Inhoudsopgave
Advertenties
HART inbedrijfstelling
Februari 2024
Figuur 3-8: Verandering in ingang versus verandering in uitgang met demping
ingeschakeld
3.9.2
Alarm en verzadiging
Sneltoetsen voor
HART 5
Sneltoetsen voor
HART 7
Met de opdracht alarm/verzadiging kan de gebruiker de alarminstellingen (Hi of Low)
bekijken. Met deze opdracht kunnen de alarm- en verzadigingswaarden worden gewijzigd.
Om de alarm- en verzadigingswaarden te wijzigen; selecteert u de waarde die u wilt
wijzigen, 1 alarm laag, 2 alarm hoog, 3 verz. laag, 4 verz. hoog of 5 vooraf ingestelde alarmen
en voer de gewenste nieuwe waarde die binnen de onderstaande richtlijnen moet vallen:
•
De waarde 'alarm laag' moet tussen 3,50 en 3,75 mA bedragen
•
De waarde 'alarm hoog' moet tussen 21,0 en 23,0 mA bedragen
Het lage verzadigingsniveau moet tussen de waarden voor 'alarm laag' plus 0,1 mA en
3,9 mA voor de standaard HART-transmitter bedragen. Voor de veiligheidsgecertificeerde
transmitter is de laagste verzadigingsinstelling 3,7 mA en de hoogste instelling 20,9 mA.
Bijvoorbeeld: De waarde voor 'alarm laag' is ingesteld op 3,7 mA. Het lage
verzadigingsniveau, S, moet derhalve 3,8 ≤ S ≤ 3,9 mA zijn.
Het hoge verzadigingsniveau moet tussen 20,5 en 20,9 mA bedragen.
Vooraf ingestelde alarmen kunnen 1 Rosemount of 2 NAMUR-conform zijn. Gebruik de
storingsmodusschakelaar aan de voorkant van de elektronica om in te stellen of de
uitgang naar een hoog of laag alarm wordt gestuurd in geval van een storing.
106
2, 2, 5, 6
2, 2, 5, 6
Referentiehandleiding
00809-0111-4021
www.Emerson.com
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
