Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Alarmuitgangen Tijdens De Meting - Flexim FLUXUS G704-NN Series Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

18 Uitgangen
18.7.4

Alarmuitgangen tijdens de meting

Een alarmuitgang met de schakelvoorwaarde MAX of MIN wordt max. eenmaal per seconde geactualiseerd om brommen
te voorkomen (d.w.z. schommelen van de meetwaarden rond de waarde van de schakelvoorwaarde).
Een alarmuitgang van de type NIET-HOUDEN wordt geactiveerd, als aan de schakelvoorwaarde wordt voldaan. Hij wordt
gedeactiveerd, als niet meer aan de schakelvoorwaarde wordt voldaan. Hij blijft echter min. 1 s geactiveerd, ook als korter
aan de schakelvoorwaarde wordt voldaan.
Alarmuitgangen met schakelvoorwaarde GRTHD. worden geactiveerd, als de grenswaarde bereikt is.
Alarmuitgangen met schakelvoorwaarde FOUT worden pas na meerdere mislukte meetpogingen geactiveerd. Hierdoor lei-
den typische kortstondige storingen van de meting (bijv. het aanzetten van een pomp) niet tot activering van het alarm.
Alarmuitgangen met schakelvoorwaarde +→- -→+ en van het type NIET-HOUDEN worden bij elke verandering van de
stroomrichting voor ca. 1 s geactiveerd (zie Fig. 18.2)
Alarmuitgangen met schakelvoorwaarde +→- -→+ en van het type HOUDEN worden na de eerste verandering van de
stroomrichting geactiveerd. Zij kunnen door drie drukken op de toets C teruggeschakeld worden (zie Fig. 18.2).
flow
type NIET-HOUDEN
ca. 1 s
Bij een aanpassing aan veranderde meetomstandigheden, bijv. bij een aanzienlijke verhoging van de mediumtempera-
tuur, wordt het alarm niet geschakeld. Alarmuitgangen met de schakelvoorwaarde UIT worden automatisch op de scha-
kelfunctie SLUITER gezet.
18.7.5
Alarmstatusweergave
Opmerking!
Het schakelaar van de alarmuitgangen wordt niet akoestisch noch op het display aangegeven.
De alarmstatus kan na het configureren van de alarmuitgangen en tijdens het meten in beeld worden gebracht. Deze
functie wordt in Spec. functie\SYSTEEM inst.\Dialogen/menu's geactiveerd. Wij raden u aan om deze functie te
activeren als alarmuitgangen vaak opnieuw geconfigureerd moeten worden.
SHOW RELAIS STAT
uit
>AAN<
Als alarmstatusweergave geactiveerd is, verschijnt na het configureren van de alarmuitgangen de status van de alarmuit-
gangen in beeld:
R1=
R2=
R3=
C=REPEAT
Als de alarmstatusweergave geactiveerd is, kan de alarmstatus tijdens het meten in beeld worden gebracht. Scroll met
de toets
in de bovenste regel of met de toets
wordt.
UMFLUXUS_G7V4-6-3NL, 2023-01-01
Fig. 18.2: Gedrag van een relais bij verandering van de stroomrichting
Kies het menupunt SHOW RELAIS STAT. Kies aan om de alarmstatusweergave te active-
ren.
De alarmstatusweergave is als volgt opgebouwd:
RX =
togram volgens Tab. 18.6.
Met een druk op knop C kunt u het configureren van de alarmuitgangen herhalen. Als het
configureren van de alarmuitgangen is voltooid, drukt u op ENTER. Het hoofdmenu ver-
schijnt in beeld.
flow
+
D u r c h f l u s s
0
-
type HOUDEN
A l a r m t y p : H A L T E N D
alarm resetten
M a n u e l l e s R ü c k s e t z e n
C
(3x toetsC)
d e s A l a r m s
hierbij is X het nummer van de alarmuitgang en
in de onderste regel, totdat de alarmstatus in beeld gebracht
FLUXUS G70x
een pic-
159

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave