • Pagina 197 KOPIEERMACHINE STEMPELLAY-OUT CONTROLEREN (Lay-out) Nadat de stempelitems zijn geselecteerd kunt u de afdruklay-out controleren, de afdrukpositie wijzigen en stempelitems wissen. Druk op de toets [Opmaak]. Spec. Functies Stempel Annuleren Datum Stempel Pagina- Tekst Nummering Opmaak Watermerk U kunt alleen op de toets [Opmaak] drukken als stempelitems zijn geselecteerd. Is de lay-out juist, dan drukt u op [OK].
  • Pagina 198 KOPIEERMACHINE Druk op de toets van de gewenste doelpositie. Stempel De positietoets waarop u hebt gedrukt, wordt gemarkeerd en de afdrukpositie Verplaatsen verandert. Selecteer locatie om gesel. item naartoe te verplaatsen. De toetsen die de afdrukposities aangeven, verschijnen als volgt naargelang de instellingen.
  • Pagina 199 KOPIEERMACHINE EEN WATERMERK AAN EEN KOPIE TOEVOEGEN (Watermerk) Voor deze functie is de harde schijf vereist. Tijdens het kopiëren is het mogelijk om bepaalde tekst als watermerk aan de kopie toe te voegen. Voor een watermerk kunt u de dichtheid, hoek en pagina's (alleen eerste pagina of alle pagina's) selecteren.
  • Pagina 200 KOPIEERMACHINE Tik op de toetsen om de hoek van het Stempel watermerk in te stellen. Watermerk Annuleren VERTROUWELIJK PRIORITEIT Afdrukkleur Eerste Pag. TER INFORMATIE NIET KOPIËREN DRINGEND PROEFDRUK Hoek (+90 -90) Alle Pag.'s VOORLOPIG DEFINITIEF BELANGRIJK KOPIE TOPGEHEIM ANTWOORD AUB Selecteer de pagina's waarop het watermerk wordt Stempel afgedrukt en tik op [OK].
  • Pagina 201 KOPIEERMACHINE TOETS [Beeld bewerken] Wanneer u op de toets [Beeld bewerken] in het tweede menuscherm voor speciale functies drukt, wordt het menuscherm voor beeldbewerking geopend. Menuscherm Beeld bewerken Spec. Functies Spec. Functies Afbeeld. bew. Kleur- Stempel Beeld bewerken Instellingen Vergrot. over Spiegel- Foto herhalen Bestand...
  • Pagina 202 KOPIEERMACHINE FOTO'S HERHALEN OP EEN KOPIE (Foto herhalen) Met Foto herhalen maakt u herhaalde afbeeldingen van een origineel van fotoformaat (130 mm x 90 mm, 100 mm x 150 mm, 70 mm x 100 mm, 65 mm x 70 mm of 57 mm x 100 mm (3" x 5", 5" x 7" formaat, 2-1/2" x 4", 2-1/2" x 2-1/2" of 2-1/8" x 3-5/8")) op één vel kopieerpapier zoals u hieronder ziet.
  • Pagina 203 KOPIEERMACHINE Speciale functies selecteren. Druk op de toets [Spec. Functies]. Druk op de toetsen om tussen de schermen te wisselen. Druk op de toets [Beeld bewerken]. Druk op de toets [Foto herhalen]. ☞ TOETS [Beeld bewerken] (pagina 2-100) Selecteer de instellingen voor Foto herhalen. Druk op de toets met de combinatie het soort origineel Beeld bewerken en het papierformaat dat u wilt gebruiken.
  • Pagina 204 KOPIEERMACHINE EEN GROTE POSTER MAKEN (Vergrot. over meerdere pag.) Met deze functie vergroot u een origineelafbeelding en drukt u deze als samengestelde afbeelding af op meerdere vellen papier. Origineel (Formaat A4 (8-1/2" x 11")) Kopie (vergrote afbeelding op acht vellen A3 (11" x 17") papier) Speciale functies selecteren.
  • Pagina 205 KOPIEERMACHINE Stel het vergrotingformaat en het origineelformaat Gebruiksklaar. De kopieën zullen in 2 delen wordt uitgevoerd. Selecteer het formaatsysteem dat u wilt gebruiken Beeld bewerken voor de vergrote afbeelding op meerdere pagina's. Multipg. vergr Rand afdruk. Annuleren Druk op de toetsen om het scherm met de gewenste groep Vergrotingsformaat formaten weer te geven.
  • Pagina 206 KOPIEERMACHINE Tik op de toets [OK]. Beeld bewerken U keert terug naar het scherm Speciale Functies. Druk op [OK] om naar het Border Print Annuleren Multipg. vergr basisscherm van de kopieermodus terug te keren. Vergrotingsformaat Formaat Origineel Stand Origineel (A-formaat) A0x2 Druk op [START].
  • Pagina 207 KOPIEERMACHINE DE AFBEELDING SPIEGELEN (Spiegelbeeld) Met deze functie maakt u op de kopie een spiegelbeeld van het origineel. Origineel Gespiegelde kopie Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Speciale functies selecteren.
  • Pagina 208 KOPIEERMACHINE KOPIËREN IN HET MIDDEN VAN HET PAPIER (Centreren) Met deze toets centreert u de gekopieerde afbeelding op het papier. Hiermee kunt u de afbeelding midden in het papier plaatsen wanneer het origineelformaat kleiner is dan het papierformaat of wanneer u de afbeelding verkleint.
  • Pagina 209 KOPIEERMACHINE WIT EN ZWART OMDRAAIEN OP DE KOPIE (Z/W Omgekeerd) Met deze functie keert u zwart en wit om op de kopie, zodat een negatieve afbeelding ontstaat. U kunt deze toets alleen gebruiken voor zwart-witkopiëren. Originelen met grote zwarte vlakken (waarvoor veel toner nodig is) kunt u kopiëren met Z/W Omgekeerd, zodat u minder toner verbruikt. Originelen Kopie Z/W Omgekeerd Plaats het origineel.
  • Pagina 210 KOPIEERMACHINE DE SCHERPTE VAN EEN AFBEELDING AANPASSEN (Scherpte) Met deze toets maakt u een afbeelding scherper of zachter. Zacht Scherp Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Speciale functies selecteren.
  • Pagina 211 KOPIEERMACHINE KOPIEËN CONTROLEREN ALVORENS AF TE DRUKKEN (Proefafdruk) Voor deze functie is de harde schijf vereist. Met deze functie drukt u slechts één set kopieën af, ongeacht het aantal sets dat u hebt opgegeven. Wanneer de eerste set is gecontroleerd op fouten, kunt u de overige sets afdrukken.
  • Pagina 212 KOPIEERMACHINE Stel het aantal kopieën (aantal sets) in met de cijfertoetsen. Als u de glasplaat gaat gebruiken om meerdere originelen de kopiëren, Spec. Functies schakel dan na deze stap over op de sorteerfunctie. ☞ Sorteerfunctie (pagina 2-32) Dubbelz. Kopie Normaal U kunt maximaal 999 kopieën (sets) instellen.
  • Pagina 213 KOPIEERMACHINE Wijzig de instellingen. Druk op de toets voor de instelling die u wilt wijzigen. Proefafdruk Het instellingenscherm van de ingedrukte toets wordt geopend. Wijzig de instelling in en druk op [OK]. Tik op de toets [OK]. 2-Zijdige Papierformaat Uitvoer Kopie Spec.
  • Pagina 214 KOPIEERMACHINE HET AANTAL INGESCANDE ORIGINELE VELLEN CONTROLEREN ALVORENS TE KOPIËREN (Aantal originelen) Het aantal ingescande originele vellen kan worden geteld en weergegeven voordat wordt gestart met kopiëren. Aangezien u het aantal ingescande originele vellen kunt controleren, zullen er minder kopieerfouten optreden. Steek de originelen met de voorzijde naar boven in de lade van de documentinvoer.
  • Pagina 215 KOPIEERMACHINE ORIGINELEN VAN VERSCHILLENDE FORMATEN KOPIËREN (Origineel gem. form.) Voor deze functie is de automatische documentinvoer vereist. Zelfs wanneer B4 (8-1/2" x 14") originelen gemengd worden met A3 (11" x 17") originelen, kunnen alle originelen in een keer worden afgedrukt. Wanneer u de originelen scant, detecteert het apparaat automatisch het formaat van elk origineel en kiest daarbij het geschikte papierformaat.
  • Pagina 216 KOPIEERMACHINE Steek de originelen met de voorzijde naar boven in de lade van de documentinvoer. ● Wanneer u "Zelfde breedte" gebruikt Plaatst u de zijden met dezelfde Plaatst u de originelen met de zijden van dezelfde lengte links uitgelijnd. lengte links uitgelijnd. ●...
  • Pagina 217 KOPIEERMACHINE Druk op [START]. Het kopiëren begint. Als u scannen en kopiëren wilt annuleren... Druk op de toets [STOP] ( • Wanneer [Afwijkende breedte] geselecteerd is, kan automatisch tweezijdig kopiëren niet worden gebruikt. • Wanneer u [Afwijkende breedte] heeft geselecteerd, kunt u de nietfunctie niet gebruiken. •...
  • Pagina 218 KOPIEERMACHINE KOPIËREN VAN DUNNE ORIGINELEN (Langzame scanmodus) Voor deze functie is de automatische documentinvoer vereist. Deze functie helpt voorkomen dat dunne originelen in het apparaat vastlopen. Deze functie helpt voorkomen dat dunne originelen in het apparaat vastlopen. Steek de originelen met de voorzijde naar boven in de lade van de documentinvoer.
  • Pagina 219 KOPIEERMACHINE U kunt de functies "2-zijdig naar 2-zijdig" en "2-zijdig naar 1-zijdig" van automatisch 2-zijdig kopiëren niet gebruiken. Als u de functie Langzame scanmodus wilt annuleren... Druk op [Langzame scanmodus] in het scherm van stap 2 zodat de toets niet wordt gemarkeerd. Systeeminstellingen (Beheerder): Invoermodus origineel Hiermee wordt altijd op langzame snelheid gescand.
  • Pagina 220 KOPIEERMACHINE HANDIGE KOPIEERFUNCTIES In dit gedeelte worden handige kopieerfuncties uitgelegd, zoals het onderbreken van een kopieersessie, het wijzigen van de volgorde van gereserveerde kopieeropdrachten en het opslaan van kopieerinstellingen in een programma. EEN KOPIEERSESSIE ONDERBREKEN (kopiëren onderbreken) Wanneer u dringend een kopie moet maken terwijl een lange kopieersessie of andere opdracht aan de gang is, kunt u de functie Kopiëren onderbreken gebruiken.
  • Pagina 221 KOPIEERMACHINE • Als gebruikersauthenticatie is ingeschakeld, verschijnt het loginscherm wanneer u op de toets [Onderbreken] drukt. Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord op om in te loggen. Het aantal kopieën dat u maakt wordt opgeteld bij dat van de gebruiker die heeft ingelogd. •...
  • Pagina 222 KOPIEERMACHINE EEN AFDRUKVOORBEELD VAN EEN KOPIE CONTROLEREN (Voorbeeld) Voor deze functie is de harde schijf vereist. U kunt op de toets [Voorbeeld] tikken zodat deze op het basisscherm wordt gemarkeerd en dan het origineel scannen om een afdrukvoorbeeld van de kopie op het aanraakscherm te controleren voordat u de kopie afdrukt. Plaats het origineel.
  • Pagina 223 KOPIEERMACHINE Als u de bewerking wilt annuleren... Druk op de toets [ALLES WISSEN] ( Systeeminstellingen (Beheerder): Standaard voorbeeld U kunt de toets [Voorbeeld] standaard instellen op altijd aan (gemarkeerd). Schakel deze instelling in als u altijd een afdrukvoorbeeld wilt controleren bij het kopiëren.
  • Pagina 224 KOPIEERMACHINE VOORBEELDSCHERM Het voorbeeldscherm wordt hieronder uitgelegd. Reset Voorbeeld Kleur Output weerg. Functieoverz. Weergave draaien Start kopiëren 0001 /0010 Voorvertoning Toets [Output weerg.] Er verschijnt een afbeelding van de geselecteerde ontvangen Tik hierop om de geselecteerde functies en instellingen als afbeeldingen.
  • Pagina 225 KOPIEERMACHINE OPDRACHTSTATUSSCHERM Het scherm opdrachtstatus verschijnt wanneer u op de toets [OPDRACHT STATUS] op het bedieningspaneel drukt. Het opdrachtstatusscherm geeft de status van opdrachten per modus weer. Als u op de toets [OPDRACHT STATUS] drukt, wordt het opdrachtstatusscherm weergegeven van de modus die u gebruikte voordat u op de toets drukte.
  • Pagina 226 KOPIEERMACHINE SCHERM OPDRACHTWACHTRIJ EN SCHERM UITGEVOERDE OPDRACHTEN Het opdrachtstatusscherm omvat het scherm opdrachtwachtrij (waarin wordt aangegeven welke kopieer- en afdrukopdrachten wachten om te worden afgedrukt, en de opdracht die momenteel wordt uitgevoerd), en het scherm uitgevoerde opdrachten (waarin de uitgevoerde opdracht worden aangegeven, het spool scherm (met opdrachten die zijn gespoold) en encrypted PDF-opdrachten die wachten op de invoer van een wachtwoord.
  • Pagina 227 KOPIEERMACHINE Weergave opdrachttoetsen Elke opdrachttoets geeft de positie van de opdracht in de opdrachtwachtrij en de huidige status van de opdracht weer. Kopieren 002/000 Wachten Geeft het nummer (de positie) van de opdracht in de wachtrij aan. Status Als de opdracht die momenteel wordt afgedrukt voltooid is, schuift de Geeft de opdrachtstatus weer.
  • Pagina 228 KOPIEERMACHINE EEN OPDRACHT IN DE WACHTRIJ ANNULEREN Een kopieeropdracht die op afdrukken wacht, kan worden geannuleerd. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS]. Annuleer de taak. Druk op de tab [Afdrukopdr.]. Afdrukopdr. Scan naar Faxopdracht Internetfax Wijzig de status van de afdruktaak in [Opdr.Wachtr]. Opdrachtwachtrij Sets / Voortgang Status...
  • Pagina 229 KOPIEERMACHINE EEN OPDRACHT IN DE WACHTRIJ PRIORITEIT GEVEN Als er met een kopieeropdracht wordt begonnen terwijl zich reeds meerdere opdrachten in de wachtrij bevinden, verschijnt de kopieeropdracht aan het eind van de wachtrij. Hebt u echter een dringende opdracht, dan kunt u deze prioriteit geven zodat hij eerst wordt uitgevoerd. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS].
  • Pagina 230 KOPIEERMACHINE INFORMATIE CONTROLEREN OVER EEN KOPIEEROPDRACHT IN DE WACHTRIJ U kunt uitvoerige informatie weergeven over een kopieeropdracht in de wachtrij. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS]. Opdrachtgegevens controleren Druk op de tab [Afdrukopdr.]. Afdrukopdr. Scan naar Faxopdracht Internetfax JOpdrachtwachtrij Sets / Voortgang Status Wijzig de status van de afdruktaak in [Opdr.Wachtr].
  • Pagina 231 KOPIEERMACHINE KOPIEERBEWERKINGEN OPSLAAN (opdrachtprogramma's) Een opdrachtprogramma is een groep kopieerinstellingen die u samen opslaat. Als u kopieerinstellingen opslaat in een opdrachtprogramma, kunt u met een eenvoudige handeling de instellingen oproepen en gebruiken voor een kopieeropdracht. Stel dat u CAD-tekeningen van formaat A3 (11" x 17") eenmaal per maand voor het archief kopieert met de volgende instellingen: (1) De CAD-tekeningen van formaat A3 (11"...
  • Pagina 232 KOPIEERMACHINE OPDRACHTPROGRAMMA OPSLAAN (BEWERKEN/WISSEN) Hieronder wordt uitgelegd hoe u kopieerinstellingen in een opdrachtprogramma opslaat en hoe u een opdrachtprogramma wist. Druk op de toets [#/P] ( LOGOUT Druk op de tab [Opslaan/Wissen]. Werkprogramma's Verlaten Druk op programmanummer. Oproepen Opslaan/Wissen Druk op een cijfertoets. Werkprogramma's Verlaten Cijfertoetsen waarin al opdrachtprogramma's zijn opgeslagen, worden...
  • Pagina 233 KOPIEERMACHINE Selecteer de kopieerinstellingen die u wilt opslaan Maak selecties. Druk op [OK] om op te Annuleren slaan en op [Annuleren] om te wissen. in het opdrachtprogramma en druk op de toets Spec. Functies [OK]. Dubbelz. Kopie Als u een naam wilt toekennen aan het programma, drukt u op de toets Normaal [Programmanaam].
  • Pagina 234 KOPIEERMACHINE BIJLAGE Voorbeelden van kaften en insteekvellen Op de volgende pagina's ziet u de verhouding tussen de originelen en kopieën wanneer kaften en insteekvellen worden ingevoegd. Kaften • 1-zijdig kopiëren van 1-zijdige originelen • 2-zijdig kopiëren van 1-zijdige originelen • 1-zijdig kopiëren van 2-zijdige originelen •...
  • Pagina 235 KOPIEERMACHINE Kaften (1-zijdig kopiëren van 1-zijdige originelen) 1-zijdige kopieën worden van de volgende 1-zijdige originelen gemaakt. Tweede Eerste pagina Derde pagina Vierde pagina Vijfde pagina Zesde pagina pagina Kaftkopieersituatie Resulterende kopieën Voorkaft Achterkaft Niet kopiëren Niet kopiëren 1-zijdig kopiëren Niet kopiëren 2-zijdig kopiëren Niet kopiëren Niet kopiëren...
  • Pagina 236 KOPIEERMACHINE Kaften (2-zijdig kopiëren van 1-zijdige originelen) 2-zijdige kopieën worden van de volgende 1-zijdige originelen gemaakt. Tweede Eerste pagina Derde pagina Vierde pagina Vijfde pagina Zesde pagina pagina Kaftkopieersituatie Resulterende kopieën Voorkaft Achterkaft Niet kopiëren Niet kopiëren 1-zijdig kopiëren Niet kopiëren 2-zijdig kopiëren Niet kopiëren Niet kopiëren...
  • Pagina 237 KOPIEERMACHINE Kaften (1-zijdig kopiëren van 2-zijdige originelen) 1-zijdige kopieën worden van de volgende 2-zijdige originelen gemaakt. Tweede Eerste pagina Derde pagina pagina Kaftkopieersituatie Resulterende kopieën Voorkaft Achterkaft Niet kopiëren Niet kopiëren 1-zijdig kopiëren Niet kopiëren 2-zijdig kopiëren Niet kopiëren Niet kopiëren 1-zijdig kopiëren Niet kopiëren 2-zijdig kopiëren...
  • Pagina 238 KOPIEERMACHINE Kaften (2-zijdig kopiëren van 2-zijdige originelen) 2-zijdige kopieën worden van de volgende 2-zijdige originelen gemaakt. Tweede Eerste pagina Derde pagina pagina Kaftkopieersituatie Resulterende kopieën Voorkaft Achterkaft Niet kopiëren Niet kopiëren 1-zijdig kopiëren Niet kopiëren 2-zijdig kopiëren Niet kopiëren Niet kopiëren 1-zijdig kopiëren Niet kopiëren 2-zijdig kopiëren...
  • Pagina 239 KOPIEERMACHINE Insteekvellen (kopiëren van 1-zijdige originelen) 1-zijdig en 2-zijdig kopiëren van de volgende 1-zijdige originelen. Er wordt een voorbeeld gegeven van het toevoegen van een insteekvel op het derde vel. (Wanneer "Insteekpagina" is ingesteld op "3" in de insteekvelinstellingen van de insteekinstellingen in de speciale functies.) Tweede Eerste pagina Derde pagina...
  • Pagina 240 HOOFDSTUK 3 PRINTER In dit hoofdstuk vindt u uitgebreide uitleg over de procedures voor het gebruik van de printerfunctie. PRINTERFUNCTIE VAN DE MACHINE ....3-3 HANDIGE AFDRUKFUNCTIES AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS HANDIGE FUNCTIES VOOR HET MAKEN VAN...
  • Pagina 241 PRINTER AFDRUKFUNCTIES VOOR SPECIALE DOELEINDEN ..3-45 DE AFDRUKSTATUS CONTROLEREN • GESPECIFICEERDE PAGINA'S OP ANDER OPDRACHTSTATUSSCHERM ......3-60 PAPIER AFDRUKKEN (Ander papier).
  • Pagina 242 PRINTER PRINTERFUNCTIE VAN DE MACHINE Om te kunnen afdrukken vanuit uw computer moet een printerdriver zijn geïnstalleerd. Stel met behulp van de onderstaande tabel vast welke printerdriver bij uw omgeving past. Omgeving Printerstuurprogrammatype Bijzonderheden PCL6 Kan worden gebruikt in de Het apparaat ondersteunt de Hewlett-Packard PCL6-printerbesturingstalen.
  • Pagina 243 PRINTER AFDRUKKEN VANUIT WINDOWS BASISPROCEDURE VOOR AFDRUKKEN In het volgende voorbeeld wordt uitgelegd hoe u een document kunt afdrukken vanuit "WordPad", een standaardonderdeel van Windows. Selecteer [Afdrukken] in het menu [Bestand] van WordPad. Als u Windows 7 gebruikt, klik dan op de knop Het menu om af te drukken varieert mogelijk naargelang de softwareapplicatie.
  • Pagina 244 PRINTER Selecteer de afdrukinstellingen. Klik op het tabblad [Papier]. Selecteer het papierformaat. Als u instellingen op andere tabbladen wilt wijzigen, klikt u op het gewenste tabblad en kiest u vervolgens de instellingen. Klik op de toets [OK]. • Zorg dat het papierformaat gelijk is aan het ingestelde papierformaat in de softwareapplicatie. •...
  • Pagina 245 PRINTER HET PAPIER SELECTEREN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de instelling "Papierkeuze" configureert op het tabblad [Papier] van het instelvenster van de printerdriver. Controleer voordat u gaat afdrukken het papiertype en -formaat en de aanwezige hoeveelheid papier in de laden van het apparaat.
  • Pagina 246 PRINTER AFDRUKKEN OP ENVELOPPEN Met de handinvoerlade kunt u op speciale media zoals enveloppen afdrukken. De procedure voor het afdrukken op een envelop vanuit het eigenschappenscherm van de printerdriver wordt hieronder beschreven. Voor de soorten papier die in de handinvoerlade kunnen worden gebruikt, zie "BELANGRIJKE OPMERKINGEN OVER PAPIER"...
  • Pagina 247 PRINTER AFDRUKKEN ALS DE GEBRUIKERSAUTHENTICATIE- FUNCTIE IS INGESCHAKELD Als de functie gebruikersauthenticatie is ingeschakeld in de systeeminstellingen van het apparaat (beheerder), moet u uw gebruikersinformatie (loginnaam, wachtwoord enz.) invoeren in het eigenschappenvenster van de printerdriver voordat u kunt afdrukken. De in te voeren informatie varieert naargelang de gebruikte authenticatiemethode, dus neem contact op met de beheerder van het apparaat voordat u gaat afdrukken.
  • Pagina 248 PRINTER Voer uw loginnaam en wachtwoord in. Klik op het tabblad [Taakverwerking]. Voer uw gebruikersinformatie in. • Als de authenticatie plaatsvindt via loginnaam/wachtwoord Schakel de selectievakjes [Loginnaam] en [Wachtwoord] in zodat er vinkjes in verschijnen en voer uw loginnaam en wachtwoord in.
  • Pagina 249 PRINTER • Wanneer gebruikersauthenticatie is ingeschakeld in de systeeminstellingen (beheerder), kunt u afdrukken zonder gebruikersgegevens in te voeren. Het aantal afgedrukte pagina's wordt opgeteld bij de telling van "Andere gebruiker". In dit geval gelden voor andere afdrukfuncties mogelijk beperkingen. Vraag uw beheerder om meer informatie. •...
  • Pagina 250 PRINTER DE HELP-FUNCTIE VAN DE PRINTERDRIVER WEERGEVEN Wanneer u de instellingen voor de printerdriver configureert, kunt u de Help-functie weergeven voor uitleg over de verschillende opties. Open het eigenschappenvenster voor de printerdriver vanuit het afdrukvenster van de softwaretoepassing. Selecteer het printerstuurprogramma van het apparaat.
  • Pagina 251 PRINTER VEELGEBRUIKTE AFDRUKINSTELLINGEN OPSLAAN Instellingen die bij het afdrukken op alle tabbladen zijn geconfigureerd kunnen als gebruikersinstellingen worden opgeslagen. Het opslaan van vaak gebruikte instellingen of complexe instellingen vereenvoudigt de selectie van die instellingen wanneer u ze nogmaals wenst te gebruiken. INSTELLINGEN OPSLAAN TIJDENS HET AFDRUKKEN U kunt instellingen opslaan vanaf elk tabblad van het instelvenster van de printerdriver.
  • Pagina 252 PRINTER Controleer de instellingen en sla deze op. Controleer de weergegeven instellingen. Voer een naam voor de instellingen in (maximaal 20 tekens). Klik op de toets [OK]. Klik op de toets [OK]. Begin met afdrukken. • Er kunnen maximaal 30 sets gebruikersinstellingen worden opgeslagen. •...
  • Pagina 253 PRINTER OPGESLAGEN INSTELLINGEN GEBRUIKEN Open het eigenschappenvenster voor de printerdriver vanuit het afdrukvenster van de softwaretoepassing. Selecteer het printerstuurprogramma van het apparaat. Klik op de knop [Voorkeursinstellingen]. De knop die wordt gebruikt om het instelvenster van de printerdriver te openen (meestal [Eigenschappen] of [Voorkeursinstellingen]) kan variëren naargelang de gebruikte software.
  • Pagina 254 PRINTER DE STANDAARDINSTELLINGEN VAN DE PRINTERDRIVER WIJZIGEN U kunt de standaardinstellingen van de printerdriver wijzigen volgens de onderstaande procedure. De hier geselecteerde instellingen worden opgeslagen en als standaardinstellingen gebruikt wanneer met het apparaat wordt afgedrukt vanuit een softwaretoepassing. (Instellingen die u in het instelvenster van de printerdriver hebt geselecteerd bij het afdrukken vanuit een softwaretoepassing blijven geldig zolang de toepassing wordt gebruikt.) Klik op de toets [Start] (...
  • Pagina 255 PRINTER Configureer de instellingen en klik op [OK]. Zie voor meer informatie over de instellingen de Help van de printerdriver. 3-16 Inhoudsopgave...
  • Pagina 256 PRINTER AFDRUKKEN VANAF EEN MACINTOSH-COMPUTER BASISPROCEDURE VOOR AFDRUKKEN In het onderstaande voorbeeld wordt uitgelegd hoe u een document kunt afdrukken vanuit "Teksteditor" in Mac OS X. Als u de machine wilt gebruiken als een printer voor de Macintosh, moet de PS3-uitbreidingskit in de machine geïnstalleerd zijn en moet de machine verbonden zijn met een netwerk.
  • Pagina 257 PRINTER AFDRUKKEN Selecteer [Druk af] in het menu [Archief] van TextEdit. Het menu om af te drukken varieert mogelijk naargelang de softwareapplicatie. Controleer of de juiste printer is geselecteerd. De naam van het apparaat dat verschijnt in het menu "Printer" is normaal gezien [SCxxxxxx]. ("xxxxxx" is een reeks tekens die varieert naargelang het model van het apparaat.) Selecteer de afdrukinstellingen.
  • Pagina 258 PRINTER HET PAPIER SELECTEREN In dit gedeelte worden de instellingen van [Papierinvoer] in het venster met de afdrukinstellingen uitgelegd. • Als [Automatische keuze] is geselecteerd Een lade met normaal of gerecycled papier (standaard fabrieksinstelling is alleen normaal papier) van het formaat dat is opgegeven in "Papierformaat"...
  • Pagina 259 PRINTER AFDRUKKEN OP ENVELOPPEN Met de handinvoerlade kunt u op speciale media zoals enveloppen afdrukken. De procedure voor het afdrukken op een envelop vanuit het eigenschappenscherm van de printerdriver wordt hieronder beschreven. Voor de soorten papier die in de handinvoerlade kunnen worden gebruikt, zie "BELANGRIJKE OPMERKINGEN OVER PAPIER"...
  • Pagina 260 PRINTER AFDRUKKEN ALS DE GEBRUIKERSAUTHENTICATIE- FUNCTIE IS INGESCHAKELD Als de functie gebruikersauthenticatie is ingeschakeld in de systeeminstellingen van het apparaat (beheerder) moet u uw gebruikersinformatie (loginnaam, wachtwoord enz.) invoeren voordat u kunt afdrukken. De in te voeren informatie varieert naargelang de gebruikte authenticatiemethode, dus neem contact op met de beheerder van het apparaat voordat u gaat afdrukken.
  • Pagina 261 PRINTER Begin met afdrukken. Voer uw gebruikersinformatie in. • Als de authenticatie plaatsvindt via loginnaam/wachtwoord Voer uw gebruikersnaam in bij "Loginnaam" en uw wachtwoord bij "Wachtwoord" (1 tot 32 tekens). • Als de authenticatie plaatsvindt op gebruikersnummer Voer uw gebruikersnummer (5 tot 8 cijfers) in bij "Gebruikersnummer".
  • Pagina 262 PRINTER VEEL GEBRUIKTE FUNCTIES In dit gedeelte worden veel gebruikte functies uitgelegd. • EEN INSTELLING VOOR DE AFDRUKMODUS SELECTEREN • MEERDERE PAGINA'S OP ÉÉN PAGINA AFDRUKKEN (pagina 3-24) (pagina 3-28) • 2-ZIJDIG AFDRUKKEN (pagina 3-25) • GENIETE UITVOER (pagina 3-30) •...
  • Pagina 263 PRINTER EEN INSTELLING VOOR DE AFDRUKMODUS SELECTEREN In dit gedeelte wordt de procedure voor het selecteren van selecteren van een afdrukmodusinstelling uitgelegd. De "Instellingen afdrukmodus" bestaan uit de volgende twee items: Normaal: Deze modus is geschikt voor het afdrukken van gewone tekst of tabellen. Fijn: De afdrukkwaliteit van kleurenfoto's en tekst is hoog.
  • Pagina 264 PRINTER 2-ZIJDIG AFDRUKKEN Het apparaat kan op beide zijden van het papier afdrukken. Deze functie komt bij veel afdruktaken van pas en is vooral handig wanneer u een eenvoudig boekje wilt afdrukken. 2-zijdig afdrukken bespaart bovendien papier. Papierstand Afdrukresultaten Windows Macintosh Windows Macintosh...
  • Pagina 265 PRINTER Macintosh Selecteer [Lay-out]. Selecteer [Lange kant binden] of [Korte kant binden]. 3-26 Inhoudsopgave...
  • Pagina 266 PRINTER DE AFBEELDING AANPASSEN AAN HET PAPIER Deze functie wordt gebruikt om de grootte van de afbeelding automatisch aan te passen aan het formaat van het in het apparaat geladen papier. Dit is handig als u bijvoorbeeld een document van het formaat A4 of letterformaat wilt vergroten tot het formaat A3 of Ledgerformaat om dit eenvoudiger leesbaar te maken of toch afdrukken wilt maken als er geen papier van het juiste formaat in het apparaat is geladen.
  • Pagina 267 PRINTER MEERDERE PAGINA'S OP ÉÉN PAGINA AFDRUKKEN Met deze functie kunt u de afdrukafbeelding verkleinen en meerdere pagina's afdrukken op één vel papier. Dit is handig als u meerdere afbeeldingen zoals foto's op één pagina wilt afdrukken of als u papier wilt besparen. Deze functie kan ook worden gecombineerd met 2-zijdig afdrukken voor een maximale papierbesparing.
  • Pagina 268 PRINTER Windows Configureer de instellingen op het tabblad [Algemeen]. Selecteer het aantal pagina's per vel. Als u randen wilt afdrukken, schakelt u het selectievakje [Rand] in zodat er een vinkje verschijnt. Selecteer de volgorde van de pagina's. (2) (3) Macintosh Selecteer [Lay-out].
  • Pagina 269 PRINTER GENIETE UITVOER Nietfunctie De nietfunctie kan worden gebruikt om afdrukken te nieten. Deze functie biedt een aanzienlijke tijdsbesparing bij het maken van handouts voor een vergadering of ander geniet materiaal. De nietfunctie kan ook worden gecombineerd met 2-zijdig afdrukken voor het maken van verzorgd ogende materialen. Nietjes Links 1 nietje*...
  • Pagina 270 PRINTER Windows Configureer de instellingen op het tabblad [Algemeen]. Selecteer de "Zijde voor inbinden". Deze instelling werkt alleen voor pamfletstijl. Selecteer de nietfunctie. • Selecteer bij gebruik van de nietfunctie het aantal nietjes in het menu "Nieten". Macintosh Selecteer [Printerfuncties]. Selecteer de "Zijde voor inbinden".
  • Pagina 271 PRINTER HANDIGE AFDRUKFUNCTIES In dit gedeelte worden handige functies voor specifieke afdrukdoeleinden uitgelegd. • HANDIGE FUNCTIES VOOR HET MAKEN VAN BOEKJES EN • FUNCTIES VOOR HET COMBINEREN VAN TEKST EN POSTERS AFBEELDINGEN (pagina 3-42) • FUNCTIES VOOR HET AANPASSEN VAN HET FORMAAT EN •...
  • Pagina 272 PRINTER Macintosh Selecteer [Printerfuncties]. Selecteer de "Zijde voor inbinden". Selecteer [Pamfletten naast elkaar] of [Twee op één pamflet]. 3-33 Inhoudsopgave...
  • Pagina 273 PRINTER DE MARGE VERGROTEN (Margeverschuiving) Deze functie wordt gebruikt om de afbeelding te verschuiven zodat de marge rechts, links of boven aan het vel wordt vergroot. Dit is handig wanneer u de afdrukken wilt nieten, maar de inbindstrook de tekst overlapt.
  • Pagina 274 PRINTER EEN POSTER MAKEN (Poster afdrukken) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) U kunt een pagina met afdrukgegevens vergroten en afdrukken door meerdere vellen papier te gebruiken (4 vellen (2x2), 9 vellen (3x3) of 16 vellen (4x4)). De vellen kunnen dan samengevoegd worden om een grotere poster te maken.
  • Pagina 275 PRINTER FUNCTIES VOOR HET AANPASSEN VAN HET FORMAAT EN DE STAND VAN DE AFBEELDING HET AFDRUKBEELD 180 GRADEN DRAAIEN (180 graden draaien) Met deze functie kunt u de afbeelding 180 graden draaien zodat deze correct kan worden afgedrukt op papier dat maar in één richting kan worden geladen (zoals enveloppen of geperforeerde vellen).
  • Pagina 276 PRINTER HET AFDRUKBEELD VERGROTEN/VERKLEINEN (Zoom/XY-zoom) Deze functie wordt gebruikt om de afbeelding met een geselecteerd percentage te vergroten of verkleinen. Zo kunt u een kleine afbeelding vergroten of marges toevoegen aan het papier door het beeld enigszins te verkleinen. Als u de PS-printerdriver (Windows) van het apparaat gebruikt, kunt u de breedte- en lengtepercentages afzonderlijk instellen om de verhoudingen van de afbeelding te wijzigen.
  • Pagina 277 Als de gegevens lijnen van verschillende dikte bevat, kunt u ook alle lijnen op de minimale breedte afdrukken. Windows (Deze functie kan worden gebruikt wanneer de PCL6-, Sharp Advanced Printing Language-printerstuurprogramma worden gebruikt.) Klik op het tabblad [Geavanceerd]. Lijndikte aanpassen.
  • Pagina 278 PRINTER DE AFBEELDING SPIEGELEN (Spiegelbeeld) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) De afbeelding kan zodanig worden gedraaid dat een spiegelbeeld ontstaat. Deze functie kan worden gebruikt om een sjabloon te maken voor houtbewerking of een ander afdrukmedium. Windows (Voor deze functie is de PS-printerdriver vereist.) Klik op het tabblad [Geavanceerd].
  • Pagina 279 PRINTER FUNCTIE VOOR AANPASSING VAN AFBEELDING HELDERHEID EN CONTRAST VAN DE AFBEELDING AANPASSEN (Aanpassing van afbeelding) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) Bij het afdrukken van een foto of andere afbeelding kunnen de helderheid en het contrast worden ingesteld in de afdrukinstellingen. Deze instellingen kunnen worden gebruikt voor eenvoudige correcties wanneer er geen beeldbewerkingssoftware op uw computer is geïnstalleerd.
  • Pagina 280 PRINTER ONDUIDELIJKE TEKST EN LIJNEN IN ZWART AFDRUKKEN (Tekst naar zwart/Vector naar zwart) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) Bij het afdrukken van een afbeelding in grijstinten kunnen kleurentekst en vage lijnen worden afgedrukt in zwart. (Rastergegevens zoals ABCD ABCD bitmapafbeeldingen kunnen niet worden aangepast.) Hierdoor kunt u kleurentekst en vage lijnen die bij afdrukken in grijstinten moeilijk te...
  • Pagina 281 PRINTER FUNCTIES VOOR HET COMBINEREN VAN TEKST EN AFBEELDINGEN EEN WATERMERK TOEVOEGEN AAN AFDRUKKEN (Watermerk) U kunt lichte, schaduwachtige tekst toevoegen aan de achtergrond van de afgedrukte afbeelding, als een watermerk. De grootte, hoek en positie van het watermerk kan worden aangepast. De tekst kan worden geselecteerd uit een standaardlijst of worden ingevoerd om een persoonlijk watermerk te maken.
  • Pagina 282 PRINTER EEN AFBEELDING OVER DE AFDRUKGEGEVENS AFDRUKKEN (Afbeeldingsstempel) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) U kunt een op uw computer opgeslagen bitmap- of JPEG-afbeelding afdrukken over de afdrukgegevens. Het formaat, de positie en de hoek van de afbeelding kunnen worden ingesteld. Deze functie kan worden gebruikt om de afdrukgegevens te "merken"...
  • Pagina 283 PRINTER OVERLAYS MAKEN VOOR AFDRUKGEGEVENS (Overlays) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) U kunt afdrukgegevens afdrukken in een eerder gemaakte overlay. Door tabellijnen of een decoratieve rand te maken in een andere XXXX XXXX toepassing dan het tekstbestand en deze gegevens te registreren als overlaybestand kunt u eenvoudig een aantrekkelijk afdrukresultaat 1 100 1 100...
  • Pagina 284 PRINTER AFDRUKFUNCTIES VOOR SPECIALE DOELEINDEN GESPECIFICEERDE PAGINA'S OP ANDER PAPIER AFDRUKKEN (Ander papier) • Deze functie in een Windows-omgeving gebruiken De voor- en achterkaft en bepaalde pagina's van een document kunnen op ander papier worden gedrukt dan de andere pagina's. Gebruik deze functie als u de voor- en achterkaft op zwaar papier wilt afdrukken, of gekleurd papier of een andere papiersoort bij bepaalde pagina's wilt tussenvoegen.
  • Pagina 285 PRINTER Macintosh Selecteer [Printerfuncties]. Selecteer [Ander papier]. Selecteer de instellingen voor het invoegen van kaften. Selecteer de afdrukinstelling, papierlade en papiersoort voor de kaftpagina en de laatste pagina. 3-46 Inhoudsopgave...
  • Pagina 286 PRINTER INVOEGVELLEN TOEVOEGEN BIJ HET AFDRUKKEN OP TRANSPARANTEN (Transparant-insteekvellen) Bij het afdrukken op transparanten voorkomt deze functie dat de transparanten aan elkaar plakken door een vel papier tussen elke twee transparanten te voegen. Het is ook mogelijk om de inhoud van elk transparant af te drukken op het bijbehorende invoegvel.
  • Pagina 287 PRINTER EEN CARBONAFDRUK MAKEN (Carbonafdruk) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) Deze functie wordt gebruikt om een extra afdruk van de afbeelding te maken op papier van hetzelfde formaat maar uit een andere papierlade. Als u bijvoorbeeld carbonafdruk selecteert wanneer standaardpapier is geladen in papierlade 1 en gekleurd papier in papierlade 2, kan een op een carbondoorslag gelijkend afdrukresultaat worden verkregen door slechts eenmaal de afdrukopdracht te selecteren.
  • Pagina 288 PRINTER TEKST AFDRUKKEN OP TABS VAN TABPAPIER (Afdrukken op tabpapier/Tabpapierinstellingen) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) Deze functie wordt gebruikt om tekst af te drukken op de tabs van Afbeelding origineel Afgedrukt op tabpapier tabpapier. Afdrukken op tabpapier (alleen PCL6) Het is mogelijk om op elk vel tabpapier af te drukken dat u op de gewenste paginapositie invoegt.
  • Pagina 289 PRINTER Afdrukken op tabpapier Open de gegevens die u op het tabpapier wilt afdrukken en selecteer dan de instellingen. (Deze functie kan worden gebruikt wanneer de PCL6-printerdriver wordt gebruikt.) Klik op het tabblad [Speciale modus]. Selecteer [Afdrukken op tabpapier] en klik op de knop [Instellingen].
  • Pagina 290 PRINTER TWEEZIJDIG AFDRUKKEN WAARBIJ BEPAALDE PAGINA'S OP DE VOORZIJDE WORDEN AFGEDRUKT (Hoofdstukinvoegingen) (Deze functie is alleen beschikbaar in Windows.) U kunt bepaalde pagina's op de voorzijde van het papier laten Voorbeeld: afdrukken. Wanneer pagina's 4 en 8 als pagina-instellingen bepaald zijn. Wanneer een pagina (bijvoorbeeld de eerste pagina van een hoofdstuk) wordt opgegeven als voorzijdepagina, wordt de pagina op de voorzijde van het papier afgedrukt ook al zou hij...
  • Pagina 291 PRINTER HANDIGE PRINTERFUNCTIES TWEE MACHINES GEBRUIKEN OM EEN GROTE AFDRUKTAAK UIT TE VOEREN (Tandemafdruk) Voor deze functie is de harde schijf vereist. Voorbeeld: 4 sets kopieën afdrukken Voor het gebruik van deze functie zijn twee machines vereist. Tandemafdruk stelt u in staat om een grote afdruktaak te laten uitvoeren door twee machines die op uw netwerk zijn aangesloten.
  • Pagina 292 PRINTER AFDRUKBESTANDEN OPSLAAN EN GEBRUIKEN (Vasthouden/Documentarchivering) Voor deze functie is de harde schijf vereist. Deze functie wordt gebruikt om een afdruktaak als bestand op te slaan op de harde schijf van het apparaat, zodat de taak wanneer nodig kan worden afgedrukt via het bedieningspaneel. U kunt een locatie selecteren voor het opslaan van een bestand om te voorkomen dat het bestand wordt samengevoegd bij de bestanden van andere gebruikers.
  • Pagina 293 PRINTER Macintosh Selecteer [Taakverwerking]. Selecteer de instelling voor vasthouden. Schakel het selectievakje [Vasthouden] in . Selecteer de methode van vasthouden in "Vasthouden instellingen". Om de handeling te vereenvoudigen wanneer u de volgende keer hetzelfde wachtwoord instelt, kunt u op de toets (vergrendelen) klikken nadat u het wachtwoord hebt ingevoerd (5 tot 8 cijfers).
  • Pagina 294 PRINTER AFDRUKKEN ZONDER DE PRINTERDRIVER Wanneer de printerdriver niet is geïnstalleerd op uw computer, of wanneer de applicatie om een af te drukken bestand te openen niet beschikbaar is, kunt u direct op het apparaat afdrukken zonder de printerdriver. Hieronder ziet u de bestandstypen (en overeenkomstige extensies) die u direct kunt afdrukken. PDF/ Bestandstype TIFF...
  • Pagina 295 PRINTER DIRECT AFDRUKKEN VAN EEN BESTAND IN EEN USB-GEHEUGEN Voor deze functie is de harde schijf vereist. Een bestand in een op het apparaat aangesloten USB-geheugen kan worden afgedrukt via het bedieningspaneel van het apparaat zonder gebruik te maken van de printerdriver. Als de printerdriver van het apparaat niet is geïnstalleerd op uw computer, kunt u een bestand kopiëren naar een in de handel verkrijgbaar USB-geheugen en het geheugen aansluiten op het apparaat om het bestand direct af te drukken.
  • Pagina 296 PRINTER Druk op de toets voor het bestand dat u wilt USB-geheugen afdrukken. Bestands- of mapnaam • Het pictogram verschijnt aan de linkerzijde van de toetsen voor File-01.tiff bestanden die kunnen worden afgedrukt. Folder01 • Het pictogram wordt weergegeven aan de linkerzijde van de toetsen File-02.tiff voor mappen in het USB-geheugen.
  • Pagina 297 PRINTER DIRECT AFDRUKKEN VANAF EEN COMPUTER U kunt instellingen configureren op de webpagina's van het apparaat zodat u direct vanaf de computer kunt afdrukken zonder gebruik van de printerdriver. Raadpleeg de Beknopte bedieningshandleiding voor de procedure om de webpagina's te openen. AFDRUKTAAK INDIENEN Het is mogelijk om direct een bestand op te geven om te laten afdrukken, zonder de printerdriver te gebruiken.
  • Pagina 298 PRINTER E-MAIL AFDRUKKEN U kunt een e-mail account configureren in het apparaat, zodat het apparaat uw mailserver periodiek controleert, en automatisch ontvangen e-mailbijlagen afdrukt zonder de printerdriver te gebruiken. Instellingen configureren • Instellingen configureren Als u de functie E-mail afdrukken wilt gebruiken, moet u een e-mailaccount configureren op het apparaat. Als u een account wilt configureren, klikt u op [Toepassingsinstellingen] en vervolgens op [Instellingen voor e-mail afdrukken] in het menu van de webpagina.
  • Pagina 299 PRINTER DE AFDRUKSTATUS CONTROLEREN OPDRACHTSTATUSSCHERM Het scherm opdrachtstatus verschijnt wanneer u op de toets [OPDRACHT STATUS] op het bedieningspaneel drukt. Het opdrachtstatusscherm geeft de status van opdrachten per modus weer. Als u op de toets [OPDRACHT STATUS] drukt, wordt het opdrachtstatusscherm weergegeven van de modus die u gebruikte voordat u op de toets drukte.
  • Pagina 300 PRINTER SPOOL SCHERM/SCHERM OPDRACHTEN IN DE WACHTRIJ/SCHERM UITGEVOERDE OPDRACHTEN Het opdrachtstatusscherm omvat het scherm opdrachtwachtrij (waarin wordt aangegeven welke kopieer- en afdrukopdrachten wachten om te worden afgedrukt, en de opdracht die momenteel wordt uitgevoerd), en het scherm uitgevoerde opdrachten (waarin de uitgevoerde opdracht worden aangegeven, het spool scherm (met opdrachten die zijn gespoold) en encrypted PDF-opdrachten die wachten op de invoer van een wachtwoord.
  • Pagina 301 PRINTER Weergave opdrachttoetsen Elke opdrachttoets geeft de positie van de opdracht in de opdrachtwachtrij en de huidige status van de opdracht weer. Computer01 002/000 Wachten Geeft het nummer (de positie) van de opdracht in de wachtrij aan. Status Als de opdracht die momenteel wordt afgedrukt voltooid is, schuift de Geeft de opdrachtstatus weer.
  • Pagina 302 PRINTER EEN VERSLEUTELD PDF-BESTAND AFDRUKKEN Het versleuteld PDF-formaat wordt gebruikt om PDF-bestanden te beveiligen door er een wachtwoord aan toe te kennen. Voor het rechtstreeks afdrukken van een versleuteld PDF-bestand op een FTP-server of van een USB-geheugenapparaat of iets dergelijks die op de machine is aangesloten, volg onderstaande stappen om het wachtwoord in te voeren en te gaan afdrukken.
  • Pagina 303 PRINTER VOORRANG GEVEN AAN EEN AFDRUKTAAK/EEN AFDRUKTAAK ANNULEREN VOORRANG GEVEN AAN EEN AFDRUKTAAK Als het apparaat bezig is met kopiëren of het afdrukken van een ontvangen fax of andere taak, kunt u voorrang geven aan een afdruktaak die prioriteit heeft en deze eerder afdrukken dan de andere taken. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS].
  • Pagina 304 PRINTER EEN AFDRUKTAAK ANNULEREN U kunt een taak die wordt afgedrukt, wordt gespoold of in een wachtrij staat annuleren. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS]. Annuleer de taak. Druk op de tab [Afdrukopdr.]. Afdrukopdr. Scan naar Faxopdracht Internetfax Opdrachtwachtrij Sets / Voortgang Status Wijzig de status van de afdruktaak in [Spool] of Spool...
  • Pagina 305 PRINTER OVERSTAPPEN OP EEN ANDER PAPIERFORMAAT ALS HET PAPIER OPRAAKT Als het afdrukken wordt gestopt omdat het papier op is of het in de printerdriver geselecteerde papierformaat niet in het apparaat is geladen, verschijnt een melding op het aanraakscherm. Het afdrukken wordt automatisch hervat wanneer papier in het apparaat wordt geladen en op de toets [OK] wordt gedrukt.
  • Pagina 306 PRINTER BIJLAGE SPECIFICATIELIJST PRINTERDRIVER De beschikbare functies en de uitvoerresultaten zijn afhankelijk van de printerdriver die wordt gebruikt. Macintosh Functie PCL6 Windows PPD* PPD* Veelgebruikte Kopieën 1-999 1-999 1-999 1-999 functies Afdrukstand X pagina's Aantal pagina's 2,4,6,8,9,16 2,4,6,8,9,16 2,4,6,9,16 2,4,6,9,16 op 1 vel Volgorde Selecteerbaar...
  • Pagina 307 PRINTER Macintosh Functie PCL6 Windows PPD* PPD* Speciale functies Ander papier Transparant- insteekvellen Carbonafdruk Afdrukken op tabpapier Hoofdstukinvoegingen Invoegpagina Tandemafdruk* Vasthouden Document Archiveren Functies voor het Watermerk combineren van Afbeeldingsstempel tekst en Overlay afbeeldingen Beeldkwaliteit Afdrukmodus Normaal/ Normaal/ Normaal/ Normaal/ Fijn Fijn Fijn...
  • Pagina 308 HOOFDSTUK 4 Dit hoofdstuk biedt uitgebreide uitleg van de procedures voor het gebruik van de faxfunctie. BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN VOORDAT U DE MACHINE ALS FAXMACHINE GEBRUIKT VERZENDMETHODEN ....... . 4-26 •...
  • Pagina 309 AFZENDERINFORMATIE TOEVOEGEN AAN UW FAXONTVANGST FAXEN (Eigen nummer verzenden) ..... 4-99 • AFZENDERINFORMATIE TIJDELIJK WIJZIGEN FAXBERICHTEN ONTVANGEN ......4-59 (Eigen naam kiezen).
  • Pagina 310 EEN EXTRA TELEFOON GEBRUIKEN EEN EXTRA TELEFOON AANSLUITEN EN GEBRUIKEN (Aansluiting extra telefoon) ....4-125 • EEN FAX ONTVANGEN NA BEANTWOORDING VAN EEN GESPREK VIA DE EXTRA TELEFOON (ontvangst op afstand) .
  • Pagina 311 VOORDAT U DE MACHINE ALS FAXMACHINE GEBRUIKT Deze sectie bevat informatie waarmee u vertrouwd moet zijn voordat u de machine als een faxmachine gebruikt. VOORBEREIDINGEN VOOR DE FAX Om de machine als fax te kunnen gebruiken, moet de telefoonlijn zijn aangesloten en het soort telefoonlijn ingesteld. VERBINDING MET DE TELEFOONLIJN Gebruik alleen de meegeleverde telefoonkabel om de "LINE"...
  • Pagina 312 TYPE VAN TELEFOONLIJN INSTELLEN De kiesmodus van de machine moet worden ingesteld op het type telefoonlijn dat u gebruikt. Als de instelling niet juist is, kan het apparaat niet bellen. Druk op de toets [Automatische selectie] in "Kiesmodusinstelling" in de systeeminstellingen (beheerder). De machine stelt de kiesmodus automatisch in op het type lijn dat u gebruikt.
  • Pagina 313 DATUM EN TIJD CONTROLEREN Controleer of de correcte datum en tijd in de machine zijn ingesteld. Datum en tijd worden ingesteld in de systeeminstellingen van de machine. Wanneer u op de [SYSTEEM INSTELLINGEN]-toets drukt, verschijnt het scherm systeeminstellingen in het bedieningspaneel. Selecteer [Standaard Instellingen], [Klok], en [Klokaanpassing], en stel jaar, maand, dag, uur en minuten in.
  • Pagina 314 BASISSCHERM VAN DE FAXFUNCTIE Als u de faxfunctie wilt gebruiken, selecteert u instellingen en handelingen in het basisscherm van faxmodus. Als u het basisscherm van de faxmodus wilt weergeven, drukt u op de toets [BEELD VERZENDEN] en daarna op de tab [Faxen]. BEELD DOCUMENT KOPIE...
  • Pagina 315 BASISSCHERM VAN DE FAXFUNCTIE Dit scherm kunt u gebruiken om de instellingen en handelingen van de faxfunctie te selecteren. BEELD DOCUMENT KOPIE VERZENDEN ARCHIVERING Gereed voor verzenden. (10) Luidspreker Opn. verzenden Scannen Internetfax Faxen USB-geh.scan PC scan Adresboek Origineel Auto Auto Scannen: Zenden:...
  • Pagina 316 (15) Toets (16) Dit laat de huidige geselecteerde faxontvangstfunctie zien en de hoeveelheid vrij geheugen die nog over is. Wanneer "Instelling vasthouden ontvangen afdrukgegevens" of "Inst. ☞ beeldcontrole ontvangen gegevens" in de systeeminstellingen is FAXBERICHTEN ONTVANGEN (pagina 4-59) geactiveerd, verschijnt dit zodra een fax ontvangen wordt. : Alleen "Instelling vasthouden ontvangen afdrukgegevens"...
  • Pagina 317 Toets [R] Wanneer de machine is aangesloten op een PBX, kan de "PBX-instelling" worden ingeschakeld om automatisch verbinding te maken met de buitenlijn telkens u op de normale manier een nummer belt. Wanneer de PBX-instelling is ingeschakeld, verschijnt de toets [R] in het basisscherm. Als u een nummer in uw PBX wilt bellen, drukt u op de toets [R] voordat u het nummber kiest om de "PBX-instelling"...
  • Pagina 318 ADRESBOEKSCHERM Dit scherm wordt gebruikt om uit een lijst van opgeslagen bestemmingen een bestemming te kiezen. (10) (11) CCC CCC 0123456789 Voorwaarde- (12) Instellingen AAA AAA BBB BBB Adresoverzicht CCC CCC DDD DDD Adresinvoer EEE EEE FFF FFF Globaal GGG GGG HHH HHH Adres Zoeken Subadres...
  • Pagina 319 Bij gebruik van de netwerkscannerfunctie of de internetfaxfunctie wordt een ander pictogram in de sneltoetsweergave weergegeven wanneer een niet-faxbestemming (adres) wordt opgeslagen. ☞ EEN FAXNUMMER OPROEPEN VANUIT HET ADRESBOEK (pagina 4-18) • Systeeminstellingen: Adresboek (pagina 7-16) Dit wordt gebruikt om faxnummers op te slaan onder sneltoetsen. •...
  • Pagina 320 Indexweergave Indexen vergemakkelijken het zoeken naar een bestemming (sneltoets). De bestemmingen worden afzonderlijk weergegeven op basis van alfabetische zoektekens en indexnummers. Klik op de betreffende indextab om een opgeslagen bestemming weer te geven. Het is handig om veelgebruikte bestemmingen op te slaan in de index [Freq.]. Geef bij het opslaan van een bestemming op of de bestemming moet worden weergegeven in de index [Freq.].
  • Pagina 321 VOLGORDE VAN FAXVERZENDING Deze sectie legt de basisprocedure uit voor het verzenden van een fax. Plaats het origineel. Plaats het origineel in de invoerlade van de automatische origineelinvoer of op de glasplaat. Voer het faxnummer van de bestemming in • Toets [Adresboek]: Selecteer een bestemming die in het adresboek is opgeslagen of zoek een bestemming op in Gereed voor verzenden.
  • Pagina 322 Selecteer beeldinstellingen. Selecteer instellingen voor het te faxen origineel. • [Origineel]-toets: Gebruik deze toets om het oorspronkelijke formaat, het Scannen Internetfax Faxen USB-geh.scan PC scan oorspronkelijke verzendformaat en het tweezijdig Adresboek Origineel Auto Auto Scannen: Zenden: scannen van originelen te selecteren. ☞...
  • Pagina 323 Start de transactie. Scan het origineel en verzend de fax. Als het origineel op de glasplaat is gelegd, volg dan deze stappen om het scannen en verzenden te starten: Als u een normale fax verstuurt (geheugenverzending) (1) Druk op de toets [START]. (2) Vervang na afloop van het scannen het origineel door het volgende origineel.
  • Pagina 324 BESTEMMINGEN INVOEREN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u faxnummers van bestemmingen kunt invoeren. U kunt faxnummers van bestemmingen invoeren met de cijfertoetsen of door een eerder opgeslagen faxnummer op te roepen met het adresboek of een zoeknummer. EEN FAXNUMMER INVOEREN MET DE CIJFERTOETSEN Voer het faxnummer van een bestemming in met de cijfertoetsen.
  • Pagina 325 EEN FAXNUMMER OPROEPEN VANUIT HET ADRESBOEK Het scherm adresboek geeft opgeslagen bestemmingen weer als sneltoetsen. Een faxnummer van een bestemming roept u op door eenvoudigweg op de sneltoets van die bestemming te drukken. Dit wordt "one-touch-bellen" genoemd. Het is ook mogelijk om meerdere faxnummers onder een one-touch-toets op te slaan. Hierdoor kunt u alle nummer oproepen door simpelweg die toets in te drukken.
  • Pagina 326 OPROEPEN VAN EEN OPGESLAGEN BESTEMMING Een faxnummer van een bestemming roept u op door eenvoudigweg op de sneltoets van die bestemming te drukken. Druk op [Adresboek]. Scannen Internetfax Faxen USB-geh.scan PC scan Adresboek Origineel Auto Auto Scannen: Zenden: Direct TX Belichting Auto Subadres...
  • Pagina 327 INGEVOERDE BESTEMMINGEN CONTROLEREN EN WISSEN Wanneer u meerdere bestemmingen hebt ingevoerd, kunt u ze weergeven en controleren. Ook is het mogelijk om een bestemming te wissen (selectie van bestemming annuleren). Druk op [Adresoverzicht]. Voorwaarde- Instellingen AAA AAA BBB BBB Adresoverzicht DDD DDD CCC CCC Adresinvoer...
  • Pagina 328 BESTEMMING OPROEPEN MET EEN ZOEKNUMMER Een bestemming die in het Adresboek is opgeslagen, kan met de toets worden opgeroepen. Dit kan vanuit het basisscherm van alle modi of vanuit het scherm Adresboek. Druk op de toets Scannen Internetfax Faxen USB-geh.scan PC scan Adresboek Origineel...
  • Pagina 329 EEN BESTEMMING OPROEPEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK Als een LDAP-server in de webpagina's is opgeslagen, kunt u de bestemming van een faxnummer opzoeken in een globaal adresboek. Open het scherm Globaal Adres Zoeken. Druk op [Adresboek] in het basisscherm. Voorwaarde- Druk op [Globaal Adres Zoeken].
  • Pagina 330 Selecteer de bestemming. Druk op de toets van de gewenste bestemming. Als er geen namen worden gevonden die overeenkomen met de Voorwaarde- Instellingen Details zoekletters, krijgt u een melding. Druk op [OK] om het bericht te sluiten Adresoverzicht en druk op [Opnieuw Zoeken] om nogmaals te zoeken. XXX AAA 0123456789 Opnieuw Zoeken...
  • Pagina 331 OPNIEUW VERZENDEN De bestemmingen van de meest recente 8 verzendingen van fax, scannen naar e-mail en/of internetfax worden opgeslagen. Een van deze 8 kan geselecteerd worden opnieuw naar de bestemming verzonden te worden. Druk op [Opn. verzenden]. Gereed voor verzenden. Luidspreker Opn.
  • Pagina 332 KETTINGKIEZEN Nummerreeksen die u met cijfertoetsen en/of sneltoetsen hebt ingevoerd, kunnen met elkaar verbonden worden door onderbrekingen en kunnen als een enkel nummer worden gebeld. Gebruik kettingkiezen om een lang nummer te bellen (zoals een internationaal nummer) wanneer de landcode en/of netnummer afzonderlijk onder sneltoetsen zijn opgeslagen.
  • Pagina 333 BASISMETHODEN VOOR VERZENDEN Deze sectie legt de basisprocedures voor het verzenden van een fax uit. VERZENDMETHODEN Hieronder vindt u een uitleg van de methoden voor het verzenden van een fax vanaf de machine. Selecteer de methode die u wenst. Gebruik de automatische documentinvoer om een grote hoeveelheid originelen te faxen. De originelen worden in het geheugen gescand en vervolgens verzonden (geheugenverzending).
  • Pagina 334 Gebruik de glasplaat om dikke originelen of pagina's van een boek te faxen. ☞ DE GLASPLAAT GEBRUIKEN VOOR HET VERZENDEN (pagina 4-35) Verzending Wanneer de glasplaat wordt gebruikt voor verzending, zal de snelle online-verzending niet werken. Gebruik de functie direct verzenden als u een fax wil verzenden voor de al eerder gereserveerde faxverzendingen.
  • Pagina 335 STANDEN VOOR DE PLAATSING VAN HET ORGINEEL Wanneer een origineel met formaat A4 (8-1/2" x 11") in verticale richting wordt geplaatst ( ), wordt het beeld automatisch 90 graden gedraaid en verstuurd in horizontale richting ( ) (Beelddraaiing). Als het origineel in horizontale richting is geplaatst ( ), wordt het in die richting verzonden ) zonder te worden gedraaid.
  • Pagina 336 VERZENDBARE ORIGINEELFORMATEN De volgende origineelformaten kunnen verzonden worden. Minimaal formaat origineel Maximaal formaat origineel Met de automatische origineelinvoer 131 mm (hoogte) x 140 mm (breedte) 297 mm (hoogte) x 1000 mm* (breedte) (5-1/8" (hoogte) x 5-1/2" (breedte) (11-5/8" (hoogte) x 39-3/8" (breedte) Met de glasplaat 297 mm (hoogte) x 432 mm (breedte) –...
  • Pagina 337 ALS DE LIJN BEZET IS Als de lijn bezet is wanneer u een fax verzendt, zal er na een standaardinterval automatisch opnieuw een poging tot verzenden plaatsvinden. Dit werkt alleen in de functie geheugenverzending. In de functie direct verzenden of in de functie handmatig verzenden zal de verzending geannuleerd worden.
  • Pagina 338 MODUS FAXBESTEMMINGSBEVESTIGING In de modus faxbestemmingsbevestiging wordt een bestemmingsbevestigingsbericht weergegeven wanneer een faxverzending wordt uitgevoerd, om te vermijden dat per ongeluk naar de verkeerde bestemming wordt verzonden. Deze functie wordt ingeschakeld in de systeeminstellingen (beheerder). Wanneer deze functie ingeschakeld staat, zal een bericht verschijnen om de bestemming te bevestigen wanneer op de toets [START] wordt gedrukt om de faxverzending te starten.
  • Pagina 339 HET GEBRUIK VAN DE AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOER VOOR VERZENDING Druk op deze toets wanneer u dunne originelen wilt scannen met behulp van de automatische documentinvoerlade. Deze sectie geeft uitleg over het gebruik van de automatische documentinvoereenheid om een fax te versturen. Plaats de originelen met de kopiezijde naar boven in de documentinvoerlade met de vellen Markeerstreep...
  • Pagina 340 DE AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOER GEBRUIKEN OM EEN FAX TE VERZENDEN MET DE FUNCTIE DIRECT VERZENDEN Plaats de originelen met de kopiezijde naar boven in de documentinvoerlade met de vellen Markeerstreep gelijkmatig verdeeld. Steek de originelen helemaal in de lade van de documentinvoer. In de documentinvoerlade kunnen meerdere originelen worden geplaatst.
  • Pagina 341 • De volgende functies kunnen niet samen met de functie directe verzending worden gebruikt: Programma, Timer-verzending, 2-in-1, Kaart Formaat, Opdracht Samenstellen, Navraaggeheugen, Aantal originelen, Bestand, Snelbestand, Geheugenvak, 2-zijdig scannen van originelen, Globaal Adres zoeken • De fax zal niet opnieuw verzonden worden als een directe verzending faalde door een communicatiefout of door een andere reden. •...
  • Pagina 342 DE GLASPLAAT GEBRUIKEN VOOR HET VERZENDEN Als u een dik origineel of een origineel dat niet via de automatische documentinvoer kan worden ingevoerd wilt faxen, open dan de automatische documentinvoer en plaats het origineel op de glasplaat. Open de documentinvoer, plaats het origineel met de bovenzijde naar beneden op de glasplaat en sluit voorzichtig de documentinvoer.
  • Pagina 343 Wanneer u een andere pagina wilt scannen, wijzigt u pagina's en drukt op de toets [START]. Herhaal dit tot alle originelen zijn gescand. Als er gedurende één minuut geen handeling plaatsvindt, stopt het scannen automatisch en wordt de verzending gereserveerd. Druk op de toets [Lezen Klaar].
  • Pagina 344 DE GLASPLAAT GEBRUIKEN OM EEN FAX TE VERZENDEN MET DE FUNCTIE DIRECT VERZENDEN Wanneer u vanaf de glasplaat een fax verstuurd met de functie directe verzending, kunt u maar één pagina verzenden. Open de documentinvoer, plaats het origineel met de bovenzijde naar beneden op de glasplaat en sluit voorzichtig de documentinvoer.
  • Pagina 345 Druk op de [Direct TX]-toets. Scannen Internetfax Faxen USB-geh.scan PC scan Adresboek Origineel Auto Scannen: Zenden: Auto Direct TX Belichting Auto Subadres Resolutie Standaard Adresoverzicht Belichting Bestand Snelbestand Automat. Ontvangst Voorbeeld Faxgeheugen:100% Druk op [START]. De verzending wordt gestart. Een verzending annuleren... Als het bericht "Bezig met inbellen.
  • Pagina 346 VERZENDINGEN MET DE LUIDSPREKER Wanneer u de luidspreker gebruikt om te bellen, wordt de fax verstuurd nadat het nummer is gebeld en de verbinding is gemaakt. Als iemand antwoordt, zult u zijn of haar stem horen, maar u zult zelf niet kunnen spreken. Plaats het origineel.
  • Pagina 347 DEZELFDE FAX VERSTUREN NAAR MEERDERE BESTEMMINGEN (Distributie verzendopdracht) Deze functie is handig als u dezelfde fax naar meerdere bestemmingen moet versturen, zoals u een verslag verzenden naar filialen in verschillende regio's. U kunt tot maximaal 500 bestemmingen in een distributiebewerking versturen. Verzending Originelen Het kan handig zijn om de bestemmingen waar u regelmatig faxen naar toestuurt via distributie verzendopdrachten op te slaan in groeptoetsen.
  • Pagina 348 Voer het faxnummer van de bestemming in. Druk op [Adresboek] in het basisscherm. CCC CCC Onderbreking Volgend Adres 0123456789 Druk op de sneltoets van de gewenste bestemming. Voorwaarde- Herhaal stap (2) totdat alle bestemmingen zijn Instellingen AAA AAA BBB BBB geselecteerd.
  • Pagina 349 Controleer de bestemmingen en druk op de toets Adresoverzicht [OK]. CCC CCC KKK KKK MMM MMM LLL LLL NNN NNN OOO OOO PPP PPP QQQ QQQ RRR RRR SSS SSS TTT TTT UUU UUU Een opgegeven bestemming annuleren Druk op de toets van de bestemming die u wilt annuleren. Er verschijnt een melding ter bevestiging van het wissen. Druk op [Ja]. ☞...
  • Pagina 350 Opnieuw verzenden naar rondzendbestemmingen De resultaten van een uitgevoerde rondzendopdracht (distributie) kunnen worden gecontroleerd in het scherm opdrachtstatus. Als een verzending naar één of meerdere van de bestemmingen is mislukt, kunt u de fax opnieuw versturen naar deze bestemmingen. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS]. Druk op [Voltooid].
  • Pagina 351 Stuur de fax opnieuw naar bestemmingen waarbij Details de verbinding is mislukt. Distribueren0001 Nogmaals Starttijd Druk op de tab [Mislukt]. Adres Status DDD DDD 10:01 04/01 NG0000 Druk op [Nogmaals]. 10:10 04/01 NG0000 EEE EEE Bestand Mislukt Alle Bestemm. (1) (2) •...
  • Pagina 352 FAXBERICHT RECHTSTREEKS VANUIT EEN COMPUTER VERZENDEN (PC-Fax) U kunt een document in een computer via de machine versturen als fax. De procedure voor het faxen via de functie PC-Fax is hetzelfde als de procedure voor het afdrukken van documenten. Selecteer het stuurprogramma van de PC-Fax als stuurprogramma voor het afdrukken en selecteer dan de opdracht Afdrukken in de softwaretoepassing.
  • Pagina 353 WEERGAVE-INSTELLINGEN Instellingen voor het scannen van het origineel worden in het basisscherm van elke modus geselecteerd. De huidige status van elke instelling verschijnt rechts van de voor het selecteren van de instelling gebruikte toets. Scannen Internetfax Faxen USB-geh.scan PC scan Adresboek Origineel Auto...
  • Pagina 354 AUTOMATISCH BEIDE ZIJDEN VAN EEN DUBBELZIJDIG ORIGINEEL SCANNEN 2-zijdig (origineel) De automatische documentinvoer zal automatisch beide zijden van het document scannen. Verzending 2-zijdig origineel De voor- en achterkant worden als twee afzonderlijke pagina's verzonden Druk op [Origineel]. ☞ WEERGAVE-INSTELLINGEN (pagina 4-46) Geef de inbindstijl van het 2-zijdig origineel (boek Faxen/Origineel of schrijfblok) en in welke afdrukstand het...
  • Pagina 355 SCANFORMAAT EN VERZENDFORMAAT OPGEVEN (vergroten/verkleinen) Bij plaatsing van het origineel wordt het formaat automatisch waargenomen en weergegeven op het basisscherm. Het formaat van het geplaatste origineel wordt aangegeven als het scanformaat, en het te verzenden formaat wordt aangegeven als het verzendformaat.
  • Pagina 356 Het scanformaat van het origineel opgeven (via papierformaat) Als het origineel geen standaardformaat heeft of als u het scanformaat wilt wijzigen, druk dan op [Origineel] om het formaat van het origineel handmatig op te geven. Plaats het origineel in de lade van de automatische origineelinvoer of op de glasplaat en volg onderstaande stappen. Druk op [Origineel].
  • Pagina 357 Tik op de toets [OK]. Faxen/Origineel Scanformaat 100% Verzendformaat Auto Stand afbeelding 2-Zijdig 2-Zijdig Boekje Schr.Blok Indien [Lang Form.] is geselecteerd, kunnen de 2-zijdige scaninstelling en het verzendformaat niet worden gewijzigd. 4-50 Inhoudsopgave...
  • Pagina 358 Het scanformaat van het origineel opgeven (met numerieke waarden) Als u een origineel scant dat geen standaardformaat heeft, zoals een ansichtkaart of kaart, volg dan deze stappen om het formaat van het origineel op te geven. De breedte kan varieen van 25 mm tot 432 mm (1" tot 17"), en de hoogte kan variëren van 25 mm tot 297 mm (1" tot 11-5/8"). Druk op [Origineel].
  • Pagina 359 Tik op de toets [OK]. Faxen/Origineel Het opgegeven formaat wordt weergegeven op de toets [Scanformaat]. Scanformaat Verzendformaa X420 Y297 Auto Stand afbeelding 2-Zijdig 2-Zijdig Schr.Blok Boekje • Als het scanformaat wordt opgegeven als een getalswaarde, kan het verzendformaat niet worden opgegeven. •...
  • Pagina 360 Het verzendformaat van het origineel opgeven Geef het verzendformaat op als een papierformaat. Als het verzendformaat groter is dan het geselecteerde scanformaat, wordt de afbeelding vergroot. Als het verzendformaat kleiner is dan het geselecteerde scanformaat, wordt de afbeelding verkleind. Het verzendformaat kan niet worden opgegeven als [Lang Form.] als scanformaat is geselecteerd of als het formaat in getalswaarden is opgegeven. Druk op [Origineel].
  • Pagina 361 Geef op in welke afdrukstand het origineel is geplaatst. Faxen/Origineel Druk op de juiste [Stand afbeelding]-toets. Als u hier de verkeerde stand kiest, zal het beeld niet op de juiste Scanformaat 141% Verzendformaat Auto manier verzonden worden wanneer u vergroten/verkleinen gebruikt. Tik op de toets [OK].
  • Pagina 362 BELICHTING WIJZIGEN De belichting kan worden aangepast aan de helderheid van het origineel. Raadpleeg de volgende tabellen om de juiste instellingen te kiezen. Belichtingsinstellingen: Belichting Toepassing Auto Bij deze instelling wordt de belichting automatisch aangepast aan lichtere en donkerdere delen van het origineel.
  • Pagina 363 RESOLUTIE WIJZIGEN De resolutie kan zo gekozen worden dat deze overeenkomt met de eigenschappen van het origineel, zoals tekst of foto, het formaat van de tekst en de lichtsterkte van de afbeelding. Raadpleeg de volgende tabellen om de juiste instellingen te kiezen. Resolutie-instellingen Resolutie Toepassing...
  • Pagina 364 CONTROLEREN VAN DE TE VERZENDEN AFBEELDING (Voorbeeld) Voor deze functie is de harde schijf vereist. Als u op de toets [Voorbeeld] tikt voordat u het origineel scant, kunt u de gescande afbeelding vóór verzending controleren op het aanraakscherm. * De standaard fabrieksinstelling is uitgeschakeld. Afhankelijk van de omvang van de verzendgegevens, kan een deel van de voorbeeldafbeelding wegvallen op het voorbeeldscherm op het aanraakscherm.
  • Pagina 365 VOORBEELD AFBEELDINGSCONTROLE In dit gedeelte wordt het voorbeeld afbeeldingscontrole uitgelegd. Voorbeeld Info verzender Functieoverz. Weergave draaien Start zenden 0001 /0010 Voorvertoning Toets [Info verzender] Er verschijnt een voorbeeld van het gescande origineel. Druk hierop om de afzenderinformatie voor fax eigen nr. weer te Als de afbeelding is afgesneden, verschuif het beeld dan met de geven.
  • Pagina 366 FAXONTVANGST In dit gedeelte worden de basisprocedures voor het ontvangen van faxberichten uitgelegd. FAXBERICHTEN ONTVANGEN Als de ontvangstfunctie ingesteld is op "Automat. Faxgeheugen", ontvangt en drukt de machine automatisch faxberichten af. De functie faxontvangst verschijnt in het basisscherm. Scannen Internetfax Faxen USB-geh.scan PC scan...
  • Pagina 367 FAXBERICHT ONTVANGEN Wanneer er een fax is verzonden naar de machine, zal de machine de fax automatisch ontvangen en afdrukken. De machine belt en de faxontvangst begint automatisch. Pieptoon Er klinkt een pieptoon wanneer de ontvangst klaar is. • Systeeminstellingen (Beheerder): Luidsprekerinstellingen Dit wordt gebruikt om het volume en de toon van het ontvangstgeluid aan te passen.
  • Pagina 368 FAXBERICHT HANDMATIG ONTVANGEN U kunt een faxbericht handmatig ontvangen via het aanraakscherm. Als de machine belt, drukt u op de toets [Luidspreker] in het basisscherm en daarna op de toets [Handmatige faxontvangst]. Telefoonmodus. Luidspreker Opn. verzenden Scannen Internetfax Faxen USB-geh.scan PC scan Adresboek Origineel...
  • Pagina 369 EEN FAX MET WACHTWOORDBEVEILIGING AFDRUKKEN (Instelling vasthouden ontvangen afdrukgegevens) De optie "Instelling vasthouden ontvangen afdrukgegevens" in de systeeminstellingen (beheerder) kan worden ingeschakeld om faxen in het geheugen te ontvangen zonder ze af te drukken. Om faxen af te drukken moet een wachtwoord worden ingevoerd. Als deze functie wordt gebruikt, verschijnt een invoerscherm voor het wachtwoord in het aanraakscherm wanneer een fax wordt ontvangen.
  • Pagina 370 DE AFBEELDING VOOR HET AFDRUKKEN CONTROLEREN Voor deze functie is de harde schijf vereist. Wanneer "Instelling beeldcontrole ontvangen data" in de systeeminstellingen (beheerder) is ingeschakeld, kunt u een ontvangen afbeelding in het aanraakscherm controleren voordat u hem afdrukt. Als deze functie is ingeschakeld, volg dan onderstaande stappen om een ontvangen afbeelding af te drukken.
  • Pagina 371 DE AFBEELDING VOOR HET DOORSTUREN CONTROLEREN Voor deze functie is de harde schijf vereist. Wanneer "Inst. beeldcontrole ontvangen gegevens" is ingeschakeld in de systeeminstellingen (beheerder), kunt u de ontvangen gegevens van de lijst selecteren en ze doorsturen naar de adressen die in het adresboek geregistreerd staan. Als deze functie is ingeschakeld, volg dan onderstaande stappen om een ontvangen afbeelding door te sturen.
  • Pagina 372 Start doorsturen Raak de toets [Start doorst.] aan. AAA AAA BBB BBB Adresoverzicht CCC CCC DDD DDD EEE EEE FFF FFF GGG GGG HHH HHH III III JJJ JJJ Freq. ABCD EFGH IJKL MNOP QRSTU VWXYZ etc. Adres sorteren Start doorst. Als het scherm van stap 1 verschijnt terwijl u bezig bent met het configureren van de instellingen van een functie in de instelschermen, worden de geconfigureerde instellingen geannuleerd als u de afbeelding weergeeft.
  • Pagina 373 ONTVANGEN FAXEN DOORSTUREN (Doorsturen Faxdata) Wanneer de machine niet kan afdrukken omdat er geen papier of inkt meer aanwezig is, kunnen ontvangen faxen worden doorgestuurd naar een andere, vooraf ingestelde faxmachine. Deze functie is handig voor het gebruik in een kantoor of andersoortige werkruimte met twee extra telefoonlijnen en waar een tweede faxmachine aangesloten is op een andere telefoonlijn.
  • Pagina 374 ONTVANGEN FAXEN NAAR EEN ADRES DOORSTUREN (Instelling voor inkomende routing) Wanneer de machine niet kan afdrukken omdat er geen papier of inkt meer aanwezig is, kunnen ontvangen faxen worden doorgestuurd naar een internetfax, e-mailadres of andere, vooraf ingestelde faxmachine. Deze functie kan worden gebruikt om ontvangen faxen door te sturen naar een opgegeven adres zonder ze af te drukken.
  • Pagina 375 Afzenderadressen opslaan. Als u enkel faxen van opgegeven adressen wenst door te sturen, sla dan de gewenste afzenderadressen op. Afzenderadressen die hier worden opgeslagen, kunnen uit een lijst worden geselecteerd wanneer u een doorstuurtabel opslaat. Klik op [Registratie van afzendernummer/-adres] in het menu [Instelling voor inkomende routing] in de webpagina.
  • Pagina 376 Een doorstuurtabel opslaan. Volg de onderstaande stappen om een doorstuurtabel op te slaan waarin een opgegeven afzender en doorstuuradres worden gecombineerd. Klik op [Instelling voor inkomende routing] in het menu van de webpagina's en klik op de toets [Toevoegen]. Voer een "Tabelnaam" in. Selecteer welke lijn voor de ontvangst wordt gebruikt.
  • Pagina 377 Te gebruiken doorstuurtabellen opgeven. Om de functie voor inkomende routing te gebruiken, schakelt u in de opgeslagen tabellen de doorstuurtabellen in die u wenst te gebruiken. Klik op [Instelling voor inkomende routing] in het webpaginamenu. Selecteer [Altijd doorsturen] of [Doorsturen op geselecteerde dag &...
  • Pagina 378 SPECIALE FUNCTIES Dit gedeelte gaat over speciale functies die kunnen worden gebruikt voor faxverzending. SPECIALE FUNCTIES Het menuscherm voor speciale functies verschijnt als in het basisscherm de toets [Spec. Functies] wordt aangeraakt. Het menu van speciale functies bestaat uit twee sch ermen. Druk op de toets om tussen de schermen te wisselen.
  • Pagina 379 (14) Toets [Transmissierapport] (16) [Geheugenvak]-toets ☞ ☞ AFDRUKINSTELLINGEN VOOR HET TRANSMISSIERAPPORT EEN FAX VERZENDEN WANNEER EEN ANDERE MACHINE (Transmissierapport) (pagina 4-97) NAVRAAG DOET BIJ UW MACHINE (Navraaggeheugen) (pagina 4-104) (15) Toets [Eigen naam kiezen] ☞ (17) Toets [Navragen] AFZENDERINFORMATIE TIJDELIJK WIJZIGEN (Eigen naam ☞...
  • Pagina 380 FAXHANDELINGEN OPSLAAN (Programma) Een programma is een groep verzendinstellingen die bij elkaar zijn opgeslagen. Wanneer u verzendinstellingen opslaat in een programma, kunt u deze instellingen weer oproepen en gebruiken voor een andere faxopdracht. Wanneer u bijvoorbeeld hetzelfde A4 (8-1/2" x 11") formaat eens per maand wilt versturen naar alle filialen in diverse regio's. (1) Dezelfde documenten worden naar elk filiaal gefaxt (2) Om papier te sparen, worden documenten van twee pagina's gefaxt als één enkele pagina (3) Vegen op de randen van de documenten worden vóór verzending gewist...
  • Pagina 381 Plaats het origineel. Plaats het origineel in de lade van de automatische origineelinvoer of op de glasplaat in overeenstemming met de functies die in het programma zijn opgeslagen. Speciale functies selecteren. Druk op de toets [Spec. functies]. Druk op [Programma]. ☞...
  • Pagina 382 WISSEN VAN SCHADUWRANDEN OP EEN AFBEELDING (Wissen) Deze wisfunctie wordt gebruikt om schaduwen op kopieën vanaf boeken of andere dikke originelen te wissen. (Deze functie wist de delen van de afbeelding waar schaduwranden zich meestal voordoen. De functie neemt geen schaduwen waar en wist alleen de schaduwranden.) Scannen van een dik boek Zonder de wisfunctie Met de wisfunctie...
  • Pagina 383 Selecteer de wisinstellingen. Druk op de gewenste wisfunctie. Faxen/Spec. Functies Selecteer een van de 4 wisfuncties. Raak de toets [Zijkant wissen] aan om het volgende scherm te openen. Annuleren Wissen Wissen Rand Midden Rand+Midden Zijkant wissen Annuleren Rand Wissen Wissen Wissen Wis positie voor (0~20)
  • Pagina 384 EEN ORIGINEEL ALS TWEE AFZONDERLIJKE PAGINA'S VERZENDEN (Dubbele Pg Scannen) De linker- en rechterzijde van een origineel kunnen als twee afzonderlijke pagina's worden verzonden. Deze functie is nuttig als u de linker en rechter pagina's van een boek of ander gebonden document als losse pagina's wilt faxen. Voorbeeld: De rechter en linker pagina's van een boek faxen Boek of ingebonden document De rechter- en linkerpagina worden als twee afzonderlijke pagina's verzonden...
  • Pagina 385 Selecteer Dubbele Pagina Scannen. Druk op de toets [Spec. Functies]. Faxen/Spec. Functies ☞ SPECIALE FUNCTIES (pagina 4-71) Druk op de [Dubbele Pg Scannen]-toets zodat deze Dubbele Pg Programma Wissen Scannen wordt gemarkeerd. Timer 2-in-1 Kaart Formaat Tik op de toets [OK]. Langzame Opdracht Origineel...
  • Pagina 386 FAX VERZENDEN OP EEN VOORAF INGESTELD TIJDSTIP (Timer) Wanneer u deze functie gebruikt, vindt de verzending automatisch plaats op een vooraf ingesteld tijdstip. De functie timerverzending maakt het eenvoudig verzendingen in de wachtrij, distributie verzendopdrachten en andere verzendingen 's nachts of op andere tijden uit te voeren wanneer de telefoontarieven goedkoper zijn.
  • Pagina 387 Stel de tijd in met de toetsen Geef de dag op. Faxen/Spec. Functies Wilt u geen dag opgeven, selecteer dan [---]. In dat geval begint de Timer Annuleren verzending zodra de bij (2) opgegeven tijd aanbreekt. Geef de tijd op (uur, minuut) Dag van de week Tijd Selecteer de tijd in 24-uursindeling.
  • Pagina 388 TWEE PAGINA'S ALS ÉÉN PAGINA VERZENDEN (2-in-1) U kunt twee originele pagina's verkleinen en verzenden als een enkele pagina. Deze functie is handig wanneer u een groot aantal originelen moet scannen en het aantal te verzenden pagina's beperkt wilt houden. Originelen in staande stand Verzending Originelen in liggende stand...
  • Pagina 389 Selecteer 2-in-1. Druk op de toets [Spec. Functies]. Faxen/Spec. Functies ☞ SPECIALE FUNCTIES (pagina 4-71) Dubbele Pg Druk op [2-in-1] zodat de toets wordt gemarkeerd. Programma Wissen Scannen Tik op de toets [OK]. Timer 2-in-1 Kaart Formaat Opdracht Origineel Langzame Samenstel.
  • Pagina 390 • Verzending op een formaat dat kleiner is dan het formaat van het origineel is niet mogelijk. • Deze functie kan niet worden gebruikt in de Direct verzenden-functie of wanneer de luidspreker wordt gebruikt tijdens het kiezen van het nummer. •...
  • Pagina 391 BEIDE ZIJDEN VAN EEN KAART ALS EEN ENKELE PAGINA VERZENDEN (Kaart Formaat) Met deze functie kunt u de voor- en achterkant van een kaart verzenden als één pagina. U hoeft dan niet elke zijde afzonderlijk te verzenden. Verzonden afbeelding Originelen Verzending Voorzijde Vorige...
  • Pagina 392 Geef het formaat van het origineel op. Voer het formaat van het origineel in. Faxen/Spec. Functies • Druk op de cijferweergavetoets voor X (breedte) en voer de breedte Kaart Formaat Annuleren • Druk op de cijferweergavetoets voor Y (hoogte) en voer de hoogte (25~210) Passend om Druk op [Formaat Herstellen] om het origineelformaat weer op het...
  • Pagina 393 Druk op de toets [Lezen Klaar]. Plaats volgend origineel. (Pg.No.x) Druk op [Start]. Druk op [Lezen klaar] indien gereed. Configureren Lezen Klaar Als u doorgaat met de voorkant van de kaart te scannen, kunt u de toets [Configureren] indrukken om belichting, resolutie, scanformaat en verzendformaat te wijzigen.
  • Pagina 394 EEN GROOT AANTAL PAGINA'S VERZENDEN (Opdr. samenst.) Druk op deze toets wanneer u dunne originelen wilt scannen met behulp van de automatische documentinvoerlade. Met deze functie kunt u een zending die bestaat uit een groot aantal originelen opsplitsen in sets, elke set scannen met behulp van de automatische origineelinvoer en alle pagina's versturen en één enkele verzending.
  • Pagina 395 Druk op de toets [START] om de eerste set te scannen. Om het scannen te annuleren... Druk op de toets [STOP] ( Plaats de volgende set originelen en druk op de toets [START]. Herhaal deze stap totdat u alle originelen hebt gescand. Om het scannen te annuleren...
  • Pagina 396 ORIGINELEN VAN VERSCHILLENDE FORMATEN VERZENDEN (Origineel gem. form.) Druk op deze toets wanneer u dunne originelen wilt scannen met behulp van de automatische documentinvoerlade. Met deze functie kunt u originelen van verschillend formaat tegelijk scannen en verzenden, bijvoorbeeld originelen van B4-formaat (8-1/2" x 14") samen met originelen van A3-formaat (11"...
  • Pagina 397 Selecteer de instelling voor originelen van gemixt formaat. Faxen/Spec. Druk op de toets [Spec. Functies]. ☞ SPECIALE FUNCTIES (pagina 4-71) Dubbele Pg Programma Wissen Scannen Druk op [Origineel gem. form.] zodat de toets wordt Timer 2-in-1 Kaart Formaat gemarkeerd. Opdracht Langzame Origineel Tik op de toets [OK].
  • Pagina 398 DUNNE ORIGINELEN FAXEN (Langzame scanmodus) Druk op deze toets wanneer u dunne originelen wilt scannen met behulp van de automatische documentinvoerlade. Deze functie helpt voorkomen dat dunne originelen in het apparaat vastlopen. Deze functie helpt voorkomen dat dunne originelen in het apparaat vastlopen.
  • Pagina 399 Druk op [START]. Het scannen begint. Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid.Het scannen begint. Om het scannen te annuleren... Druk op de toets [STOP] ( Bij selectie van deze functie kan niet automatisch 2-zijdig worden gescand. De Langzame scanmodus annuleren...
  • Pagina 400 HET AANTAL GESCANDE ORIGINELE VELLEN CONTROLEREN VOOR VERZENDING (Aantal originelen) Het aantal gescande originele vellen kan worden geteld en weergegeven voor de verzending. Door het aantal gescande originele vellen te controleren voor de verzending, vermijdt u verzendingsfouten. Steek de originelen met de voorzijde naar boven in de lade van de documentinvoer.
  • Pagina 401 Als het scannen klaar is, controleer dan het aantal gescande originele vellen en druk op [OK]. Het verzenden zal beginnen. Er zijn XX pagina's van (p.X) • Wanneer u de modus Opdracht samenstel. gebruikt, zal het het origineel gescand. Gescande gegevens verzenden? bevestigingsbericht verschijnen nadat u op de toets [Lezen Klaar] hebt gedrukt.
  • Pagina 402 EEN STEMPEL ZETTEN OP GESCANDE ORIGINELEN (Verif. Stempel) Voor deze functie is de automatische documentinvoer vereist. Met deze functie wordt een stempel gezet op elk origineel dat via de automatische origineelinvoer wordt gescand, zodat u kunt controleren of alle originele correct werden gescand. Plaats van de stempel Er wordt een "O"-teken gestempeld...
  • Pagina 403 Druk op [START]. Het scannen begint. Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid.Het scannen begint. Om het scannen te annuleren... Druk op de toets [STOP] ( ) om de bewerking te annuleren. • Wanneer tweezijdige originelen worden gebruikt, wordt de voorzijde van elk origineel twee maal gestempeld. •...
  • Pagina 404 AFDRUKINSTELLINGEN VOOR HET TRANSMISSIERAPPORT (Transmissierapport) Er wordt automatisch een rapport afgedrukt om u te waarschuwen wanneer een verzending mislukt of wanneer een distributieverzending wordt uitgevoerd. In het transmissierapport staat een beschrijving van de verzending (datum, starttijd, naam andere partij, vereiste tijd, aantal pagina's, status, enz.).
  • Pagina 405 Druk op [START]. Het scannen begint. • Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand. Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid. • Als u het origineel op de glasplaat scant, moet u pagina voor pagina scannen. Wanneer het scannen klaar is, plaatst u het volgende origineel en drukt u op de toets [START].
  • Pagina 406 AFZENDERINFORMATIE TOEVOEGEN AAN UW FAXEN (Eigen nummer verzenden) Uw afzenderinformatie (datum, tijd, naam afzender, faxnummer verzender, aantal pagina's) wordt automatisch toegevoegd bovenaan elke faxpagina die u verzendt. Voorbeeld van een afzenderinformatie op een pagina 04/APR/2020/Woe 3:00 PM AAAAA FAX Nr. 0123456789 P.001/001 (1) Datum, tijdstip Datum en tijdstip van verzending.
  • Pagina 407 AFZENDERINFORMATIE TIJDELIJK WIJZIGEN (Eigen naam kiezen) U kunt de afzenderinformatie op een fax kiezen uit een lijst met opgeslagen afzenders. Speciale functies selecteren. Druk op de toets [Spec. functies]. Druk op de toetsen om tussen de schermen te wisselen. Druk op de [Eigen naam kiezen]-toets. ☞...
  • Pagina 408 EEN FAXMACHINE OPROEPEN EN ONTVANGST INITIALISEREN (Navragen) Met deze functie kan de ontvangende machine een andere faxmachine bellen en de ontvangst van het document in die machine starten. Omdat de ontvangende machine de ontvangst van een document initialiseert, wordt deze functie "Navraag ontvangst" genoemd. (1) Verzoeken faxverzending.
  • Pagina 409 Druk op [START]. Uw machine zal de andere machine bellen en beginnen met de ontvangst van de fax. • Navraag-ontvangst kan worden gebruikt in combinatie met de timerfunctie om navraag te doen op een specifiek tijdstip, zoals bijvoorbeeld 's nachts wanneer u niet aanwezig bent (U kunt maximaal één timer navraag-ontvangst instellen.).
  • Pagina 410 EEN NAVRAAG-ONTVANGST HANDMATIG INITIALISEREN Gebruik deze procedure wanneer u een navraag-ontvangst moet starten nadat u een opgenomen bericht hebt afgeluisterd, bijvoorbeeld in het geval van een faxinformatie-service. • Zorg ervoor dat er geen origineel in de machine is geplaatst wanneer u de functie Navraag-ontvangst gebruikt. •...
  • Pagina 411 EEN FAX VERZENDEN WANNEER EEN ANDERE MACHINE NAVRAAG DOET BIJ UW MACHINE (Navraaggeheugen) Het verzenden van een document dat in het geheugen is gescand wanneer een andere machine navraag doet bij uw machine wordt "Navraaggeheugen" genoemd. Voorafgaand aan de navraag, moet het document dat moet worden gefaxt naar de andere machine in het navraaggeheugen worden gescand. Deze functie kan alleen gebruikt worden als de andere machine een Super G3 of G3 machine is en de navraagfunctie ondersteunt.
  • Pagina 412 EEN DOCUMENT IN EEN NAVRAAGGEHEUGEN SCANNEN Volg deze stappen om een document in een geheugenvak (Openbaar Vak) te scannen voor navraagverzending. Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Speciale functies selecteren.
  • Pagina 413 Selecteer de Afbeeldingsinstellingen en speciale Geheugenvak - Dataopslag functies. Geheugenvak Origineel Auto Auto Scannen Zenden: Lijst Belichting Auto Resolutie Standaard Spec. Functies Automat. Ontvangst Faxgeheugen:100% • U kunt geen programma, timer-instelling, transactierapport, navraag, verificatie stempel of documentarchivering selecteren. • Druk op de toets [Geheugenvak Lijst] om terug te gaan naar het scherm van stap 4. Druk op [START].
  • Pagina 414 EEN DOCUMENT UIT HET OPENBAAR VAK CONTROLEREN U kunt het document dat in het openbare vak van de machine is opgeslagen controleren voor geheugennavraag. Speciale functies selecteren. Druk op de toets [Spec. Functies]. Druk op de toetsen om tussen de schermen te wisselen. Druk op de [Geheugenvak]-toets.
  • Pagina 415 EEN DOCUMENT VERWIJDEREN UIT HET OPENBAAR VAK Een document verwijderen uit het openbaar vak wanneer u deze niet langer nodig hebt. Speciale functies selecteren. Druk op de toets [Spec. Functies]. Druk op de toetsen om tussen de schermen te wisselen. Druk op de [Geheugenvak]-toets.
  • Pagina 416 F-CODE COMMUNICATIE VERRICHTEN Dit gedeelte legt uit hoe u F-code communicatiehandelingen verricht. F-code communicatie is mogelijk met machines van andere fabrikanten die ook F-code communicatie ondersteunen. F-CODE COMMUNICATIE Het uitwisselen van vertrouwelijke documenten (vertrouwelijke communicatie), terughalen (navraag) en distributie (navraaggeheugen) van informatie, en distributie van informatie naar meerdere bestemmingen (relay-distributieverzending) is mogelijk met andere machines die F-code communicatie ondersteunen.
  • Pagina 417 GEHEUGENVAKKEN MAKEN IN DE MACHINE VOOR F-CODE COMMUNICATIE Voordat de F-code communicatiefunctie kan worden gebruikt, moeten er speciale geheugenvakken gemaakt worden met behulp van "F-Codegeheugenvak" in de systeeminstellingen. Een vaknaam en een F-code (subadres en wachtwoord) worden in elk vak geprogrammeerd en een F-code communicatiefunctie wordt toegekend aan elke vak.
  • Pagina 418 F-CODES GEBRUIKEN VOOR VERTROUWELIJKE COMMUNICATIE Door een fax te verzenden naar een F-Codegeheugenvak (vertrouwelijk) in de ontvangende machine (uw machine of de andere) kan de afzender de verzending specifiek aan de gebruiker van dat vak adresseren. Dit is handig voor het verzenden van vertrouwelijke documenten die alleen bedoeld zijn voor de ontvanger en niemand anders, of wanneer de ontvangende machine door meerdere departementen gebruikt wordt.
  • Pagina 419 F-CODE VERTROUWELIJKE VERZENDING Volg de onderstaande stappen om een vertrouwelijke fax te verzenden door een F-code aan het faxnummer toe te voegen. Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Voer het faxnummer van de bestemming in.
  • Pagina 420 EEN FAX MET VERTROUWELIJKE F-CODE ONTVANGST CONTROLEREN Als er een vertrouwelijke fax met F-code naar uw machine verzonden is, wordt de fax ontvangen in het geheugenvak dat gespecificeerd is de F-code. Voer het afdrukwachtwoord in om de ontvangen faxen te controleren. De machine maakt een geluid en de fax wordt ontvangen.
  • Pagina 421 Voer een afdrukwachtwoord in via het numerieke toetsenbord. Voer pincode in via cijfertoetsen. Het teken "–" verandert in " " nadat een cijfer is ingevoerd. Annuleren Let erop dat u het juiste afdrukwachtwoord invoert. Als u een fout maakt, verschijnt er een melding en keert u terug naar het invoerscherm. Druk op de [Annuleren]-toets om terug te keren naar stap 4.
  • Pagina 422 NAVRAAG ONTVANGST MET F-CODES Deze functie stelt uw machine in staat een andere machine te bellen om te beginnen met de ontvangst van een fax die in de andere machine in een geheugenvak met F-code (navraaggeheugen) ligt opgeslagen. Tijdens de navraaghandeling moet uw machine de F-code (subadres en wachtwoord) die in de andere machine geconfigureerd is correct specificeren anders vindt de navraagontvangst niet plaats.
  • Pagina 423 Voer het faxnummer van de bestemming in. Druk op [Adresboek] in het basisscherm. Voorwaarde- Druk op de sneltoets van de gewenste bestemming. Instellingen AAA AAA BBB BBB Als de bestemming niet is opgeslagen in het adresboek, voert u het Adresoverzicht CCC CCC DDD DDD faxnummer in met de cijfertoetsen.
  • Pagina 424 NAVRAAGGEHEUGENVERZENDING MET F-CODES Wanneer uw machine van een andere machine een verzoek tot verzending ontvangt, verzendt deze functie van uw machine naar de andere een fax die opgeslagen is in een geheugenvak met F-code (navraaggeheugen). De andere machine moet de F-code die in uw machine geconfigureerd is correct specificeren anders vindt de verzending niet plaats.
  • Pagina 425 Druk op de [Dataopslag]-toets. Geheugenvak Verlaten Vertrouwelijke Navraaggeheugen Ontvangst Dataopslag Datacontr. Datacontr. Data Wissen Druk op de toets van het navraaggeheugenvak Vorige Geheugenvak - Dataopslag met F-code. Openbaar Vak Box 1 Box 2 Box 3 Box 4 Box 5 Box 6 Box 7 Box 8 Box 9...
