VOORBEREIDINGEN —————————————————————————————————————————————————
4
Druk op de zwarte toets achter op de pers-
voethouder.
1
2
1 Zwarte toets
2 Persvoethouder
De persvoet komt los uit de persvoethouder.
5
Plaats een andere persvoet onder de houder,
zodat de pin van de persvoet op één lijn staat
met de inkeping van de houder.
Plaats de persvoet zodanig dat de letter die het
type persvoet aangeeft (A, G, I, J, M, N of R)
leesbaar is.
1
2
1 Persvoethouder
2 Gleuf
3 Pin
6
Haal de persvoethendel langzaam omlaag,
zodat de persvoetpin in de inkeping van de
persvoethouder klikt.
1 Persvoethendel
De persvoethendel is bevestigd.
Haal de persvoethendel omhoog om te con-
7
troleren of de persvoet stevig vastzit.
36
3
1
Opmerking
● Wanneer u een steek selecteert, verschijnt
het pictogram van de persvoet die u moet
gebruiken op het scherm. Controleer voor-
dat u begint met naaien of de juiste persvoet
is bevestigd. Wanneer niet de juiste pers-
voet is bevestigd, zet u de naaimachine uit,
bevestigt u de juiste persvoet en selecteert u
de gewenste steek opnieuw.
Knoopsgatvoet "A"
Overhandse steekvoet "G"
Zigzagvoet "J"
Knoopbevestigingsvoet "M"
Monogramvoet "N"
Blindsteekvoet "R"
Zijsnijder "S"
● Meer bijzonderheden over de persvoet die
moet worden gebruikt met de geselecteerde
steek vindt u in "Steekinstellingen"
(pagina 126).