136
Klimaatregeling
Luchtroosters
Verstelbare luchtroosters
Bij ingeschakelde koeling moet er mi‐
nimaal één luchtrooster geopend zijn
om te voorkomen dat de verdamper
door gebrek aan luchtcirculatie be‐
vriest.
U opent het rooster door het stelwiel
naar B te draaien.
Door de roosters te kantelen en te
draaien de richting van de luchttoe‐
voer instellen.
U sluit het rooster door het stelwiel
naar 7 te draaien.
9 Waarschuwing
Geen voorwerpen bevestigen aan
de roosters van de ventilatieope‐
ningen. Kans op schade en letsel
in geval van een ongeluk.
Vaste luchtroosters
Er bevinden zich bovendien nog ven‐
tilatieopeningen onder de voorruit en
de zijruiten, alsook in de voeten‐
ruimte.