  • Pagina 426 Druk op [START]. Het scannen begint. • Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand. • Als u het origineel op de glasplaat scant, moet u pagina voor pagina scannen. Wanneer het scannen klaar is, plaatst u het volgende origineel en drukt u op de toets [START]. Herhaal dit tot alle pagina's zijn gescand en druk dan op [Lezen Klaar].
  • Pagina 427 DOCUMENT IN NAVRAAGGEHEUGENVAK MET F-CODE CONTROLEREN U kunt het document dat in het F-code navraaggeheugenvak is opgeslagen controleren. Een document in een geheugenvak kan niet worden afgedrukt terwijl het wordt verzonden. Speciale functies selecteren. Druk op de toets [Spec. functies]. Druk op de toetsen om tussen de schermen te wisselen.
  • Pagina 428 EEN DOCUMENT WISSEN DAT OPGESLAGEN IS VOOR NAVRAAGVERZENDING MET F-CODE Wanneer een document in een navraaggeheugenvak met F-code niet langer nodig is, volg dan de onderstaande stappen om het te wissen. Een document in een geheugenvak kan niet worden gewist terwijl het wordt verzonden. Speciale functies selecteren.
  • Pagina 429 RELAY-VERZOEKVERZENDING MET F-CODES Deze functie wordt gebruikt om een fax naar een geheugenvak met F-code relay distributie in een andere machine te sturen en te zorgen dat die machine de fax relayed naar meerdere ontvangende machines. Wanneer er een grote afstand is tussen uw machine en de ontvangende machines, kan het verzenden van de fax naar een relay-machine die zich dichterbij de ontvangende machines bevindt, u helpen de telefoonkosten te verlagen.
  • Pagina 430 Voer het faxnummer van de bestemming in. Druk op [Adresboek] in het basisscherm. Voorwaarde- Druk op de sneltoets van de gewenste bestemming. Instellingen AAA AAA BBB BBB Als de bestemming niet is opgeslagen in het adresboek, voert u het Adresoverzicht CCC CCC DDD DDD faxnummer in met de cijfertoetsen.
  • Pagina 431 RELAY-DISTRIBUTIEVERZENDING MET F-CODES Wanneer uw machine een relay-verzoekverzending ontvangt, wordt de fax ontvangen in een geheugenvak met F-code relay-distributie in uw machine. Uw machine relays de fax naar alle ontvangende machines die in het geheugenvak geprogrammeerd zijn. Het verzenden naar de ontvangende machines vindt automatisch plaats.
  • Pagina 432 EEN EXTRA TELEFOON GEBRUIKEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een extra telefoon kunt gebruiken voor telefoongesprekken en om een fax te ontvangen nadat u met de persoon aan de telefoon gesproken hebt. EEN EXTRA TELEFOON AANSLUITEN EN GEBRUIKEN (Aansluiting extra telefoon) U kunt een extra telefoon aansluiten aan de machine.
  • Pagina 433 EEN FAX ONTVANGEN NA BEANTWOORDING VAN EEN GESPREK VIA DE EXTRA TELEFOON (ontvangst op afstand) Volg de stappen hieronder als u een faxontvangst wil starten nadat u een telefoongesprek heeft beantwoord met de extra telefoon. Als u met een puls telefoonlijn (draaifunctie) werkt, stel de extra telefoon dan zo in dat het toonsignalen afgeeft. Wanneer u de telefoon hoort overgaan, neem dan de extra telefoon op.
  • Pagina 434 DE STATUS VAN FAXOPDRACHTEN CONTROLEREN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de status van gereserveerde verzendingsopdrachten en van ontvangen faxen kunt controleren. OPDRACHTSTATUSSCHERM Het scherm opdrachtstatus verschijnt wanneer u op de toets [OPDRACHT STATUS] op het bedieningspaneel drukt. Het opdrachtstatusscherm geeft de status van opdrachten per modus weer.
  • Pagina 435 SCHERM OPDRACHTWACHTRIJ EN SCHERM UITGEVOERDE OPDRACHTEN Het opdrachtstatusscherm bestaat uit twee schermen: het scherm opdrachtwachtrij waarin gereserveerde opdrachten en de opdracht in uitvoering worden weergegeven, en het scherm uitgevoerde opdrachten. Wissel tussen de twee schermen door op onderstaande selectietoets (2) van het opdrachtstatusscherm te drukken.
  • Pagina 436 Weergave opdrachttoetsen Op de toetsen voor de opdrachtwachtrij en uitgevoerde opdrachten op het opdrachtstatusscherm wordt de volgende informatie weergegeven. AAA AAA 10:22 04/01 000/004 Wachten Geeft het nummer (de positie) van de opdracht in de wachtrij aan. Tijd van reservering/Starttijd Wanneer de huidige verzendopdracht voltooid is, schuift elke opdracht In het scherm opdrachtwachtrij, de datum en tijd waarop de opdracht een positie naar boven in de opdrachtwachtrij.
  • Pagina 437 • Uitgevoerde opdracht Melding Status "Verzenden OK" Verzending voltooid. "In Geheugen" Ontvangst voltooid, maar de fax is niet afgedrukt. "Ontvangen" Afgedrukte ontvangen faxgegevens. "Doorstuur OK" De ontvangen fax is doorgestuurd. "Gestopt" De opdracht werd gestopt. "Wissen" Verwijderde ontvangen gegevens op het scherm afbeeldingscontrole.
  • Pagina 438 VOORTGANG WANNEER EEN OPDRACHT UIT DE WACHTRIJ IS UITGEVOERD Een normale verzendopdracht die wordt voltooid gaat over naar het scherm uitgevoerde opdrachten en in de statuskolom verschijnt "Verzenden OK". Ontvangen faxen, timer verzendopdrachten, herhaalopdrachten en doorgestuurde opdrachten worden als volgt in het opdrachtstatusscherm behandeld.
  • Pagina 439 GERESERVEERDE OPDRACHTEN OF OPDRACHTEN IN UITVOERING CONTROLEREN U kunt de gedetailleerde inhoud weergeven van een distributieverzending of van een reeks navraagopdrachten. Selecteer (druk op) de toets van de opdracht die u wilt controleren en druk op de [Details]-toets. Het scherm voor opdrachtdetails verschijnt (zie hieronder). Details Distribueren0001 Voortgang:...
  • Pagina 440 UITGEVOERDE OPDRACHTEN CONTROLEREN U kunt een lijst controleren van de bestemmingen, de bestemmingen waarvoor de verzending mislukte en andere gedetailleerde informatie over voltooide distributieverzendopdrachten, ontvangen faxen doorstuuropdrachten, voltooide reeksen van navraagopdrachten en voltooide opdrachten die gebruikmaakten van de functie documentarchivering. Druk op de toets van de gewenste opdracht in het scherm voor voltooide opdrachten en druk op de [Details]-toets.
  • Pagina 441 EEN FAX IN UITVOERING OF EEN GERESERVEERDE FAX ANNULEREN Volg de onderstaande stappen om een faxverzending in uitvoer of een gereserveerde faxopdracht te annuleren. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS]. Selecteer de faxopdracht die u wilt annuleren. Afdrukopdr. Scan naar Faxopdracht Internetfax Adres...
  • Pagina 442 VOORRANG GEVEN AAN EEN GERESERVEERDE FAXOPDRACHT Als er meerdere opdrachten wachten op verzending, worden de opdrachten normaal gesproken op volgorde van reservering verzonden. Mocht het nodig zijn om een opdracht voorrang te verlenen boven andere opdrachten, ga dan als volgt te werk. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS].
  • Pagina 443 HET ACTIVITEITENLOGBOEK NAKIJKEN (Activiteitenrapport Beeld Verzenden) ACTIVITEITENRAPPORT BEELD VERZENDEN U kunt de machine een logboek laten afdrukken van recente beeldverzendingsactiviteiten (datum, naam, naam andere partij, vereiste tijd, resultaat, enz.). Het Activiteitenrapport Beeld Verzenden bevat nuttige informatie over bijvoorbeeld het soort fouten dat zich voordoet. De laatste 200 transacties worden in het rapport opgenomen.
  • Pagina 444 INFORMATIE IN DE STATUSKOLOM Foutsoorten en andere informatie worden afgedrukt in de statuskolom van transmissie- en activiteitsrapporten. Als er een transmissie- of activiteitsrapport is afgedrukt, controleer de resultaten van de transactie dan in de statuskolom en neem desgewenst maatregelen. Voorbeelden van berichten die in de statuskolom worden afgedrukt Melding Verklaring De transactie is normaal verlopen.
  • Pagina 445 HOOFDSTUK 5 SCANNER/INTERNETFAX Dit hoofdstuk biedt uitgebreide uitleg van de procedures voor het gebruik van de scannerfunctie en de functie Internetfax. De USB-geheugenmodus kan worden gebruikt zonder installatie van een randapparaat. Om de internetfaxfunctie te kunnen gebruiken, moeten de harde schijf en de internetfaxuitbreidingskit zijn geïnstalleerd. EEN BEELD VERZENDEN VOORDAT U DE MACHINE ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT...
  • Pagina 446 SCANNER/INTERNETFAX INTERNETFAX ONTVANGSTFUNCTIES SPECIALE FUNCTIES INTERNETFAX ONTVANGEN......5-112 SPECIALE FUNCTIES ....... 5-71 •...
  • Pagina 447 SCANNER/INTERNETFAX VOORDAT U DE MACHINE ALS NETWERKSCANNER GEBRUIKT Dit gedeelte bevat informatie waarmee u vertrouwd moet zijn voordat u de machine als een netwerkscanner gebruikt. NETWERKSCANNERFUNCTIE Met de netwerkscannerfunctie van de machine kunt u een origineel scannen en er een beeldbestand van maken. Dit bestand kan via een netwerk naar een computer, FTP-server of andere bestemming worden gezonden.
  • Pagina 448 SCANNER/INTERNETFAX USB-geheugenmodus ☞ EEN BEELD IN USB-GEHEUGENMODUS VERZENDEN (pagina 5-35) USB-geheugenscan Het gescande bestand wordt gezonden naar en opgeslagen op een USB-geheugenapparaat dat op de machine is aangesloten. Internetfaxmodus Om de internetfaxfunctie te kunnen gebruiken, moeten de harde schijf en de internetfaxuitbreidingskit zijn geïnstalleerd. ☞...
  • Pagina 449 SCANNER/INTERNETFAX VOORBEREIDINGEN VOOR GEBRUIK ALS NETWERKSCANNER ZORG DAT DE HOOFDSTROOMSCHAKELAAR OP "AAN" STAAT De stroom is ingeschakeld als de AAN-indicator rechts van het bedieningspaneel brandt. Als de AAN-indicator niet brandt, is de stroom "uitgeschakeld". Zet de stroomschakelaar aan en druk op de toets [AAN] ( ) op het bedieningspaneel.
  • Pagina 450 SCANNER/INTERNETFAX VEREISTE INSTELLINGEN OP DE WEBPAGINA'S Om de scanmodus en internetfaxmodus te gebruiken, moeten de basisinstellingen voor de netwerkscanner, de serverinstellingen zoals SMTP- en DNS-instellingen, en het adres van de afzender op de webpagina's worden geconfigureerd. • Serverinstellingen Als u serverinstellingen wilt configureren, klikt u op [Netwerkinstellingen] en vervolgens op [Services instellingen] in het menu van de webpagina. (Beheerdersrechten zijn vereist.) •...
  • Pagina 451 SCANNER/INTERNETFAX BESTEMMINGEN OPSLAAN VOOR SCANNEN NAAR DESKTOP Als u uw computer in de machine als een bestemming voor scannen naar desktop wilt opslaan, moet Network Scanner Tool worden geestalleerd van de cd-rom "Sharpdesk/Network Scanner Utilities" bij deze machine. Om een afbeelding naar uw computer te scannen, moet Network Scanner Tool op uw computer draaien.
  • Pagina 452 SCANNER/INTERNETFAX VOORDAT U NAAR EEN DIRECT SMTP-ADRES ZENDT De machine ondersteunt Direct SMTP, waarmee u rechtstreeks internetfaxen binnen uw bedrijf kunt versturen zonder een mailserver. Informatie over de procedure voor het opslaan van een Direct SMTP-adres in een adresboek vindt u in "BESTEMMINGSADRESSEN IN HET ADRESBOEK OPSLAAN VOOR ELKE SCANMODUS"...
  • Pagina 453 SCANNER/INTERNETFAX BASISSCHERM De scanmodus, Internetfaxmodus, USB-geheugenmodus en de PC-scanmodus worden bediend door het selecteren van instellingen en opdrachten in de basisschermen van deze modi. Als u het basisscherm van een modus wilt weergeven, drukt u op de toets [BEELD VERZENDEN] in het aanraakscherm en daarna op de tab van de modus die u wilt gebruiken.
  • Pagina 454 SCANNER/INTERNETFAX Aangepaste toetsen (13) Toets [Spec. Functies] U kunt de toetsen die hier verschijnen wijzigen, zodat ze instellingen of Druk op deze toets om een speciale functie te gebruiken. ☞ functies van uw voorkeur aangeven. SPECIALE FUNCTIES (pagina 5-71) ☞ Aangepaste toetsen tonen (pagina 5-11) (14)
  • Pagina 455 SCANNER/INTERNETFAX Aangepaste toetsen tonen Speciale functietoetsen en andere toetsen kunnen worden weergegeven in het basisscherm. Stel deze toetsen in op functies die u vaak gebruikt, zodat u erover beschikt met één druk op de toets. De aangepaste toetsen worden geconfigureerd met "Toetsinstelling aanpassen" op de webpagina's.
  • Pagina 456 SCANNER/INTERNETFAX ADRESBOEKSCHERM In dit scherm worden verzendbestemmingen geselecteerd. (10) (11) AAA AAA xxx@xx.xxx.com Voorwaarde- (12) Instellingen AAA AAA BBB BBB Adresoverzicht CCC CCC DDD DDD Adresinvoer EEE EEE FFF FFF Globaal GGG GGG HHH HHH Adres Zoeken III III JJJ JJJ (13) Adres sorteren Freq.
  • Pagina 457 SCANNER/INTERNETFAX • Op de sneltoetsen in het adresboek verschijnen pictogrammen waarmee de gebruikte verzendmodus wordt aangegeven. ☞ EEN BESTEMMING OPROEPEN VANUIT HET ADRESBOEK (pagina 5-18) • Informatie over het opslaan van adressen in een adresboek vindt u in "BESTEMMINGSADRESSEN IN HET ADRESBOEK OPSLAAN VOOR ELKE SCANMODUS"...
  • Pagina 458 SCANNER/INTERNETFAX Indexweergave Indexen vergemakkelijken het zoeken naar een bestemming (sneltoets). De bestemmingen worden afzonderlijk weergegeven op basis van alfabetische zoektekens en indexnummers. Klik op de betreffende indextab om een opgeslagen bestemming weer te geven. Het is handig om veelgebruikte bestemmingen op te slaan in de index [Freq.]. Geef bij het opslaan van een bestemming op of de bestemming moet worden weergegeven in de index [Freq.].
  • Pagina 459 SCANNER/INTERNETFAX SCAN- EN VERZENDVOLGORDE In deze sectie wordt de basisprocedure voor scannen en verzenden uitgelegd. Selecteer instellingen in de hieronder weergegeven volgorde voor een soepele verzending. Een uitgebreidere beschrijving van de werkwijze voor het selecteren van instellingen vindt u bij de uitleg per instelling in dit hoofdstuk. Plaats het origineel.
  • Pagina 460 SCANNER/INTERNETFAX Instellingen speciale functies Speciale functies kan worden geselecteerd. ☞ Scannen Internetfax Faxen USB-geh.scan PC scan SPECIALE FUNCTIES (pagina 5-71) Adresboek Origineel Scannen: Auto Zenden: Auto Adresinvoer Belichting Auto Text Verzendinst. Resolutie 200x200dpi Adresoverzicht Best.Indeling Kleurmodus Auto/Grijstint Bestand Spec. Functies Snelbestand Voorbeeld Start het scannen en verzenden...
  • Pagina 461 SCANNER/INTERNETFAX FORMATEN ORIGINEEL VERZENDBARE ORIGINEELFORMATEN De volgende origineelformaten kunnen worden verzonden Minimaal formaat origineel Maximaal formaat origineel Met de automatische origineelinvoer 131 mm (hoogte) x 140 mm (breedte) 297 mm (hoogte) x 1000 mm* (breedte) (5-1/8" (hoogte) x 5-1/2" (breedte) (11-5/8"...
  • Pagina 462 SCANNER/INTERNETFAX BESTEMMINGEN INVOEREN In dit gedeelte wordt het opgeven van bestemmingsadressen beschreven, inclusief het selecteren van een adres uit het Adresboek en het ophalen van een adres door het invoeren van een zoeknummer. EEN BESTEMMING OPROEPEN VANUIT HET ADRESBOEK Het scherm adresboek geeft opgeslagen bestemmingen weer als sneltoetsen. De bestemmingen worden weergegeven op volgorde van zoeknummer.
  • Pagina 463 SCANNER/INTERNETFAX OPROEPEN VAN EEN BESTEMMING Door het selecteren van een sneltoets wordt een bestemming opgeroepen. Druk op [Adresboek]. Scannen Internetfax Faxen USB-geh.scan PC scan Adresboek Origineel Scannen: Auto Zenden: Auto Adresinvoer Belichting Auto Text Verzendinst. Resolutie 200x200dpi Adresoverzicht Best.Indeling Bestand Kleurmodus Auto/Grijstint Spec.
  • Pagina 464 SCANNER/INTERNETFAX GESELECTEERDE BESTEMMINGEN CONTROLEREN EN WISSEN Als er meerdere bestemmingen zijn geselecteerd, kunt u de bestemmingen weergeven en controleren. Ook is het mogelijk om een bestemming uit de lijst te wissen (selectie van bestemming annuleren). Druk op [Adresoverzicht]. Voorwaarde- Instellingen AAA AAA BBB BBB Adresoverzicht...
  • Pagina 465 SCANNER/INTERNETFAX BESTEMMING OPROEPEN MET EEN ZOEKNUMMER Een bestemming die in het Adresboek is opgeslagen, kan met de toets worden opgeroepen. Dit kan vanuit het basisscherm van alle modi of vanuit het scherm Adresboek. Druk op de toets Scannen Internetfax Faxen USB-geh.scan PC scan Adresboek...
  • Pagina 466 SCANNER/INTERNETFAX BESTEMMING HANDMATIG OPGEVEN Adressen voor Scannen naar E-mail, internetfax, Netwerkmap en gegevensinvoer kunnen handmatig worden ingevoerd. Het adresinvoerscherm weergeven. Druk op [Adresboek] in het basisscherm. Voordat u de toets [Adresinvoer] op het basisscherm aantikt, tikt u op Voorwaarde- Instellingen de tab van de functie die u wilt gebruiken.
  • Pagina 467 SCANNER/INTERNETFAX EEN NETWERKMAP OPGEVEN Een Netwerkmap op een server of computer die op hetzelfde netwerk is aangesloten als de machine, kan direct worden opgegeven. Selecteer [Netwerkmap] in stap 2 op de vorige pagina en volg onderstaande stappen. Tik op de toets [Bladeren]. Netwerkmap Annuleren •...
  • Pagina 468 SCANNER/INTERNETFAX Open de netwerkmap. Druk op de toets van de werkgroep die u wilt openen. Stel de begintijd in. Zoeken Werkgroep Annuleren Werkgroepnaam Work 1 Work 2 Work 3 Work 4 Work 5 Work 6 Druk op de toets van de server of werkgroep die u wilt openen.
  • Pagina 469 SCANNER/INTERNETFAX EEN BESTEMMING OPROEPEN UIT EEN GLOBAAL ADRESBOEK Als een LDAP-server op de webpagina's is geconfigureerd, kunt u een adres opzoeken in een globaal adresboek en dat adres ophalen voor scannen naar e-mail of internetfax (uitgezonderd Direct SMTP-adressen). Open het scherm Globaal Adres Zoeken. Druk op [Adresboek] in het basisscherm.
  • Pagina 470 SCANNER/INTERNETFAX Selecteer de bestemming. Druk op de toets van de gewenste bestemming. Als er geen namen worden gevonden die overeenkomen met de Voorwaarde- Instellingen Details zoekletters, krijgt u een melding. Druk op [OK] om het bericht te sluiten Adresoverzicht en druk op [Opnieuw Zoeken] om nogmaals te zoeken. XXX AAA AAA@xx.xxx.com Opnieuw Zoeken...
  • Pagina 471 SCANNER/INTERNETFAX OPNIEUW VERZENDEN De bestemmingen van de laatste 8 verzendingen met Scannen naar E-mail, internetfax (inclusief Direct SMTP-adressen) en/of fax worden opgeslagen. Een van deze 8 kan geselecteerd worden opnieuw naar de bestemming verzonden te worden. Druk op [Opn. verzenden]. Gereed voor verzenden.
  • Pagina 472 SCANNER/INTERNETFAX EEN BEELD VERZENDEN EEN BEELD IN SCANMODUS VERZENDEN In deze sectie wordt de basisprocedure voor het verzenden in scanmodus uitgelegd (Scannen naar E-mail, Scannen naar FTP, Scannen naar desktop en Scannen naar netwerkmap). Als een standaardadres is geconfigureerd in "Instelling standaard adres" in de systeeminstellingen (beheerder), kan de modus of bestemming niet worden gewijzigd en kunnen geen bestemmingen worden toegevoegd.
  • Pagina 473 SCANNER/INTERNETFAX Geef de bestemming op. Druk op [Adresboek] in het basisscherm. Druk op de sneltoets van de gewenste bestemming. Voorwaarde- Instellingen AAA AAA BBB BBB Het pictogram op de toets geeft aan welk type bestemming onder de Adresoverzicht CCC CCC DDD DDD toets is opgeslagen.
  • Pagina 474 SCANNER/INTERNETFAX Geef op in welke afdrukstand het origineel is geplaatst. Scannen/Origineel Om te zorgen dat het origineel wordt gescand in de juiste stand (de bovenrand van het origineel wordt weergegeven boven in het scherm), geeft u op in Scanformaat Verzendformaat welke stand het origineel in stap 1 is geplaatst.
  • Pagina 475 SCANNER/INTERNETFAX Druk op de toets [Lezen Klaar]. Plaats volgend origineel. (P.x) Er klinkt een pieptoon ten teken dat de bewerking is voltooid. Druk op [Start]. Open de automatische origineelinvoer en verwijder het origineel. Druk op [Lezen klaar] indien gereed. Configureren Lezen Klaar •...
  • Pagina 476 SCANNER/INTERNETFAX ONDERWERP, BESTANDSNAAM, BEANTWOORDEN EN PLATTE TEKST WIJZIGEN Het onderwerp, de bestandsnaam, beantwoorden en platte tekst kunnen tijdens het verzenden van een scan worden gewijzigd. Er kunnen vooraf ingestelde items worden geselecteerd, of er kan rechtstreeks tekst worden ingevoerd. Voor het wijzigen van de berichttekst is de harde schijf vereist. •...
  • Pagina 477 SCANNER/INTERNETFAX Druk om de bestandsnaam te wijzigen op de toets Verzendinstellingen [Bestandsnaam]. • De bestandsnaam wordt op dezelfde wijze ingevoerd als het onderwerp. Onderwerp Sub: Schedule coordination meeting • Als u zendt naar een bestemming voor Scannen naar FTP, Scannen naar Bestandsnaam desktop of Scannen naar netwerkmap, gaat u verder met stap 9.
  • Pagina 478 SCANNER/INTERNETFAX Wijzig het bericht door op [Inhoud] te drukken. Verzendinstellingen • Voor deze functie is de harde schijf vereist. • Ga naar stap 9. Onderwerp Sub: Schedule coordination meeting Bestandsnaam Material for planning meeting Antwoord naar AAA AAA Inhoud Beantwoorden' toevoegen aan Cc Voer de tekst in en druk op [OK].
  • Pagina 479 SCANNER/INTERNETFAX EEN BEELD IN USB-GEHEUGENMODUS VERZENDEN Volg onderstaande stappen om een gescande afbeelding naar een in de handel verkrijgbaar USB-geheugenapparaat te verzenden dat op de machine is aangesloten. Het bestand wordt daarmee opgeslagen in het USB-apparaat. • Gebruik een FAT32 USB-geheugen met een capaciteit van meer dan 32 GB. •...
  • Pagina 480 SCANNER/INTERNETFAX Schakel over naar de USB-geheugenmodus en geef het scherm beeldinstellingen weer. Scannen Internetfax Faxen USB-geh.scan PC scan Druk op de tab [USB-geh. scan] Opgeslagen in Origineel Zenden: Scannen: Auto Auto Als de tab [USB-geh. scan] niet verschijnt, drukt u op de tab Bestandsnaam Belichting Auto...
  • Pagina 481 SCANNER/INTERNETFAX Druk op [START]. Het scannen begint. • Als het origineel op de glasplaat is gelegd, verschijnt de toets [Lezen Klaar] op het aanraakscherm. Als het origineel slechts één pagina is, gaat u naar stap 7. Als u meer pagina's moet scannen gaat u naar de volgende stap. •...
  • Pagina 482 SCANNER/INTERNETFAX Koppel het USB-geheugen los wanneer "Verzenden van gegevens voltooid." op het aanraakscherm verschijnt. Koppel het USB-geheugen niet los terwijl "Bezig met verzenden van gegevens." of "Bezig met verzenden van gegevens." op het aanraakscherm wordt weergegeven. • Wanneer de verzending naar USB-geheugen is voltooid, wordt "Verzenden van gegevens voltooid." weergegeven. Het bericht verdwijnt even later en het basisscherm van de functie beeld verzenden verschijnt weer.
  • Pagina 483 SCANNER/INTERNETFAX GEEF OP IN WELKE MAP HET BESTAND WORDT OPGESLAGEN. Als u een bestand naar USB-geheugen stuurt, kan een map in USB-geheugen worden opgegeven. Er kan ook een nieuwe map in USB-geheugen worden gemaakt. Als er geen map wordt opgegeven, wordt het bestand op het eerste niveau van de USB-geheugen opgeslagen. Tik op de toets [Opgeslagen in].
  • Pagina 484 SCANNER/INTERNETFAX BESTANDSNAAM INVOEREN U kunt de bestandsnaam invoeren tijdens het verzenden van een scan. • Als de bestandsnaam niet wordt ingevoerd, worden de instellingen van de webpagina gebruikt. • Zie "TEKST INVOEREN" (pagina 1-58) in "1. VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT" voor de procedure voor het invoeren van tekst. Scannen Internetfax Faxen...
  • Pagina 485 SCANNER/INTERNETFAX EEN FAX VERZENDEN IN INTERNETFAXMODUS De basisprocedure voor het zenden van een fax in internetfaxmodus wordt hieronder uitgelegd. Met de procedure kan ook direct verzonden worden via Direct SMTP. Als een standaardadres is geconfigureerd in "Instelling standaard adres" in de systeeminstellingen (beheerder), kan de modus of bestemming niet worden gewijzigd en kunnen geen bestemmingen worden toegevoegd.
  • Pagina 486 SCANNER/INTERNETFAX Schakel over naar de internetfaxmodus en geef (1) (2) het scherm beeldinstellingen weer. Scannen Internetfax Faxen USB-geh.scan PC scan Druk op de tab [Internetfax]. Adresboek Origineel Scannen: Auto Zenden: Auto Druk op [Origineel]. Adresinvoer Belichting Auto Verzendinst. Resolutie 200x100dpi Adresoverzicht Best.Indeling TIFF-F...
  • Pagina 487 SCANNER/INTERNETFAX Druk op de toets [Lezen Klaar]. Plaats volgend origineel. (P.x) Er klinkt een pieptoon ten teken dat de bewerking is voltooid. Druk op [Start]. Open de automatische origineelinvoer en verwijder het origineel. Druk op [Lezen klaar] indien gereed. Configureren Lezen Klaar •...
  • Pagina 488 SCANNER/INTERNETFAX ONDERWERP, BESTANDSNAAM EN PLATTE TEKST WIJZIGEN Het onderwerp, de bestandsnaam en de tekst kunnen bij het verzenden van een Internetfax worden gewijzigd. Er kunnen vooraf ingestelde items worden geselecteerd, of er kan rechtstreeks tekst worden ingevoerd. Voor het wijzigen van de berichttekst is de harde schijf vereist. •...
  • Pagina 489 SCANNER/INTERNETFAX Druk om de bestandsnaam te wijzigen op de toets Verzendinstellingen [Bestandsnaam]. De bestandsnaam wordt op dezelfde wijze ingevoerd als het onderwerp. Onderwerp Sub: Schedule coordination meeting Bestandsnaam Inhoud Wijzig het bericht door op [Inhoud] te drukken. Verzendinstellingen Onderwerp Sub: Schedule coordination meeting Bestandsnaam Material for planning meeting Inhoud...
  • Pagina 490 SCANNER/INTERNETFAX Tik op de toets [OK]. Verzendinstellingen Onderwerp Sub: Schedule coordination meeting Bestandsnaam Material for planning meeting Inhoud Thank you for your continuous support. We have attached sca Bij het opslaan van vooraf opgestelde tekst voor het onderwerp en de bestandsnaam op de webpagina's kunnen tot 80 tekens worden ingevoerd. Systeeminstellingen (Beheerder): Instelling aantal weergegeven sleutels naam/onderwerp/inhoud De instelling voor het aantal in één scherm weergegeven onderwerptoetsen en bestandnaamtoetsen kan gewijzigd worden in 6, 12 of 18.
  • Pagina 491 SCANNER/INTERNETFAX DEZELFDE AFBEELDING NAAR MEERDERE BESTEMMINGEN VERZENDEN (Rondzendtransmissie) Dezelfde afbeelding kan in één handeling naar meerdere bestemmingen van scan-, internetfax- en faxmodi worden verzonden. Er kunnen tot 500 bestemmingen in één distributiebewerking worden geselecteerd. Verzending Originelen Als u vaak afbeeldingen naar dezelfde groep bestemmingen rondzendt, is het handig om deze bestemmingen onder een groeptoets op te slaan. Plaats het origineel.
  • Pagina 492 SCANNER/INTERNETFAX Geef de bestemming op. Druk op [Adresboek] in het basisscherm. Voorwaarde- Druk op de sneltoets van de gewenste bestemming. Instellingen AAA AAA BBB BBB Adresoverzicht Druk op de toets [Aan]. CCC CCC DDD DDD Adresinvoer De bestemming is opgegeven. EEE EEE FFF FFF Globaal...
  • Pagina 493 SCANNER/INTERNETFAX Druk op [START]. Het scannen begint. • Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand. Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid. • Als u het origineel op de glasplaat scant, moet u pagina voor pagina scannen. Zodra een pagina is gescand, plaatst u de volgende pagina en drukt u op de [START]-toets.
  • Pagina 494 SCANNER/INTERNETFAX RONDZENDOPDRACHTEN WAARIN INTERNETFAXBESTEMMINGEN ZIJN OPGENOMEN Als een rondzendopdracht zowel bestemmingen voor de scanmodus als de Internetfaxmodus bevat, krijgen de instellingen van de Internetfaxmodus voorrang (afdrukstand origineel en andere diverse instellingen). Houd bij het uitvoeren van een rondzendopdracht van dit type rekening met onderstaande informatie.
  • Pagina 495 SCANNER/INTERNETFAX Details van de rondzendopdracht weergeven. Druk op de toets van de voltooide rondzendopdracht. Afdrukopdr. Scan naar Faxopdracht Internetfax Druk op [Details]. Adres Starttijd Pagina Status Rondzenden0001 10:00 04/01 010/003 NG000000 Opdr.Wachtr Rondzenden0002 10:05 04/01 001/001 Verzenden OK Voltooid 10:22 04/01 004/004 Verzenden OK Rondzenden0003 10:30 04/01 010/010 Verzenden OK DDD DDD...
  • Pagina 496 SCANNER/INTERNETFAX INTERNETFAX VANUIT EEN PC VERSTUREN (PC-I-Fax) Een computerbestand kan via de machine als Internetfax worden verzonden (PC-I-Fax-functie). Internetfaxen worden met de PC-I-Fax-functie op dezelfde manier verzonden als documenten worden afgedrukt. Selecteer het stuurprogramma van de PC-Fax als stuurprogramma voor het afdrukken en selecteer dan de opdracht Afdrukken in de softwaretoepassing.
  • Pagina 497 SCANNER/INTERNETFAX WEERGAVE-INSTELLINGEN Instellingen voor het scannen van het origineel worden in het basisscherm van elke modus geselecteerd. De huidige status van elke instelling verschijnt rechts van de voor het selecteren van de instelling gebruikte toets. Scannen Internetfax Faxen USB-geh.scan PC scan Adresboek Origineel Scannen:...
  • Pagina 498 SCANNER/INTERNETFAX AUTOMATISCH BEIDE ZIJDEN VAN EEN DUBBELZIJDIG ORIGINEEL SCANNEN 2-zijdig (origineel) Met de automatische origineelinvoer kunt u automatisch beide zijden van een origineel scannen. Scantransmissie 2-zijdig origineel Voor- en achterzijde worden gescand Selecteer de scanmodus en geef het scherm beeldinstellingen weer. Druk op de tab van de modus die u wilt gebruiken.
