C.Fn II -3
0: Uitschakelen
1: Inschak.
Verbetert de details in lichte tonen. Het dynamische bereik wordt
uitgebreid van het standaard 18% grijs naar heldere lichte tonen.
De overgang tussen grijstinten en lichte tonen wordt geleidelijker.
Bij instelling 1 kan iets meer ruis dan normaal optreden in schaduwrijke
partijen.
Bij instelling 1 ligt het instelbare ISO-waardebereik tussen 200 en 1600.
Bovendien wordt de "0" van de ISO-waarde die wordt weergegeven op het
LCD-scherm en in de zoeker, weergegeven als een kleiner teken,
bijvoorbeeld "2oo". Als de opname-informatie (pag. 117) wordt
weergegeven, wordt de "0" van de ISO-waarde ook weergegeven als een
kleiner teken.
C.Fn III: Auto focus/Drive
C.Fn III -1
Als er in de AF-modus geen scherpstelling kan worden bereikt, kan de
camera blijven proberen scherp te stellen, maar het scherpstellen ook
afbreken.
0: Scherpstellen aan
1: Scherpstellen uit
Voorkomt dat het beeld extreem onscherp wordt als de camera opnieuw
probeert scherp te stellen. Dit is vooral handig als u een supertelelens
wilt gebruiken, omdat het beeld daarbij extreem onscherp kan worden.
Lichte tonen prioriteit
Objectiefsturing bij AF onmogelijk
3 Persoonlijke voorkeuze-instellingenN
157