VOORBEREIDINGEN —————————————————————————————————————————————————
VOORZICHTIG
●
Als de draadklos of de kloskap niet op de
juiste plaats zit, kan de draad verward
raken rond de klospin, waardoor de
naald kan breken.
●
De kloskap is verkrijgbaar in drie forma-
ten (groot, middelgroot en klein), zodat u
een kloskap kunt kiezen die het best bij
de gebruikte klosgrootte past. Als de klos-
kap te klein is voor de gebruikte klos, kan
de draad blijven hangen in de spleet in de
klos, of kan de naald breken.
8
Terwijl u de klos vasthoudt met uw rechter-
hand, trekt u de draad met uw linkerhand, en
leidt u de draad achter het draadgeleiderdek-
sel naar voren.
1 Draadgeleiderdeksel
9
Leid de draad van rechts af onder de draadge-
leiderplaat.
1 Draadgeleiderplaat
24
1
1
0
Houd de draad met uw rechterhand gespan-
nen onder de draadgeleiderplaat en leid de
draad door de geleiders in de aangegeven
volgorde (omhoog → naar links → omlaag →
omhoog → omlaag).
1
1 Luikje
In het volgende diagram ziet u de stand van
het luikje wanneer de persvoet omlaag staat.
Aangezien het luikje gesloten is wanneer de
persvoet omlaag staat, kunt u geen draad inrij-
gen. Zet de persvoet omhoog, zodat het luikje
geopend is zodat u draad kunt inrijgen.
1
1 Luikje
a
Leid de draad door de draadhaak onder aan
de naaldstang.
1
1 Draadhaak
Rijg de naald in met de naaldinrijger. Ga ver-
der met de procedure in "De naald inrijgen"
(op de volgende pagina).