Inhoudsopgave
Advertenties
Montage
Hydraulisch
Sproeierlijn met 3 standen
De sproeiers van de sproeierlijn met 3
standen zijn zo gekozen dat hun totaal
het vereiste maximale vermogen bereikt
binnen het optimale regelbereik en met
een kwalitatief goede verbranding.
Bij de keus van de sproeiers is het te
bereiken nominale vermogen van de
bijbehorende ketel niet het enige
bepalende criterium, maar tellen ook het
minimale vermogen en de kwaliteit van
de verbranding op elk belastingsniveau.
De sproeier van de eerste stand moet
gekozen worden binnen het bereik van
het toegestane werkingsgebied van de
brander. U vindt het werkingsgebied en
de toegestane minimale vermogens in
Brander
Type
N6.2400 min
Steinen SS60°
N6.2400 max
Steinen SS60°
N6.2900 min
Steinen SS60°
N6.2900 max
Steinen SS60°
N7.3600 min
Steinen SS60°
N7.3600 max
Steinen SS60°
N7.4500 min
Steinen SS60°
N7.4500 max
Steinen SS60°
26
de technische gegevens.
Alle Monarch en Steinen sproeiers
bezitten de volgende kenmerken,
behoudens wijzigingen en conformiteit
aan CEN-normen:
- Doorstroming (in USGPH bij 100 Psi =
6.895 bar)
- Code van fabrikant
- Verstuivingshoek
- Identificatie van de serie
- Label van de fabrikant
Lijn van 3 sproeiers
De sproeierlijn bevat drie buizen, die elk
een oliesproeier voeden. De
oliedoorvoer wordt dan aangestuurd
door ervoor liggende
veiligheidskleppen. Deze zijn normaliter
gesloten. Elk van de drie kleppen
bestuurt een sproeier van de
sproeierlijn. Door het inschakelen van
de kleppen kunnen de
belastingsniveaus 1, 2 en 3 bereikt
worden. Op belastingsniveau 3, dus met
het maximale vermogen van de brander,
zijn alle kleppen geopend, alle sproeiers
werken tegelijk. Het deel voor de
sproeierlijn heeft een plaat die de
sproeiers ondersteunt.
Ventielblok
Het ventielblok verzamelt de olie en
verspreidt deze over de drie oliekleppen
die rechtstreeks op het blok gemonteerd
zijn. De olietoevoer wordt door de
oliepomp op de brander uitgevoerd.
Voordat de olie het olieblok bereikt,
stroomt deze eerst door het eerste
veiligheidsolieventiel. Het ventielblok is
met twee schroeven op het achterste
deel van de sproeierlijn bevestigd.
Daardoor is het mogelijk het hele
mengtoestel met de sproeierlijn en het
ventielblok te demonteren.
De verbindingen die losgemaakt
moeten worden zijn tot een minimum
beperkt.
Standaard configuratie van de sproeiers voor huisbrandolie
Trap 1
Grootte
Type
15,0 GPH
Monarch PLP 60°
18,0 GPH
Monarch PLP 60°
18,0 GPH
Monarch PLP 60°
18,0 GPH
Monarch PLP 60°
22 GPH
Monarch PLP 60°
24 GPH
Monarch PLP 60°
22 GPH
Monarch PLP 60°
26 GPH
Monarch PLP 60°
09/2011 - Art. Nr. 4200 1041 5000A
Onderstaande tabel geeft de
oliesproeiers weer met de minimale en
maximale vermogensbereiken.
Tussenliggende waarden zijn ook
mogelijk. De configuratie van de
sproeiers moet er voor zorgen dat het
vermogen van de brander ligt binnen het
aangegeven werkingsgebied (zie
technische gegevens). Een
overschrijding van de lage en hoge
uiterste waarden is niet toegestaan.
Er moet gezorgd worden voor een
stabiele, hygiënische en veilige
verbranding. Bij de keus van de
sproeiers, moet er rekening gehouden
worden met de instelling van de
oliedruk.
Trap 2
Grootte
Type
15,5 GPH
Monarch PLP 60°
21,5 GPH
Monarch PLP 60°
19,5 GPH
Monarch PLP 60°
19,5 GPH
Monarch PLP 60°
30 GPH
Monarch PLP 60°
30 GPH
Monarch PLP 60°
30 GPH
Monarch PLP 60°
35 GPH
Monarch PLP 60°
Trap 3
Grootte
Oliedruk
Aanvoer [min.
belasting]
19,5 GPH
11,5 bar
24,0 GPH
11 bar
21,5 GPH
10 bar
24,0 GPH
12 bar
30 GPH
12 bar
30 GPH
13,5 bar
30 GPH
14 bar
40 GPH
16 bar
Advertenties
Inhoudsopgave
