Training
hartslagwaarschuwingen
Voordat u een hartslagwaarschuwing instelt,
wilt u de hartslagzones mogelijk aanpassen
(pagina 8).
1. Houd menu ingedrukt.
2. Selecteer HS-waarschuwingen.
3. Voer de waarde in voor de maximale
waarschuwing.
U kunt een zone selecteren of een
aangepaste waarde invoeren.
4. Druk op OK.
5. Voer de waarde in voor de minimale
waarschuwing.
U kunt een zone selecteren of een
aangepaste waarde invoeren.
6. Druk op OK.
Er wordt een waarschuwingssignaal
gegeven als uw hartslag boven of onder het
opgegeven bereik zit.
10
Voetsensor
Uw Forerunner is compatibel met de
voetsensor. Met behulp van de voetsensor
kunt u gegevens naar de Forerunner
verzenden bij indoortrainingen, als
het GPS-signaal zwak is of als u geen
satellietsignalen meer ontvangt. De
voetsensor is stand-by en klaar om
gegevens te verzenden (net als de
hartslagmeter). U dient de voetsensor met
de Forerunner te koppelen (pagina 6).
Na 30 minuten zonder activiteit schakelt de
trainingsassistent zichzelf uit om de batterij
te sparen. Er verschijnt een bericht op uw
Forerunner als de batterij bijna leeg is. Na
ongeveer 5 uur is de batterij leeg.
Forerunner 210 gebruikershandleiding