4 Voorbereiding en bediening
4 Voorbereiding en bediening
4.1 Apparaat opstellen en
aansluiten
Gevaar voor letsel door onvoldoende therapie bij
geblokkeerde luchtinlaat en luchtuitgang!
Door een geblokkeerde luchtinlaat en/of luchtuitgang
kan het apparaat oververhit raken, kan de therapie
negatief worden beïnvloed en het apparaat
beschadigd raken.
Filtervak vrijhouden (symbool
Ingang van het apparaat vrijhouden
(symbool
).
Aanzuiggebied van de koelventilator vrijhouden
(symbool
).
1. Indien nodig: apparaat in horizontale of verticale
stand kantelen.
Het display past zich automatisch aan de oriëntatie
aan.
Materiële schade door oververhitting!
Te hoge temperaturen kunnen oververhitting van het
apparaat veroorzaken en het apparaat beschadigen.
Apparaat en netadapter niet met textiel (bijv.
deken) bedekken.
Apparaat niet in de nabijheid van een verwarming
gebruiken.
Stel het apparaat niet bloot aan direct zonlicht.
Laat het apparaat bij mobiel gebruik alleen in de
bijbehorende mobiliteitstas werken.
).
2. Netaansluitleiding verbinden met de netadapter en
het stopcontact.
3. Netadapterkabel verbinden met het apparaat.
4.2 Slangsysteem aansluiten
Verstikkingsgevaar door gebruik van invasieve of niet-
invasieve beademingsingangen zonder
uitademsysteem!
Bij gebruik van invasieve of niet-invasieve
beademingsingangen zonder geïntegreerd
uitademsysteem kan de CO
waarden stijgen en de patiënt in gevaar brengen.
Invasieve of niet-invasieve beademingsingangen
met extern uitademsysteem gebruiken, wanneer
geen uitademsysteem is geïntegreerd.
Gebruiksaanwijzing van het uitademsysteem in
acht nemen.
Gevaar voor letsel door mogelijke disconnectie van de
patiënt!
Bij slangsystemen zonder proximale drukmeting en
extra accessoires, zoals HME of tubusverlenging, is de
veilige herkenning van een disconnectie van de patiënt
niet mogelijk.
Alarmen VTe laag in het dubbele slangsysteem en
VTi hoog in het ventielsysteem met één slang.
Als alternatief kunt u een gelijkspanning-
voedingsnet (12 V DC of 24 V DC) conform
ISO 80601-2-72 aansluiten.
-concentratie naar kritieke
2
|
NL
13