FLUXUS G70x
Als de procesomstandigheden echter sterk schommelen en de mediumparameter in hoge mate afhankelijk zijn van de
temperatuur (bijv. viscositeit van hydraulische olie), dan moeten polynomen of speciale interpolatiefuncties gebruikt wor-
den. In geval van twijfel, neem contact op met FLEXIM om de beste oplossing te vinden voor de meettaak.
Speciale interpolatiefuncties
Sommige afhankelijkheden worden door polynomen slechts onvoldoende benaderd. Daarvoor zijn er enkele speciale in-
terpolatiefuncties Basics: Y=F(X,Z) beschikbaar, waarmee meerdimensionele afhankelijkheden y = f(T, p) geïn-
terpoleerd kunnen worden. Neem voor meer informatie contact op met FLEXIM.
14.3.2
Activeren van de uitgebreide bibliotheek
Uitgebr. Biblio
uit
>AAN<
14.3.3
De materiaal-/mediumparameters intoetsen
Nu kunnen de parameters voor een gebruikersgedefinieerd materiaal/medium ingetoetst worden.
De stappen voor het intoetsen van een materiaal en een medium zijn vrijwel gelijk. Weergaven voor een medium worden
derhalve alleen afgebeeld en beschreven bij afwijkingen.
Spec. functie
↕
Instal.materiaal
USER Material
NOT FORMATTED !
Edit Material
↕
Basics:Y=m*X +n
USER Material
↕
#01:--not used--
USER Material
2
>BEWERK<
wissen
#2: Input Name:
USER Material
2
132
Kies Spec. functie\SYSTEEM INST.\Bibliotheken\Uitgebr. Biblio.. Druk
op ENTER.
Kies aan om de uitgebreide bibliotheek te activeren. Druk op ENTER.
Kies Spec. functie\Instal.materiaal of Instal. medium. Druk op ENTER.
Deze foutmelding verschijnt in beeld als het coëfficiëntengeheugen geen bereik krijgt voor
gebruikersgedefinieerde materialen/media.
Partitioneer het coëfficiëntengeheugen (zie paragraaf 14.1).
Kies de functie voor de temperatuur- of drukafhankelijkheid van de materiaal-/mediumpara-
meters:
Y=CONST.: constante
Y=M*X+N: lineaire functie van de temperatuur
Y=POLYNOM: y = k
+ k
0
1
Y=F(X,Z): speciale interpolatiefuncties (alleen voor ervaren gebruikers of volgens af-
spraak met FLEXIM)
go back: terugkeren naar het vorige menupunt
Kies een gebruikersgedefinieerd materiaal/medium.
Kies bewerk om de materiaal-/mediumparameters te bewerken of wissen om het materi-
aal/medium te wissen en terug te keren naar de keuzelijst Bewerk Materiaal of Bewerk
Medium.
Deze weergave verschijnt alleen als men een materiaal/medium heeft gekozen dat reeds
bestaat.
Toets de benaming van het materiaal/medium in. Druk op ENTER.
Voorinstelling voor de naam van een gebruikersgedefinieerd materiaal/medium is USER
Material N of USER Medium N waarbij N een heel getal is.
.
.
2
.
3
.
x + k
x
+ k
x
+ k
x
2
3
4
14 Bibliotheken
4
UMFLUXUS_G7V4-6-3NL, 2023-01-01