Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Radarsectoren Leeglaten; Het Radarbeeld Aanpassen - Simrad IDS Experience-Based Interface Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor IDS Experience-Based Interface:
Inhoudsopgave

Advertenties

52
De radar wordt in het menu radarbronnen getoond als twee virtuele radarbronnen A en
B.Het bereik en de bediening van iedere virtuele radarbron is volledig onafhankelijk. De bron
voor dubbele radar kan op dezelfde manier worden geselecteerd voor een bepaalde kaart of
een bepaald radarpaneel zoals wordt beschreven in "De radarbron selecteren" op pagina 50.
Ú Notitie:
Sommige bedieningselementen die verband houden met de fysieke
eigenschappen van de radar zelf zijn niet onafhankelijk van de bron. Het gaat daarbij om
Fast scan, Antennehoogte en Peilingsuitlijning.
MARPA is volledig onafhankelijk en er kunnen tot 10 doelen worden gevolgd door iedere
virtuele radarbron.
Voor iedere individuele radarbron kunnen tot twee onafhankelijke bewakingszones worden
gedefinieerd.

Radarsectoren leeglaten

(alleen Halo-radar)
U kunt maximaal vier sectoren op de PPI definiëren waarin geen radargegevens worden
verzonden. Zo kunt u storing voorkomen die veroorzaakt wordt door functies op uw boot of
door een secundaire radar. De lege sectoren verschijnen op het beeld van de hoofdradar en
op de radaroverlay op een kaart. Een ingeschakelde sector heeft een magenta rand met 3
bogen over het leeggelaten gebied. Raadpleeg de installatiehandleiding van de Halo-radar
voor het instellen van lege radarsectoren.
Ú Notitie:
Het leeglaten van radarsectoren is alleen beschikbaar voor Halo-radars.
Hoofdradar-PPI

Het radarbeeld aanpassen

U kunt eventueel het radarbeeld verbeteren door de gevoeligheid van de radar aan te
passen en door achtergrondecho's van zee-en weercondities te filteren.
De radarinstellingsbeelden zijn te vinden in de rechterbovenhoek van het radarpaneel. U
kunt een van de instellingsbeelden selecteren door het instellingsbeeld te selecteren of door
op de draaiknop te drukken op een externe controller. De actieve instelling wordt uitgebreid
en de volledige naam wordt getoond. U kunt de waarde vervolgens aanpassen door de
schuifbalk te gebruiken of door aan de draaiknop te draaien op de externe controller.
U kunt de beeldinstellingen ook aanpassen in het radarmenu.
Radar
| IDS Experience-Based Interface Gebruikershandleiding
Radaroverlay op een kaart

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave