Referentiehandleiding
00809-0111-4021
Opmerking
De transmitter bepaalt de verschiltemperatuur door de meting van sensor 2 af te trekken
van sensor 1 (S1- S2). Zorg ervoor dat deze volgorde van aftrek overeenstemt met de
gewenste meting voor de toepassing. Raadpleeg
afdekking van de transmitter-aansluitklem voor bedradingsschema's van de sensoren.
Als u een LCD-display gebruikt voor lokale indicatie, configureer de meter dan om de juiste
variabelen te lezen met behulp van LCD-displayopties.
Gemiddelde temperatuur
Sneltoetsen voor
HART 5
Sneltoetsen voor
HART 7
Veldcommunicator
De voor twee sensoren geconfigureerde transmitter kan de gemiddelde temperatuur van
beide ingangen uitvoeren en weergeven. Gebruik de volgende procedure met traditionele
sneltoetsen om de transmitter de gemiddelde temperatuur te laten meten:
Configureer sensor 1 en sensor 2 op de juiste wijze. Selecteer 1 Device
Setup (instrumentconfiguratie), 3 Configuration (Configuratie), 2 Sensor Configuration
(sensorconfiguratie), 1 Change Type and Conn (Type en Conn wijzigen). om het sensortype
en het aantal draden voor sensor 1 in te stellen. Herhaal voor sensor 2.
Opmerking
Met deze procedure configureert u de gemiddelde temperatuur als het primaire variabele
analoge signaal. Als dit niet nodig is, wijs de gemiddelde temperatuur dan toe aan de
secundaire, tertiaire of kwartaire variabele.
Als u een LCD-display gebruikt, configureer dit dan om de juiste variabelen te lezen met
behulp van LCD-displayopties.
Opmerking
Als sensor 1 en/of sensor 2 uitvallen terwijl PV is geconfigureerd voor gemiddelde
temperatuur en de functie Hot Backup niet is ingeschakeld, geeft de transmitter een
alarm af. Daarom wordt aanbevolen om, wanneer PV een gemiddelde sensor is, de functie
Hot Backup in te schakelen wanneer sensoren met twee elementen worden gebruikt, of
wanneer twee temperatuurmetingen op hetzelfde punt in het proces worden uitgevoerd.
Als er een sensorstoring optreedt terwijl de functie Hot Backup is ingeschakeld, terwijl PV
sensorgemiddeld is, kunnen zich drie scenario's voordoen:
•
Als sensor 1 uitvalt, zal het gemiddelde alleen van sensor 2, de werkende sensor,
worden afgelezen.
•
Als sensor 2 uitvalt, zal het gemiddelde alleen van sensor 1, de werkende sensor,
worden afgelezen.
•
Als beide sensoren gelijktijdig uitvallen, geeft de transmitter een alarm af en geeft de
beschikbare status (via HART) aan dat zowel sensor 1 als sensor 2 zijn uitgevallen.
In de eerste twee scenario's wordt het 4-20 mA-signaal niet onderbroken en geeft de
status die beschikbaar is voor het regelsysteem (via het HART-protocol) aan welke sensor is
uitgevallen.
Eerste goede configuratie
www.Emerson.com
2, 2, 3, 3
2, 2, 3, 3
HART inbedrijfstelling
Figuur
2-4, of de binnenkant van zij-
Februari 2024
49