7 Alarmen
WEERGAVE
CODE
Temperatuur interne
accu hoog
Temperatuur interne
accu laag
Levensduur van de
interne accu bereikt
Levensduur van accu
E1 bereikt
Levensduur van accu
E2 bereikt
Accu E1 oververhit
Accu E2 oververhit
Accu opladen E1 niet
mogelijk
Accu opladen E2 niet
mogelijk
Accutemperatuur E1
hoog
Accutemperatuur E2
hoog
Accutemperatuur E1
laag
Accutemperatuur E2
laag
OORZAAK
559
Interne accu te warm.
560
Interne accu te koud.
De levensduur van de interne accu
561
is bereikt.
De levensduur van externe accu 1
562
is bereikt.
De levensduur van externe accu 2
563
is bereikt.
564
Externe accu 1 oververhit.
565
Externe accu 2 oververhit.
566
Externe accu 1 defect.
567
Externe accu 2 defect.
568
Externe accu 1 te warm.
569
Externe accu 2 te warm.
570
Externe accu 1 te koud.
571
Externe accu 2 te koud.
MAATREGEL
Apparaat laten werken bij een
omgevingstemperatuur van 5 °C tot 40 °C.
Apparaat laten werken bij een
omgevingstemperatuur van 5 °C tot 40 °C.
Contact opnemen met de leverancier.
Accu laten vervangen.
Accu vervangen.
Accu vervangen.
Accu is vanwege de temperatuur
uitgeschakeld.
Apparaat laten werken bij een
omgevingstemperatuur van 5 °C tot 40 °C.
Accu is vanwege de temperatuur
uitgeschakeld.
Apparaat laten werken bij een
omgevingstemperatuur van 5 °C tot 40 °C.
Contact opnemen met de leverancier.
Contact opnemen met de leverancier.
Apparaat laten werken bij een
omgevingstemperatuur van 5 °C tot 40 °C.
Apparaat laten werken bij een
omgevingstemperatuur van 5 °C tot 40 °C.
Apparaat laten werken bij een
omgevingstemperatuur van 5 °C tot 40 °C.
Apparaat laten werken bij een
omgevingstemperatuur van 5 °C tot 40 °C.
|
29
NL