Motorolie verversen
De oliewissel dient met een warme
motor te gebeuren.
LET OP De motorolie kan erg
heet zijn. Om brandwonden te voor-
komen mag u de motoraftapplug
niet verwijderen als de motor heet
is. Wacht tot de motorolie warm
is. Draag altijd aangepaste huid-
en oogbescherming. Chemicaliën
kunnen huiduitslag en oogletsel ver-
oorzaken.
Zet het voertuig op een vlak oppervlak.
Verwijder de peilstok.
vmo2008-008-021_a
TYPISCH — RECHTERKANT VAN DE MOTOR
1. Peilstok
Maak de plaats rond de olieaftapplug
schoon.
Zet een opvangbak onder de motoraf-
tapplug.
Schroef de aftapplug los.
vmo2008-008-044_a
LINKERKANT VAN DE MOTOR
1. Afvoerplug
Laat voldoende tijd om alle olie uit de
motor te laten lopen.
Maak de oliezeef schoon, zie OLIE-
ZEEF in dit hoofdstuk.
Wis eventueel gemorste olie van de
motor.
Plaats de oliezeef, veer en O-ring te-
rug.
Plaats het zeefdeksel en draai het aan
tot 42 N•m ± 4 N•m.
Maak de afdichtingsring van de aftap-
plug schoon, controleer of hij in goede
staat verkeert en vervang hem indien
nodig.
Reinig de contactoppervlakken van
de aftapplug en motor, plaats de af-
tapplug terug en draai deze aan tot
22,0 N•m ± 2,2 N•m.
Vul de motor opnieuw met de voorge-
schreven hoeveelheid aanbevolen olie.
Raadpleeg de SPECIFICATIES voor de
inhoud.
Start de motor en laat hem enkele mi-
nuten stationair draaien. Controleer of
er geen lekkage is ter hoogte van de
oliezeef en de aftapplug.
_______________
ONDERHOUDSPROCEDURES
91