Afdekkingen van de montageopenin‐
gen omhoogklappen.
Dakdragersysteem op de bijbeho‐
rende punten bevestigen.
Model met dakreling
Ter bevestiging van het dakdrager‐
systeem de montagepennen in de op
de afbeelding weergegeven openin‐
gen steken.
Beladingsinformatie
■ Zware voorwerpen in de bagage‐
ruimte tegen de rugleuningen leg‐
gen. Controleren of de rugleunin‐
gen naar behoren zijn vergrendeld.
Bij stapelbare voorwerpen de
zwaarste voorwerpen onderaan
leggen.
■ Voorwerpen met spanbanden aan
de sjorogen vastzetten 3 78.
■ Losse voorwerpen in de bagage‐
ruimte vastzetten om glijden tegen
te gaan.
Opbergen
■ Bij het vervoeren van voorwerpen
in de bagageruimte mogen de rug‐
leuningen van de achterbank niet
schuin naar voren geklapt zijn.
■ Bagage niet boven de rugleuningen
laten uitsteken.
■ Geen voorwerpen op de bagage‐
ruimteafdekking of op het instru‐
mentenpaneel leggen.
■ De bagage mag de bediening van
pedalen, handrem, schakelhendel
en de bewegingsvrijheid van de be‐
stuurder niet belemmeren. Geen
losse voorwerpen in het interieur
leggen.
■ Niet met een geopende achterklep
rijden.
■ Stationwagon: veiligheidsnet mon‐
teren bij vervoer van bagage in de
bagageruimte. Bagageruimteaf‐
dekking sluiten.
■ Astra TwinTop: op maximale laad‐
hoogte letten bij een geopend dak.
Geen objecten op of in de buurt van
de bagagerolhoes plaatsen, op de
87