Download Print deze pagina

Canon EOS M6 Mark II Uitgebreide Gebruikershandleiding pagina 167

Verberg thumbnails Zie ook voor EOS M6 Mark II:

Advertenties

Instellingen en effecten
Scherpte
A Sterkte
g
B Details*
C Drempel*
Contrast
h
i Verzadiging
j Kleurtoon
*1: Geeft de details aan van de contouren die moeten worden benadrukt. Hoe kleiner
het getal, hoe fijner de contouren die kunnen worden benadrukt.
*2: Geeft op hoeveel de contouren worden benadrukt op basis van het verschil in
contrast tussen het onderwerp en het gebied eromheen. Hoe kleiner het getal, hoe
meer de contouren zullen worden benadrukt wanneer het verschil in contrast laag
is. Ruis is echter meer zichtbaar wanneer het getal kleiner is.
Voor het maken van films kunt u [Details] en [Drempel] voor [Scherpte] niet
z
instellen (worden niet weergegeven).
Door bij stap 3 [Stand.inst.] te selecteren, kunt u de
z
standaardparameterinstellingen van de respectieve beeldstijl herstellen.
Als u opnamen wilt maken met de aangepaste beeldstijl, selecteert u eerst de
z
aangepaste beeldstijl en maakt u vervolgens de opnamen.
4
0: zwak benadrukken van
de contouren
1
1: fijn
2
1: laag
–4: laag contrast
–4: lage verzadiging
–4: roodachtige huidskleur
Stel het effectniveau in.
Druk op de knop <M> om de
z
aangepaste instellingen op te slaan en
terug te keren naar het keuzescherm
Beeldstijl.
Alle instellingen waarvoor u de
z
standaardwaarden wijzigt, worden
weergegeven in blauw.
Een beeldstijl aanpassen
7: sterk benadrukken van
de contouren
5: korrelig
5: hoog
+4: hoog contrast
+4: hoge verzadiging
+4: gelige huidskleur
167

Advertenties

loading