  • Pagina 499 SCANNER/INTERNETFAX SCANFORMAAT ORIGINEEL EN VERZENDFORMAAT OPGEVEN (Vergroten/Verkleinen) Bij plaatsing van het origineel wordt het formaat automatisch waargenomen en weergegeven op het basisscherm. Het formaat van het geplaatste origineel wordt aangegeven als het scanformaat, en het te verzenden formaat wordt aangegeven als het verzendformaat.
  • Pagina 500 SCANNER/INTERNETFAX Het scanformaat van het origineel opgeven (via papierformaat) Als het origineel geen standaardformaat heeft of als u het scanformaat wilt wijzigen, druk dan op [Origineel] om het formaat van het origineel handmatig op te geven. Plaats het origineel in de lade van de automatische origineelinvoer of op de glasplaat en volg onderstaande stappen. Selecteer de scanmodus en geef het scherm beeldinstellingen weer.
  • Pagina 501 SCANNER/INTERNETFAX Het scanformaat van het origineel opgeven (met numerieke waarden) Als u een origineel scant dat geen standaardformaat heeft, zoals een kaart, volg dan deze stappen om het formaat van het origineel op te geven. De breedte kan varieen van 25 mm tot 432 mm (1" tot 17"), en de hoogte kan variëren van 25 mm tot 297 mm (1" tot 11-5/8"). Selecteer de scanmodus en geef het scherm beeldinstellingen weer.
  • Pagina 502 SCANNER/INTERNETFAX Tik op de toets [OK]. Scannen/Origineel Het opgegeven formaat wordt weergegeven op de toets [Scanformaat]. Scanformaat Verzendformaat X420 Y297 Auto Stand afbeelding 2-Zijdig 2-Zijdig Boekje Schr.Blok • Als het scanformaat wordt opgegeven als een getalswaarde, kan het verzendformaat niet worden opgegeven. •...
  • Pagina 503 SCANNER/INTERNETFAX Het verzendformaat van de afbeelding opgeven Geef het verzendformaat op als een papierformaat. Als het verzendformaat groter is dan het geselecteerde scanformaat, wordt de afbeelding vergroot. Als het verzendformaat kleiner is dan het geselecteerde scanformaat, wordt de afbeelding verkleind. •...
  • Pagina 504 SCANNER/INTERNETFAX Geef op in welke afdrukstand het origineel is geplaatst. Scannen/Origineel Druk op de juiste [Stand afbeelding]-toets. Als deze instelling onjuist is wanneer u een afbeelding verzendt met Scanformaat 141% Verzendformaat Auto een gewijzigde ratio, wordt mogelijk geen geschikte afbeelding verzonden.
  • Pagina 505 SCANNER/INTERNETFAX BELICHTING EN TYPE ORIGINEEL BEELD WIJZIGEN Om optimaal te scannen kunt u de belichting en het type origineel beeld overeenkomstig het origineel instellen. Raadpleeg de volgende tabellen om de juiste instellingen te kiezen. Hoe selecteert u de belichting Belichting Toepassing Auto Bij deze instelling wordt de belichting automatisch aangepast aan lichtere en donkerdere delen van het origineel.
  • Pagina 506 SCANNER/INTERNETFAX Selecteer de belichting en het origineelafbeeldingstype. Scanmodus, USB-geheugenmodus, gegevensinvoermodus Selecteer het origineelafbeeldingstype. Druk op de toets origineelafbeeldingstype voor het betreffende afbeeldingtype. Scannen/Belichting Pas de belichting aan met de toetsen Auto De belichting wordt donkerder wanneer op de toets wordt Type Origineel Beeld Handmatig gedrukt, en lichter wanneer op de toets...
  • Pagina 507 SCANNER/INTERNETFAX RESOLUTIE WIJZIGEN U kunt de resolutie-instelling selecteren. Selecteer de scanmodus en geef het scherm beeldinstellingen weer. Druk op de tab van de modus die u wilt gebruiken. Druk op [Resolutie]. ☞ WEERGAVE-INSTELLINGEN (pagina 5-53) Selecteer de resolutie. Scanmodus, USB-geheugenmodus, gegevensinvoermodus Druk op de toets van de gewenste resolutie.
  • Pagina 508 SCANNER/INTERNETFAX Hoe selecteert u de resolutie Bij originelen met normale tekst is een resolutie van 200X100dpi (200X100dpi in Internetfaxmodus) voldoende voor een leesbare afbeelding. Bij foto's en illustraties levert een hogere resolutie (600X600dpi, enz.) een scherpe afbeelding op. Een hoge resolutie levert een groter bestand op en als het bestand te groot is, is verzending wellicht niet mogelijk.
  • Pagina 509 SCANNER/INTERNETFAX Stel de indeling in. ● Scannen in Mono2 Selecteer het bestandstype. Om een bestand met PDF versl. te verzenden, tikt u op het selectievakje [Versl.] om het te selecteren ( S c a n n e n / e s t a n d s i n d e l i n g Selecteer de compressiewijze.
  • Pagina 510 SCANNER/INTERNETFAX Wijzig het aantal pagina's per bestand door het aantal pagina's in te voeren en sluit het instellen van de indeling. Scannen/Bestandsindeling Druk op het selectievakje [Opgegeven pagina's per Bestands- type Compressiefactor bestand] zodat er een vinkje verschijnt. TIFF Laag Stel het aantal pagina's per bestand in met de toetsen PDF/A Medium...
  • Pagina 511 SCANNER/INTERNETFAX De indeling wijzigen (Internetfaxmodus) De bestandsindeling voor het zenden van een Internetfax staat normaal gesproken ingesteld op [TIFF-F]. Als de Internetfaxmachine op de bestemming de volledige modus niet ondersteunt (de machine ondersteunt slechts de eenvoudige modus), volg dan de onderstaande stappen om [TIFF-S] te selecteren.
  • Pagina 512 SCANNER/INTERNETFAX KLEURENMODUS WIJZIGEN Met deze procedure wordt de kleurenmodus gewijzigd die wordt gebruikt voor het scannen van het origineel wanneer op de toets [START] wordt gedrukt. Deze functie kan niet worden gebruikt in de modus Internetfax. Mode Scanmethode Grijstinten De machine neemt waar of een origineel in kleur of zwartwit is en selecteert automatisch Auto scannen in kleur of in zwartwit (Mono2 of grijstinten).
  • Pagina 513 SCANNER/INTERNETFAX CONTROLEREN VAN DE TE VERZENDEN AFBEELDING (Voorbeeld) Voor deze functie is de harde schijf vereist. Als u op de toets [Voorbeeld] tikt voordat u het origineel scant, kunt u de gescande afbeelding vóór verzending controleren op het aanraakscherm. * De standaard fabrieksinstelling is uitgeschakeld. Afhankelijk van de omvang van de verzendgegevens, kan een deel van de voorbeeldafbeelding wegvallen op het voorbeeldscherm op het aanraakscherm.
  • Pagina 514 SCANNER/INTERNETFAX VOORBEELD AFBEELDINGSCONTROLE In dit gedeelte wordt het voorbeeld afbeeldingscontrole uitgelegd. Voorbeeld Info verzender Functieoverz. Weergave draaien Start zenden 0001 /0010 Voorvertoning Toets [Info verzender] Er verschijnt een voorbeeld van het gescande origineel. Als de modus Internetfax wordt geselecteerd, druk dan hierop om de Als de afbeelding is afgesneden, verschuif het beeld dan met de afzendergegevens voor Eigen I-Faxadr.
  • Pagina 515 SCANNER/INTERNETFAX SPECIALE FUNCTIES Dit gedeelte gaat over speciale functies die kunnen worden gebruikt voor de scanverzendmodus. SPECIALE FUNCTIES Het menuscherm voor speciale functies verschijnt als in het basisscherm de toets [Spec. Functies] wordt aangeraakt. Het menu van speciale functies bestaat uit twee sch ermen. Druk op de toets om tussen de twee schermen te wisselen.
  • Pagina 516 SCANNER/INTERNETFAX Internetfaxmodus De hieronder verklaarde toetsen kunnen alleen worden gebruikt in Internetfaxmodus. De andere toetsen zijn dezelfde als die verklaard in "Scanmodus, USB-geheugenmodus, gegevensinvoermodus" (pagina 5-71). Eerste scherm Tweede scherm Internetfax/Spec. Functies Internetfax/Spec. Functies Transmissie Dubbele Pg Verif. Programma Wissen Scannen Stempel Rapport...
  • Pagina 517 SCANNER/INTERNETFAX SCANBEWERKINGEN OPSLAAN (Programma's) Bestemming, instellingen voor een origineel en functies kunnen in een programma worden opgeslagen. Als u deze instellingen wilt gebruiken om een afbelding te verzenden, kunnen zij gemakkelijk worden opgeroepen. In het onderstaande voorbeeld moeten elke maand documenten van A4 (8-1/2" x 11") formaat naar een bestand worden gescand en naar elk filiaal worden verzonden.
  • Pagina 518 SCANNER/INTERNETFAX Speciale functies selecteren. Druk op de toets [Spec. functies]. Druk op [Programma]. ☞ SPECIALE FUNCTIES (pagina 5-71) Roep het opgeslagen programma op. Druk op de gewenste programmatoets. Programma Tik op de toets [OK]. Program 1 Program 2 Program 3 Program 4 Program 5 Program 6...
  • Pagina 519 SCANNER/INTERNETFAX WISSEN VAN SCHADUWRANDEN OP EEN AFBEELDING (Wissen) Deze wisfunctie wordt gebruikt om schaduwen op kopieën vanaf boeken of andere dikke originelen te wissen. (Deze functie wist de delen van de afbeelding waar schaduwranden zich meestal voordoen. De functie neemt geen schaduwen waar en wist alleen de schaduwranden.) Scannen van een dik boek Zonder de wisfunctie Met de wisfunctie...
  • Pagina 520 SCANNER/INTERNETFAX Selecteer de wisinstellingen. Druk op de gewenste wisfunctie. Scannen/Spec. Functies Selecteer een van de 4 wisfuncties. Raak de toets [Zijkant wissen] aan om het volgende scherm te openen. Wissen Annuleren Wissen Rand Midden Rand+Midden Zijkant wissen Annuleren Rand Wissen Wissen Wissen Wis positie voor...
  • Pagina 521 SCANNER/INTERNETFAX EEN ORIGINEEL SCANNEN ALS TWEE APARTE PAGINA'S (Dubbele Pg Scannen) De linker- en rechterzijde van een origineel kunnen als twee afzonderlijke pagina's worden gescand. Deze functie is handig als u elke pagina van een boek of ander ingebonden document opeenvolgend wilt scannen. Voorbeeld: Scannen van de linker- en rechterpagina's van een boek Boek of ingebonden document De pagina's worden als twee afzonderlijke pagina's gescand.
  • Pagina 522 SCANNER/INTERNETFAX Speciale functies selecteren. Druk op de tab van de modus die u wilt gebruiken. Druk op de toets [Spec. functies]. ☞ SPECIALE FUNCTIES (pagina 5-71) Selecteer Dubbele Pagina Scannen. Druk op [Dubbele Pg Scannen] zodat de toets wordt Scannen/Spec. Functies gemarkeerd.
  • Pagina 523 SCANNER/INTERNETFAX AFBEELDING OP EEN OPGEGEVEN TIJDSTIP VERZENDEN (Timer verzending) Voor deze functie is de harde schijf vereist. Met deze functie kunt u een tijdstip opgeven waarop een verzending of rondzendopdracht automatisch moet plaatsvinden. Verzending begint automatisch op de opgegeven tijd. Om 20.00 uur begint de Stel een verzending in voor verzending automatisch...
  • Pagina 524 SCANNER/INTERNETFAX Stel de tijd in met de toetsen Geef de dag op. Scannen/Spec. Functies Wilt u geen dag opgeven, selecteer dan [---]. In dat geval begint de Timer Annuleren verzending zodra de bij (2) opgegeven tijd aanbreekt. Geef de tijd op (uur, minuut) Dag van de week Tijd Selecteer de tijd in 24-uursindeling.
  • Pagina 525 SCANNER/INTERNETFAX FLETSE KLEUREN OP DE AFBEELDING OP LATEN LICHTEN (Achtergrondonderdrukking) Met deze functie worden lichte achtergronden onderdrukt. Niveau [+] De helderheid waarbij onderdrukking wordt uitgevoerd, kan worden aangepast. Niveau [-] • Deze functie kan niet worden gebruikt in de modus Internetfax. •...
  • Pagina 526 SCANNER/INTERNETFAX Selecteer de instelling voor achtergrond-onderdrukking. Scannen/Spec. Functies Pas het niveau van achtergrond-onderdrukking aan. Annuleren Achtergrond-Onderdrukking Druk op de toets [+] om alleen lichte achtergronden te onderdrukken. Lichte gebieden van het origineel kunnen Druk op de toets [-] om lichte tot donkere achtergronden te worden onderdrukt als achtergrond onderdrukken.
  • Pagina 527 SCANNER/INTERNETFAX BEIDE ZIJDEN VAN EEN KAART OP ÉÉN PAGINA SCANNEN (KAART FORMAAT) Met deze functie kunt u de voor- en achterkant van een kaart verzenden als één pagina. U hoeft dan niet elke zijde afzonderlijk te verzenden. Gescande afbeelding Originelen Verzending Voorzijde Vorige...
  • Pagina 528 SCANNER/INTERNETFAX Geef het formaat van het origineel op. Voer het formaat van het origineel in. Scannen/Spec. Functies • Druk op de cijferweergavetoets voor X (breedte) en voer de breedte Kaart Formaat Annuleren • Druk op de cijferweergavetoets voor Y (hoogte) en voer de hoogte (25~210) Passend om Druk op [Formaat Herstellen] om het origineelformaat weer op het...
  • Pagina 529 SCANNER/INTERNETFAX Druk op de toets [Lezen Klaar]. Plaats volgend origineel. (P.x) Druk op [Start]. Druk op [Lezen klaar] indien gereed. Configureren Lezen Klaar Als u doorgaat met de voorkant van de kaart te scannen, kunt u de toets [Configureren] indrukken om belichting, resolutie, scanformaat en verzendformaat te wijzigen.
  • Pagina 530 SCANNER/INTERNETFAX VEEL ORIGINELEN INEENS SCANNEN (Opdr. samenst.) Druk op deze toets wanneer u dunne originelen wilt scannen met behulp van de automatische documentinvoerlade. Met deze functie kunt u een zending die bestaat uit een groot aantal originelen opsplitsen in sets, elke set scannen met behulp van de automatische origineelinvoer en alle pagina's versturen en één enkele verzending.
  • Pagina 531 SCANNER/INTERNETFAX Selecteer de modus opdracht samenstellen. Druk op [Opdracht Samenstel.] zodat de toets wordt Scannen/Spec. Functies gemarkeerd. Tik op de toets [OK]. Dubbele Pg Programma Wissen Scannen Achtergrond- Timer Kaart Formaat Onderdrukking Opdracht Origineel Langzame Samenstel. gem. form. scanmodus Aantal Bestand Snelbestand originelen...
  • Pagina 532 SCANNER/INTERNETFAX ORIGINELEN VAN VERSCHILLEND FORMAAT SCANNEN (Origineel gem. form.) Druk op deze toets wanneer u dunne originelen wilt scannen met behulp van de automatische documentinvoerlade. Met deze functie kunt u originelen van verschillend formaat tegelijkertijd scannen, bijvoorbeeld B4-formaat (8-1/2" x 14") originelen gemixt met A3-formaat (11"...
  • Pagina 533 SCANNER/INTERNETFAX Selecteer de instelling voor originelen van gemixt formaat. Scannen/Spec. Druk op [Origineel gem. form.] zodat de toets wordt gemarkeerd. Dubbele Pg Programma Wissen Scannen Tik op de toets [OK]. Achtergrond- Timer Kaart Formaat Onderdrukking Opdracht Langzame Origineel Samenstel. scanmodus gem.
  • Pagina 534 SCANNER/INTERNETFAX SCANNEN VAN DUNNE ORIGINELEN (Langzame scanmodus) Druk op deze toets wanneer u dunne originelen wilt scannen met behulp van de automatische documentinvoerlade. Deze functie helpt voorkomen dat dunne originelen in het apparaat vastlopen. Deze functie helpt voorkomen dat dunne originelen in het apparaat vastlopen.
  • Pagina 535 SCANNER/INTERNETFAX Selecteer de langzame scanmodus. Druk op [Langzame scanmodus] zodat de toets wordt Scannen/Spec. Functies gemarkeerd. Dubbele Pg Tik op de toets [OK]. Programma Wissen Scannen Achtergrond- Timer Kaart Formaat Onderdrukking Langzame Opdracht Origineel Samenstel. gem. form. scanmodus Aantal Bestand Snelbestand originelen Druk op [START].
  • Pagina 536 SCANNER/INTERNETFAX HET AANTAL GESCANDE ORIGINELE VELLEN CONTROLEREN VOOR VERZENDING (Aantal originelen) Het aantal gescande originele vellen kan worden geteld en weergegeven voor de verzending. Door het aantal gescande originele vellen te controleren voor de verzending, vermijdt u verzendingsfouten. • Deze functie kan niet worden gebruikt in de USB-geheugenmodus. •...
  • Pagina 537 SCANNER/INTERNETFAX Druk op [START]. Het scannen begint. Om het scannen te annuleren... Druk op de toets [STOP] ( ) om de bewerking te annuleren. Alle gescande data wordt gewist. Als het scannen klaar is, controleer dan het aantal gescande originele vellen en druk op [OK]. Het verzenden zal beginnen.
  • Pagina 538 SCANNER/INTERNETFAX EEN STEMPEL ZETTEN OP GESCANDE ORIGINELEN (Verif. Stempel) Met deze functie wordt een stempel gezet op elk origineel dat via de automatische origineelinvoer wordt gescand, zodat u kunt controleren of alle originele correct werden gescand. Plaats van de stempel Er wordt een "O"-teken gestempeld in fluorescerend roze.
  • Pagina 539 SCANNER/INTERNETFAX Selecteer "Verif. Stempel". Druk op de toetsen om tussen de schermen te Scannen/Spec. Functies wisselen. Druk op de toets [Verif. Stempel], zodat die wordt Lege pagina Verif. Overslaan Stempel gemarkeerd. Tik op de toets [OK]. Druk op [START]. Het scannen begint. Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid.Het scannen begint. Om het scannen te annuleren...
  • Pagina 540 SCANNER/INTERNETFAX LEGE PAGINA'S UIT EEN VERZENDING VERWIJDEREN (Lege pagina Overslaan) Als lege pagina's deel uitmaken van de met de automatische documentinvoer gescande originelen, kunnen die lege pagina's worden herkend en automatisch uitgesloten van de verzending. Lege pagina's worden niet verzonden Lege pagina's Zenden •...
  • Pagina 541 SCANNER/INTERNETFAX Lege pagina's overslaan instellen. Selecteer de soort lege pagina die moet worden Scannen/Spec. Functies overgeslagen. Annuleren Lege pagina Overslaan Kies uit twee soorten. Om lege pagina's waarvan de inhoud van de achterzijde doorschijnt ook over te slaan, tikt u op [Lege pag./rugschaduw overslaan]. Tik op de toets [OK].
  • Pagina 542 SCANNER/INTERNETFAX TWEE PAGINA'S ALS ÉÉN PAGINA VERZENDEN (2-in-1) Twee pagina's originelen kunnen worden verkleind tot de helft van hun oorspronkelijke formaat en samen worden verzonden als één pagina. Originelen in staande stand Verzending Originelen in liggende stand Verzending Deze functie kan niet worden gebruikt in scanmodus, USB-geheugenmodus of gegevensinvoermodus. Plaats het origineel.
  • Pagina 543 SCANNER/INTERNETFAX Speciale functies selecteren. Druk op de tab [Internetfax]. Druk op de toets [Spec. functies]. ☞ SPECIALE FUNCTIES (pagina 5-71) Selecteer 2-in-1. Druk op [2-in-1] zodat de toets wordt gemarkeerd. Internetfax/Spec. Functies Tik op de toets [OK]. Dubbele Pg Programma Wissen Scannen Timer...
  • Pagina 544 SCANNER/INTERNETFAX Druk op [START]. Het scannen begint. • Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand. Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid. • Als u het origineel op de glasplaat scant, moet u pagina voor pagina scannen. Wanneer het scannen klaar is, plaatst u het volgende origineel en drukt u op de toets [START].
  • Pagina 545 SCANNER/INTERNETFAX AFDRUKINSTELLINGEN VOOR HET TRANSMISSIERAPPORT (Transmissierapport) Er wordt automatisch een rapport afgedrukt om u te waarschuwen wanneer een Internetfaxtransmissie mislukt of er een rondzendopdracht wordt uitgevoerd. In het transmissierapport staat een beschrijving van de verzending (datum, starttijd, naam andere partij, vereiste tijd, aantal pagina's, status, enz.).
  • Pagina 546 SCANNER/INTERNETFAX Druk op [START]. Het scannen begint. • Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand. Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid. • Als u het origineel op de glasplaat scant, moet u pagina voor pagina scannen. Wanneer het scannen klaar is, plaatst u het volgende origineel en drukt u op de toets [START].
  • Pagina 547 SCANNER/INTERNETFAX STATUS VAN VERZEND/ONTVANGSTOPDRACHTEN CONTROLEREN In dit gedeelte leggen we uit hoe u de status van gereserveerde (ingeplande) verzendopdrachten en ontvangen internetfaxen kunt controleren. OPDRACHTSTATUSSCHERM Het scherm opdrachtstatus verschijnt wanneer u op de toets [OPDRACHT STATUS] op het bedieningspaneel drukt. Het opdrachtstatusscherm geeft de status van opdrachten per modus weer.
  • Pagina 548 SCANNER/INTERNETFAX SCHERM OPDRACHTWACHTRIJ EN SCHERM UITGEVOERDE OPDRACHTEN Het opdrachtstatusscherm bestaat uit twee schermen: het scherm opdrachtwachtrij waarin gereserveerde opdrachten en de opdracht in uitvoering worden weergegeven, en het scherm uitgevoerde opdrachten. Wissel tussen de twee schermen door op onderstaande selectietoets (2) van het opdrachtstatusscherm te drukken.
  • Pagina 549 SCANNER/INTERNETFAX Weergave opdrachttoetsen Op de toetsen voor de opdrachtwachtrij en uitgevoerde opdrachten op het opdrachtstatusscherm wordt de volgende informatie weergegeven. Direct SMTP-informatie wordt ook in internetfax verzend/ontvangstinformatie opgenomen. AAA AAA 10:22 04/01 000/004 Wachten Geeft het nummer (de positie) aan van de opdracht in de wachtrij. Tijd van reservering/Starttijd Als de momenteel verzonden opdracht is voltooid, schuift de opdracht In het scherm opdrachtwachtrij, de datum en tijd waarop de opdracht...
  • Pagina 550 SCANNER/INTERNETFAX • Uitgevoerde opdracht Weergave Status "Verzenden OK" Verzending is voltooid. "In Geheugen" Er is een Internetfax ontvangen maar nog niet afgedrukt. "Ontvangen" Afgedrukte ontvangen faxgegevens. "Doorstuur OK" Een ontvangen Internetfax is doorgestuurd. "Gestopt" De opdracht werd gestopt. "Wissen" Verwijderde ontvangen gegevens op het scherm afbeeldingscontrole.
  • Pagina 551 SCANNER/INTERNETFAX VOORTGANG WANNEER EEN OPDRACHT UIT DE WACHTRIJ IS UITGEVOERD Een normale verzendopdracht die wordt voltooid gaat over naar het scherm uitgevoerde opdrachten en in de statuskolom verschijnt "Verzenden OK". Ontvangen Internetfaxen, timerverzendopdrachten en doorstuuropdrachten worden in het scherm opdrachtstatus op de hieronder beschreven wijze afgehandeld.
  • Pagina 552 SCANNER/INTERNETFAX UITGEVOERDE OPDRACHTEN CONTROLEREN Voor deze functie is de harde schijf vereist. U kunt een lijst controleren met bestemmingen, de bestemmingen waarvan de verzending is mislukt, en andere uitgebreide informatie over voltooide rondzendopdrachten en opdrachten die zijn uitgevoerd met de functie documentarchivering. Druk op de toets van de opdracht waarover u informatie wilt weergeven in het scherm uitgevoerde opdrachten en druk op de toets [Details].
  • Pagina 553 SCANNER/INTERNETFAX STOPPEN VAN EEN SCANOPDRACHT DIE WORDT VERZONDEN OF WACHT OP VERZENDING Volg onderstaande stappen om een opdracht te stoppen die momenteel wordt verzonden of op verzending wacht. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS]. Selecteer de opdracht die u wilt stoppen. Druk op de modustab van de opdracht die moet Afdrukopdr.
  • Pagina 554 SCANNER/INTERNETFAX PRIORITEIT TOEKENNEN AAN EEN SCANVERZENDOPDRACHT Als er meerdere opdrachten wachten op verzending, worden de opdrachten normaal gesproken op volgorde van reservering verzonden. Mocht het nodig zijn om een opdracht voorrang te verlenen boven andere opdrachten, ga dan als volgt te werk. Druk op de toets [OPDRACHT STATUS].
  • Pagina 555 SCANNER/INTERNETFAX ACTIVITEITENLOGBOEK VAN INTERNETFAX CONTROLEREN (Activiteitenrapport Beeld Verzenden) ACTIVITEITENRAPPORT BEELD VERZENDEN U kunt de machine een logboek laten afdrukken van recente beeldverzendingsactiviteiten (datum, naam, naam andere partij, vereiste tijd, resultaat, enz.). Het Activiteitenrapport Beeld Verzenden bevat nuttige informatie over bijvoorbeeld het soort fouten dat zich voordoet. De laatste 200 transacties worden in het rapport opgenomen.
  • Pagina 556 SCANNER/INTERNETFAX INTERNETFAX ONTVANGSTFUNCTIES Dit gedeelte legt de basisprocedures uit voor het ontvangen van internetfaxberichten. INTERNETFAX ONTVANGEN De functie Internetfax legt regelmatig* contact met de mailserver (POP3-server) en controleert of er al dan niet faxen via internet zijn ontvangen. Als er faxberichten zijn ontvangen, worden de faxen automatisch opgeroepen en afgedrukt. * De standaardinstelling is eens per vijf minuten.
  • Pagina 557 SCANNER/INTERNETFAX HANDMATIG INTERNETFAXEN ONTVANGEN Als u de interval voor het controleren op ontvangen faxen wat te lang vindt en u direct wilt controleren, kunt u de ontvangst handmatig starten. Druk op de toets [Handmatige i-faxontvangst] om de verbinding te maken met de mailserver en ontvangen faxen op te roepen. Scannen Internetfax Faxen...
  • Pagina 558 SCANNER/INTERNETFAX EEN FAX MET WACHTWOORDBEVEILIGING AFDRUKKEN (Instelling vasthouden ontvangen afdrukgegevens) De optie "Instelling vasthouden ontvangen afdrukgegevens" in de systeeminstellingen (beheerder) kan worden ingeschakeld om faxen in het geheugen te ontvangen zonder ze af te drukken. Om faxen af te drukken moet een wachtwoord worden ingevoerd. Als deze functie is ingeschakeld, verschijnt een invoerscherm voor het wachtwoord in het aanraakscherm wanneer een Internetfax wordt ontvangen.
  • Pagina 559 SCANNER/INTERNETFAX DE AFBEELDING VOOR HET AFDRUKKEN CONTROLEREN Voor deze functie is de harde schijf vereist. Wanneer "Instelling beeldcontrole ontvangen data" in de systeeminstellingen (beheerder) is ingeschakeld, kunt u een ontvangen afbeelding in het aanraakscherm controleren voordat u hem afdrukt. Als deze functie is ingeschakeld, volg dan onderstaande stappen om een ontvangen afbeelding af te drukken.
  • Pagina 560 SCANNER/INTERNETFAX DE AFBEELDING VOOR HET DOORSTUREN CONTROLEREN Voor deze functie is de harde schijf vereist. Wanneer "Inst. beeldcontrole ontvangen gegevens" is ingeschakeld in de systeeminstellingen (beheerder), kunt u de ontvangen gegevens van de lijst selecteren en ze doorsturen naar de adressen die in het adresboek geregistreerd staan. Als deze functie is ingeschakeld, volg dan onderstaande stappen om een ontvangen afbeelding door te sturen.
  • Pagina 561 SCANNER/INTERNETFAX Start doorsturen Raak de toets [Start doorst.] aan. AAA AAA BBB BBB Adresoverzicht CCC CCC DDD DDD EEE EEE FFF FFF GGG GGG HHH HHH III III JJJ JJJ Freq. ABCD EFGH IJKL MNOP QRSTU VWXYZ etc. Adres sorteren Start doorst.
  • Pagina 562 SCANNER/INTERNETFAX ONTVANGEN INTERNETFAXEN NAAR EEN ADRES DOORSTUREN (Instelling voor inkomende routing) Voor deze functie is de harde schijf vereist. Ontvangen internetfaxen kunnen automatisch naar een internetfax, e-mailadres, bestandserveradres, desktopadres, of netwerkmapadres worden doorgestuurd. Als deze functie is ingeschakeld, kunt u ook internetfaxen doorsturen zonder ze af te drukken. Het apparaat Doorzenden Ontvangen internetfax...
  • Pagina 563 SCANNER/INTERNETFAX Afzenderadressen opslaan. Als u enkel faxen van opgegeven adressen wenst door te sturen, sla dan de gewenste afzenderadressen op. Afzenderadressen die hier worden opgeslagen, kunnen uit een lijst worden geselecteerd wanneer u een doorstuurtabel opslaat. Klik op [Registratie van afzendernummer/-adres] in het menu [Instelling voor inkomende routing] in de webpagina.
  • Pagina 564 SCANNER/INTERNETFAX Een doorstuurtabel opslaan. Volg de onderstaande stappen om een doorstuurtabel op te slaan waarin een opgegeven afzender en doorstuuradres worden gecombineerd. Klik op [Instelling voor inkomende routing] in het menu van de webpagina's en klik op de toets [Toevoegen]. Voer een "Tabelnaam"...
  • Pagina 565 SCANNER/INTERNETFAX Te gebruiken doorstuurtabellen opgeven. Om de functie voor inkomende routing te gebruiken, schakelt u in de opgeslagen tabellen de doorstuurtabellen in die u wenst te gebruiken. Klik op [Instelling voor inkomende routing] in het webpaginamenu. Selecteer [Altijd doorsturen] of [Doorsturen op geselecteerde dag &...
  • Pagina 566 SCANNER/INTERNETFAX SCANNEN VANAF EEN COMPUTER (Pc-scanmodus) Voor deze functie is de harde schijf vereist. BASISPROCEDURE VOOR SCANNEN Het is mogelijk om een scannerstuurprogramma van de bij de machine meegeleverde CD-ROM op uw pc te installeren en vanaf uw computer een afbeelding te scannen met een toepassing die compatibel is met TWAIN*.
  • Pagina 567 Start de TWAIN-compatibele toepassing op uw computer en selecteer [Selecteer Scanner] in het menu [Bestand]. Selecteer het scannerstuurprogramma van de machine. Selecteer [SHARP MFP TWAIN K]. Klik op de knop [Selecteren]. Selecteer [Afbeelding ophalen] in het menu [Bestand]. Het stuurprogramma van de scanner geopend.
  • Pagina 568 SCANNER/INTERNETFAX De afbeelding voorvertonen. Selecteer de locatie waar het origineel is geplaatst. Menu "Scanpositie": • Als het origineel enkelzijdig is en in de lade van de origineelinvoer is geplaatst, selecteer dan [SPF (enkelzijdig)]. • Als het origineel 2-zijdig is en in de lade van de origineelinvoer is geplaatst, selecteer dan [SPF (dubbelzijdig - boek)] of [SPF (dubbelzijdig - schrijfblok)] afhankelijk van of het origineel in boek- of schrijfblokstijl is.
  • Pagina 569 SCANNER/INTERNETFAX Scaninstellingen selecteren terwijl u de afbeelding bekijkt. Knop [Roteren]: Elke keer als op de knop wordt geklikt, draait de afbeelding 90 graden. Hiermee kunt u de stand van het origineel wijzigen zonder dit fysiek op te hoeven pakken en opnieuw te plaatsen. Het beeldbestand wordt gemaakt in de stand zoals weergegeven in het voorvertoonvenster.
  • Pagina 570 SCANNER/INTERNETFAX [Op de machine] Druk op [Verlaten] in het aanraakscherm. Deze machine staat in de PC-scanmodus. Verwijder het origineel niet. IP-adres scanner:250.160.102.106 Verlaten Druk op [Ja]. PC-scan wordt uitgevoerd. PC-scanmodus afsluiten? 5-126 Inhoudsopgave...
  • Pagina 571 SCANNER/INTERNETFAX METADATAVERZENDING In dit gedeelte wordt uitleg gegeven over metadata verzenden, dat kan worden gebruikt wanneer de harde schijf en de toepassingsintegratiemodule zijn geïnstalleerd. METADATAVERZENDING (Gegevensinvoer) Wanneer de applicatie-integratiemodulekit is geestalleerd en een afbeeldingbestand gegenereerd voor een scanverzending, kunnen metadata (gegevens die de kenmerken aangeven van het afbeeldingbestand en hoe het bewerkt moet worden) worden gegenereerd op basis van vooraf opgeslagen informatie en worden verzonden als een apart bestand.
  • Pagina 572 SCANNER/INTERNETFAX VOORBEREIDINGEN VOOR METADATAVERZENDING VEREISTE INSTELLINGEN OP DE WEBPAGINA'S Alle instellingen met betrekking tot metadata worden geconfigureerd in de webpagina’s. (Beheerdersrechten zijn vereist.) Als u metadatainstellingen wilt configureren, klikt u op [Toepassingsinstellingen] en vervolgens op [metadatainstellingen] in het menu van de webpagina.
  • Pagina 573 SCANNER/INTERNETFAX METADATA VERZENDEN Volg de stappen hieronder om een metadataset te selecteren, voer elk item in en voer een metadataverzending uit. Schakel over naar de gegevensinvoermodus en geef het metadatasetscherm weer. Scannen Internetfax Faxen Data-Invoer Druk op de tab [Data-Invoer]. Adresboek Origineel Scannen:...
  • Pagina 574 SCANNER/INTERNETFAX Voer het geselecteerde metadata-item in. Druk op de toets voor de waarde die u wilt invoeren. Data-Invoer • Wanneer de invoerwaarden van het metadata-item in de vorm van User ID Annuleren selecties zijn, worden deze selecties als toetsen weergegeven. Wanneer een waarde kan worden bewerkt, kunt u op de toets Directe Invoer [Directe Invoer] drukken om de waarde handmatig in te voeren.
  • Pagina 575 SCANNER/INTERNETFAX METADATAVELDEN De volgende drie soorten metadata worden ingesloten bij het verzonden XML-bestand. • Automatisch door de machine gegenereerde data: Deze data worden altijd ingesloten in het XML-bestand en worden automatisch opgeslagen in uw computer. • Vooraf gedefinieerde velden: Deze velden worden automatisch herkend door de machine en toegewezen aan de juiste XML-tags.
  • Pagina 576 HOOFDSTUK 6 DOCUMENTARCHIVERING Voor deze functie is de harde schijf vereist. Dit hoofdstuk biedt uitgebreide uitleg van de procedures voor het gebruik van de functie documentarchivering. Met de functie documentarchivering kunt u de documentdata van een kopieer- of faxopdracht, of de data van een afdrukopdracht, als bestand opslaan op de harde schijf van de machine.
  • Pagina 577 DOCUMENTARCHIVERING DOCUMENTOPSLAG Voor deze functie is de harde schijf vereist. Dit gedeelte bevat informatie waarmee u vertrouwd dient te zijn voordat u de documentarchiveringsfunctie gebruikt, inclusief een overzicht van het documentarchiveringsproces, de mogelijkheden van de documentarchiveringsfunctie en handige wenken voor het gebruik van deze functie. OVERZICHT De documentarchiveringsfunctie biedt u de mogelijkheid om de documentafbeelding van een kopieer- of beeldverzendtaak of de gegevens van een afdruktaak als bestand op te slaan op de harde schijf van het apparaat.
  • Pagina 578 DOCUMENTARCHIVERING TOEPASSINGEN VAN DOCUMENTARCHIVERING Snel een bestand gebruiken Voorbeeld: U hebt agenda's van meerdere pagina's afgedrukt voor een bijeenkomst, maar op het laatste moment komt er een deelnemer bij zodat u nog een exemplaar nodig hebt. De agenda is niet opgeslagen met documentarchivering De agenda is opgeslagen met documentarchivering Instellingen voor kopieerfactor, kleurmodus en speciale functies moeten opnieuw worden...
  • Pagina 579 DOCUMENTARCHIVERING VOORDAT U DOCUMENTARCHIVERING GAAT GEBRUIKEN Deze sectie bevat informatie waarmee u vertrouwd moet zijn voordat u de functie documentarchivering gebruikt. Mappen Voor het opslaan van bestanden met documentarchivering kunnen drie typen mappen worden gebruikt. Mappen op de harde schijf Hoofdmap Snelmap Aangepaste map...
  • Pagina 580 DOCUMENTARCHIVERING Het aantal pagina's en bestanden dat u ongeveer kunt opslaan met documentarchivering Gecombineerd maximumaantal pagina's en het totaal aantal bestanden dat in aangepaste mappen en de hoofdmap kan worden opgeslagen Voorbeelden van soorten originelen Aantal pagina's* Aantal bestanden Kleurenorigine Max.
  • Pagina 581 DOCUMENTARCHIVERING Automatisch wissen van bestanden U kunt gegevens over documentarchivering in opgegeven mappen op regelmatige tijdstippen automatisch laten wissen door de mappen en de tijd op te geven. Als de bestanden die in het apparaat opgeslagen zijn periodiek worden gewist, helpt dat om het lekken van gevoelige informatie te vermijden en wordt ruimte vrijgemaakt op de harde schijf.
  • Pagina 582 Sla geen documenten op die gevoelig zijn of die niet door anderen mogen worden gebruikt. • Behoudens voor zover wettelijk verplicht aanvaardt de SHARP Corporation geen enkele aansprakelijkheid voor schade die voortvloeit uit het openbaar worden van gevoelige informatie als gevolg van manipulatie door een derde partij van gegevens die zijn opgeslagen met behulp van de functie Snelbestand of de functie Bestand, of van onjuiste toepassing van de functie Snelbestand of de functie Bestand door de gebruiker die de gegevens opslaat.
  • Pagina 583 DOCUMENTARCHIVERING DOCUMENTARCHIVERING GEBRUIKEN IN DE DIVERSE MODI In de kopieer- of verzendmodus kan het origineel als een bestand worden opgeslagen op de harde schijf terwijl het wordt gekopieerd of verzonden. Daarnaast kunt u Scannen naar schijf gebruiken om de gescande data van een origineel op te slaan naar de harde schijf zonder de data te kopiëren of te verzenden.
  • Pagina 584 DOCUMENTARCHIVERING Scannen naar schijf Het gescande origineel wordt opgeslagen als een beeldbestand. Er wordt niet afgedrukt en niet verzonden wanneer u Scannen naar schijf gebruikt. Druk op de toets [DOCUMENT ARCHIVERING]. Druk op het tabblad [Scan. naar HDD]. KOPIE BEELD DOCUMENT VERZENDEN ARCHIVERING...
  • Pagina 585 DOCUMENTARCHIVERING BASISSCHERM VAN DE DOCUMENTARCHIVERINGSMODUS Druk op de toets [DOCUMENT ARCHIVERING] om het basisscherm van de modus documentarchivering te openen. De bestanden die op de harde schijf in de machine zijn opgeslagen kunnen vanuit dit scherm worden opgeroepen. Wanneer u gebruikersauthenticatie gebruikt en Mijn map is geconfigureerd, verschijnt het bestandselectiescherm van Mijn map. Als de gebruiker die is ingelogd geen "Mijn map"...
  • Pagina 586 DOCUMENTARCHIVERING BESTANDEN OPSLAAN MET DE DOCUMENTARCHIVERINGSFUNCTIE In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u een origineel als afbeeldingsbestand kunt opslaan met de functies Snelbestand, Bestand en Scannen naar schijf van de documentarchiveringsmodus. EEN BESTAND OPSLAAN MET "Snelbestand" Bij het kopiëren, afdrukken of verzenden van een document in de kopieermodus, afdrukmodus of in de modus afbeelding verzenden (met uitzondering van de modus USB-geheugenscan) kan "Snelbestand"...
  • Pagina 587 DOCUMENTARCHIVERING Selecteer de kopieerinstellingen en druk dan op de toets [START]. • Het kopiëren begint en de gescande documentafbeelding wordt opgeslagen op de harde schijf. De geselecteerde kopieerinstellingen worden ook opgeslagen. • Om onbedoeld opslaan van het document te voorkomen wordt gedurende 6 seconden nadat u op de knop [START] hebt gedrukt (standaardinstelling) de volgende waarschuwing weergegeven: "De gescande gegevens worden opgeslagen in de snelbestandmap".
  • Pagina 588 DOCUMENTARCHIVERING EEN BESTAND OPSLAAN MET "Bestand" Bij het kopiëren, afdrukken of verzenden van een document in de kopieermodus, afdrukmodus of afbeeldingverzendmodus (met uitzondering van de modus USB-geheugenscan) kunt u "Bestand" selecteren om een afbeelding van het document op te slaan in de Hoofdmap of een eerder gemaakte aangepaste map.
  • Pagina 589 DOCUMENTARCHIVERING Selecteer de kopieerinstellingen en druk dan op de toets [START]. • Het kopiëren begint en de gescande documentafbeelding wordt opgeslagen op de harde schijf. De geselecteerde kopieerinstellingen worden ook opgeslagen. • Raadpleeg stap 4 van "EEN BESTAND OPSLAAN MET "Snelbestand""...
  • Pagina 590 DOCUMENTARCHIVERING BESTANDSINFORMATIE Dit hoofdstuk biedt uitleg over de instellingen die worden geconfigureerd in stap 3 van de paragraaf "EEN BESTAND OPSLAAN MET "Bestand"" (pagina 6-13). Het specificeren van een gebruikersnaam, bestandsnaam, map en een vertrouwelijkheidsstatus vereenvoudigt het beheren en zoeken van een bestand. Als u Vertrouwelijk selecteert en een wachtwoord instelt, kunnen anderen het bestand bovendien niet zonder uw toestemming bekijken.
  • Pagina 591 DOCUMENTARCHIVERING Een bestandsnaam toewijzen U kunt een bestandsnaam aan het bestand toewijzen. Druk op de toets [Bestandsnaam]. Bestandsinformatie Annuleren Er verschijnt een tekstinvoerscherm. Voer de bestandsnaam in en druk op [OK]. Vertrouwelijk Er kunnen maximaal 30 tekens worden ingevoerd. Wachtwoord Gebruik.Naam Gebr.
  • Pagina 592 DOCUMENTARCHIVERING Een bestand opslaan als vertrouwelijk U kunt een wachtwoord instellen voor het bestand zodat anderen dit niet kunnen bekijken. Stel een wachtwoord in (5 tot 8 cijfers) met de cijfertoetsen. Schakel de optie Vertrouwelijk in. Schakel het selectievakje [Vertrouwelijk] in zodat er Bestandsinformatie Annuleren een vinkje...
  • Pagina 593 DOCUMENTARCHIVERING EEN BESTAND ALLEEN OPSLAAN (Scannen naar schijf) Scannen naar schijf wordt gebruikt om een gescand document op te slaan in de Hoofdmap of een aangepaste map. Er wordt niets afgedrukt of verzonden. SCHERM "Scan. naar HDD" Als u op het tabblad [Scan. naar HDD] van de documentarchiveringsmodus drukt, verschijnt het onderstaande scherm. Druk op de toetsen onderaan om de instellingen voor Scannen naar schijf te selecteren.
  • Pagina 594 DOCUMENTARCHIVERING Toets [Origineel] Als op de toets [Origineel] wordt gedrukt, verschijnt het volgende scherm. Dit scherm wordt gebruikt om het formaat van het origineel de wijzigen en de scaninstellingen voor 2-zijdige originelen te selecteren. Scan naar HD/Origineel Scanformaat 100% Opslagformaat Auto Auto Origineel...
  • Pagina 595 DOCUMENTARCHIVERING Toets [Kleurmodus] Druk op de toets [Kleurmodus] om het instelscherm voor de kleurenmodus voor Scannen naar schijf te openen. c a n n e n n a a r H D D / K l e u r m o d u s A u t o M e e r k l e u r e n K l e u r m o d u s...
  • Pagina 596 DOCUMENTARCHIVERING Scherm met speciale functies voor Scannen naar schijf Als u op de toets [Spec. Functies] drukt, verschijnt het onderstaande scherm. Zie voor meer informatie over elke instelling "SPECIALE FUNCTIES" (pagina 5-71) in "5. SCANNER / INTERNETFAX". Scan naar HD/Spec. Functies Dubbele Pg Wissen Kaart Formaat...
  • Pagina 597 DOCUMENTARCHIVERING De afbeelding voor het opslaan controleren (Voorbeeld) Als u op de toets [Voorbeeld] tikt en dan Scan. naar HDD start, verschijnt het onderstaande scherm. Voordat de gescande gegevens worden opgeslagen, kunt u een voorbeeld van de gescande afbeelding controleren en naar het instelscherm Scan. naar HDD terugkeren om instellingen te wijzigen.
  • Pagina 598 DOCUMENTARCHIVERING "Scannen naar schijf" UITVOEREN Plaats het origineel. Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat. Schakel over naar de documentarchiveringsmodus en selecteer de KOPIE BEELD DOCUMENT instellingen voor Scannen naar schijf. VERZENDEN ARCHIVERING Klaar om te scannen naar vaste schijf.
  • Pagina 599 DOCUMENTARCHIVERING OPGESLAGEN BESTANDEN GEBRUIKEN In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u bestanden die u met de documentarchiveringsfunctie hebt opgeslagen kunt ophalen en afdrukken of verzenden. PROCEDURE VOOR HET GEBRUIKEN VAN EEN OPGESLAGEN BESTAND Deze sectie legt de basisprocedure uit voor het oproepen en gebruiken van een bestand. De schermen en procedures kunnen variëren afhankelijk van of gebruikersauthenticatie is ingeschakeld.
  • Pagina 600 DOCUMENTARCHIVERING Selecteer het bestand dat u wilt oproepen. • Selecteer de map in het mapselectiescherm. Best. ophalen Scan. naar HDD Schijfstatus Ex.datatoegang Wanneer u de map heeft geselecteerd, verschijnen de bestanden in de Zoeken Vorige Hoofdmap map. Selecteer het bestand dat u wilt oproepen. •...
  • Pagina 601 DOCUMENTARCHIVERING MAP- EN BESTANDSSELECTIESCHERMEN Om een opgeslagen bestand te gebruiken met documentarchivering, moeten de map- en bestandsnaam worden geselecteerd. Hieronder vindt u uitleg over het mapselectiescherm en het bestandsselectiescherm. MAPSELECTIESCHERM Het scherm wijkt iets af wanneer gebruikersauthenticatie is ingeschakeld op het apparaat. Als gebruikersauthenticatie niet is ingeschakeld Als gebruikersauthenticatie is ingeschakeld Zoeken...
  • Pagina 602 DOCUMENTARCHIVERING BESTANDSSELECTIESCHERM Hieronder wordt uitleg gegeven over het bestandsselectiescherm voor de Snelmap, Hoofdmap en aangepaste mappen. Het bestandsselectiescherm kan worden weergegeven in de indeling "Lijstscherm" en "Miniatuurscherm". (Zie onderstaand punt "(5) Toets [Weergave wijzigen]" voor het selecteren van de indeling.) In dit hoofdstuk wordt aangenomen dat de indeling "Lijstscherm"...
  • Pagina 603 DOCUMENTARCHIVERING Toets [Multi-afdruk] Druk op deze toets om meerdere bestanden in een map te selecteren om af te drukken. ☞ MULTI-FILE PRINTEN (pagina 6-33) Sorteervolgorde / Opties tonen Dit kan in het miniatuurscherm worden gebruikt. De weergavevolgorde van de bestandsminiaturen kan bij "Sorteervolgorde"...
  • Pagina 604 DOCUMENTARCHIVERING EEN BESTAND SELECTEREN Dit gedeelte legt uit hoe u het bestand dat u wilt gebruiken kunt selecteren. Selecteer de map die het bestand bevat dat u wilt gebruiken. BEELD DOCUMENT KOPIE VERZENDEN ARCHIVERING Druk op de toets [DOCUMENT ARCHIVERING]. Het mapselectiescherm verschijnt.
  • Pagina 605 DOCUMENTARCHIVERING SCHERM TAAKINSTELLINGEN Als u op de toets voor een bestand drukt, verschijnt het volgende scherm. Druk op de toets voor de bewerking die u wilt uitvoeren en selecteer de gewenste instellingen. Best. ophalen Scan. naar HDD Schijfstatus Ex.datatoegang Taakinstellingen Annuleren Hoofdmap Zoeken...
  • Pagina 606 DOCUMENTARCHIVERING EEN OPGESLAGEN BESTAND AFDRUKKEN Een bestand dat is opgeslagen met de documentarchiveringsfunctie kan wanneer gewenst worden opgehaald en afgedrukt. De instellingen die werden gebruikt toen het bestand werd opgeslagen zijn ook opgeslagen, zodat het bestand opnieuw kan worden afgedrukt met dezelfde instellingen.
  • Pagina 607 DOCUMENTARCHIVERING SCHERM AFDRUKINSTELLINGEN Taakinstellingen / Afdrukken Annuleren file-01 Name 1 Meerkl. Papierformaat Aantal afdrukken Auto Gegevens afdrk. en (1 999) verwijderen Uitvoer Gegevens afdrukken en opslaan 2-Zijdig Spec. Functies Toets [Papierformaat] Toets Gebruik deze toets om het papierformaat in te stellen. Gebruik deze toetsen om het aantal kopieën in te stellen.
  • Pagina 608 DOCUMENTARCHIVERING MULTI-FILE PRINTEN Er kunnen meerdere bestanden in een map worden geselecteerd om af te drukken. Druk op de toets [Multi-afdruk]. Hoofdmap Zoeken Vorige Druk op de toets [Weergave wijzigen] om bestanden van een bepaald Bestandsnaam Gebr. Naam Datum opdrachttype te selecteren, selecteer het opdrachttype op het scherm dat file-01 Name 1 04/04/2020...
  • Pagina 609 DOCUMENTARCHIVERING Een geselecteerd bestand afdrukken. (2) (3) Het aantal geselecteerde bestanden verschijnt in de weergave aantal Annuleren Taakinstellingen / Afdrukken geselecteerde bestanden. Als u het aantal kopieën wilt gebruiken dat bij het bestand is opgeslagen, ga Aantal gekozen files:: 5 dan naar stap (3).
  • Pagina 610 DOCUMENTARCHIVERING Afdrukken in batches Alle bestanden in een map met dezelfde gebruikersnaam en hetzelfde wachtwoord kunnen tegelijk worden afgedrukt. Wanneer op de toets [Batchafdruk] wordt gedrukt, verandert deze in de toets [Batchafdruk]. Druk op de toets [Batchafdruk]. Meerdere bestanden afdrukken Alles select.
  • Pagina 611 DOCUMENTARCHIVERING Als er een wachtwoord is ingesteld, druk dan op Annuleren Batchafdruk de toets [Wachtwoord]. Gebr 1/ Alle Bestanden Voer het wachtwoord (5 tot 8 cijfers) in met de cijfertoetsen en druk op [OK]. Gebruik.Naam Name 1 Alleen bestanden met hetzelfde wachtwoord worden geselecteerd. Als u geen wachtwoord wilt invoeren, ga dan naar de volgende stap.
  • Pagina 612 DOCUMENTARCHIVERING EEN OPGESLAGEN BESTAND VERZENDEN Een bestand dat is opgeslagen met de documentarchiveringsfunctie kan op elk gewenst moment worden opgeroepen en verzonden. De instellingen die werden gebruikt toen het bestand werd opgeslagen zijn ook opgeslagen, zodat het bestand met dezelfde instellingen kan worden verzonden. Zo nodig kunt u ook de verzendinstellingen wijzigen om het opgeroepen bestand aan te passen.
  • Pagina 613 DOCUMENTARCHIVERING SCHERM VERZENDINSTELLINGEN Hieronder wordt uitleg gegeven over de toetsen voor de verzendinstellingen. Zie voor meer informatie over elke instelling "BASISSCHERM VAN DE FAXFUNCTIE" (pagina 4-7) in "4. FAX" en "BASISSCHERM" (pagina 5-9) in "5. SCANNER / INTERNETFAX". Voorbeeld van scanmodus Gereed voor verzenden.
  • Pagina 614 DOCUMENTARCHIVERING EIGENSCHAPPEN VAN OPGESLAGEN BESTANDEN BESTANDSEIGENSCHAPPEN U kunt een beveiligingsinstelling selecteren voor bestanden die zijn opgeslagen met de functie documentarchivering. Hiermee voorkomt u dat een bestand wordt verplaatst, of handmatig of automatisch wordt verwijderd. Er zijn drie eigenschappen beschikbaar voor opgeslagen bestanden: [Delen], [Beveiligen] en [Vertrouwelijk]. Wanneer het bestand is opgeslagen met de eigenschap [Delen], is het niet beveiligd.
  • Pagina 615 DOCUMENTARCHIVERING Beperkingen bij het wijzigen van de eigenschap • Een bestand dat is opgeslagen als "Delen" kan worden gewijzigd in "Beveiligen" of "Vertrouwelijk". Een bestand dat als "Delen" is opgeslagen in de Snelmap kan echter alleen worden gewijzigd in "Beveiligen". •...
  • Pagina 616 DOCUMENTARCHIVERING EEN OPGESLAGEN BESTAND VERPLAATSEN Gebruik deze procedure om de bestandslocatie de wijzigen (een bestand naar een andere map verplaatsen). Volg de onderstaande stappen nadat u het gewenste bestand heeft geselecteerd. ☞ EEN BESTAND SELECTEREN (pagina 6-29) Druk op de toets [Verplaatsen]. Annuleren Taakinstellingen file-01...
  • Pagina 617 DOCUMENTARCHIVERING Druk op de toets [Verplaatsen]. Annuleren Taakinstellingen / Verplaatsen file-01 Name 1 Meerkl. Kies de map waarnaar het bestand moet worden verplaatst. Bestandsnaam file-01 Verplts naar: Gebr 2 Verplaatsen Bestanden met de eigenschap "Beveiligen" kunnen niet worden verplaatst. Om een beveiligd bestand te kunnen verplaatsen, moet u de eigenschap wijzigen in "Delen"...
  • Pagina 618 DOCUMENTARCHIVERING EEN OPGESLAGEN BESTAND VERWIJDEREN Opgeslagen bestanden die niet langer nodig zijn, kunnen worden verwijderd. Selecteer het bestand dat u wilt verwijderen en druk op de toets [Wissen]. ☞ EEN BESTAND SELECTEREN (pagina 6-29) Druk op de toets [Wissen]. Annuleren Taakinstellingen file-01 Name 1...
  • Pagina 619 DOCUMENTARCHIVERING DE AFBEELDING VAN EEN OPGESLAGEN BESTAND CONTROLEREN U kunt de afbeelding controleren van een bestand dat met documentarchivering is opgeslagen. Selecteer het gewenste bestand en druk op de toets [Beeldcontrole]. ☞ EEN BESTAND SELECTEREN (pagina 6-29) Afhankelijk van het formaat van de afbeelding, kan een deel van de afbeelding worden afgesneden in het scherm afbeeldingcontrole op het aanraakscherm.
  • Pagina 620 DOCUMENTARCHIVERING SCHERM AFBEELDINGSCONTROLE In dit gedeelte wordt het scherm afbeeldingscontrole toegelicht. Beeldcontrole Vorige file-01 Name 1 Meerkl. Weergave draaien Details 0001 0010 Infoweergave Toets "Weergave draaien" Hier wordt informatie over de weergegeven afbeelding gegeven. Hiermee draait de afbeelding 90 graden naar rechts of links. De rotatie wordt op alle pagina's van het bestand toegepast, niet alleen op de Voorvertoning weergegeven pagina.
  • Pagina 621 DOCUMENTARCHIVERING BESTANDEN VAN HET OPDRACHTSTATUSSCHERM OPHALEN EN GEBRUIKEN Bestanden die zijn opgeslagen met de functie Bestand of Snelbestand worden als toetsen weergegeven in het opdrachtstatusscherm Voltooid. Dit is handig wanneer u snel de opgeslagen gegevens van een kopieertaak wilt afdrukken of snel een opgeslagen fax naar een andere bestemming wilt sturen.
  • Pagina 622 DOCUMENTARCHIVERING EEN OPGESLAGEN BESTAND ZOEKEN Als er een groot aantal bestanden is opgeslagen, kan het moeilijk zijn om een bestand te vinden. Om het gewenste bestand snel te vinden, kan de zoekfunctie van de documentarchiveringsmodus worden gebruikt. Dit gedeelte legt uit hoe u op de harde schijf van de machine een bestand of map kunt zoeken. U kunt ook zoeken als u slechts een deel van de bestands- of mapnaam kent.
  • Pagina 623 DOCUMENTARCHIVERING (B)(D) Zoeken op gebruikersnaam U kunt de gebruikersnaam op vier manieren selecteren: Gebruik.Naam Annuleren (A) Druk op de toets voor de gebruikersnaam. De gekozen gebruikersnaam wordt gemarkeerd. Name 1 Name 2 Als u per ongeluk de verkeerde gebruikersnaam hebt geselecteerd, druk Name 3 Name 4 dan op de toets met de juiste naam.
  • Pagina 624 DOCUMENTARCHIVERING Druk op de toets [Start Zoeken]. Annuleren Zoeken Start Zoeken De zoekresultaten verschijnen in een scherm dat lijkt op het hieronder afgebeelde scherm. Een lijst met bestanden die overeenkomen met uw zoekcriteria verschijnt. Selecteer het gewenste bestand uit de lijst. Het Gebr.
  • Pagina 625 DOCUMENTARCHIVERING Zoeken in een map U kunt een map specificeren om het zoekbereik tot die map te beperken. Volg om binnen een gespecificeerde map te zoeken de onderstaande procedure. Open de map die u wilt doorzoeken. Druk op de toets [DOCUMENT ARCHIVERING]. BEELD DOCUMENT KOPIE...
  • Pagina 626 DOCUMENTARCHIVERING (B)(D) Zoeken op gebruikersnaam U kunt de gebruikersnaam op vier manieren selecteren: Gebruik.Naam Annuleren (A) Druk op de toets voor de gebruikersnaam. De gekozen gebruikersnaam wordt gemarkeerd. Name 1 Name 2 Als u per ongeluk de verkeerde gebruikersnaam hebt geselecteerd, druk Name 3 Name 4 dan op de toets met de juiste naam.
  • Pagina 627 DOCUMENTARCHIVERING Begin met zoeken. Druk op het selectievakje [Zoeken in huidige map], Annuleren Zoeken Start Zoeken zodat deze wordt gemarkeerd Als u alleen bestanden in de huidige map wilt zoeken, selecteert u het selectievakje [Zoeken in huidige map] Gebr. Naam Name 1 Gebruik deze methode om een bestand te zoeken in een vertrouwelijke Bestands- of mapnaam...
  • Pagina 628 HOOFDSTUK 7 SYSTEEMINSTELLINGEN In dit hoofdstuk worden de systeeminstellingen uitgelegd, waarmee een reeks parameters wordt geconfigureerd die bedoeld zijn om optimaal aan te sluiten op de behoeften van uw werkplek. De keuzes die momenteel voor de instellingen zijn gemaakt, kunnen worden weergegeven of afgedrukt. Als u snel wilt controleren waar een instelling in het menu systeeminstellingen zit, raadpleegt u "SYSTEEMINSTELLINGENMENU"...
  • Pagina 629 Opslaan/oproepen van systeeminstellingen ... . . 7-98 Sharp OSA-instellingen ......7-99...
  • Pagina 630 SYSTEEMINSTELLINGEN SYSTEEMINSTELLINGEN Systeeminstellingen De systeeminstellingen worden gebruikt voor het configureren van diverse parameters in overeenstemming met uw vereisten. De systeeminstellingen worden ook gebruikt om de huidige instellingen en status van de machine weer te geven of af te drukken. Door de systeeminstellingen kan de machine gemakkelijker bediend worden.
  • Pagina 631 SYSTEEMINSTELLINGEN Algemene handelingsmethoden In dit hoofdstuk worden de handelingen die voor alle systeeminstellingen gelden besproken. Zorg ervoor dat u dit hoofdstuk goed leest want deze informatie wordt in de beschrijving van de afzonderlijke instellingen achterwege gelaten. Voorbeeld: Het scherm van het Adresboek Systeeminstellingen Adresboek Vorige...
  • Pagina 632 SYSTEEMINSTELLINGEN SYSTEEMINSTELLINGEN (ALGEMEEN) In dit gedeelte worden de systeeminstellingen beschreven die door algemene gebruikers van de machine kunnen worden geconfigureerd. Systeeminstellingen (Algemeen) openen Zorg ervoor dat de machine in stand-by staat en druk op de toets [SYSTEEM INSTELLINGEN] op het aanraakscherm. Wanneer u op de toets [SYSTEEM INSTELLINGEN] drukt, verschijnt het volgende scherm in het aanraakscherm.
  • Pagina 633 SYSTEEMINSTELLINGEN Lijst met Systeeminstellingen (Algemeen) Wanneer de Systeeminstellingen worden geopend met algemene rechten, verschijnen de onderstaande items. Raadpleeg "Lijst met Systeeminstellingen (beheerder)" (pagina 7-30) voor items die uitsluitend met beheerdersrechten kunnen worden geopend. • Afhankelijk van de specificaties van de machine en de geïnstalleerde randapparatuur, kan het mogelijk zijn dat sommige instellingen niet beschikbaar zijn. •...
  • Pagina 634 SYSTEEMINSTELLINGEN Papierlade-Instellingen Optie Standaardinstellingen Pagina 7-13 ■ Papierlade-Instellingen ● Lade-instellingen Papierlade 1 Papierlade 2* Normaal, A4 (8-1/2" x 11") Papierlade 3* 7-13 Papierlade 4* Handinvoer Normaal, Auto-AB (Auto-Inch) Selecteer verg. afmetingen voor autodet. Auto-AB: 216 mm x 330 mm (8-1/2" x 13") Auto-Inch: 8-1/2"...
  • Pagina 635 SYSTEEMINSTELLINGEN Voorwaarde-instellingen Optie Standaardinstellingen Pagina 7-23 ■ Voorwaarde-instellingen ● Standaard printerinstellingen Kopieën Afdrukstand Staand Standaard papierformaat A4 (8-1/2"x11") Standaard uitvoerlade Varieert afhankelijk van de configuratie van de machine Standaard papiersoort Normaal papier Instelling Oorspronkelijke Resolutie 600 dpi Afdrukken Lege Pagina Uitschakelen Uitgeschakeld 7-23 Lijndikte...
  • Pagina 636 SYSTEEMINSTELLINGEN Beheer Documentarchivering Optie Standaardinstellingen Pagina 7-25 ■ Beheer Documentarchivering Wanneer de uitbreidingskit voor de harde schijf is geïnstalleerd. Controle USB-apparaat Optie Standaardinstellingen Pagina – 7-26 ■ Controle USB-apparaat Gebruikers-bediening Optie Standaardinstellingen Pagina 7-26 ■ Gebruikers-bediening* ● Gebruikersinformatie wijzigen – 7-26 * Wanneer gebruikersauthenticatie is geactiveerd en de aangemelde gebruiker niet de autoriteit heeft de systeeminstellingen (beheerder) (uitgezonderd standaard fabrieksgebruikers) te configureren.
  • Pagina 637 SYSTEEMINSTELLINGEN Totaal Aantal Kopieën Deze functie geeft de paginatelling in elke modus weer. Druk op [Totaal aantal]. Opdrachttelling Dit geeft het aantal van alle opdrachten weer en drukt dit af. • A3 (11" x 17") papierformaat wordt als twee bladen geteld. •...
  • Pagina 638 SYSTEEMINSTELLINGEN Standaardinstellingen De standaardinstellingen voor de bediening van de machine kunnen worden geconfigureerd. Druk op de toets [Standaardinstellingen] en selecteer instellingen. Klokaanpassing Gebruik deze toets om de datum en tijd van de inbouwklok in de machine in te stellen. Stel de tijd in. Optie Instellingen Als uw zone voorligt op GMT (Greenwich Mean Time), selecteer dan [+].
  • Pagina 639 SYSTEEMINSTELLINGEN Datumindeling Het formaat dat wordt gebruikt voor het afdrukken van de datum op lijsten en andere uitvoer kan worden gewijzigd. Optie Instellingen Huidige Waarde De huidige tijd wordt weergegeven in de opmaak die bij de datumnotatie is ingesteld. Indeling De weergavevolgorde instellen van jaar, maand en dag.
  • Pagina 640 SYSTEEMINSTELLINGEN Papierlade-Instellingen Papierlade en papiersoortinstellingen worden in dit gedeelte behandeld. Druk op de [Papierlade-instellingen]-toets om de instellingen te configureren. Lade-instellingen Deze instellingen bepalen papiersoort, papierformaat en functies die voor iedere papierlade gelden. Als er op de toets [Lade-instellingen] wordt gedrukt, verschijnt een lijst met de laden en huidige instellingen. Lade-Instellingen Vorige Papiercassette 1...
  • Pagina 641 SYSTEEMINSTELLINGEN Lade-instellingen Papierlade Papiersoort Formaat Papierlade 1 Normaal, voorbedrukt, A3, A4, A4R, A5R, B4, B5, B5R, 216 mm x 330 mm (8-1/2" x 13"), Recycled, briefpapier, 11" x 17", 8-1/2" x 14", 8-1/2" x 11", 8-1/2" x 11"R, 5-1/2" x 8-1/2"R, 8K, 16K, 16KR Papierlade 2 voorgeperforeerd, gekleurd, (Wanneer een papierlade is...
  • Pagina 642 SYSTEEMINSTELLINGEN Papiersoortregistratie Sla een papiersoort op als de gewenste papiersoort niet verschijnt in de selectie of als u een nieuwe set papiereigenschappen wilt aanmaken. Er kunnen max. 7 programma's worden opgeslagen. Optie Beschrijving Een willekeurige naam opslaan. Typenaam De standaard fabrieksnamen zijn "Gebr. soort 1" - "Gebr. soort 7". Vaste zijde van papier Activeer deze instelling als papier met een voor- en achterzijde wordt gebruikt.
  • Pagina 643 SYSTEEMINSTELLINGEN Adresbeheer Adresbeheer wordt gebruikt om sneltoetsen, groepstoetsen, programmatoetsen en aangepaste indexen op te slaan, te bewerken en te wissen. Druk op de toets [Adresbeheer] en configureer de instellingen. • Welke instellingen u kunt selecteren varieert afhankelijk van de geïnstalleerde randapparatuur. •...
  • Pagina 644 SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen Optie Beschrijving In alle functies opgeslagen items Selecteer het adrestype dat in het adresboek moet worden opgeslagen. • E-mail: Een e-mailadres met een sneltoets opslaan. • Internetfax: Een Internetfaxadres met een sneltoets opslaan. Adrestype • Directe SMTP: Een Directe SMTP-adres met een sneltoets opslaan. •...
  • Pagina 645 SYSTEEMINSTELLINGEN Optie Beschrijving Items die verschijnen als een Directe SMTP-adres wordt opgeslagen Gebruik deze drie instellingen om een adres voor Direct SMTP-verzending in te stellen. In veel gevallen kan met methode (1) verzonden worden. In de tekstvakken voor "Direct SMTP-adres" en "Hostnaam of IP-adres" kunnen elk maximaal 64 tekens worden ingevoerd.
  • Pagina 646 SYSTEEMINSTELLINGEN Druk op [Adresboek]. Druk op [Toevoegen]. AAA AAA BBB BBB CCC CCC DDD DDD EEE EEE FFF FFF Selecteer "Groep" in de lijst [Adrestype]. Stel de instellingen [Groepsnaam], [Voorletter] en [Toetsnaam] in. (De overige instellingen kunnen indien nodig worden aangepast.) (1-1000) Gebruik de schuifbalk om het onderste schermgedeelte weer te geven en druk op de toets...
  • Pagina 647 SYSTEEMINSTELLINGEN Druk op de sneltoets die u aan de groep wilt toevoegen. (In dit voorbeeld zijn drie toetsen toegevoegd.) AAA AAA BBB BBB CCC CCC DDD DDD EEE EEE FFF FFF GGG GGG Tik op de toets [OK]. AAA AAA BBB BBB CCC CCC DDD DDD...
  • Pagina 648 SYSTEEMINSTELLINGEN Programma Als u regelmatig dezelfde instellingen en/of functies gebruikt voor dezelfde bestemming of bestemmingen, kunt u deze instellingen en bestemmingen opslaan en een programma. Zo kunt u de instellingen en bestemmingen die u wilt selecteren eenvoudig openen via dit programma. Als op de toets [Programma] wordt gedrukt, verschijnt het volgende scherm.
  • Pagina 649 SYSTEEMINSTELLINGEN Faxdata Ontv/ Doorsturen In dit gedeelte worden de instellingen voor ontvangst en doorsturen uitgelegd. Druk op de [Faxdata Ontv/doorsturen]-toets en configureer de instellingen. Raadpleeg "SYSTEEMINSTELLINGEN VOOR FAX" (pagina 7-100) voor informatie over de instellingen met betrekking tot de faxfunctie. I-Faxinstellingen Deze instellingen kunnen worden geconfigureerd wanneer de harde schijf en de internetfaxuitbreidingskit zijn geïnstalleerd.
  • Pagina 650 SYSTEEMINSTELLINGEN Voorwaarde-instellingen De voorwaarde-instellingen worden gebruikt om de basisprinterinstellingen en de instellingen voor het afdrukken van een DOS-applicatie te configureren. Druk op de toets [Voorwaarde-instellingen] om de instellingen te configureren. Deze instellingen kunnen worden gebruikt wanneer de harde schijf en de printer uitbreidingskit zijn geïnstalleerd. Standaard printerinstellingen De standaard instellingen worden gebruikt om geavanceerde afdrukvoorwaarden voor het afdrukken in een omgeving waar de printerdriver niet wordt gebruikt (zoals afdrukken van MS-DOS of van een computer waarop de meegeleverde printerdriver niet is geïnstalleerd).
  • Pagina 651 SYSTEEMINSTELLINGEN PCL-instellingen Dit wordt gebruikt om symbolensets, lettertypes en regeleindecode, gebruikt in een PCL-omgeving, in te stellen. Instellingen Optie Beschrijving Selecties Geef de symbolenset op die wordt Selecteer uit 35 items. PCL-symbolenset instel. gebruikt voor het afdrukken. Gebruik dit om het lettertype te selecteren •...
  • Pagina 652 SYSTEEMINSTELLINGEN Beheer Documentarchivering Voor deze functie is de harde schijf vereist. Beheer documentarchivering wordt gebruikt om aangepaste mappen voor documentarchivering te maken, bewerken, en wissen. Druk op de toets [Beheer Documentarchivering] en configureer de instellingen. Als u op de toets [Beheer Documentarchivering] drukt, verschijnt het onderstaande scherm. Mappenlijst Vorige Toevoegen...
  • Pagina 653 SYSTEEMINSTELLINGEN Controle USB-apparaat Hiermee wordt de aansluiting van een USB-apparaat, dat is verbonden met de machine, getest. Druk op de toets [Controle USB-apparaat] om de aansluiting te controleren. De status van een USB-apparaat dat niet compatibel is met de machine verschijnt niet. Gebruikers-bediening In dit gedeelte worden de instellingen voor gebruikers-bediening uitgelegd.
  • Pagina 654 SYSTEEMINSTELLINGEN SYSTEEMINSTELLINGEN (BEHEERDER) In dit gedeelte worden de systeeminstellingen beschreven die door de beheerder van de machine worden geconfigureerd. Systeeminstellingen (beheerder) openen De beheerder moet de onderstaande procedure volgen om zich aan te melden en de Systeeminstellingen (beheerder) te openen. Wanneer Gebruikersauthenticatie niet is ingeschakeld Volg onderstaande inlogprocedure wanneer de functie "Gebruikersauthenticatie-instelling"...
  • Pagina 655 SYSTEEMINSTELLINGEN Wanneer Gebruikersauthenticatie is ingeschakeld Volg onderstaande inlogprocedure wanneer de functie "Gebruikersauthenticatie-instelling" (pagina 7-46) is ingeschakeld. Wanneer de functie automatische login is ingeschakeld, zal het loginscherm niet verschijnen. Gebruikersauthenticatie via inloggen met gebruikersnaam en wachtwoord (en e-mailadres) De inlogprocedure van de beheerder wordt uitgevoerd via het gebruikerselectiescherm. De te volgen procedure wanneer gebruikersauthenticatie is ingeschakeld, vindt u in "GEBRUIKERSAUTHENTICATIE"...
  • Pagina 656 SYSTEEMINSTELLINGEN Inloggen via gebruikersnummer Druk op de [Aanm. beheer.]-toets. Gebruikersauthenticatie Voer het wachtwoord van de beheerder in het invoerscherm voor het wachtwoord in. Hiermee is de inlogprocedure van de beheerder voltooid. U kunt nu de Systeeminstellingen (beheerder) gebruiken. Aanm. beheer. •...
  • Pagina 657 SYSTEEMINSTELLINGEN Lijst met Systeeminstellingen (beheerder) Hieronder worden de systeeminstellingen weergegeven die verschijnen nadat de beheerder zich heeft aangemeld. Ook worden de standaardinstellingen voor elk item weergegeven. • Afhankelijk van de specificaties van de machine en de geïnstalleerde randapparatuur, kan het mogelijk zijn dat sommige instellingen niet beschikbaar zijn.
  • Pagina 658 SYSTEEMINSTELLINGEN Energiebesparing Optie Standaardinstellingen Pagina 7-60 ■ Energiebesparing ● Eco-scaninstelling 7-60 ● Instelling energiebeheer 7-60 Tonerbesparingsfunctie Printen Uitgeschakeld 7-60 Kopiëren* Uitgeschakeld Instelling Voorverwarmfunctie 1 min. 7-60 Schakel de functie voor automatische uitschakeling in zodra de externe taak is Ingeschakeld 7-60 voltooid.
  • Pagina 659 SYSTEEMINSTELLINGEN Optie Standaardinstellingen Pagina ● Toetsinstelling aanpassen* Kopieren 1 aanpassen Bestand 2 aanpassen Snelbestand 3 aanpassen – Scan 1 aanpassen Adresoverzicht 2 aanpassen Bestand 3 aanpassen Snelbestand Internetfax* 7-65 (Zelfde als scan) Fax* (Zelfde als scan) USB-geheugenscan 1 aanpassen – 2 aanpassen –...
  • Pagina 660 SYSTEEMINSTELLINGEN Optie Standaardinstellingen Pagina ● Instellingen bediening op afstand Bediening van externe software Bedieningsmachtiging Verboden Wachtwoordinvoerscherm weergeven Weergeven op pc en MFP Bediening vanaf opgegeven pc Bedieningsmachtiging Verboden 7-67 Hostnaam of IP-adres van PC – Wachtwoordinvoerscherm weergeven Weergeven op pc en MFP Bediening door gebruiker met wachtwoord Bedieningsmachtiging Verboden...
  • Pagina 661 SYSTEEMINSTELLINGEN Optie Standaardinstellingen Pagina Uitschakelen van optionele papierlade* Uitgeschakeld 7-70 Lade-instellingen uitschakelen Uitgeschakeld 7-70 Uitschakelen van afwerkingeenheid* Uitgeschakeld 7-70 Offset uitschakelen Uitgeschakeld 7-70 Uitzetten nieteenheid* Uitgeschakeld 7-70 ● Instelling fusing-temperatuur 60 - 89g/m (16 - 23 lbs.) 7-70 *1 Als de harde schijf is geïnstalleerd. *2 Als de automatische documentinvoer is geïnstalleerd.
  • Pagina 662 SYSTEEMINSTELLINGEN Optie Standaardinstellingen Pagina Uitschakeling handinvoer bij dubbelz. kopiëren Uitgeschakeld 7-73 Automatische papierselectie uitschakelen Uitgeschakeld 7-73 Instelling automatische selectie van papiertoevoerlade Uitgeschakeld 7-73 600x600 dpi scanmodus voor documentinvoer* Uitgeschakeld 7-73 Snel scannen vanaf glasplaat Ingeschakeld 7-73 Auto wissen vóór uitvoering kopieertaak Uitgeschakeld 7-73 * Als de automatische documentinvoer is geïnstalleerd.
  • Pagina 663 SYSTEEMINSTELLINGEN Printerinstellingen Optie Standaardinstellingen Pagina 7-76 ■ Printerinstellingen ● Standaardinstellingen 7-76 Kennisgeving Pagina Niet Afdrukken Ingeschakeld 7-76 Testpagina Niet Afdrukken Uitgeschakeld 7-76 A4-/Letter-formaat automatisch wijzigen Nederlands 7-76 Afdruckdichtheid Printer 7-76 Instellingen handinvoerlade 7-76 Papierformaat herkenning handinvoer inschakelen Uitgeschakeld 7-76 Papiersoort herkenning handinvoer inschakelen Ingeschakeld 7-76 Doorvoerlade overslaan bij automatische papierselectie...
  • Pagina 664 SYSTEEMINSTELLINGEN Optie Standaardinstellingen Pagina Instelling Oorspronkelijke Resolutie • Scan Ingest. resolutie toepassen bij opslag: Uitgeschakeld 200 X 200 dpi • Internetfax * Ingest. resolutie toepassen bij opslag: 7-78 Uitgeschakeld 200 X 100 dpi • Fax* Ingest. resolutie toepassen bij opslag: Uitgeschakeld Standaard Standaard Belichtingsinstellingen...
  • Pagina 665 SYSTEEMINSTELLINGEN Optie Standaardinstellingen Pagina Eigen naam en bestemming instellen Registratie zendergegevens • Naam afzender – 7-81 • Faxnummer afzender – • Eigen adres I-Fax – Registratie van eigen naam selecteren – 7-81 ● Scaninstellingen 7-82 Overige instellingen 7-82 Standaard-Afzenderset – 7-82 Standaardinstellingen kleurmodus •...
  • Pagina 666 SYSTEEMINSTELLINGEN Optie Standaardinstellingen Pagina Compressie instel. MH (G3) 7-84 Instelling Luidsprekervolume – • Signaal ontvangen Middel 7-84 • Foutsignaal communicatie Middel Origineel afdrukken op transactierapport Alleen Foutrapport Afdrukken 7-84 Instelling Afdrukken Transactierapport • Enkele Verzending Alleen Foutrapport Afdrukken 7-84 • Distribueren Volledig Rapport Afdrukken •...
  • Pagina 667 SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen documentarchivering Optie Standaardinstellingen Pagina 7-88 ■ Instellingen documentarchivering ● Overige instellingen 7-88 Instellingen Standaardmodus Delen-modus 7-88 Instelling Sorteermethode Datum 7-88 Instelling beheerdersauthoriteit Bestand wissen Uitgeschakeld 7-88 Map wissen Uitgeschakeld Wachtwoord wijzigen Uitgeschakeld Alle snelbestanden verwijderen Verwijderen – 7-88 Snelbestanden verwijderen tijdens het opstarten (exclusief beveiligde Ingeschakeld bestanden)
  • Pagina 668 SYSTEEMINSTELLINGEN Optie Standaardinstellingen Pagina ● Opties documentuitvoer Printen Kopieren Ingeschakeld Printen Ingeschakeld Scan verzenden Uitgeschakeld Internetfax verzenden (incl. PC-I-Fax)* Uitgeschakeld Fax verzenden (incl. PC-Fax)* Uitgeschakeld Scannen naar schijf Ingeschakeld Scan verzenden Kopieren Uitgeschakeld Scan verzenden Ingeschakeld Internetfax verzenden (incl. PC-I-Fax)* Uitgeschakeld Fax verzenden (incl.
  • Pagina 669 SYSTEEMINSTELLINGEN Lijst afdrukken (beheerder) Optie Standaardinstellingen Pagina 7-91 ■ Lijst afdrukken (beheerder) ● Lijst beheerdersinstellingen – 7-91 ● Activiteitenrapport Beeld Verzenden – 7-91 ● Lijst met ontvangen/doorgestuurde gegevens – 7-91 ● Lijst Met Webinstellingen* – 7-91 ● Lijst Metagegevenssets* – 7-91 *1 Als de netwerkverbinding is ingeschakeld.
  • Pagina 670 SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen in-/ uitschakelen Optie Standaardinstellingen Pagina 7-93 ■ Instellingen in-/ uitschakelen ● Voorwaarde-instellingen 7-93 (Als de harde schijf is geïnstalleerd.) Uitgeschakeld 7-93 ● Gebruikers-bediening 7-93 Afdrukken door ongeldige gebruiker uitschakelen Uitgeschakeld 7-93 ● Bedieningsinstellingen 7-93 Timer voor automatisch wissen annuleren Uitgeschakeld 7-93 Uitschakelen van opdrachtprioriteit...
  • Pagina 671 SYSTEEMINSTELLINGEN Optie Standaardinstellingen Pagina ● Instell. afbeelding verzenden 7-94 Overige uitgeschakeld 7-94 Omschakelen weergave-volgorde uitschakelen Uitgeschakeld 7-94 Scanfunctie uitschakelen • PC scan Uitgeschakeld 7-94 • USB-geheugenscan Uitgeschakeld Registratie uitschakelen 7-94 Reg. van bestemming via bedieningspaneel uitschak Alle uitgeschakeld 7-94 Reg.van bestemming op webpage uitschak.* Alle uitgeschakeld 7-95...
  • Pagina 672 Opslaan/oproepen van systeeminstellingen ● Fabrieksinstellingen Herstellen – 7-98 ● Huidige Configuratie Opslaan – 7-98 ● Configuratie Herstellen – 7-98 Sharp OSA-instellingen Optie Standaardinstellingen Pagina 7-99 ■ Sharp OSA-instellingen* ● Instellingen extern account Extern accountbeheer Uitgeschakeld 7-99 Authenticatie door externe server inschakelen Uitgeschakeld ●...
  • Pagina 673 SYSTEEMINSTELLINGEN Gebruikers-bediening Gebruikers-bediening wordt gebruikt om instellingen voor gebruikersauthenticatie te configureren. Druk op de toets [Gebruikers-bediening] en configureer de instellingen. Gebruikersauthenticatie-instelling Met deze instelling kunt u de gebruikersauthenticatie in- of uitschakelen en de methode voor authenticatie specificeren. Wanneer gebruikersauthenticatie is ingeschakeld wordt elke gebruiker van de machine geregistreerd. Wanneer een gebruiker inlogt, zijn de instellingen voor die gebruiker van toepassing.
  • Pagina 674 SYSTEEMINSTELLINGEN Overige instellingen Handelingen wanneer het maximum aantal Opgeslagen taken automatisch afdrukken pagina's is bereikt na login Met deze instelling bepaalt u of een opdracht moet wordt voltooid Voor deze functie is de harde schijf vereist. wanneer het maximum aantal pagina's is bereikt terwijl de opdracht Wanneer vasthouden is ingeschakeld in de printerdriver en nog wordt uitgevoerd.
  • Pagina 675 SYSTEEMINSTELLINGEN Naam van LDAP servertoegangscontrole uitvoeren kenmerk vol- Het is mogelijk om toegangscontrolegegevens voor limieten van Kenmerk gens Instelling paginatellingen, machtigingen en favoriete bewerkingen op een fabrieksin- LDAP-server op te slaan. Door deze LDAP-server te gebruiken voor stelling netwerkauthenticatie, kan een gebruiker geverifieerd worden aan de Mijn map myfolder Mapnaam of gebruikersnaam...
  • Pagina 676 SYSTEEMINSTELLINGEN Optie Beschrijving Gebruiksstatus weergeven na aanmelden Verwerkingsdirec- Informatie wordt verkregen van de LDAP- Wanneer gebruikersauthenticatie is ingeschakeld, bepaalt deze tory (optioneel) server. functie of de paginatellingen van een gebruiker wordt weergegeven als deze gebruiker zich aanmeldt. Mijn map Paginalimietgroep Authoriteitsgroep Gebruikersinformatie afdrukken Favoriete handelin-...
  • Pagina 677 SYSTEEMINSTELLINGEN Gebruikerslijst Deze functie wordt gebruikt om gebruikers op te slaan, te bewerken en te verwijderen wanneer de gebruikersauthenticatie is ingeschakeld. Als op de toets [Gebruikerslijst] wordt gedrukt, verschijnt het volgende scherm. Vorige Gebruikerslijst Toevoegen Alle Gebr. Wissen Wis alle auto-geregistr. gebr. Gebruiker Beheerder Indexswitch...
  • Pagina 678 SYSTEEMINSTELLINGEN Paginalimietgroep Onbeperkt* Autoriteitsgroep* Beheerder Gebruiker* Gast* Favoriete handelingen-groep Volgens de systeeminstellingen* *1 Onderdelen die kunnen worden gewijzigd. *2 Voor gedetailleerde informatie over elk van de instellingen verwijzen wij naar "Lijst met instellingen en standaardinstellingen van sjabloongroepen" (pagina 7-54). Instellingen Optie Beschrijving Als u een adres dat is geselecteerd wilt...
  • Pagina 679 SYSTEEMINSTELLINGEN Paginalimietgroeplijst Deze functie wordt gebruikt om groepen accountlimiet-instellingen op te slaan. De paginalimieten voor elke gebruiker worden gespecificeerd door een van deze opgeslagen groepen te selecteren wanneer de gebruiker is opgeslagen. Als op de toets [Paginalimietgroeplijst] wordt gedrukt, verschijnt het volgende scherm. Systeeminstellingen Groepslijst paginalimiet Vorige...
  • Pagina 680 SYSTEEMINSTELLINGEN Autoriteitsgroepslijst Gebruik deze functie om groepen gebruikersautoriteit-instellingen op te slaan. De autoriteit van elke gebruiker wordt gespecificeerd door een van deze opgeslagen groepen te selecteren wanneer de gebruiker is opgeslagen. Als op de toets [Autoriteitsgroepslijst] wordt gedrukt, verschijnt het volgende scherm. Systeeminstellingen Groepslijst bevoegdheid Vorige...
  • Pagina 681 SYSTEEMINSTELLINGEN Lijst met instellingen en standaardinstellingen van sjabloongroepen Optie Beschrijving Groepsnaam Sla naam van de gebruiker op (maximaal 32 tekens). Selecteer een van de eerder opgeslagen groepen die u wilt gebruiken als sjabloon voor de nieuwe groep. Nadat u de groep hebt geselecteerd, worden de instellingen toegepast. Selecteer de groepsnaam die u wilt gebruiken als De standaardgroepen en bijbehorende instellingen worden hieronder weergegeven.
  • Pagina 682 SYSTEEMINSTELLINGEN Optie Beschrijving Afdrukken (Documentarchivering) • Kleurmodus Approval Setting Alle toegestaan Alle toegestaan Alleen Zwart-wit toegestaan • Gebruik Speciale functies Toegestaan Toegestaan Verboden • Weergavecontrole documentarchivering Toegestaan Toegestaan Verboden • Display only the Files of Logged-in Users Verboden Toegestaan Toegestaan Algemene functies [Enkelzijdig/dubbelzijdig [Enkelzijdig/dubbelzijdig...
  • Pagina 683 SYSTEEMINSTELLINGEN Favoriete bedieningsgroeplijst Dit wordt gebruikt om favoriete bedieningsgroepen en Mijn menu op te slaan. Mogelijk kunnen sommige instellingen niet geconfigureerd worden afhankelijk van de aansluitstatus van randapparatuur. Deze instelling kan uitsluitend in de webpagina's worden geconfigureerd. U kunt in deze functie niet in het aanraakscherm configureren. Favoriete bedieningsgroeplijstregistratie U kunt sets met voorkeursinstellingen opslaan in groepen.
  • Pagina 684 SYSTEEMINSTELLINGEN Lijst van Mijn menu Beginscherminstellingen moeten vooraf zijn opgeslagen. Selecteer een Mijn menu wanneer u een favoriete bedieningsgroep opslaat. Instellingen Optie Beschrijving Naam van Mijn menu Voer een naam voor Mijn menu in (maximaal 32 tekens). Selecteer het Mijn menu dat u als Selecteer een van de eerder opgeslagen Mijn menu's die u wilt gebruiken als sjabloon voor het nieuwe Mijn menu.
  • Pagina 685 SYSTEEMINSTELLINGEN Gebruikersaantal Hiermee wordt het totale aantal pagina's weergegeven die door elke gebruiker zijn afgedrukt. Als op de toets [Gebruikersaantal] wordt gedrukt, verschijnt het volgende scherm. Aantal gebruikers Vorige Alle gebr. select. Weergeven Wissen Beheerder Gebruiker Indexswitch Andere gebruiker Name 1 *Name 2 Name 3 Sorteervolgorde...
  • Pagina 686 SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen voor kaartgebied De gegevenscontrole tijdens het lezen van de kaart kan worden ingesteld. Instellingen Optie Beschrijving Controleer faciliteitscode in HID-modus Controleert de faciliteitscode van de HID-kaart. Faciliteitscode Voer de faciliteitscode van een HID-kaart in. Wanneer u tikt op de toets [Opslaan], wordt de faciliteitscode opgeslagen.
  • Pagina 687 SYSTEEMINSTELLINGEN Energiebesparing De instellingen voor energiebesparing zorgen voor een besparing op de energiekosten. Vanuit een milieustandpunt helpen deze instellingen ook bij het reduceren van milieuvervuiling en het instandhouden van natuurlijke energiebronnen. Druk op de toets [Energiebesparing] en configureer de instellingen. Schakel de functie voor automatische uitschakeling in Eco-scaninstelling zodra de externe taak is voltooid.
  • Pagina 688 SYSTEEMINSTELLINGEN Verander tijd van overschakeling volgens tijdstip van Handmatig U kunt een patroon instellen voor elke tijdsperiode. Het apparaat beschikt al over een sjabloon met 3 patronen. Het Deze functie garandeert optimaal gebruik van de modus Automatisch patroon voor energiebesparing kan worden toegevoegd aan de uitschakelen voor elke tijdsperiode door het gebruik van het apparaat 'Oorspronkelijke ecopatronen 1 t/m 4'.
  • Pagina 689 SYSTEEMINSTELLINGEN Planningsinst. in-/uitschakelen Het bedieningspaneel van het apparaat kan op een vooraf ingestelde tijd worden in- of uitgeschakeld. U kunt maximaal drie patronen instellen. "Instelling 1", "Instelling 2" en "Instelling 3" worden in deze volgorde uitgevoerd als ze voor dezelfde dag van de week of op dezelfde kloktijd zijn ingesteld.
  • Pagina 690 Sharp OSA.* van de belichting in elke modus. * Wanneer een toepassingscommunicatiemodule is geïnstalleerd.
  • Pagina 691 SYSTEEMINSTELLINGEN Klokinstelling deactiveren Deze instelling wordt gebruikt om het wijzigen van datum en tijd onmogelijk te maken. Kaften/insteekv. modus uitschakelen (Als de automatische documentinvoer is geïnstalleerd.) Gebruik deze instelling wanneer u het gebruik van de kaften en insteekvellen onmogelijk wilt maken. Toetsenbordprioriteit instellen Wanneer een extern toetsenbord is aangesloten kunt u selecteren of het aanraakscherm of het externe toetsenbord moet worden gebruikt.
  • Pagina 692 Wanneer [Aangepaste afbeelding gebruiken] is geselecteerd, kan de afbeelding van de modustoets worden Afbeelding gewijzigd in een gif-bestand van maximaal 10 KB. Er kan een snelkoppeling naar de Sharp OSA-toepassing worden opgeslagen, evenals toetsen die worden Toepassingstoetsen weergegeven in "Mijn menu" (in totaal kunnen acht toetsen worden opgeslagen).
  • Pagina 693 SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen van Mijn menu Configureer hiermee het Mijn menu-scherm dat verschijnt wanneer op de toets [Mijn menu] wordt gedrukt. De instellingen worden hieronder weergegeven. Optie Beschrijving Titel weergeven Hiermee wordt de titel van Mijn menu weergegeven. Titel Voer een naam voor de titel in (maximaal 70 tekens). Gebruikersnaam weergeven* Hiermee wordt de gebruikersnaam van de persoon die is ingelogd in Mijn menu weergegeven.
  • Pagina 694 SYSTEEMINSTELLINGEN Voorbeeldinstelling Instellingen bediening op afstand (Als de harde schijf is geïnstalleerd.) Configureer vereiste instellingen voor externe bediening van de Configureer de instellingen voor het voorvertoonscherm dat kan machine vanuit een op hetzelfde netwerk aangesloten computer. worden gebruikt voor fax/beeld verzending en documenten archiveren.
  • Pagina 695 SYSTEEMINSTELLINGEN Apparaatbeheer Deze instellingen zijn bedoeld voor de geïnstalleerde randapparatuur. Druk op de toets [Apparaatbeheer] en configureer de instellingen. Overige instellingen Invoermodus origineel Standaard detecteren in automatische kleurmodus De onderstaande invoerfuncties kunnen worden ingesteld als standaard in de functies Kopiëren, Scannen naar schijf en Beeld Pas de instelling aan richting [Zwart-wit] om het gemakkelijker te verzenden.
  • Pagina 696 SYSTEEMINSTELLINGEN Instelling Detectie Formaat Origineel Een van de 8 groepen standaard origineelformaten hieronder kan worden geselecteerd voor detectie door de functie Detectie formaat origineel. Te herkennen origineelformaten Selecties Origineelinvoerlade (automatische Lade origineelinvoer origineelinvoer)* A3, A4, A4R, A5, B4, B5, B5R A3, A4, A4R, A5, B4, B5, B5R, 11"...
  • Pagina 697 SYSTEEMINSTELLINGEN Apparaten uitschakelen Gebruik deze instellingen als een randapparaat niet functioneert of wanneer u een apparaat tijdelijk wilt uitschakelen. Uitschakelen van origineelinvoer Lade-instellingen uitschakelen (Als de automatische documentinvoer is geïnstalleerd.) Deze instelling wordt gebruikt om het instellen van de laden Gebruik deze instellingen om het gebruik van de automatische onmogelijk te maken (exclusief de instellingen voor de handinvoer).
  • Pagina 698 SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen voor kopieerfunctie De volgende instellingen zijn bedoeld voor de kopieerfunctie. Druk op de toets [Instellingen voor kopieerfunctie] om de instellingen te configureren. Standaardinstellingen die u met deze instellingen selecteert zijn van toepassing op alle functies van de machine (niet alleen de kopieerfunctie). Instelling oorspronkelijke status De kopieerinstellingen worden gewist wanneer de knop [AAN] ( ) wordt aangezet, wanneer de toets [ALLES WISSEN] (...
  • Pagina 699 SYSTEEMINSTELLINGEN Overige instellingen Aanpassing Kopiebelichting Standaardinstelling Voor De Kantlijnverschuiving Deze functie wordt gebruikt om het belichtingsniveau aan te passen wanneer [Auto] wordt gebruikt voor kopiebelichting. Deze functie wordt gebruikt om de standaard kantlijnverschuiving in te Gebruik deze functie voor de glasplaat en voor de automatische stellen.
  • Pagina 700 SYSTEEMINSTELLINGEN Opheffen van werk-programma's 600x600 dpi scanmodus voor uitschakelen documentinvoer (Als de automatische documentinvoer is geïnstalleerd.) Deze instelling wordt gebruikt om het verwijderen en wijzigen van de U kunt de resolutie voor zwart-wit kopieën via de automatische kopieerinstellingen in de werkprogramma's onmogelijk te maken. origineelinvoer wijzigen van 600 x 400 dpi naar 600 x 600 dpi (hoge kwaliteit-modus).
  • Pagina 701 SYSTEEMINSTELLINGEN Netwerkinstellingen De netwerkinstellingen worden hieronder beschreven. Druk op de toets [Netwerkinstellingen] om de instellingen te configureren. Als instellingen worden gewijzigd, gaan ze pas in nadat de machine opnieuw is gestart. Raadpleeg "DE VOEDING IN- EN UITSCHAKELEN" (pagina 1-14) in "1. VOORDAT U DE MACHINE GEBRUIKT" voor het herstarten van de machine. Algemene instellingen IPv4-instellingen •...
  • Pagina 702 SYSTEEMINSTELLINGEN Omschakelen verbindingstype Geef het type netwerkverbinding op (bedraad of draadloos). Voor draadloze communicatie via een toegangspunt, selecteert u "Draadloos (Infrastructuur Modus)". (Elke reeds bestaande bekabelde verbinding zal worden uitgeschakeld.) Voor draadloze communicatie tussen apparaten zonder een toegangspunt, selecteert u "Bekabeld + Draadloos (Ad hoc Modus)". Voor een verbinding met uitsluitend kabels (zonder draadloze communicatie), selecteert u "Alleen bekabeld".
  • Pagina 703 SYSTEEMINSTELLINGEN Printerinstellingen U kunt de instellingen m.b.t. de printerfunctie configureren. Druk op de toets [Printerinstellingen] om de instellingen te configureren. Standaardinstellingen De voorwaarden voor printerinstellingen worden hieronder beschreven. Kennisgeving Pagina Niet Afdrukken Opdrachtwachtrijplaatsing Deze instelling wordt gebruikt om het afdrukken van kennisgevingen (Als de harde schijf is geïnstalleerd.) uit te schakelen.
  • Pagina 704 SYSTEEMINSTELLINGEN Interface-instellingen Deze instellingen worden gebruikt om de verzending van gegevens naar de USB- of netwerkenpoort te controleren. Hexadecimale Dump Netwerkpoort Inschakelen (Als de harde schijf is geïnstalleerd.) Deze instelling wordt gebruikt om het afdrukken via de netwerkpoort Deze functie wordt gebruikt om de afdrukgegevens van een computer mogelijk te maken.
  • Pagina 705 SYSTEEMINSTELLINGEN Instell. afbeelding verzenden Instellingen met betrekking tot de beeldverzendfunctie (scan, Internetfax, enz.) kunnen worden geconfigureerd. Druk op de toets [Instell. afbeelding verzenden] om de instellingen te configureren. Raadpleeg "SYSTEEMINSTELLINGEN VOOR FAX" (pagina 7-100) voor informatie over de instellingen met betrekking tot de faxfunctie. Bedieningsinstellingen De onderstaande bedieningsinstellingen zijn van toepassing op alle beeldverzendfuncties.
  • Pagina 706 SYSTEEMINSTELLINGEN Volg adrestoets invoeren bij Standaardverificatie-Stempel distributie-instel (Wanneer een stempeleenheid is geïnstalleerd.) Wanneer de automatische documentinvoer wordt gebruikt, kunt u Deze instelling wordt gebruikt zodat de [Volgend Adres]-toets wordt deze instelling inschakelen om elke pagina van het origineel te laten ingedrukt voordat het volgende adres worden ingevoerd tijdens het stempelen na het scannen.
  • Pagina 707 SYSTEEMINSTELLINGEN Registratie van programma uitschakelen Instel. voor uitschak. van verzending Dit voorkomt gebruik van het adresboek wanneer een programma Deze instellingen worden gebruikt om de volgende wordt opgeslagen. verzendhandelingen uit te schakelen. Configureer de instellingen voor de volgende items: • E-mail •...
  • Pagina 708 SYSTEEMINSTELLINGEN Eigen naam en bestemming instellen Hiermee stelt u het internetfaxadres, faxnummer van de machine en naam van de gebruiker in. Registratie zendergegevens Gebruik dit om de naam van de afzender op te slaan voor fax, internetfax, afzendernummer voor fax, en afzenderadres voor internetfax.
