150
Kalibreren
Kalibratie kan noodzakelijk zijn om de gemeten brandstofstroom nauwkeurig overeen te
laten komen met de werkelijke brandstofstroom. Ga in het dialoogvenster Tanken naar
kalibratie. Alleen brandstofstroomsensoren van Navico kunnen gekalibreerd worden.
1.
Begin met een volle tank en laat de motor draaien zoals gewoonlijk.
2.
Nadat er minstens een aantal liter (een paar gallons) is verbruikt, moet de tank helemaal
bijgevuld worden. Selecteer vervolgens de optie Zet op vol.
3.
Selecteer de optie Kalibreren.
4.
Selecteer de Werkelijk gebruikte hoeveelheid, die is gebaseerd op de hoeveelheid
brandstof waarmee is bijgetankt.
5.
Selecteer OK om de instellingen op te slaan. De Brandstof K-waarde laat nu een nieuwe
waarde zien.
Ú Notitie:
Als u meerdere motoren wilt kalibreren herhaalt u bovenstaande stappen.
Kalibreer de motoren één voor één. U kunt ook alle motoren tegelijkertijd laten draaien
en de Werkelijk gebruikte hoeveelheid delen door het aantal motoren. Hierbij wordt
aangenomen dat de motoren allemaal ongeveer evenveel brandstof verbruiken.
Ú Notitie:
De optie Kalibreren is alleen beschikbaar als Zet op vol is geselecteerd en een
brandstofstroomsensor is aangesloten en ingesteld als bron.
Ú Notitie:
Er worden maximaal 8 motoren met een brandstofstroomsensor ondersteund.
Brandstofniveau
Door een Navico-brandstofpeilapparaat aan te sluiten op een geschikte tankniveausensor is
het mogelijk om de resterende hoeveelheid brandstof in de tank te meten. Het aantal tanks
moet worden aangegeven in het dialoogvenster Instellingen vaartuig, dat kan worden
geopend op de pagina Opties voor brandstofinstellingen. Hier kunt u de vloeistofniveau-
apparaten toewijzen aan verschillende tanks.
Selecteer Apparatenlijst op de pagina Netwerk en bekijk het venster Apparaatconfiguratie
voor iedere sensor. Stel de locatie, het vloeistoftype en de afmeting in voor iedere tank.
Raadpleeg de bedieningshandleiding voor instructies over het instellen van een
instrumentenbalk of -meter met gegevens over het vloeistofniveau-apparaat op de pagina
Instrumenten.
Ú Notitie:
Er worden maximaal 5 tanks met vloeistofniveau-apparaten ondersteund.
Ú Notitie:
Tankgegevens die worden geleverd door een compatibele motorgateway
kunnen ook worden getoond, maar het is niet mogelijk om op deze unit een
tankconfiguratie te maken voor dit type gegevensbron.
Software installeren
| IDS Experience-Based Interface
Gebruikershandleiding