172
Configuratie
(uitgeschakeld), Maximum Bitrate op 54 MBit/s, 802.11b/
g-Mode op "Mixed" en Interference Avoidance op "Uit".
Tip: Als u uitsluitend moderne WLAN-kaarten met 802.11g
gebruikt, kunt u de snelheid van de dataoverdracht verhogen door
de instelling 802.11b/g-Mode op "802.11g only" te zetten.
U kunt met de instelling Hidden SSID-Mode voorkomen dat
de radiocode (SSID) wordt uitgezonden. Hierdoor wordt de
identificatie van het netwerk moeilijker en wordt de
dataveiligheid normaal gesproken niet verbeterd; het verdient
daarom aanbeveling om deze instelling op "uit" te laten staan.
Veiligheidsinstellingen
Gebruik in geen geval uit gemakzucht of om configuratieproble-
men te voorkomen de instelling Open System of Wired-Equiva-
lent Privacy (WEP). Uitzondering: u gebruikt het netwerk voor
een internetcafé.
Schakel de optie Wifi-Protected-Access (WPA) in.
Kies bij Type de instelling "WPA v.1". Als u bijvoorbeeld pc's
met als besturingssysteem Microsoft Windows XP vanaf
servicepack 2 gebruikt, kan u de instelling "WPA v.2"
gebruiken.
Kies voor standaardgebruik de optie Pre-Shared-Key. Geef in
het invoerveld Value een paswoord op en laat de instelling
Text ongewijzigd. Gebruik een paswoord dat aan de volgende
voorwaarden voldoet:
– Geen woorden of namen uit woordenboeken
– Minimale lengte van acht tekens
– Gebruik ook cijfers, hoofdletters en speciale tekens
U kunt ook een paswoord genereren met de knop Generate.
Er bestaat WLAN-configuratiesoftware die de omzetting van
tekst in hexadecimale waarden niet op de standaardmanier
uitvoert. Gebruik in dergelijke gevallen de instelling Hex
Value en klik op de knop Generate.
Laat de instelling Cipher Length op 256 Bit en de instelling
Distribution Interval op 120 seconden staan. De instellingen
DECT over IP
®