  • Pagina 709 SYSTEEMINSTELLINGEN Scaninstellingen Instellingen die verband houden met het scannen kunnen worden geconfigureerd. Overige instellingen Instelling Oorspronkelijke Bestandsindeling Hiermee kunt u het standaardformaat voor Scannen naar E-mail en Standaard-Afzenderset USB-geheugenmodus instellen wanneer het e-mailadres handmatig worden ingevoerd met behulp van de toets [Adresinvoer]. De informatie die hier is opgeslagen wordt gebruikt als u geen Bestandindeling gegevens invoert bij de optie [Antwoord naar] in de...
  • Pagina 710 SYSTEEMINSTELLINGEN Instelling van maximum aantal Instellen voorkeur emailhandtekening verzenddata (E-mail) Er kan automatisch een e-mailhandtekening worden toegevoegd onderaan de lopende tekst van een e-mailbericht. Dit is handig Het is mogelijk om een bestandsgroottelimiet in te stellen van 1 MB tot wanneer u volgens het bedrijfsbeleid een specifieke ondertekening 10 MB in stappen of 1 MB om te voorkomen dat extreem grote onder in e-mailberichten wilt zetten.
  • Pagina 711 SYSTEEMINSTELLINGEN I-Faxinstellingen Deze instellingen kunnen worden geconfigureerd wanneer de harde schijf en de internetfaxuitbreidingskit zijn geïnstalleerd. I-Fax Standaardinstellingen Instelling Afdrukken Transactierapport Hiermee kunt u selecteren of er wel of geen transactierapport wordt Deze instellingen worden gebruikt om de standaardinstellingen voor afgedrukt, en als dat wel gebeurt, kunt u de voorwaarden selecteren.
  • Pagina 712 SYSTEEMINSTELLINGEN Instelling Afdrukken Activiteitenrapport I-Fax Verzendinstellingen Deze instelling wordt gebruikt om het activiteitenrapport Beeld I-Fax verzendinstellingen worden hieronder beschreven. Verzenden, dat is opgeslagen in het geheugen van de machine, automatisch af te drukken op vooraf ingestelde tijdstippen. U kunt het activiteitenrapport Beeld Verzenden instellen op I-Fax Ontvangstrapport Aan/Uit Instelling automatisch afdrukken na 201 transacties, maar kunt deze ook instellen op automatisch afdrukken op een bepaald tijdstip...
  • Pagina 713 SYSTEEMINSTELLINGEN Instelling Verzenden Draaiing I-Fax Ontvangstinstellingen Wanneer u een afbeelding verzendt met een van de onderstaande I-Fax ontvangstinstellingen worden hieronder beschreven. formaten, roteert u met deze functie het beeld 90 graden. (De instelling kan voor elk formaat afzonderlijk worden geconfigureerd.) A4, B5R, A5R, 8-1/2 x 11", 5-1/2"...
  • Pagina 714 SYSTEEMINSTELLINGEN Letter formaat RX verkleint afdrukken Ifax uitvoerinstellingen Dit programma is niet beschikbaar in Canada. Hiermee selecteert u de uitvoerlade voor ontvangen Internetfaxen. Wanneer en een fax met het letter-R-formaat (8-1/2" x 11"R) wordt De items die verschijnen zijn afhankelijk van de machineconfiguratie. ontvangen, verkleint deze instelling de fax tot A4R-formaat.
  • Pagina 715 SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen documentarchivering Voor deze functie is de harde schijf vereist. De instellingen voor documentarchivering worden hieronder beschreven. Druk op de toets [Instellingen documentarchivering] om de instellingen te configureren. Overige instellingen Instellingen Standaardmodus Standaardinstellingen kleurmodus Deze instelling wordt gebruikt om aan te geven welke modus (Delen Dit configureert de standaardinstelling bij het gebruik van Scannen of Vertrouwelijk) er moet worden gebruikt als standaardmodus voor naar schijf.
  • Pagina 716 SYSTEEMINSTELLINGEN Geluid bij voltooide scan Kaart Formaat-Instellingen Deze instelling wordt gebruikt om het volume van het geluidssignaal Deze instelling wordt gebruikt om het standaard origineelformaat voor aan te passen dat uw hoort wanneer het scannen is voltooid. U kunt de functie kaart formaat in te stellen. het geluidssignaal ook uitschakelen.
  • Pagina 717 SYSTEEMINSTELLINGEN Opties documentuitvoer U kunt het gebruik van een opgeslagen bestand toestaan of verbieden door het type handeling en de modus waarin het bestand is opgeslagen te selecteren. De beschikbare items hangen af van de functies die op de machines zijn geïnstalleerd. Optie Beschrijving Printen...
  • Pagina 718 SYSTEEMINSTELLINGEN Lijst afdrukken (beheerder) Deze instelling wordt gebruikt om lijsten en rapporten af te drukken die uitsluitend worden gebruikt door beheerder van de machine. Druk op de [Lijst afdrukken (beheerder)]-toets om de instellingen te configureren. Lijst beheerdersinstellingen U kunt lijsten met beheerderinstellingen afdrukken voor de onderstaande modi.
  • Pagina 719 SYSTEEMINSTELLINGEN Beveiligingsinstellingen De volgende instellingen zijn bedoeld voor beveiliging. Druk op de toets [Beveiligingsinstellingen] om de instellingen te configureren. SSL-instellingen IEEE802.1X instelling SSL kan worden gebruikt voor het verzenden van gegevens over een Met IEEE802.1X kan een gebruiker gemachtigd worden om een netwerk.
  • Pagina 720 SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen in-/ uitschakelen De onderstaande instellingen worden gebruikt om bepaalde functies onmogelijk te maken. Druk op de [Instelling in-/ uitschakelen]-toets om configureer de instellingen. Met de functie Instellingen In-/uitschakelen worden dezelfde parameters ingesteld als de inschakelen/uitschakelen-functies van andere instellingen. De instellingen zijn onderling gekoppeld (het wijzigen van instelling leidt tot de wijziging van een andere).
  • Pagina 721 SYSTEEMINSTELLINGEN Master-apparaatmodus uitschakelen Printerinstellingen Hiermee zorgt u ervoor dat de machine niet kan worden gebruikt als master-apparaat machine voor tandem-afdrukken. Kennisgeving Pagina Niet Afdrukken (Normaal gesproken is deze instelling niet nodig.) Deze instelling wordt gebruikt om het afdrukken van kennisgevingen Slave-apparaatmodus uitschakelen uit te schakelen.
  • Pagina 722 SYSTEEMINSTELLINGEN Reg.van bestemming op webpage uitschak. Instel. voor uitschak. van verzending (Wanneer er een netwerkverbinding is ingeschakeld.) Deze instellingen worden gebruikt om de volgende Hiermee schakelt u het Adresbeheer vanuit de webpagina 's uit. verzendhandelingen uit te schakelen. • Groep (Directe Invoer) [Opn.
  • Pagina 723 SYSTEEMINSTELLINGEN Wachtwoord beheerder wijzigen Dit wordt gebruikt om het wachtwoord van de beheerder te wijzigen. Druk op de toets [Wachtwoord beheerder wijzigen] om het wachtwoord te wijzigen. Zorg ervoor dat u het nieuwe wachtwoord onthoudt wanneer u het wachtwoord wijzigt. Wij raden u aan het wachtwoord van de beheerder regelmatig te wijzigen.
  • Pagina 724 SYSTEEMINSTELLINGEN Gegevensback-up Instellingen en gegevens die op de machine zijn opgeslagen kunnen op USB-geheugen worden opgeslagen. • Deze functie kan worden ingeschakeld als een USB-geheugenapparaat is geïnstalleerd. • Deze functie kan niet worden gebruikt terwijl de systeeminstellingen worden gebruikt, tijdens het uitvoeren van een opdracht of wanneer er sprake is van een gereserveerde opdracht.
  • Pagina 725 SYSTEEMINSTELLINGEN Opslaan/oproepen van systeeminstellingen De huidige systeeminstellingen kunnen worden opgeslagen, eerder opgeslagen systeeminstellingen kunnen worden opgehaald en de standaardinstellingen kunnen worden hersteld. Druk op de toets [Opslaan/oproepen van systeeminstellingen] om de instellingen te configureren. Fabrieksinstellingen Herstellen Hiermee zet u de systeeminstellingen terug naar de standaardinstellingen.
  • Pagina 726 Deze instellingen kunnen worden gebruikt als de harde schijf en module voor externe accounts of de applicatie communicatiemodule beschikbaar zijn. Instellingen extern account Voorkeur taakprioriteit Stel de afspeelsnelheid in voor de animatie in de applicatie Sharp Extern accountbeheer OSA. Als deze instelling is ingeschakeld, schakelt het apparaat naar de De volgende instellingen kunnen worden geconfigureerd.
  • Pagina 727 SYSTEEMINSTELLINGEN SYSTEEMINSTELLINGEN VOOR FAX Dit gedeelte legt systeeminstellingen uit die specifiek voor de faxfunctie zijn. De systeeminstellingen voor de faxfunctie kunnen alleen worden geconfigureerd als de faxuitbreidingskit is geïnstalleerd. Lijst met systeeminstellingen voor de fax (Algemeen) Wanneer de systeeminstellingen voor de fax worden geopend met algemene rechten, verschijnen de onderstaande items. Raadpleeg "Lijst met systeeminstellingen voor de fax (Beheerder)"...
  • Pagina 728 SYSTEEMINSTELLINGEN Adresbeheer Adresboek In dit gedeelte worden items uitgelegd die speciaal gebruikt worden voor de fax in "Adresbeheer". Raadpleeg "Adresbeheer" (pagina 7-16) voor items die ook voor andere functies worden gebruikt. Als op de toets [Adresboek] wordt gedrukt, verschijnt het volgende scherm. Adresboek Vorige Adressen sorteren...
  • Pagina 729 SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen Optie Beschrijving Opgeslagen algemene items Selecteer het adrestype dat in het adresboek moet worden opgeslagen. Adrestype Selecteer in dit geval [Fax] Stel een zoeknummer in. Het laagst beschikbare nummer wordt automatisch ingevoerd. Om een Zoeknummer nummer te wijzigen, voert u een nummer één van 0001 tot 1000. Een zoeknummer dat al is opgeslagen kan niet worden gebruikt.
  • Pagina 730 SYSTEEMINSTELLINGEN F-Codegeheugenvak Dit gedeelte legt uit hoe u geheugenvakken voor verschillende typen van F-code communicatie kunt opslaan. Als op de toets [F-Codegeheugenvak] wordt gedrukt, verschijnt het volgende scherm. Systeeminstellingen F-Codegeheugenvak Vorige Toevoegen Sorteren Navraaggeheugen Box 1 Box 2 Box 3 Box 4 Box 5 Box 6...
  • Pagina 731 SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen Optie Beschrijving Items die hetzelfde zijn voor alle typen Selecteer het vaktype • Navraaggeheugen: Sla een geheugenvak op voor navraag met F-code. Het subadres en pascode dat u programmeert in het geheugenvak zijn nodig voor de andere machine om navraag te doen bij uw machine (verzending aanvragen) met behulp van F-code communicatie.
  • Pagina 732 SYSTEEMINSTELLINGEN Faxdata Ontv/ Doorsturen In dit gedeelte worden de instellingen voor ontvangst en doorsturen uitgelegd. Faxinstellingen Wanneer de faxinstellingen zijn geconfigureerd verschijnen de onderstaande items. Optie Beschrijving Stel de methode voor faxontvangst in. • Automatische Ontvangst: Wanneer er een oproep binnenkomt, rinkelt de machine en begint vervolgens automatisch de fax te ontvangen.
  • Pagina 733 SYSTEEMINSTELLINGEN Lijst met systeeminstellingen voor de fax (Beheerder) Wanneer de systeeminstellingen voor de fax worden geopend met rechten van de beheerder, verschijnen de onderstaande items. Raadpleeg "Lijst met systeeminstellingen voor de fax (Algemeen)" (pagina 7-100) voorinformatie over de algemene instellingen. •...
  • Pagina 734 SYSTEEMINSTELLINGEN Optie Standaardinstellingen Pagina Instelling Afdrukken Transactierapport • Enkele Verzending Alleen Foutrapport Afdrukken • Distribueren Volledig Rapport Afdrukken 7-109 • Ontvangen Geen Afgedrukt Rapport • Vertrouwelijke Ontvangst Kennisgevingspagina Afdrukken Instelling Afdrukken Activiteitenrapport • Automatisch afdrukken bij vol geheugen Uitgeschakeld 7-109 •...
  • Pagina 735 SYSTEEMINSTELLINGEN Instell. afbeelding verzenden Instellingen met betrekking tot de beeldverzendfunctie (scan, Internetfax, enz.) kunnen worden geconfigureerd. Druk op de toets [Instell. afbeelding verzenden] om de instellingen te configureren. Faxinstellingen Instelling Onderbrekingstijd Fax-Standaardinstellingen Hiermee kunt u de lengte van de pauzes wijzigen die tussen de U kunt de instellingen voor fax in- of uitschakelen om deze aan te faxnummers wordt ingevoegd.
  • Pagina 736 SYSTEEMINSTELLINGEN U kunt het activiteitenrapport Beeld Verzenden instellen op Origineel afdrukken op transactierapport automatisch afdrukken na 201 transacties, maar kunt deze ook instellen op automatisch afdrukken op een bepaald tijdstip Wanneer een transactierapport wordt afgedrukt voor een (bijvoorbeeld één keer per dag). (De instellingen kunnen gelijktijdig geheugenverzending, wordt deze instelling gebruikt om een gedeelte worden ingeschakeld.) van de eerste pagina van de verzending op het transactierapport af te...
  • Pagina 737 SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen Fax Verzenden Instelling Afdrukken Datum/Eigen Nr. Met deze instelling bepaalt u de positie van de datum en informatie U kunt de instellingen voor faxverzending configureren. van de verzender boven aan de faxpagina's die door de ontvangende machine worden afgedrukt. Druk op de [Buiten origineel beeld]-toets om de informatie buiten het verzonden origineel af te drukken.
  • Pagina 738 SYSTEEMINSTELLINGEN Opnieuw oproepen indien bezet Opnieuw bellen indien communicatiefout Dit programma wordt gebruikt om het aantal belpogingen en ook het Deze instelling bepaalt hoe vaak uw machine automatisch probeert interval tussen deze pogingen in te stellen wanneer een verzending terug te bellen als een faxverzending mislukte door een mislukt als gevolg van een bezette lijn of een andere reden.
  • Pagina 739 SYSTEEMINSTELLINGEN Instellingen Fax Ontvangen Instelling Reductie Auto Ontvangst Wanneer er een fax wordt ontvangen waarin de naam en het nummer U kunt de instellingen voor faxontvangst configureren. van de verzender is opgenomen, is het ontvangen beeld iets groter dan het standaardformaat. Deze instelling wordt gebruikt om het beeld automatisch aan het standaardformaat aan te passen.
  • Pagina 740 SYSTEEMINSTELLINGEN Papierformaat Letter formaat RX verkleint afdrukken Selecteer het papier dat gebruikt wordt voor het afdrukken van ontvangen faxen wanneer er een afwerkingeenheid is geïnstalleerd. Dit programma is niet beschikbaar in Canada. Wanneer een fax van het formaat letter-R (8-1/2" x 11"R) wordt ontvangen, verkleint deze instelling de fax naar A4R-formaat.
  • Pagina 741 SYSTEEMINSTELLINGEN Faxnavraagbeveiliging De volgende instellingen zijn bedoeld voor navraaggeheugen via de openbare box. Faxnavraagbeveiliging instellen Wanneer u gebruik maakt van de functie navraaggeheugen, bepaalt deze instelling of elke machine navraag kan doen bij uw machine, of dat alleen de machines die zijn opgeslagen navraag kunnen doen. Nieuwe Toevoegen Wanneer u de Instelling Navraagbeveiliging hebt ingeschakeld, gebruik dan deze instelling om faxnummers van de machines die...
  • Pagina 742 SYSTEEMINSTELLINGEN SYSTEEMINSTELLINGENMENU Aantal taken Aantal apparaten Totaal Aantal Kopieën Klok aanpassen Keuze Toetsenbord Standaardinstellingen Lijst met alle aangepaste Testpagina printer Lijst afdrukken (gebruiker) Lijst met mappen voor Adreslijst wordt verzonden instellingen documentarchivering Lade-instellingen Papiertyperegistratie Registratie aangepast formaat Papierlade-Instellingen Automatische Lade Selectie (handinvoer) Adresboek Aangepaste index...
  • Pagina 743 Activiteitenrapport Beeld Verzenden gegevens Beveiligingsinstellingen IPsec-instellingen IEEE802.1X instelling Privé-/apparaatgegevens SSL-instellingen initialiseren Instellingen in-/ uitschakelen Wachtwoord beheerder wijzigen Productcode Gegevensback-up Opslag-backup Apparaat dupliceren Opslaan/oproepen van systeeminstellingen Fabrieksinstellingen Herstellen Huidige Configuratie Opslaan Configuratie herstellen Instelling extern account USB-stuurprogramma-instellingen Voorkeur taakprioriteit Sharp OSA-instellingen 7-116 Inhoudsopgave...
  • Pagina 744 HOOFDSTUK 8 HET OPSPOREN VAN FOUTEN In dit gedeelte zijn oplossingen voor mogelijke problemen opgenomen in een vraag- en antwoordindeling. Zoek de vraag die betrekking heeft op uw probleem en benut het antwoord om het probleem op te lossen. Als u een probleem niet kunt oplossen met deze handleiding, neem dan contact op met de dealer of dichtstbijzijnde erkende servicevestiging.
  • Pagina 745 Neem contact op met uw dealer of de dichtst bijzijnde erkende servicevertegenwoordiger. Als het probleem na het volgen van bovenstaande stappen aanhoudt, neem dan contact op met de dealer die u het apparaat heeft verkocht of met de dichtstbijzijnde servicedienst van Sharp. Inhoudsopgave...
  • Pagina 746 HET OPSPOREN VAN FOUTEN VEELGESTELDE VRAGEN Een kopie maken van een origineel dat geen standaardformaat heeft De procedure om een kopie te maken van een betaalstrookje of ander origineel dat geen standaardformaat heeft wordt hieronder beschreven. De speciale functie "Centreren" van de kopieermodus kan worden geselecteerd om de gekopieerde afbeelding in het midden van het papier te plaatsen.
  • Pagina 747 Installeer de printerdriver en probeer het opnieuw. De poortinstellingen in de printerdriver controleren Geef het dialoogvenster met de eigenschappen van de printerdriver weer en klik op het tabblad [Poorten]. SHARP MX-XXXX SHARP MX-xxxx Zien uw poortinstellingen er zo uit? SHARP MX-XXXX...
  • Pagina 748 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Op een envelop afdrukken De procedure om op enveloppen af te drukken wordt hieronder besproken. Er kan alleen worden gedrukt op de naam- en adreszijde van een envelop. We raden aan om eerst een testpagina af te drukken om het afdrukresultaat te controleren voordat u een envelop gebruikt.
  • Pagina 749 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Het papierformaat wijzigen dat wordt gebruikt voor een afdrukopdracht Als het voor een afdrukopdracht opgegeven papierformaat niet is geladen in één van de papierlades van het apparaat, dan volgt u de stappen hieronder om het papierformaat te wijzigen. P Papier is op Papier is op 1 Controleer de gegevens van de opdracht.
  • Pagina 750 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Het volume van de beltoon aanpassen Als de beltoon bij de ontvangst van een fax te hard of te zacht is, volgt u de stappen hieronder om het volume aan te passen. Het faxtoonvolume kan worden aangepast in de systeeminstellingen (beheerder). Druk op de toets [SYSTEEM INSTELLINGEN] op het bedieningspaneel.
  • Pagina 751 HET OPSPOREN VAN FOUTEN VERWIJDEREN VAN VASTGELOPEN PAPIER In dit gedeelte wordt uitgelegd wat te doen als het papier vastgelopen is in het apparaat. Let op De fuseereenheid is heet. Let op dat u zich niet verbrandt wanneer u vastgelopen papier te Samenvoe- verwijderen.
  • Pagina 752 HET OPSPOREN VAN FOUTEN VASTGELOPEN NIETJES VERWIJDEREN Volg de onderstaande procedure om vastgelopen nietjes te verwijderen. ☞ AFWERKINGEENHEID AFWERKINGEENHEID Open het deksel. Druk de hendel naar links en schuif de afwerkingeenheid naar links totdat deze niet meer verdergaat. Schuif de afwerkingeenheid tot tegen de aanslag. Zet de ontgrendelingshefboom van de nieteenheid omlaag en verwijder de nieteenheid.
  • Pagina 753 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Duw de hendel aan de voorzijde van het nietjesmagazijn omlaag. Plaats de nieteenheid terug. Duw het nietjesmagazijn naar binnen totdat dit vastklikt. Schuif de afwerkingeenheid terug naar rechts. Schuif de afwerkingeenheid terug naar rechts totdat deze op zijn oorspronkelijke plaats vastklikt.
  • Pagina 754 HET OPSPOREN VAN FOUTEN KOPIËREN PROBLEMEN M.B.T. HET KOPIËREN • Er wordt niet gekopieerd................8-11 •...
  • Pagina 755 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Dubbelzijdig kopiëren vindt Geeft de papiersoortinstelling van de Controleer "Lade-Instellingen" in de systeeminstellingen. Indien het niet plaats. geselecteerde lade een papiersoort aan dat niet [Duplex Uitschakelen] vakje is aangevinkt kan er bij die lade kan worden gebruikt voor dubbelzijdig kopiëren? niet dubbelzijdig worden gekopieerd.
  • Pagina 756 HET OPSPOREN VAN FOUTEN PROBLEMEN M.B.T. KOPIEERRESULTATEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Het beeld is te licht of te Is de afbeelding is te licht of te donker? Selecteer de correcte belichtingsinstelling voor het te kopiëren donker. origineel en pas het belichtingsniveau handmatig aan. Is de juiste belichtingsinstelling voor het origineel Selecteer een van de volgende instellingen afhankelijk van het geselecteerd?
  • Pagina 757 HET OPSPOREN VAN FOUTEN AFDRUKKEN PROBLEMEN M.B.T. HET AFDRUKKEN • Er wordt niet geprint................8-14 •...
  • Pagina 758 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Er wordt niet geprint. Staat het juiste IP-adres geselecteerd? Controleer de instelling van het IP-adres. (Windows) Als het apparaat geen permanent IP-adres heeft (het apparaat ontvangt een IP-adres van een DHCP-server) kan er niet worden geprint als het IP-adres verandert.
  • Pagina 759 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Er wordt niet geprint. Is er een Kennisgeving Pagina afgedrukt? Controleer de afgedrukte Kennisgeving Pagina. Een Kennisgevings Pagina wordt afgedrukt om de oorzaak van het probleem aan te geven als een printopdracht niet zoals aangegeven kan worden uitgevoerd en de oorzaak niet in de display wordt weergegeven.
  • Pagina 760 HET OPSPOREN VAN FOUTEN PROBLEMEN M.B.T. AFDRUKRESULTATEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing De afdruk is korrelig. Zijn de printerdriversinstellingen juist voor deze Controleer de instellingen van de printerdriver. printopdracht? Bij het selecteren van afdrukinstellingen, kunt u de afdrukmodus instellen op [Normaal], [Hoge kwaliteit]. Als u een zeer scherpe afdruk wenst, selecteer dan [Hoge kwaliteit].
  • Pagina 761 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing De afbeelding wordt 180 Gebruikt u een papiersoort (tabpapier, Draai de afbeelding 180 graden voordat u begint met afdrukken. graden gedraaid afgedrukt. geperforeerd papier enz.) dat alleen in een vaste Als de grootte van de afbeelding en het papierformaat gelijk zijn maar richting kan worden ingeladen? de printrichting verschilt, wordt de printrichting van de afbeelding...
  • Pagina 762 HET OPSPOREN VAN FOUTEN PROBLEMEN MET BETREKKING TOT HET VERZENDEN • Er vindt geen verzending plaats............... 8-20 •...
  • Pagina 763 HET OPSPOREN VAN FOUTEN PROBLEMEN MET BETREKKING TOT HET VERZENDEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Er vindt geen verzending Is de telefoonkabel goed aangesloten? Controleer het contact van de telefoonlijn, de wandcontactdoos plaats. en eventuele adaptors om er zeker van te zijn dat alle verbindingen goed zijn aangesloten.
  • Pagina 764 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Er vindt geen verzending Geeft het opdrachtstatusscherm (voltooide Verricht de transactie opnieuw. plaats. opdrachten) of het transactierapport aan dat de Als de verzending na het terugbellen - zoals ingesteld in "Opnieuw verzending mislukte? oproepen indien bezet"...
  • Pagina 765 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Verzending begint niet op Is de klok van de machine op de juiste tijd Stel de klok van de machine op de juiste tijd in. ➞ Systeeminstellingen > "Standaard-instellingen" > "Klok" > "Klok het aangegeven tijdstip.
  • Pagina 766 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing De machine begint niet met Is de ontvangstfunctie ingesteld op "Handmatige Stel de ontvangstmodus in op "Automat. Ontvangst". de faxontvangst. ontvangst" in de systeem instellingen Wanneer de ontvangstfunctie is ingesteld op "Handmatige (beheerder)? ontvangst", zal de machine niet automatisch faxen ontvangen.
  • Pagina 767 HET OPSPOREN VAN FOUTEN PROBLEMEN IN VERBAND MET AFZONDERLIJKE ONE-TOUCH-TOETSEN / GROEPTOETSEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Een afzonderlijke Is het maximaal aantal toetsen al opgeslagen? Wis de one-touch-toetsen en groeptoetsen die niet worden one-touch-toets of een gebruikt. groeptoets kan niet worden opgeslagen.
  • Pagina 768 HET OPSPOREN VAN FOUTEN SCANNEN / INTERNETFAX PROBLEMEN MET BETREKKING TOT SCANNEN / INTERNETFAXWERKING • Er vindt geen verzending plaats............... 8-25 •...
  • Pagina 769 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Er wordt niet verzonden. Overschrijdt het beeldbestand de limiet voor Controleer bij uw systeembeheerder. e-mailbijlagen in de systeeminstellingen Als de beheerder een limiet heeft ingesteld voor de grootte van te (systeembeheerder)? verzenden bestanden, kunt u een bestand groter dan de limiet niet verzenden.
  • Pagina 770 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Het ontvangen Ondersteunt het viewerprogramma van de Gebruik een programma dat in staat is het geselecteerde bestandstype en de compressiemodus te openen. beeldbestand kan niet ontvanger de bestandsindeling van de ontvangen worden geopend.
  • Pagina 771 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing De kwaliteit van het Komt het origineel uit drukwerk zoals een boek of Gebruik de volgende methode om verticale patronen (moiré) te gescande beeld is slecht. tijdschrift? beperken. Als het origineel drukwerk is, dan is het mogelijk dat verticale patronen (moiré) verschijnen.
  • Pagina 772 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Het beeld is te licht of te Is de drempelwaarde wel geschikt? Controleer de instelling "Zwart/Wit drempel". donker. Wanneer scannen van de TWAIN driver met [Mono 2 gradatie] is (Bij gebruik van een geselecteerd vanuit de [Kleurmodus] van het venster pc-scan.) "Professioneel", selecteert u de instelling "Zwart/Wit drempel".
  • Pagina 773 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Een individuele sneltoets of Maakt de toets deel uit van een programma Verwijder de toets uit het progamma en doe dan de aanpassing groepstoets kan niet toets? of annuleer de toets. worden gecorrigeerd of (Als de toets in meerdere programma's is opgenomen, moet hij uit gewist.
  • Pagina 774 HET OPSPOREN VAN FOUTEN DOCUMENTOPSLAG PROBLEMEN M.B.T. ARCHIVEREN • Er vindt geen documentopslag plaats..............8-31 •...
  • Pagina 775 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Een opdracht kan niet wordt Verschijnen er aangepaste mappen in Klik op de [Mapnaam opvragen] knop in het opgeslagen in een "Mapinformatie"? documentopslagscherm van de printerdriver om de aangepaste aangepaste map. (Tijdens het printen) mappen op te halen die op het apparaat zijn aangemaakt.
  • Pagina 776 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Een bestandsnaam word Is de bestandnaam opgeslagen in de Indien de naam werd opgeslagen in de geavanceerde afgekort. geavanceerde verzendinstellingen bij het verzendinstellingen voordat het Snelbestand of Bestand werden verzenden van een scan of Internet fax? geconfigureerd zal die naam worden gebruikt voor het opgeslagen bestand.
  • Pagina 777 HET OPSPOREN VAN FOUTEN ALGEMENE PROBLEMEN PROBLEMEN M.B.T. DE BEDIENING VAN DE MACHINE • Gespecificeerde apparaatfuncties kunt u niet gebruiken........... . 8-36 •...
  • Pagina 778 HET OPSPOREN VAN FOUTEN OVERIGE PROBLEMEN • Voorvertoningen of miniatuurafbeeldingen worden niet weergegeven......... . 8-44 •...
  • Pagina 779 HET OPSPOREN VAN FOUTEN PROBLEMEN M.B.T. DE BEDIENING VAN DE MACHINE Probleem Wat u moet controleren Oplossing Gespecificeerde Zijn er functies die door de beheerder Controleer bij uw systeembeheerder. Sommige functies kunnen gedeactiveerd zijn in de apparaatfuncties kunt u niet gedeactiveerd zijn? systeeminstellingen (beheerder).
  • Pagina 780 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Printen is niet mogelijk of Zit er nog papier in de lade? Voeg papier toe volgens de aanwijzingen in het bericht op het het printen stopt tijdens een toetsenpaneel. opdracht. Is de toner in het apparaat op? Vervang de tonercartridge.
  • Pagina 781 Worden er meerdere vellen papier tegelijk Waaier het papier goed uit voordat u het plaatst. ingevoerd? Gebruikt u papier dat niet aan de specificaties Gebruik door SHARP aanbevolen papier. voldoet? Het gebruik van papier dat niet wordt aanbevolen kan leiden tot vastlopen, kreukelen of vlekken.
  • Pagina 782 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Het papier loopt vast. Is er A5 (5-1/2" x 8-1/2") papier geladen? Als u papier van A5-formaat (5-1/2" x 8-1/2") in de machine laadt, leg het dan in horizontale richting (A5R (5-1/2" x 8-1/2"R)). Staat het juiste papierformaat ingesteld? Als u een speciaal papierformaat gebruikt zorg dan dat u het formaat instelt.
  • Pagina 783 (pagina 1-51) Vlekken op de print. Gebruikt u papier dat niet aan de specificaties Gebruik door SHARP aanbevolen papier. voldoet? Het gebruik van papier voor andere modellen of speciaal papier dat niet wordt aanbevolen kan leiden tot vastlopen, kreuken of vlekken.
  • Pagina 784 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Deel van de afbeelding Staat het juiste papierformaat ingesteld? Als u een speciaal papierformaat gebruikt zorg dan dat u het wordt afgesneden. formaat instelt. Als er een ander formaat papier in de lade is gedaan controleer dan de papierformaat instelling.
  • Pagina 785 HET OPSPOREN VAN FOUTEN PROBLEMEN M.B.T. RANDAPPARATUUR Probleem Wat u moet controleren Oplossing Het aangesloten USB Is het USB apparaat compatibel met het Vraag aan uw dealer of het apparaat compatibel is met de apparaat kan niet worden apparaat? machine. gebruikt.
  • Pagina 786 HET OPSPOREN VAN FOUTEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Er wordt niet geniet. Is de papiersoort instelling voor de geselecteerde Controleer de papiersoortinstellingen en selecteer een lade met lade in de printerdriver ingesteld op een papier dat u kunt nieten*. Klik op de knop [Ladestatus] in papiersoort dat niet kan worden geniet? "Papierkeuze"...
  • Pagina 787 HET OPSPOREN VAN FOUTEN OVERIGE PROBLEMEN Probleem Wat u moet controleren Oplossing Voorvertoningen of Wachten er een aantal opdrachten op uitvoering? Wacht tot enkele van de opdrachten zijn uitgevoerd. miniatuurafbeeldingen worden niet weergegeven. Toetsenpaneelscherm is Staat het displaycontrast juist afgesteld? Druk op de toets helderheid aanpassen ( ) of de moeilijk af te lezen.
  • Pagina 788 • NEC, PC-9821 en PC98-NX zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van NEC Corporation. • Sharpdesk is een handelsmerk van Sharp Corporation. • Sharp OSA is een handelsmerk van Sharp Corporation. • RealVNC is een handelsmerk van RealVNC Limited. • Alle overige handelsmerken en copyrights zijn het eigendom van de respectievelijke bedrijven ®...
  • Pagina 789 Macintosh en TrueType zijn handelsmerken van Apple Inc. gedeponeerd bij het Patent and Trademark Office van de Verenigde Staten en andere landen. PostScript is een handelsmerk van Adobe Systems Incorporated en is mogelijk gedeponeerd in bepaalde rechtsgebieden. HP, PCL, FontSmart en LaserJet zijn handelsmerken van Hewlett-Packard Company en zijn mogelijk gedeponeerd in bepaalde rechtsgebieden.
  • Pagina 790 Bedieningshandleiding MODEL : MX-M266N MX-M316N MXM316N-NL-ZZ...