Inhoudsopgave
Advertenties
F
fieldbus-configuratie
OUNDATION
Februari 2024
4.4
Knooppuntadres
Bij verzending is de transmitter ingesteld op een tijdelijk adres (248). Hierdoor
kunnenF
naar een permanent adres verplaatsen.
4.5
Modi
De resource, de transducer en alle functieblokken in het instrument werken. Deze modi
zijn van toepassing op de werking van het blok. Elk blok ondersteunt zowel automatische
(AUTO) als buiten werking (out of service, OOS)-modi. Andere modi kunnen ook worden
ondersteund.
4.5.1
Modi wijzigen
Stel de MODE_BLK.TARGET (MODUS_BLK.DOEL) in op de gewenste modus om
de bedrijfsmodus te wijzigen. Na een korte vertraging moet de parameter
MODE_BLOCK.ACTUAL (MODUS_BLOK.HUIDIG) de modusverandering weergeven als het
blok goed werkt.
4.5.2
Toegestane modi
U kunt ongeautoriseerde wijzigingen aan de werkingsmodus van een blok voorkomen.
Om dit te doen, configureert u MODE_BLOCK.PERMITTED (MODUS_BLOKK.TOEGESTAAN)
zodanig dat alleen de gewenste bedrijfsmodi is toegestaan. Het wordt aanbevolen om OOS
altijd als een van de toegestane modi te selecteren.
4.5.3
Typen modi
Voor de procedures die in deze handleiding worden beschreven, is het handig om de
volgende modi te begrijpen:
AUTO
De functies uitgevoerd door het blok, zullen worden uitgevoerd. Als het blok uitgangen
heeft, worden deze verder bijgewerkt. Dit is doorgaans de normale werkmodus.
Out of Service (Buiten werking, OOS)
De functies uitgevoerd door het blok, zullen niet worden uitgevoerd. Als het blok
uitgangen heeft, zullen deze meestal niet worden bijgewerkt en zal de status van alle
waarden die worden doorgegeven aan blokken stroomafwaarts 'BAD' (SLECHT) zijn. Om
enkele wijzigingen aan te brengen in de configuratie van het blok, verandert u de modus
van het blok in OOS. Wanneer de wijzigingen zijn voltooid, wijzigt u de modus terug naar
AUTO.
HANDMATIG
In deze modus kunnen variabelen die uit het blok worden doorgegeven handmatig worden
ingesteld om te testen of op te heffen.
Andere typen modi
Andere typen modi zijn Cas, RCas, ROut, IMan en LO. Sommige van deze kunnen worden
ondersteund door verschillende functieblokken in de 644. Zie voor meer informatie de
naslaghandleiding van het
160
fieldbus-hostsystemen het instrument automatisch herkennen en
™
OUNDATION
functieblok.
Referentiehandleiding
00809-0111-4021
www.Emerson.com
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
