11.5 Periodieke controle - inspectie
11.5.1 Trilling van het apparaat
Gevaren:
- De controle op trillingen kan het volgende aan het licht brengen:
- Een eventuele slijtage van de draaiende delen. Door een te grote afwijking van de trillingstoerentallen kunnen
onderdelen met elkaar in contact komen, wat en eventuele begin van een explosie kan veroorzaken of zelfs bepaalde
onderdelen kun afbreken met hetzelfde gevolg.
- De toename van het trillingstoerental kan ook een indicator zijn voor een ophoping van stof en het ontstaan van
onbalans. De ophoping van stof is een potentiële explosieoorzaak, door de vorming van een contactzone of door een
verlaging van de ontbrandingstemperatuur van het gas.
Controle:
- De gebruiker moet ervoor zorgen dat de trillingsniveaus van de ventilator onder de genormaliseerde niveaus blijven, maar
ook dat er geen afwijking is van de waarden van de trillingstoerentallen.
- Toepassingscategorie BV3 volgens norm ISO 14694.
Controlefrequentie
- Afhankelijk van het gebruik (ruimtetemperatuur, aantal draaiuren van het apparaat) en van het verplaatste medium (van
zeer sterk met deeltjes geladen tot zeer schoon), moet de gebruiker de trillingstoerentallen controleren om elke afwijking
van de toerentalniveaus te kunnen opsporen.
- De frequentie van de controles moet zijn:
- Elke 150 uren of wekelijks tijdens de eerste maand na de installatie.
- Elke 2000 uren of elke 3 maanden daarna
Corrigerende acties
- Als een afwijking van de trillingstoerentallen wordt geconstateerd, moet de ventilator worden gestopt en geïnspecteerd. Als
de aanwezigheid van stof wordt geconstateerd, moeten alle betrokken zones minutieus wordt gereinigd. Als het niveau van
het trillingstoerental binnen de genormaliseerde normen blijft, kan de ventilator weer in bedrijf worden genomen.
- Als het alarmniveau is bereikt, plan dan een 2e onderhoudsbeurt in en verhoog de controlefrequentie naar elke 150 uren
of wekelijks.
- Als de maximale genormaliseerde trillingsdrempels zijn overschreden, moet de ventilator wordt gestopt, veiliggesteld en
moet een 2 e onderhoudsbeurt worden uitgevoerd.
- In alle gevallen moet een controle op trillingen worden uitgevoerd na het weer in bedrijf nemen van de ventilator.
11.5.2 Controle van de massaverbinding
Gevaren:
Er is een risico op elektrostatische ontlading.
Controle:
- Voor componenten met gevlochten strips:
- Controleer visueel de gevlochten strips (aanwezigheid), controleer het goed vastzitten van de bevestigingsschroeven
van de kabelschoenen van de gevlochten massastrips.
- Unit uitgeschakeld: meet de weerstand tussen een kabelschoen van een gevlochten massastrip van elk onderdeel en
de kabelschoen van de verbinding met de externe massa met een voeding van 12 volt. Tijdens de eerste controle moet
deze meting wordt genoteerd op het onderhoudsformulier (zie § 11-6 – Controleformulier) als referentieweerstand. De
weerstand mag niet groter zijn dan 25 % van de referentieweerstand.
- Als de controle van de weerstand groter is dan 25 % van de referentieweerstand:
- Een voor een demonteren van elke massakabelschoen. Per keer mag maar één massakabelschoen zijn losgemaakt
(die moet worden gedaan met uitgeschakelde machine)
- Controleer of geen enkel punt van corrosie aanwezig is op het massacontactvlak of op de kabelschoen van de
gevlochten massastrip.
- Meet opnieuw de weerstand.
Controlefrequentie
- De massaverbindingen moeten met de volgende intervallen worden gecontroleerd:
- Elke 150 uren of wekelijks tijdens de eerste maand na de installatie.
- Als tijdens deze waarnemingsperiode geen enkel onregelmatigheid is geconstateerd:
- Elke 5000 uren of eens per jaar daarna.
Corrigerende acties
In de volgende gevallen:
- Niet goed vastzitten van de bevestigingsschroeven van de kabelschoenen van de gevlochten massastrip:
- weer vastzetten van de schroef, als het probleem aanhoudt.
- Zones met corrosiepunten op het massacontactvlak
- Schuur het oppervlak van het contactvlak lichtjes en controleer minutieus de staat van de kabelschoen van de
gevlochten massastrip.
- Zones met corrosiepunten op de gevlochten massastrip
- Vervang de gevlochten massastrip.
NL - 41
NL