Custom Key functie (Key.func.)
Aan de flitstoets kunnen verschillende functies worden toegewe-
zen: flitsstand, transportstand, witbalans, scherpstelmethode,
kleurinstelling en cameragevoeligheid. De keuze is instelbaar in
sectie 1 van het P-, A-, S- en M-menu (blz. 44). De flitsmethode
kan ook worden ingesteld in sectie 2 van het P-, A-, S- en M-
menu.
Is de optie Key func. geselecteerd en bevestigd, dan
verschijnt een selectiescherm. Gebruik de vierweg-
toetsen van de stuureenheid om de functie te selecte-
ren. Druk op de centrale toets van de stuureenheid
om de handeling te voltooien.
Door op de flitstoets te drukken verandert u de functie die in het
menu wordt gekozen. Druk op de centrale toets van de stuureen-
heid of druk de ontspanknop half in om de instelling te activeren.
:select
:enter
:enter
Selecteert u continu transport, een
progressieve opneemstand, de brac-
keting-stand of de optie voor een
vaste witbalansinstelling, dan verschijnt er een selectiescherm. Met de
links/rechts-toetsen van de stuureenheid kiest u de gewenste instel-
ling; druk op de centrale toets van de stuureenheid om de instelling te
activeren.
Selecteert u de optie voor de eigen witbalansinstelling, dan ver-
schijnt het kalibratiescherm. Vul het beeld met een wit object (zorg
ervoor dat het beschenen wordt door het licht dat het onderwerp
zal verlichten) en druk op de centrale toets van de stuureenheid
om de camera te kalibreren.
Drive mode
Single
Image size
2272x1704
Quality
Standard
White balance
Auto
Key func.
Flash mode
Key func.
Flash mode
Focus mode
Drive mode
Color mode
White balance
Sensitivity
:sel.
:enter
65